BINNENLAND.
Maar Verkes drong er op aan. Als
hartstochtelijk visscher wenschte hij de
kwestie uitgemaakt te zien en te weten,
ot het hem inderdaad verboden was,
met den hengel in de hand in het
Spaarne te visschen, zooals zoovelen
vóór hem gedaan hadden. De kanton
rechter nu veroordeelde den visscher
tot eene geldboete eD Verkes, daar
mee natuurlijk niet tevreden, heeft appèl
aangeteekend en zoo werd heden, Don
derdag, de zaak voor de Arrondisse-
ments-Rechtbank behandeld.
De substituut officier van justitie, Mr.
Joh. F. van Outeren, nam een zeer
uitvoerig en belangrijk requisitoir. Spre
ker deelde mede, dat de Staat iu 1832
aan Haarlem het vischrecht ve.leend
had in verschillende wateren, ook in
het Spaarne. De jachtwet nu veroor
looft wel dat met den hengel in de
hand gevischt wordt in rivieren of
stroomen, maar het Spaarne is geen
stroom, het is niets anders dan boe
zemwater van het hoogheemraadschap
Rijnland. Aldus is het verboden, om
zonder acte, of zonder vergunning van
den pachter ook zelfs met den hengel
in de hand, in het Spaarne te visschen.
Spreker requireert daarom de beves
tiging van het door den kantonrechter
gewezen vonnis, en veroordeeling van
den beklaagde in de kosten vaa het
geding.
De verdediger Jhr. Mr. F. W. van
Styrum, kon zich met deze meening niet
vereenigen. Hij erkent natuurlijk de
dading van 1832, waarbij aan de ge
meente Haarlem het vischrecht werd
afgestaan, maar betwist de meening
aangehangen door den kantonrechter,
zoowel als door den ambtenaar van het
Openbaar Ministerie, dat het Spaarne
zou zijn geen rivier of stroom. Welis
waar wordt het Spaarne zoo genoemd
op een kaart van Rijnland, maar met
de administratieve qualiiicatie van dat
waterschap hebben wij niets te maken.
In Witkamp's aardrijkskundig woorden
boek wordt het Spaarne wel degelijk
een rivier genoemd.
Bovendien was, toen de jachtwet werd
ontworpen, de bedoeling van den wetge
ver zeer zeker dat het Spaarne eene
rivier was. Eu daarmede mag toch wel
degelijk rekening worden gehouden.
De verdediger concludeert dan ook
tot vrijspraak van den beklaagde, opdat
de rechtbank eens en vooral zal uitmaken,
dat als vanouds her men het recht zal
blijven behouden om met den hengel
in de hand in het Spaarne te visschen.
De rechtbank zal uitspraak doen heden
over 8 dagen.
huldeblijk aan te bieden, lezen wij het
volgende:
Prinses Sophia, de eenige dochter
van Koning Wiilem II, is voor het
nederlandsche volk altijd eene bij uit
deelte van 100 gulden.
Bij postwissels zal niet meer mogen
worden geheven dan 5 cent voor een
bedrag van ƒ12,50 ot gedeelte van
12,50, met dien verstande echter dat
nemendheid geliefde vorstin geweest, voor bedragen tot 5 geen hooger recht
Te Bennebroek had Dinsdagavond
een treurig ongeluk plaats, de 16 jarige,
eenige zoon van de weduwe B. aldaar,
sprong in het dorp ©p den in vollen
gang zijnde stoomtram, met het doei
een eindje voor niets mede te rijden
hij viel daarbij tusschen de wagens
zoodat de volgende goederenwaggon
hem over het lichaam gingthuis ge
bracht overleed hij na eenige minuten.
Voor het aanbieden van een bewijs
van hulde aan H. K. H. de Groot-
Hertogin van Saksen, Prinses Sophia
der Nederlanden, ter gelegenheid van
haar gouden bruiloftsfeest, is te Zand-
vooit ingeteekend voor 20,95.
Naar aanleiding van het
plan, dat bestaat om aan H. K. K.
de groothertogin van Saksen, prinses
Sophia der Nederlanden, bij hare gouden
bruiloft op 8 October een nationaal
Zij was dat vóór haar huwelijk met
Groothertog Carl, en zij is het gebleven
ook nadat zij hare verblijfplaats naar
Weimar had overgebracht. Zij is het
gebleven, omdat zij nooit opgehouden
heeft een Nederlandsche prinses te zijn,
maar altijd en onder alle omstandigheden
getoond heeft Nederland lief te hebben
en te de .len ia al wat ons land en ons
Vorstenhuis wedervoer.
Nu de gelegenheid zich aanbiedt om
aan de Vorstin een blijk te geven van
onze genegenheid en van onze erkente
lijkheid voor hetgeen zij steeds voor ons
geweest is, zal zeker niemand achter
blijven, maar ieder goed vaderlander
met vreugde deze gelegenheid aangrij
pen.
Meti April a. s., dusbijna
een jaar na hare afkondiging in het
Staatsbladtreedt de nieuwe Postwet in
werking.
Met het oog op dit lange tijdsverloop
kan het niet ondienstig worden geacht
nog eens de voornaamste bepalingen
mede te deelen.
Het port de brieven bedraagt, bij
vooruitbetaling, voor elke briefkaart
2% cent voor eiken anderen brief
van een gewicht van niet meer dan
15 gram 5 cent; boven 15 tot en met
200 gram 10 cent; boven 200 tot en
met 500 gram 15 cent, en voorts voor
elk meerder gewicht van 500 gram of
een gedeelte van 500 gram 5 cent
daarboven.
Bij bestelling echter van een brief
van een gewicht van niet meer dan 200
gram binnen den kring van het post-
of hulpkantoor, waar die ter post is
bezorgd, bedraagt het port voor eiken
briefvan een gewicht van niet meer
dan 15 gram 3 cent, boven 15 tot en
met 200 gram 5 cent.
Het port der gedrukte stukken be
draagt voor eeu gewicht vanniet
meer dan 25 gram 1 cent; boven 25
tot en met 50 gram 2 cent; boven 50
tot en met 75 gram 3 centboven 75
tot en met 100 gram 4 cent; boven
100 tot en met 150 gram 5 cent
boven 150 tot en met 250 gram 7^
cent; boven 250 tot en met 500 gram
10 cent; boven 500 tot en met 750
gram 12% cent; boven 750 tot en
met 1000 gram 15 cent, en voorts
voor elk gewicht van 1000 gram of
gedeelte van 1000 gram 2% cent daar
boven.
De berekening van het port geschiedt
naar het gezamenlijk gewicht van elke
verzending ouder een afzonderlijk adres,
de omslagen en alles wat verder dient
tot bevestiging van den inhoud daar
onder begrepen.
Het port van nieuwsbladen, met ot
zonder bijvoegsels, bedraagt per nom-
mer of exemplaar voor een gewicht
van niet meer dan 40 gram cent
boven 40 gram tot en met 150 gram
1 cent, en voorts voor elk meerder
gewicht van 54 gram of van een
gedeelte van 50 gram cent daar
boven.
Hetzelfde port in verhouding tot het
gewicht is van toepassing op de bij voeg
sels bij afzonderlijke verzending.
De heffing van het bovenvermelde
port kan, op te bepalen wijze mede, bij
abonnement geschieden.
De frankeering van nieuwsbladen kan
echter ook geschieden naar het tarief,
voor de gedrukte stukken bepaald.
Het port der monsters bedraagt 2\
cent per 75 gram of gedeelte van 75
gram.
Bij aanteekening is verschuldigd bo
ven het gewone porteen vast recht
van 10 centbij afgifte van geldswaarde
een opklimmend recht niet hooger dan
2V2 cent voor elke 100 gulden of ge-
kan worden geheven dan van 2V2 cent.
Bij de herstemming te Tiel
voor de Staten van Gelderland werden
uitgebracht 1489 stemmenvan on
waarde 14volstrekte meerderheid 738.
Gekozen de heer J. H. Post (lib.), met
874 st.de heer W. De Haas had
er 601.
D berlijnschecorrespon'
deut van de brusseische „Patriot" meen1
aan zijn blad te kunnen mededeelen,
dat de duitsche keizerin [dezen zomer
eenigen tijd te Scheveningen zal komen
vertoeven en een bezoek van twee da
gen zal brengen aan de Regentes.
Wij laten net bericht geheel voor
rekening van dea „Patriot."
Terwijl het presidium van
het 41 internationaal congres tegen het
misbruik van alcohol door den heer
mr. J. Heemskerk Az. is aanvaard, is
als onder-voorzitter aangewezen de heer
mr. H. Goeman Boreesiui.
Zaterdag jl. werden de hee
en Wennips en Agema president en
directeur van den Nederlandschen
Hotelhoudersbond, in audiëntie ontvan
gen door den minister vaa financien,
naar aanleidiug van hunne vroeger
ingezonden grieven tegen de patent zoo
wel als tegen de personeele belasting.
Deze heeren werden met aandacht
door den heer Pierson aangehoord en
gemachtigd, aan hunne comittenten, de
leden van genoemden bond, te verklaren
„Dat Z. Exc. met de meeste belang
stelling heeft kennis genomen van hunne
grieven tegen het tegenwoordige belas
tingstelsel en doordrongen is, dat verlich
ting van dien druk zeer gewenscht is,
reden waarom hij, bij hervormingen,
welke binnenkort zullen worden voor
gesteld, zal trachten ze, zooveel mogelijk
is, weg te nemen, waartoe Z. Exc. hun
verzocht hem ook later nog zoo noo-
dig van advies te dienen,
(Zutph. Crt.)
spoedig verdiend; gelukt het niet, wel
nu, dan krijgen we voor eene maand
logies op 's rijks kosten, en in den win
ter, als men zelf niets heeft, is dat nog
zoo kwaad niet." Berucht zijn vele
dorpen in Noord-Brabant om de vele
dieven en smokkelaars, die men er heeft.
En is het wonder, dat mea dief wordt
en bij zij.i buurman steelt, als men
zooveel zoutaccijns aan het land ziet
ontstelen en de voorbeelden aan alle
kanten om zich heen heeft? Daargela
ten, hoeveel de schatkist ontstolen wordt
blijft het een eisch, dat aan deze on
zedelijke handelingen van onze grens
bevolking zoo spoedig mogelijk een
einde worde gemaakt. Verder is voor
den eerlijken handelaar in dat artikel
de concurrentie met de smokkelaars
doodeud.
Verlangend wordt dus de wet omtrent
varmindering van den zoutaccijns tege-
moetgezien. De smokkelhandel zal er
door gedood worden en daarmede wordt
een belangrijke stap gedaan op den
weg tot zedelijke verbetering van tal
van onze medemenschen aan de gren
zen Zj zullen hun bedrijf moeten laten
varen, want bij een accijns van 4 per
100 kilo zal het de moeite niet loonen.
Verkoopen zij het smokkelzout door
gaans voor 8 cent per kilo (de onder
linge concurrentie doet dien prijs soms
tot 6 en 7 cent dalen), thans zal de
prijs van een kilo zout in den handel
ook 8 cent kunnen bedragen. En het
tocaal bedrag van den accijns voo. het
rijk zal er waarschijnlijk weinig op ver
minderen, wanneer in het vervolg den
keizer gegeven wordt, jwatfdes keizers is.
Te Enk huiz en is Dindag op
74-jarigen leeftijd overleden de heer dr,
D. Harting, oud-predikant der Doops
gezinde gemeente aldaar, lid der Ko
ninklijke Academie van wetenschappen.
De heer Harting, die op 6 October
1817 te Rotterdam geboren was, heeft
zich op velerlei gebied verdienstelijk
gemaakt. Met zijnen broeder, wijlen prof.
P. Kartiag, was hij de oprichter van
het schoolverbonddat de bestrij
ding van het schoolverzuim en de be
vordering van het volksonderwijs ten
doel had.
Men sc ar ij ft uit Noor d-B r a-
bant aan de JV R. Ct.
Het plan van den minister van finan
cien om den zoutaccijns terug te bren
gen van 9 op ƒ4 de 100 kilo zal
door velen in den lande met vreugde
worden begroet. Ik bedoel hier minder
de vrienden vau den werkmansstand,
die door die vermindering gedeeltelijk
ontlast wordt, dan wel de vijanden van
den zedeloozen smokkelhandel. Ik zeg
handel", want van smokkelarij kan
men niet meer spreken. Het smokkel
zout is langzamerhand een handelsarti
kel geworden en wordt voor 6 4 8 ct.
per kilo vrachtvrij thuis gebracht. Dui
zenden kilo's komen uit België de
grenzen over tot ver in Noord-Brabant.
Niet enkele personen „gaan op zout
uit", zooals men hier in het Zuiden van
Brabant zegt, neen, heele troepen van
10 tot 30 man „dragen zout." Dit jaar
is de smokkelarij bizonder groot. De
campagne van de suikerfabrieken
reeds begin December van het vorige
jaar afgeloopen, en dan werpt zich die
geheele arbeidersbevolking voor het
meerendeel op „het zoutdragen". Trou
wens, nergens is, als men geen vast
werk heeft, zooveel mede te verdienen-
Hoe waakzaam, ijverig en flink de
ambtenaren der belastingen, getrouw
door de maréchaussée ter zijde gestaan,
ook mogen zijn, het helpt weinig.
Een groote chineesche muur ware
wellicht het eenige geneesmiddel tegen
zooveel kwaad. En de grensbevolking
Ik zal niet behoeven te zeggen, wat
daarvan op den duur wordt. „Het
ontdragen", zeggen zij, „is een voor-
Vier der daders van den
diefstal te Nispen onder Roozendaal
zijn Dinsdag te Beireadrec'nt gearres
teerd. Alvorens aan de nederlandsche
politie te worden uitgeleverd, zullen zij
zich eerst te verantwoorden hebben
over een diefstal met inbraak onder
Ceckeren gepleegd. Nog zes anderen
dier gevaarlijke bende is de politie op
het spoor.
Of de gestolen effecten teruggevon
den zijn, is niet bekend.
Dinsdag zijn de arbeiders
van de gasfabriek te Rozendaal, die
reeds eeüigen tijd te Breda iu arrest
werden gehouden, ontslagen.
De vermoedens schijnen alleen op
den directeur der fabriek te berusten.
Menschrijft uit 's Bosch:
Het carnavalsfeest belooft te 's Bosch
dit jaar buitengewoon luisterrijk te zul
len zijn. De optocht zal uit pl. m. 300
personen bestaan, 3 muziekkorpsen, 8
praalwagens, 120 paardenéén
ezel. De persooa die in den stoet Z.
K. H. prins Amendero Ricorto di Car-
navallo zal voorstellen, is een jong-
mensch van zeer gefortuneerde familie,
aan wiens costuum geen kosten worden
gespaard.
Z. K. H. met gevolg zal de Lieder
tafel en het Casino met een bezoek
vereeren en des Dinsdags zal de club
eene gecostumeerden rijtoer houden.
Dat het 's avonds telkens „grand bal
masqué et paré" is, behoeft wel niet
gemeld te worden. De optocht zal
Maandag om één uar worden gehouden.
Wachtmeester H, te 's-Bosch
mede aldaar, die door te beweren som
mige diensten niet te kunnen verrichten,
den dienst van H. verzwaarde.
Op de kamer der onderofficieren te
ruggekeerd, werd H. dour B. dermate
aangevallen, dat deze naar het hospi
taal moest worden gebracht. Met eenig
scherp voorwerp werden hem door B.
sneden over bovenlip en nek toege
bracht. B. is in arrest genomen.
Dinsdag had in het kanaal
door Zuid-Bevelaud bij de spoorbrug
eene aanvaring plaats tusschen het
Nederlandsche ijzeren aakschip Credo
schipper H. Verschuren, en het Ned.
ijzeren sleepschip Ora et Labor asch.
J. G. Kanters. Laatstgenoemd schip
kreeg nog al belangrijke schade aan
het voorschip, doordien er enkele ijzeren
platen in de voorsteven zijn gedrongen.
De Credo beliep minder schade. De Ora
et Labora zou Woensdag morgen de
reis slepende naar Antwerpen vervolgen,
Wéensdag namiddag, om-
streeks één uur, ontstond er ta Waal
wijk in de looierij, toebehoorende aan
den heer C. de C en iu gebruik bij
den leerlooier Scheen brand, die zoo
snel toenam, dat het geheele pand iu
weinig tijds was in asch gelegd.
Men schrijft uit Ochten
van 24 Februari
De Maandag namiddag verwonde
boerenknecht uit Lieuden, zekere H.
van de Kolk, is heden nacht overleden.
De verslagene was ongeveer 26 jaar oud.
Dinsdag namiddag is tus
schen Groede en Oostburg nabij het
gehucht Scherpbier de knecht van den
bierbrouwer Meijer uit Oostburg van
eene brouwerskar gevallen. Een der
wielen ging hem over der. hals. De
man is kort daarop overleden.
De heer S. J. Ie Cosquine
de Bussy, vroeger doopsgezind predi
kant te Amsterdam, heeft de benoeming
tot hoogleeraar aan het doopsgezinde
seminarium aldaar aangenomen.
Als een bewijs hoe trouw
sommige honden aan hunnen meester
zijn diene het volgende
Eenigen tijd geleden stierf zekere V.
d. O. te Tilburg. Bij de begrafenis
volgde zijn hond 't lijk naar het kerk
hof, zeker om zijn meester de laatste
eer te bewijzen.
Het is gebleken dat zulks de kbe<Ioe-
ling niet was. Maandag had er een
toeloop van volk plaats bij het kerkhof.
Men kon zien hoe de de hond bezig
was de aarde weg te krabbelen, waar
onder zijn baas begraven lag. Reeds
een paar malen trachtte het trouwe
dier zijn meester uit de kille cel te
verlossen, hetgeen hem echter verhin
derd werd door den grafmaker, die het
beest verjoeg. Bovendien bracht hij (de
hond) herhaalde keeren eeu bezo ek aan
het graf om op zijn manier aan zij
droefheid lucht te geven.
Het is zelfs gebeurd, dat hij 's nachts
zoo vreeselijk te keer ging dat lieden
uit de buurt er wakker door werden,
deeiig baantje gelukt het den ambte- in garnizoen, had zich bij den ritmees-
narea te ontloops^ dan is het daggeld iter beklaagd over den wachtmeester B
VISSCHSFUJ.
Nieuwediep, 24 Februari. Door
26 korders en beugers werden hier he
den 30 roggen, 8 tot 25 mandjes kl.
schol en 1 tot 3 manden schar, en door
trekkers 171a! haring aangevoerd/ rog
gold 1.10 1.20 per stuk kl. schol
250 a 2.70 per mandje, schar ƒ2 per
mand en haring ƒ6.30 8 pe? tal.
Scheveningen, 24 Februari.
Van IJmuiden kwam in verkoop eene
partij kabeljauw, die vau ƒ2.50 tot f 5
per stnk werden verkocht.
De booten vingen door de stilte slechts
een a twee manden garnalen, waarvoor
7 en ƒ8 per mand werd besteed.
Vlaardingen, 24 Februari. Vau
ds beugvisscherij zijn heden binaenge-
brutaal schepseltje is."
„Hoezoo
„Heeft zij u hier niet gebracht, opdat ik u zou raden, hoe gij
den kost voor haar zoudt kunnen verdienen Ik moet u dan
zeggen, dat Joan Douglas mijn pupil is, die na haars vaders dood
altijd bij ons geweest is. Op eigen verlangen onderwees zij de
kindei en, omdat wij in Aldershot geen plaats voor eene goever-
nante hadden. En daar zij 1500 pond 'sjaars heelt, kan zij zeer
goed van haar eigen geld leven."
„Maar," zeide Dake, „ik kan toch niet...."
„Kunt gij niet van het geld van uwe vrouw leven? Waarom
niet? Gij waart wel van plan de arme goevernante van het uwe
te laten genieten, nietwaar? Waarom dus dat verschil?"
„Dat meen ik zoo niet. mijnheer, maar Joan kan toch niet
met een korporaal trouwen?"
„Ik raad u ook niet aan om in het 30e regiment te blijven,
het zou eene vreemde verhouding geven voor haar en voor mij,
om nog niet eens van uzelf te spreken. Maar dat is gemakkelijk
te veranderen. Het is vreeselijk jammer, dat gij na het verlies
van uw geld niet dadelijk naar Dovercourt zijt gegaan om Joan
te spreken; het zou veel beter geweest zijn, omdat gij dan uw
loopbaan als officier niet vaarwel hadt behoeven te zeggen. Wij
moeten daar nu evenwel maar niet over treuren en dankbaar
zijn, dat alles zoo gauw in orde is gekomen, het had wel in 't
geheel niet terecht kunnen komen."
„Goddank, dat het zoo goed is afgeloopen," zeide Dake be
wogen.
De kolonel stond cp en legde zijne hand op Dake's schouder.
„Ik zal Joan bij u zenden, ze zal wei in de nabijheid zitte
wachten, totdat het onderhoud is afgeloopen. Ik wensch u van
harte geluk, Dake, gij zijt eeu gelukkige kerel, want Joan is eene
vrouw uit duizenden. Ik heb nooit, behalve mijn eigen vrouw$
er eene ontmoet, die ik zoo hoog acht en liefheb."
„Ik dank u, mijnheer," mompelde Dake.
Een oogenblik later werd de deur geopend en Joan trad bin
nen. Dake stond bij het venster in den tuin te kijken.
„Clive," zeide zij zacht.
Hij keerde zich verschrikt om.
„Gij zult mij toch niet wegzenden, omdat ik u bedrogen heb,"
zeide zij.
„Neen."
„Ik kende u nog maar zoo kort, en wist eerst nauwelijks wat
gij meendet. En het spijt u toch niet, dat ik een weinig geld
heb?"
„Ja," zeide hij lachende, „maar ik ben nu zoover gegaan, dat
ik niet weer terug kan treden."
„Zoudt gij dat gaarne willen?"
„Neen," zeide hij openhartig.
„Neemt gij morgen uw ontslag?"
„Gij vergeet, dat korporaals hun ontslag niet indienen, maar
zich moeten loskoopen."
„Zult gij dat dan morgen doen?"
„Ja zeker."
„En gij moet ook uw knevel afscheren. Gij ziet er nu precies
uit als lord Charlie."
„Hebt gij hem dan den laatsten tijd gezien
„Ja, hij is hier wel eens geweest."
„Zeg eens, JoaD, waarom zijt gij niet met Charlie West ge
huwd
„Wel, omdat ik niet wilde."
„Nu, dat is eene mooie reden."
„Ja maar eene afdoende, daar komen de kinderen."
Kitty kwam binnen, gevolgd door George. „Vader zeide, dal
er hier een oude kennis was," verklaarde Kitty. „Wie is heti
lord Charlie of mijnheer Dake Wel, mijnheer Dake, waaron
draagt gij die uniform Dat is uw eigen toch niet, wel
„Ja, Kitty," antwoordde hij. „Vindt gij haar niet mooi
„Niet erg gij hebt ook een knevel gekregen."
„Ja, dat is ook myn eigen," zeide hij glimlachende.
„Ik dacht, dat Joan u weggezonden had. Zij is soms zoo on
vriendelijk, vooral tegen aardige heeren," merkte Kitty op, „da
is niet lief van Joan."
„En waarom zegt gij niets tegen Joan," lachte Dake.
„Waarom?" vroeg het kind.
„Wel," zeide Dake, „zy is nu ook mijn Joan, mijn eigei
Joan."