NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
9e Jaargang.
Zaterdag 13 Februari 1892.
No. 2641.
A BONNEMEKTSPRIJS:
A DVEBTENTIÊN:
NABETRACHTIN Gr
STADSNIEUWS.
BINNENLAND.
FEUILLETON.
De Korporaal van de Garde.
HAARLEM'S DAGBLAD
Voor Haarlem per 3 maanden1,20.
Franco door het geheele Rijk, per 3 >c j«.nden 1,65.
Geïllustreerd Zondageblad 3 0,30.
Afzonderlijke nummer*0,05.
Dit blad »erseh()nt dageltfk*, behalve op Zon- en Feestdagen.
Uorean Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. Telefoonnummer ISS.
▼am 15 regelf 50 Cent»; ieders reg-ei meer 10 Ce&t*.
Groete letters naar plaatsraimtei
Bij Abonnenent aansdenlijk rabatj
Aboamemeiitea es Adverteatiëft wordes aftBgcaoaaea dowr
oase ogeateB a® door al]6 bcekhafideUra» ooursnèieff»
Directeur-Uitgever J. C. FS EB SB OOM.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie O in ér ale de Fuèlieité Btrangire 0. L, BA 9 MM jr Coe, JOHM IJ O NB3, 8uco- turfje 31W* Juttèourg Mentmnrtr»,
Bet bijvoegsel van het bladdat
Zaterdagavond verschijntzal bevatten
Uit lnsiilindeHet dorpshoofd van Kran-
dogan. Haarlemmer Halletjes Ho.
CXXVll. Jammerklacht van éen
Baarlemschen Winkelier. Binnen en
Buitenlands he berichten. Varia.
Kleine advertentiën uit Het Blaadje
No. VI. Advertentign enz.
uit den
GEM EENTER AAD.
XXXVHI.
Zoo hebben wij dan de nieuwe Raads
zaal op het Stadhuis. Vaarwel, kaarsen
en koude voeten van het Prinsenhof,
wij zien u nimmer weerVaartwel, o
holle zaal kies u een andeien heer
Maar den bewaarder van het Prin
senhof hebben we tech 25.— gratifi
catie toegestaan, wat de man dan ook
wel verdiend heeft voor de moeite, die
hij zich gegeven heeft om onzen ver
lichten Raad nog meer te verlichten, al
was het dan ook met waskaarsen en
met lampen van het jaar éen.
De vernieuwde Raadszaal ziet er
keurig uit en is trouwens weken ge
leden in dit blad reeds beschreven. Ze
is een waardig etui voor de waardig
heid van den Raad, alleen de lijsten
om de portretten van onze Koningin
nen zijn niet in overeenstemming met
het geheel. Wil men die portretten een
goeden indruk laten maken, dan be-
hooren zij beter geëncadreerd te zijn
dan in een glad zwarthouten lijstje.
De Leden van den Raad waren
zóo in hun schik met de nieuwe
zaal, dat zij er op hun gemak van
wilden genieten enten einde de
pottekijkers te verjagen, besloten om
eene geheime zitting te houden. Wij
verdwenen, en hadden twee en een
half uur gelegenheid om er over te
denken, wat de heeren wel met elkaar
te verhandelen konden hebben.
Dit is in dezen tijd niet zoo heel
gemakkelijk te raden. Er is zooveel
onder 't mesduinwaterleiding, de
nieuwe voorstellen van de gasfabriek,
de plannen van de Hollandsche Spoor
en de prostitutie-kwestie. Ik houd het
ervoor, dat gasfabriek en prostitutie in
hoofdzaak de cndei werpen zijn geweest.
't Is wel grappig, dat Burgemeester
en Wethouders zich juist drie leden van
den Raad wilden toevoegen, om met
dezen advies uit te brengen over de
voorstellen van de gasfabriek. Konden
B. en W. dat niet alleen Even grappig
is het, dat van de drie gekozen Raads
leden twee, de heeren Stolp en Sneltjes,
voorstanders zijn van gemeentelijke ex
plaitatie der gasfabriek. De opinie van
den heer Van de Poll te dezen opzichte
is mij niet bekend.
Toen nu bijna 2 jaar geleden de
gasfabriek voorstellen deed omtrent
concessie-verlenging, toen zeiden B. en
W. in hun advies o. a. het volgende
„In het algemeen zijn wij gestemd
voor eene eigen gemeente-gasfabriek
en verder„wij moeten daarenboven
bekennen, dat de kostbare processen,
welke de gemeente Amsterdam tegen
deze zelfde Maatschappij heeft te voeren
gehad, bijna onmiddellijk nadat zq eene
nieuwe overkomst met haar had ge
sloten, en de omstandigheid dat onlangs
ook hier eene scheidsrechterlijke uit
spraak omtrent de lichtsterkte ingeroe
pen is moeten worde 1, ons huiverig
maakt om U tot eene vernieuwing van
het afloopende contract te adviseeren."
Ik twijfel er geen oogenblik aan,
of B. en W. zullen zich deze woorden
nog wel herinneren. Ze zijn op den
toestand in 1892, zoogoed als op dien
in 1890 van toepassing.
Wij hebben benoemd drie leden van
de Commissie van Toezicht op het
Middelbaar Onderwijs, waarbq geen mr.
ditmaal. De opmerking van den heer
de Kanter, dat deze commissie al aardig
op weg was, ©m uit niets anders dan
meesters in de rechten te bestaan, is
klaarblijkelijk ter harte genomen. Ver
schil van maatschappelijke betrekking
geeft verschil van inzicht, en verschil
van inzicht is in eene Commissie die
iets wil presteereD, noodzakelijk.
Een Tweede Kamer die uitsluitend
uit kooplieden en fabrikanten bestond,
zou wel practische wetten maken, maar
men zou er van alle kanten doorheen
kunnen kruipen; bestond zulk een col
lege uitsluitend uit juristen, dan zouden
de eischen der praktijk niet altijd vol
doende in het oog worden gehouden,
hoe mooi de wetten ook in elkaar zou
den zitten.
Er was nog een heele reeks van zaken
ter behandeling, maar we kwamen er
niet aan toe. Gelukkig houden we nu
nog wat over voor den volgenden keer.
De nieuwe ventilatie in de zaal schijnt
goed te werken en veroorzaakt geen
last aan dengene, die er het dichtste bij
zit. Ot de leden, die vlak voor de schou
wen zitten waaronder de kachels achter
ijzeren platen zijn verborgen, niet eens
zullen aanbranden, zou ik niet durven
beweren. Gelukkig maar, dat de lieve
leute in aantocht is
Haarlem, 12 Februari 1892.
Door wijlen mej. C. M. E. Klontrup
alhier, is aan de armen der Evang.
Luth. gemeente eene som van 2000.
vermaakt.
De navolgende 18 kegelclubs hebben
zich nog opgegeven voor het alhier te
houden kegelconcours uitgeschreven door
de vereeni^ing „de Phoenix".
Uit Amsterdam„Ons Vermaak",
„Onderlinge Kegelaars", „Onder Ons",
„De Club uit de Zon", „Alles Om",
„Houdt hem er op", „Nederland".
Uit Nieuwer Amstel„Houdt de
Plank".
Uit Rotterdam„Apollo", „Recht
naar 't Doel", „Rotterdam".
Uit Leiden„La Force", „Houdt
Plank".
Uit Haarlem „Koekoek".
Uit Heemstede„Denk aan den
Koning".
Uit 's Hage „Onder Ons".
Uit Breukelen „Concordia".
Uit Dordrecht„Achter de Streep".
Uit Dordrecht„Houdt de Plank"
Uit Rotterdam„M. V. H." en „Oud
Delfshaven".
Het aantal clubs, dat zich voor den
wedstrijd heeft aangegeven is nu 64.
De eigenaar van de gestolen bottines
door H. Collaert c. s. is door de politie
gevonden, zijnde de winkelier K. in de
Ridderstraat alhier. Zij hebben daarna
erkend, die aldaar door middel van in
sluiping te hebben ontvreemd.
HaarlemZandvoort Spoorweg-M aat
schappij. Juni 1891.
Opbrengst reizigers ƒ5020.17.
idem goederen 593.47%
Te zamen
.,5613.64^.
Per dag en per kilometer f22.oi\.
In 1891 namen 10 bomschuiten deel
aan de schrobnetvisscherij.
De besommingen waren aanmerkelijk
lager dan in het voorgaande jaar.
In 1890 besomden de 10 schuiten te
zamen ƒ33,990, dus gemiddeld per
schuit ƒ3399, in het jaar 1891 daaren
tegen bedroeg de gezamenlijke besom
ming 29,360, d. i. gemiddeld per
schuit f2936.
De hoogste besomming bedroeg in
1890 f 4380, in 1891 3800; de laagste
in 1890 2900. in 1891 ƒ1800.
De besommingen der verschillende
schuiten waren als volgt
Z. V. 11 stuurm. Jb. Keesman, bes. ƒ3800
10 H. Paap Jzb 3650
9 C. Koper, 354®
14 S. Paap, 3400
13 P. Paap, 2900
12 Arend Paap, „2700
i A. Paap Azn., 2660
2 A. Paap Lzn.. 2450
„15 Jb. Zwemmer, 2460
5 H. Paap Azn., 1800
De gemiddelde prijzen der visch wa
ren als volgt:
Tarbot J 1,50 tot 11,50, kabelj. van
ƒ0,65 tot ƒ3,50, schelvisch van ƒ0,30
tot ƒ1,20, tong van 0 30 tot ƒ1,25,
schol vin ƒ0,50 tot ƒ2,50, rog van
0,20 tot 1 per stukbakschol van
0,80 tot 4,50, scharren van 2,40
tot ƒ8 en pieterman van ƒ1,30 tot
ƒ2,80 per mand. De aanvoer van
schelvisch en kabeljauw was zeer ge
ring.
Groote rampen zijn niet voorgeko
men.
Bij kon. besl. van ioFebr.
is benoemd tot ridder in de orde van
den Nederlandschen Leeuw jhr. mr. P.
J. F. M. van der Does de Willebois,
Hr. Ms. politiek agent en consul ."gene
raal in Egypte.
Bij kon. besl. van 1 Febr. is Lodewijk
FrederikAntoon van der Goes te Utrecht,
met al zijne wettige zoo mannelijke als
vrouwelijke afstammelingen in den Ne-
derlandschen adel verheven met de
praedicaten van jonkheer en jonkvrouw.
Bij kon. besl. van 11 Febr. is J. P.
Donners benoemd tot burgemeester van
Munstergeleen.
Bij kon. besl. van n Febr. is de
kapitein C. C. J. J. Pfeüninger, van het
ie reg. inf., op pensioen gesteld, en het
bedrag van het pensioen bepaald op
1300 's jaars.
In een r ij tuig met vier
paarden voorafgegaan door een voor
rijder, vertrokken HH. MM. de koningin
en de koningin-regentes Donderdag
ochtend naar Voorschoten om een be
zoek te brengen aan de bekende fabriek
van gouden en zilveren werken van den
heer Van Kempen.
Voor het woonhuis, dat zich ongeveer
honderd meters van de fabriek bevindt,
werden HH. MM. ontvangen door de
heeren Van Kempen en gingen zij
vandaar naar de fabriek, Tusschen het
woonhuis en de werkplaatsen was een
eerepoort opgericht.
Met veel belangstelling werden door
HH. MM. de fabriek en de werk
zaamheden in oogenschouw genomen
en, om de bezoeksters een juist denk
beeld te geven van de bewerking, werd
in haar tegenwoordigheid een zilveren
keteltje vervaardigd, dat aan de
koningin als „herinnering" werd aan
geboden.
Na de fabriek bezichtigd te hebben,
keerden HH. MM. naar de residentie
terug.
De tweede afdeeling van
de staatscommissie voor de arbeids-
enquête, onder voorzitterschap van mr.
J. D. Veegens, hield* Dinsdag te
Leeuwarden hare eerste zitting. Onder
scheiden hoofdambtenaren, autoriteiten
en andere personen, die met de arbei
ders, het onderwijs, enz. in betrekking
staan, zijn door haar gehoord. De
commissie zal in de volgende dagen
dezer week hare zittingen voortzetten.
Wij lezen in de M i dj e lb. C i.
het volgende
Het dezer dagen veelbesproken
verzoekschrift, door G, de Jonge te
Abeele gemeente Oost- en W. Souburg
aan de Tweede kamer der staten-gene
raal ingediend, laten wij hier op ver
zoek van adressant zeiven, in zijn ge
heel volgen.
Het luidt:
Geeft eerbiedig te kennen
G. de Jonge, veerknecht te Abeele,
gemeente O. en W. Souburg;
dat zijn zoon A. C. de Jonge in Mei
jl. is ingelijfd als loteling bij de 20
comp. 40. bat. 30 reg. inf. te Vlissin-
gen
dat deze, voor hij in militairen dienst
kwam, een ongeluk heeft gehad aan
een der knieëD, hetgeen hem nu nog
belet de knie zonder pijn te buigen;
dat deze dit bij zijn in dienst treden
heeft opgegeven als reclame voor on
geschiktheid voor den dienst en hij
tengevolge daarvan is opgenomen in
het hospitaal te Vlissingen;
dat genoemde zoon in dat hospitaal
behandelingen heeft ondergaan in strijd
met de reglementen en wetten, maar
ook met de humaniteit;
dat men genoemden zoon o. a. ver
plicht heeft gedurende ongeveer 2 uur
in de open lucht op den steenen grond
geknield te blijven, hetgeen hem zeer
pijnlijk was en zijn gebrek moest ver
ergeren
dat men hem de handen op den rug
gebonden heeft en hem toen in hooge
mate heeft geëlectriseerd
dat de pijn, die hij daardoor leed,
hem de handen deed vrijmaken, waarop
de officier van gezondheid L. A. H.
Jansen hem zoo geducht met een ko
peren voorwerp, waaraan een steel be
vestigd was, op een zijner armen sloeg
HOOFDSTUK IV.
De kleine Leila, het zwakke, teere kind, wier genoegens zoo
veel meer beperkt waren dan die van haar zusje en broertje,
verblijdde hij door haar boeken, bloemen en vruchten mede te
brengen, en haar allerlei geschiedenissen te veitelleD, die haar
de verveling van een langzame genezing deden vergeten. Tot be
looning had hij Joan Douglas dan steeds in rijne nabijheid en
soms had hij laDge gesprekken met haar alleen, wanneer de kin
deren er niet bij waren. Dake herinnerde zich niet ooit zooveel
kalm genot in zijn verloftijd gehad te hebben.
Op den derden morgen begon hij Leila en Joan van de poets
te vertellen, die enkele zijner collega's een ander officier, Boot
black, gespeeld hadden.
,Maar waarom noemt gij hem Bootblack?" vroeg Leila.
Ja, alle bizonderheden kan ik u niet vertellen, maar deze man
zoo ongelukkig om zeer onpopulair te zijn, en een ieder
houdt zich op een afstand van hem."
„Prettig voor hem," mompelde Joan. „Hoe heet hij?"
„Mozes," antwoordde Dake, „en hij is een groote windbuil."
Dake wierp een beschroomden blik op Joan. „O, juffrouw
Douglas, ik vraag u wel vergeving. Nu, Leila," ging hij tot
deze voort, „dit woord is niet zeer vleiend voor Bootblack. Ik
wilde alleen maar zeggen, dat mijnheer Mozes een zeer onaan
genaam persoon is, die zich bij de andere officieren gehaat heelt
gemaakt. Hij is even gierig als hij rijk is, en eens, toen een van
zijne collega's op zijne kamer kwam, zag deze, dat hij zijne
schilderijen niet had opgehangen, omdat hij beweerde, dat hij
voor eiken spijker een stuiver kamerschade zou moeten betalen.
Om hem nu te plageD, zijn eenige officieren tijdens zijn verlof
aan het werk getogen en hebben zich de moeite gegeven zijne
kamer voor hem op te sieren." En Dake vertelde nu de bizon
derheden van deze versieringen, zooals hij ze van Mc Neil ge
hoord had.
„Van moigen kreeg ix een brief van Harris, een officier,"
vervolgde hij, toen hij zijn verhaal geëmdiga had. „Die Harris
is mijn beste vriend, en hij was het, die de grap met Bootblack
bedacht. Hij schrijft mij nu, dat maar ik kan u den brief
wel voorlezen,"
Dake haalde drie of vier brieven uit zijn borstzak en opende
er een van.
„Bootblack kwam gisterenavond thuis, toen wij aan de offi
cierstafel zaten. Wij wisten niet hoe laat hij thuis zou komen,
maar eensklaps kwam hij binnenstormen en begon in hevige op
gewondenheid den kolonel een heel verhaal op te disschen.
Deze luisterde geduldig toe, tot hij tijd had om adem te
scheppen.
„Gij hebt uwe verontschuldigingen over uw morgentoilet
nog niet eens gemaakt, mijnheêr Mozes," merkte de kolo
nel op.
„Morgentoilet - bier kuchte Dake een paar maal en liet
zorgvuldig een paar woorden weg ik moet u zeggen, mijn
heer," gilde hij, „ik liet mijne kamers open, daar ik dacht, dat
ik mij onder beschaafde heeren bevond, en daar bemerk ik?
thuiskomende, dat er honderden spijkers in de muren ge-
zijn."
„Gij dacht toch zeker niet, dat de spijkers aan uwe muur
gelijmd zouden worden."
„Ik zal voor eiken spijker een stuiver moeten betalen,"
jammerde Bootblack.
„Ja, dat vrees ik ook, mijnheer Mozes," zeide de kolonél
zeer bedaard, „maar mag ik u dan vragen, waarom gij ze er
in hebt laten slaan."
„Dat heb ik niet gedaan, dat deden die ellendelingen,"
schreeuwde hij.
„Kom, kom, gij moet ze niet te hard vallen," zeide de ko
lonel sussend. „De timmermansbaas hangt grootendeels van
zijne knechts af, en deze lui zijn natuurlijk niet van de scherp-
zinnigsten, anders zouden zij immers geen knechts zijn. Ik
vind het altijd het beste om zoo'n opdracht schriftelijk te
doen."
Eindelijk bracht Bootblack den kolonel aan het verstand
dat zijne nieuwe kamerversieringen buiten zijn weten en toe