NIEUWS EN ADVERTENTIEBLAD, Kleine Mferteïtiëe. DE WRAAK. 9e Jaargang. Vrijdag 5 Februari 1892. No 2634, ABONNEMENTSPRIJS ADYESTENTIËN; „liet Blaadje" STADSNIEUWS. PALEIS VAN JUSTITIE. BINNENLAND. FEUILLET ON. HAARLEMS DAGBLAD Voor Haarlem per 3 maanden1,20. Franco door het geheele Rijk, per 3 wrunden 1,65. Geïllustreerd Zondagsblad 3 0,30. Afzonderlijke nummer»0,05. Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Bureau Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. Telefoonnummer 121. Tan 15 regel» 50 Cents; iedere regel meer 10Cent». Groete letters naar plaatsrnisste. Bij Abonnement aanzienlijk rabati Abonnementen es Advertentie., worden sangenoss&a doop ons. agenten en door alle btokhasdelrren en aourentiers. Directeur-Uitgerer J. C. FEEBEBOOM Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de PeiUitUi Itranglre L DAB Bi Co, JOS'A I. J CN33, Suee P vrijt 81 Ui tvaionrg Knate»fire. Ondergeteekende brengt beleefdelijk in herinnering, dat kleine Advartentien' bestemd tot plaatsing in en in de speciale rubriek in het Zater dagavondnummer van HAARLEMï DAGBLAD, Èl 5 Cts. per regel te zamen, uiterlijk tot Vrijdagmorgen 12 uur aan het Bureau kunnen worden ingeleverd. De Directeur- Uitgever. J. C. PEEREBOOM. Haarlem, 4 Februari 1892. Naar aanleiding der beschikking van Z. den min. van Oorlog, om de mi liciens zoo dicht mogelijk bij de plaats, waar zij met groot verlot zijnde, ver- blijfhouden, in garnizoen te brengen, in de nieuwe regeling voor de opkomst der militie met spoed, voor wat de reisroutes betreft, zullen de miliciens, die in Haarlem woonachtig zijn, binnen 8 uur, na het uur van oproeping, zich melden in de kazerne. Al de miliciens der omliggende gemeenten van Haarlem behouden Haarlem als garnizoensplaats, met uitzondering van de gemeente Lisse, vanwaar de meeste miliciens naar Leiden worden overgeplaatst. De miliciens der omliggende gemeen ten, die niet voor vermelde middelen van vervoer in aanmerking komen (dit is te vinden achter in het zakboekje) moeten zich binnen twaalf uur te Haar lem melden, en gaan marcheerende der waarts, tenzij zij voor eigen rekening van versnelde middelen van vervoer ge bruik wenschen te maken. Het Museum van Kunstnijverheid alhier, is gedurende de maand Januari laatstleden, door 332 personen bezocht. Den Qden Mei van het vorige jaar diende de vereeniging „Volksbelang" een verzoek in aan den Raad, om haar een terrein aan te wijzen, waarop zij een tweeden speeltuin zou mogen ves tigen. B. en W. deelen thans aan den Raad mede, dat het hun niet is mogen ge lukken, een geschikt terrein daarvoor I Meeuwenoord. Den eersten zou hij een te vinden. Woensdagavond hield de heer mr. N. de Roever uit Amsterdam in „Teyler" voor een vrij talrijk publiek eene ver handeling over de handelsgeschiedenis van ons land in de 170 eeuw, en wel hoofdzakelijk over die van Arasterdam, het brandpunt van den handel in die dagen van bloei, het handels-kapitool, volgens Vondel. Spreker schilderde ons welke de grondslagen waren tot onzen grooten wereldhandel, hoe onze voor vaderen zich ten koste van de Span jaarden verrijkten, en hoe bij het toe nemen van den handel, Amsterdam op velerlei gebied steeds in aanzien wies. Te betreuren is het, dat de regenten uit die dagen de papieren die ons een duidelijk inzicht zouden geven in de toestanden van die dagen, en door onze historici als goud zouden zijn be waard, hebben verwaarloosd en vernie tigd. Geen wonder, dat de regenten van Amsterdam ia dis eeuw een machtigen invloed uitoefenden. In de 2e helft der 17e eeuw werd onzen handel zeer veel afbreuk gedaan door de handelswetten ia Frankrijk door Colbert, in Engeland door Cromwell ingevoerd. Gevoelige verliezeD leed ook onze handel gedu rende de engelsche oorlogen. Tot zoover was de spreker gekomen, toen in de pauze, welke werd gehouden, floep 1 op eenmaal alle lichten van een der beide gaskronen uitgingen, om weldra door de lichten der andere gas kroon te worden gevolgd. Het gas wilde niet meer branden, zoodat wij welver plicht waren heen te gaan, zonder het slot der rede te hebben aangehoord. In ieder geval was het ten opzichte van den spreker zeer beleefd van het gas, om juist gedurende de pauze, dus bij afwezigheid van den spreker, ons die poets te spelen. Tegen den bierhuishouder R., aan den Heerensingel, is proces-verbaal op gemaakt, ter zake het verkoopen van sterken drank in het klein, zonder de daartoe vereischte vergunning. Johannes Kiüger, 32 jaar, handels bediende te IJmuideu, stond heden te recht voor de arrondissementsrecht bank alhier, ter zake van drie mishande lingen, een tegen zijn collega Wester- wald, en twee tegen zijn vakgenoot den tweeden eerst een slag en eens een stomp hebben toege- stoot, later bracht. Niet minder dan tien getuigen charge zoowel als décharge zijn op geroepen. Uit het verhoor blijkt dui delijk, dat de aanklacht inderdaad ge grond mag heeten. Krüger heeft, zooals de ambtenaar van het O. M. mededeelt, reeds een geheel lijstje van veroordeelingen achter den rug, de laatste op 27 December 1890, ook al wegens mishandeling. De subs. offt. van just., Mr. Joh. P. van Outeren, requireert de veroordee ling van den beklaagde tot gevange nisstraf van 2 maanden. De verdediger van beklaagde Mr. Th. de Haan Hugenholtz, merkt op. dat al deze zaken zeer overdreven zijn voorgesteld en dat bovendien de mis handelingen niet zijn bewezen. Het zijn concurrenten die hem hebben aan geklaagd, concurrenten die niet tegen hem op kunnen, omdat hij sterker is en zijn werk daardoor beter en sneller doet dan zij. Het is namelijk gewoonte onder de handelsbedienden, om zooara er een schip in IJ muiden komt, dade lijk daarheen te roeien en den kapitein om de levering van levensmiddelen te vragen. Natuurlijk is het een wedstrijd, wie er het eerst zal zijn. Pleiter beveelt zijn cliënt aan in de prudentie van de rechtbank en con cludeert, zoo de beklaagde gestraft moet worden, tot een lichte straf na melijk eene kleine geldboete. Uitspraak over 8 dagen. Andries Plomp, een man van 53 jaar, zat het vorig jaar in het Huis van Bewaring alhier. Daar zijn beroep kleermaker was, werd hem door den directeur der gevangenis opgedragen, 2 sokken te lappen en te nummeren, 3 lappen katoen te herstellen en 1 hand doek te verkleinen. Maar de veredelende invloed van den kerker bleek hier nul. Ploeg was verstokt genoeg, om deze aan den Staat toebe- hoorende artikelen te verduisteren en ten eigen bate aan te wenden. Hij is niet ter terechtzitting versehenen en wel om de eenvoudige reden, dat hij in Veenhuizen (de bedelaarskolonie) verblijft. Bij verstek wordt tegen hem geëischt een gevangenisstraf van eene maand. Te Nieuwveen is op 71 jarigen leef tijd overleden de heer S. van Driel, sedert meer dan 40 jaar burgemeester dier gemeente; de overledene een kun dig en ijverig ambtenaar, genoot de al- gemeene achting. Bij kon. bes 1. is, met ingang van 26 Maart, i°. de inspecteur van het middelbaar onderwijs dr. W. B. J. van Eyk, eervol ontheven van het hem tij delijk opgedragen toezicht op de land- bouwscholen, onder dankbetuiging voor de in dit opzicht bewezen diensten 2°o tot inspecteur van het middelbaar onderwijs, in het bizonder belast met het toezicht op de landbouwscholen,benoemd F. C. Löhnis, directeur der Maatschappij van weldadigheid te Frederiksoord. Bij kon. besl. is aan mejuffr. E. Aubert, geboren te Gen ève, vergunning verleend tot het geven van middelbaar o n der wijs hier te lande, mits zij overigens aan de daartoe bij de wet gestelde eischen vol doet. Bij kon. besl. zijn de volgende pensi oenen verleend aan F. K. M., zich ook schrijvende F. C. M. Groshans, ontvan ger der directe belastingen, enz. 2134; aan P. Ruygrok, bode bij het departe ment van financiën, 300aan A. L. Snoeck, kommies i»te klasse bij 's rijks belastingen, 373, en met ingang van 1 Jan. 1892, aan A. Bevers, gewezen bewaarder van de hypothekenhet kadaster en de scheepsbewijzen te 's-Hertogenbosch, ƒ3667. Bij kon. besl. is, met ingang van 1 April 1892, aan den directeur van het rijkstelegraafkantoor te Leiden W. Vrug- gink, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend uit 's rijks dienst. De benoeming van den heer mr. W. van der Kaay tot raadsheer in het Gerechtshof te 's-Hage, is geschied buiten de aanbevelingslijst van het Gerechtshof. Tengevolge van de bevordering welke de heer v. d. Kaay, tevens lid der Tweede Kamer voor Alkmaar, in den staatsdienst maakt, is eene verkie zing in dat district noodig geworden. Op het koninki ij k lustslot te Soestdijk zijn dagelijks vele handen aan het werk om alles op te knappen en te verfraaien. HH. MM. komen waarschijnlijk reeds met de eerste dagen van Mei het paleis betrekken, om den geheelen zomer daar te blijven. Vóór eenigen tijd is de waterleiding naar het paleis gevoerd, en thans heeft men den oprijweg van den straatweg naar het paleis geheel vernieuwd. Ook de groote standaard, die vroeger in den voortuin stond en waaraan de Oranje vlag wapperde, wanneer de koninklijke famflie aanwezig was, is nu boven op het paleis geplaatst. Verder zal het geheel in- en uit wendig nog aanmerkelijk worden geres taureerd. Het was Zondagavond j. 1. te laat geworden om het kaartspel in een der dorpsherbergen voort te zetten. Wat nu te doen Een zestal bewoners van Oegstgeest, in de hoedanigheid van vrienden en bloedverwanten, besloot aldaar een andere lokaliteit te verhef fen tot sociëteit met onbeperkte vrijheid om „open te blijven." Het bevoorrechte lokaal was een bollenschuur, een 50 60 M. van den grooten weg liggende. Men maakt zit plaatsen, schragen werden in het werk gesteld om den bollenbak te dragen, welke als tafel weldra dienst deed, kaarsen werden aangestoken om licht le verspreiden in de duisternis en eene flesch met heel wat er in, benevens de noodige glaasjes als hoofdschotel, wer den op die pootenlooze tafel geplaatst. En nu aan het werk, aan het kaarten namelijk; nu aan het smullen met de deur toe! Maar, o wee, een persoon komt van Leiden aangestapt en ziet licht in de bolleschuur. Dékr licht des nachts Dair is wat aan de hand! Naar den nabijwonenden jachtopziener en dezen gewaarschuwdDeze man gaat naar de schuur. Gevoeld, geschopt, getrommeld de deur van de schuur is dicht! Daar gaat het licht uit en de deur open. Drie vlugbeenige menschen het is onbegrijpelijk dat ze het nog waren met die flesch en die glaasjes verwijderen zich haastiglijk. Maar ach, de scherpziende opzichter heelt ze herkend en herkent ook weldra, als hij het vindt, het andere hier en daar in de schuur weggekropen drietal. De zes zullen er niet zoo heel ge makkelijk afkomen, want zij verschaften zich met „vergunning" bij zich en toch zonder vergunning toegang tot de schuur- sociëteit door inklimming door een raam. De influenza heerscht op het eiland Marken sterk. Ruim 200 personen zijn aangetast, zoodat ver scheidene botters wegens gebrek aan personeel niet ter vischvangst kunnen uitgaan. Volgens otficieele opgave zijn Dinsdag de Willemsbrug te Rotter dam gepasseerd Van de zijde van Feyenoord15,100 voetgangers, 820 handwagens, 333 hon denkarren, 1380 wagens met één paard, 158 wagens met twee paarden, 69 rij tuigen. Naar het Engelsch van EDGAR POE. h De duizend plagerijen waarmede Fortunato mij altijd had ver volgd, had ik zoo goed mogelijk verdragen, maar toen hij mij dorst beleedigen legde ik bij mijzelf de plechtige gelofte af, dat e zullen wreken. Die goed met mijn karakter bekend zijn, zullen niet veronder- tellen, dat ik mijn vijand met mijne wraak dreigde. Eindelijk cwam de gelegenheid om mij te wreken, ik was zoo stellig over- uigd van mijn welslagen, dat ik geen oogenblik aan gevaar [edacht heb. Ik wilde niet alleen straffen, maar dat ongestraft doen. Een kwaad wordt niet volkomen gewroken, als men de levolgen der wraakneming te duchten heeft, en evenmin wan- ïeer het slachtoffer de wraak niet als zoodanig gevoelt. Men begrijpt nu wel, dat ik door wcord noch daad aan For- :unato reden had gegeven om mijne vijandelijke gezindheid egens hem te vermoeden. Ik was evenals vroeger vriendelijk en beleefd jegens hem en hij bemerkte niet, dat mijn glimlach een Judaslach was. Fortunato had een teer punt, ofschoon hij in alle andere op zichten een man was, dien men moest achten en vreezen. Hij beroemde zich op zijn wijnkennis. De Italianen zijn over het algemeen niet talentvol, zij weten heel handig den juisten tijd en de geschikte gelegenheid aan te grijpen om de britsche en austrahsche millionnairs te bedriegen. Evenals de meeste van zijne landgenooten deed Fortunato voor zijn genoegen wat aan schilderen en teekenen, doch had het hierin niet ver gebracht, maar om ouden wijn van nieuwen te onderscheiden, daarin was hij ieder de baas. Ook ik legde mij vlijtig op dit vak toe en had al zeer veel verstand van italiaan- sche wijnen waarvan ik telkens, als ik in de gelegenheid was, een ruimen voorraad opdeed. Eens op een avond, toen de carnavalspret in vollen gang was, ontmoette ik mijn vriend. Hij eprak mij zeer druk toe, want hij had veel gedronken. Fortunato had een narrenpakje aan, hetwelk uit een nauw gestreepte broek en buis en een muts met rinke lende bellen bestond. Ik was zeer verheugd hem te zien en drukte hem daarom hartelijk de hand. „Wel beste Fortunato, wat een geluk, dat ik je zie. Wat ziet gij er vandaag goed uit. Ik heb zooeven een paar vaten wijn ontvan gen, die voor Amontillado moeten doorgaan, maar ik twijfel er aan of het wel de echte is." „Wat?" zeide hij, „Amontillado? In het midden van de car navalsfeesten een paar vaten Amontillado Dat is onmogelijk." „Ja, ik twijfel ook aan de echtheid van den wijn en ben dwaas genoeg geweest om hem voor echte te betalen zonder u voorat ge raadpleegd te hebben. Ik kon u niet vinden en was bang, dat het koopje mij 20U ontgaan." „Amontillado „Ja, ik vrees, dat ik bedrogen ben en wil nu zekerheid hebben." „In dezen tijd Amontillado „Daar ik zie, dat gij dezen avond niet vrij zijt, ga ik nu naar Luchesi. Hij is een goed wijnkenner, en zal mij wel vertellen wat het is." „Luchesi kan geen Amontillado van sherry onderscheiden." „En men vertelt in de stad, dat zijn smaak bijna even fijn i als de uwe." „Kom, laat ons maar heengaan." „Waarheen „Naar uwe wijnkelders." „Neen, beste vriend, ik wil van uwe goedheid geen misbruik maken. Gij hebt dezen avond stellig een afspraak. Luchesi zal mij wel helpen." „Ik heb geen afspraak. Kom, ga mee." „Neen, vriendje, gij moogt nu niet meegaan; al hebt gij geen verhindering voor dezen avond, gij zijt, naar ik bemerk, hevig verkouden, en daar de kelders zeer vochtig zijn, zou ons bezoek daar uwe gezondheid benadeelen. De muren druipen van den salpeter." „Laat ons toch maar gaan. Die verkoudheid beteekent niets. Gij zijt stellig bedrogen met dien Amontillado en Luchesi kan, zooals ik gezegd heb, geen sherry van Amontillado onder-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1892 | | pagina 1