POLITIEK OVERZICHT.
INGEZONDEN.
verbaal opgemaakt, drie wegens „ken-
nelijken staat" en een wegens mishan
deling van een kind.
In een der bladen kwam
dezer dagen eene advertentie voor, van
den volgenden inhoud
The International Employment Agency
R 44 53. River St. Chicago III U. S.
A. verschaft posities en betrekkingen
van allerlei soort, in de Vereenigde
Staten, voor Dames en Heeren. Goede
betrekkingen tegen hooge salarissen voor
Zaakkundigen, Handelslieden en Werk
lieden.
Alhoewel aan den inhoud dezer ad
vertentie zeer weinig geloof slaande,
wenschte een ingezetene van Eindhoven
toch gaarne te weten wat hiervan was,
en wendde hij zich te dien einde tot
den nederlandschen consul te Chicago.
Dezer dagen ontving hij van dezen
een schrijven, waarin o. a. het vol
gende werd medegedeeld
Naar mijn inziens is die advertentie
van „The International Employment
Agency" niets anders dan eene poging
om licntgeloovige lui wat geld uit den
zak te kloppen.
De toestand in Chicago is thans van
dien aard, dat duizenden menschen
(men berekent ongeveer 30000) zonder
werk zijn. Van alle kanten van Amerika
en ook uit Europa, zijn duizenden
hierheen gestroomd met het idéé dat
er volop werk was en helaas, zijn daarin
bitter teleurgesteld.
Geen dag gaat er voorbij, dat er
niet een of meer Hollanders op mijn
kantoor komen met het verzoek om hen
aan werk te helpen. De toestand van
sommigen is alles behalve benijdens
waardig, en ik zou niemand aanraden
naar Chicago te komen met het doel
om hier een betrekking te vinden.
Zaterdagmiddag is in de
Mark nabij Breda drijvende gevonden
het lijk van een der drie sedert het carna
val vermiste veld-artilleristen. Het lijk
is naar het militair hospitaal overge
bracht.
De conducteur V., te Maas-
tricht, verdacht geweest van betrokken
te zijn in de zaak der vermiste diaman
ten, is weder op vrije voeten gesteld.
De landbouwer B. D.} uit
Staphorst, die in het bezit werd ge
vonden van ongeveer 400, wordt
verdacht de gelden ten nadeele van H,
Stens te Staphorst te hebben ontvreemd.
Hij. is te Zwolle gearresteerd, ter be
schikking van den officier van justitie
gesteld en naar het huis van arrest
overgebracht. Z. C.
De atdeelingen Friesland,
Groningen, Oldambt, 's Hage e. o.,
Tie!, Breda e. o. en Limburg hebben
aan het hoofdbestuur der Ned. Maat
schappij tot bevordering der geneeskunst
hunne sympathie betuigd met het voor
stel van de afdeeling Rotterdam, om een
adres aan de Tweede Kamer te richten
tegen de toelating van buitenlandsche
artsen na een eenvoudig practisch
examen.
RECHTSZAKEN.
De voortvluchtige burgemeester van
Wessem, J. Corbeij, veroordeeld tot 3
jaren gevangenisstraf, heeft tegen het
vonnis van het Hof te 's Bosch cassatie
aangeteekend.
De Rotterdamsche rechtbank heeft
heden kapitein Bakker van de Ned.
Amerikaansc'ne Stoomvaartmaatschappij
schuldig verklaard aan doodslag gepleegd
op den stoker Blom en veroordeeld tot
één jaar gevangenisstraf. De eisch van
den olficier van justitie was vier jaar
gevangenisstraf.
De arrondissements-rechtbank te
Maastricht heeft bevestigd het vonnis
van den kantonrechter aldaar, waarbij
de socialist Vliegen wordt vrijgesproken
van de aanklacht, op 1 Mei 1891 zon
der voorafgaande vergunning van het
gemeentebestuur eene openbare ver
gadering in de open lucht te hebben
gehouden.
De arrond. rechtbank te 's-Hage,
Maandag uitspraak doende in de
den io*ca Maart door haar behandelde
zaak van M. J. den Hartigh, zich ook
noemende Den Hartigh van Eek, zich
uitgevende
zekering-
Onze posten en trams werden nog
steeds beschoten, doeh gelukkig zonder
dat wij daardoor verliezen lijden.
Van buiten de linie is het bericht
gekomen, dat Toekoe Oemar zich weder
gevestigd heeft in de VI Moekims en stap
pen heeft gedaan om weder in genade te
worden opgenomen.
Pangeran Hoe^sin heeft eene ontmoe
ting met dien roover gehad en zal bij het
bestuur zijne voorspraak zijn.
Segli wordt nog steeds beschoten,
voor directeur der Ver- j Mijn laatste bericht, dat de pretendent-
landbouwraaatschappijsultan zich zou mengen ia den Pedirschen
„De Eersteling" voorheen gevestigdbroederoorlog is bevestigd geworden
te Utrecht en Amsterdam en laatstelijk! Hij heeft zich thans gevestigd te Met-
te 's-Hage veroordeelde den be-jjaroem in het Pedirsche en daar vele
klaagde tot twee jaren gevangenisstraf.hoofden van de Pedirsche federatiën
Het vonnis overwoog o. a.dat be
klaagde bij het opmaken der akte
verleden voor den notaris W. K. te
Amsterdam, aldaar ter griffie van de
arrond.-rechtbank ingeschreven en ge
publiceerd in de Staatscourant van 8
April 1891 wist, dat de daarin ge-
ontvangen.
Zij a streven is een einde aan dien
broederoorlog te maken en de zijde te
kiezen van den tegenwoordigen Radja
van Pedir, Tengkoe Radja Pakih Moedoe
Soleiman.
Op de Westkust is het nog zeer
dane opgaven in strijd waren met de onrustig,
waarheidevenzoo de namen van deHet openkappen van het terrein bij
personen die in het maatschappelijkKota Pasir door de passarbevoiking
kapitaal der vennootschap zouden heb-; werd door het volk van Roending zeer
ben deelgenomen, en dat hij van die j belemmerd
akte gebruik heeft gemaakt als ware
die akte in overeenstemming met de
waarheid, terwijl uit het gebruik daar
van nadeel kon ontstaan (en ook is
ontstaan) voor personen, die verbiute
nissen aangingen met de vennootschap
Op den 140a der vorige maand ont
stond tusschea hen een hevig vuurgevecht.
De passar-bewoners kregen een gesneu
velde, terwijl de vijand een verlies leed van
2 dooden en 5 gewonden.
De nieuwe gouverneur is thans druk
bezig de posten te bezoeken,
j De uit het gouvernement Celebes
i verbannen regentsfamilie is onder geleide
Katwijk aan Zee, 21 Maart.van den adjudant-oaderotficiei', imtrac-
Door een dertigtal schuiten werd hier i teur der pradjoents, te Batavu aange-
nog veische visch aangebracht. l)e j komen, met verdere bestemming naar
hoogste besomming bedroeg ƒ61.35; Bandong.
Voor enkele kabei-Mond- en Klauwzeer zijn uitge-
VISSCHERIJ.
de laagste 13.05.
jauwen werd f 1.25 k 1.40 besteed;
eenige kleine tongen 15 k 25 c. per
stuk. Overigens bestond de aanvoer uit
de gewone soorten, die opbrachten:
binnenlekschol 3.60 k 4.25, braad
ƒ3.15 k 4 en schar/3 ^3.50 per mand.
Scheveningen, 21 Maart. Heden
ankerden de volgende Scheveningsche
loggers voor den wal alhier, en werd
hunne visch aan het strand verkocht
voor /150 tot 215; Mariasch. A.
den Duik; D. v. Duynesch. J. Rog;
Gertrudesch, S. Roeleveld; Scheve
ningen IV, sch. L. Spaans en Jason
sch. L. Westerduin. Dezen avond ver
kochten nog een paar schuiten hunne
versche visch voor circa ƒ8o, dezelfde
prijzen werden bedongen als dezen
ochtend. Een partijtje Zuiderzee-gar-
nalen w<srd voor f6 tot fi per Den
verkocht.
KOLONIËN-
BATAVIA, 19 Febr
Uit Atjeh wordt van den 90a Eebr.
het volgende aan de Dele Ct. geschre
ven
Hadden wij in het laatst van de vo
rige maand eenig succes op den vijand,
op den 4on dezer leden wij weder een
verlies. Op dien morgen vervoegden zich
eenige Atjehers bij den post Lamdja-
moe, om hunne passen te doen viséeren.
De brug voor de versterking werd
bewaakt door een korporaal en drie
fuseliers. Bij het overreiken van den pas
gaf een Atjeher den schildwacht, den
Europ. fuselier Bredveld, een steek met
den rentjong ia het hart, zoodat hij dood
neerviel.
De korporaal schoot den moordenaar
dood, waarop de overige Atjehers de
wacht aanvielen, nog een fuselier en den
korporaal verwondden en met drie
beaumontgeweren het hazenpad kozen.
De korporaal, ofschoon gewond, zette
de Atjehers na, en had hec geluk een
der achtersten, die een der buitge
maakte geweren bij zich had, neer te
schieten en het geweer terug te bren
gen.
brokeu in de afdeeling Bangkalan van
het eilaad Madoera,~dat geheel Oost-Java
van slachtvee voorziet.
Het oorlogsschip Van Qalen kwam
den 13011 dezer te 11% uur in de haven
vau TaQdjong-Priok aan.
Bij gouvernemeats-besluit van 10
dezer wordt, krachtens koninklijke mach
tiging, de onderatdeeliag Biuamoe en
Baagkala der afdeeliag Zuiderdistricten
van het gouvernement Celebes en onder-
hoor igheden gesplitst in twee onderafdee-
lingen, respectievelijk bestaande uit de
landschappeu van dien naam, eik onder
een controleur van het binnenlandsch
bestuur, met Djeneponto en Alloë tot
standplaatsen.
De raad van justitie te Batavia
heeft J. A. G. P. schuldig verklaard aan
oplichting, tweemalen gepleegd, en
valschheid in een onderhandsch geschrift
door het namaken eener handteekening,
het des bewust gebruik maken van dat
valsche geschrift, tweemalen gepleegd,
na reeds te voren ter zake van misdrijf
tot de straf van tuchthuis veroordeeld
te zijn geweest, en hem deswege ver
oordeeld tot de straf van tuchthuis voor
den tijd van vijf jaren en 6 geldboeten,
twee van 300 en vier van ƒ50.
Wat voorspeld werd is ditmaal wer
kelijk eens uitgekomen. De minister
Von Zedlitz gaat, maar Von Gaprivi
blijft. Naar het schijnt heeft zich de
kanselier met den keizer verstaan en
zijn hem waarborgen toegezegd, welke
ligt in het duister. De betrekking van
pruisisch minister president zal Von
Caprivi echter neerleggen.
Wie Von Zedlitz zal opvolgen, weet
men nog niet hoewel natuurlijk tal van
namen worden genoemd.
Verschillende geruchten, volgens welke
de keizer uithoofde van ernstige be
zorgdheid over zijne gezondheid te
Hubertusstock vertoeft, worden beslist
tegengesproken. Niets dan eene hard
nekkige verkoudheid, die in het gure
klimaat van Berlijn en in het paleis,
waar geen tuin is, niet beter verkoos
te worden, maakt een verblijf van eenige
weken te midden der uitgestrekte den
nenwouden van Hubertusstock wensche-
lijk.
Te Leipzig heeft men op Bismarck's
bronzen ruiterstandbeeld 's nachts een
papier geplakt met dit rijmpje:
Lieve Bismarck, stijg toch af!
Grijp weer den regeerdersstaf,
En laat in deez' nare tijden
Liever Caprivi maar rijden
Wat deze dichter zegt, zal zeker door
velen in Duitschlaod een oogenblik
gedacht zijn n. 1. dat Von Bismarck
wel eens weer tot zijn vroeger ambt
zou kunnen worden teruggeroepen,
Voorloopig is het duidelijk, dat daar
van geen sprake kau zijn. En of!
het toeval is of niet, zeker is het dat
Von Bismarck ongesteld geworden en
verhinderd is den districtsdag in Rat-
zeburg bij te wonen.
In het Huis ?an afgevaardigden, bij
het behandelen v^n het ontwerp be
treffende het Welfenfouds, verlangde
Richter verdere mededeeiiagen omtrent
het Welfenfoads en stelde eene beraad-
in comité voor. De minister van
Financiën antwoordde, dat een cornilé
de gewenschte verdere openbaringen
niet zou kunnen verschaffen. Van het
Weltentonds zal het gansche kapitaal
in handen der Pruisische Kroon blij ven.
Schikkingen betreffende het beheer er
van kunnen slechts met goedkeuring
van den Landdag getroffen worden. De
hertog van Cumberland geniet terstond
de inkomsten uit het fonds, dat het in
fidei commis zich bevindende vermogen
van het Welfenhuis uitmaakt. Andere
bedragen uit het allodiaal bezit van het
Welfenhuis, beloopende een millioen,
krijgt de hertog insgelijks terstond als'
kapitaal uitbetaald.
In den loop van het debat verklaarde
de minister, dat de regeering op zich
zelf geen bezwaar had tegen eene
commissie. Zij ducht echter vertraging
van de aangelegenh .id.
Ten slotte verwees het Huis het ont
werp naar eene commissie van 21 leden.
Behalve in Parijn, wordt men ook in
Luik gekweld door de daden der dyna
mietmannen. De voorzitter van de jury,
die onlangs een aantal anarchisten schul -
dig verklaarde, ontvangt voortdurend
dreigbrieven. Eene politie-patreuille
vond in den nacht vaa Zaterdag op
Zondag op den drempel van het huis
van den politiecommissaris Mignon, een
flesch met een dynamietpatroon erin
Een, gelukkig uitgedoofde loat hing er
uit. Waarschijnlijk is de lont spoedig
nadat zij aangestoken was, vanzelf weer
uitgegaan, gelukkig voor den chef van
de Luiksche politie, die anders gevaar
zou hebben geloopen.
Nog altijd is de officieele érman ran
den Sultan, waarin de benoeming van
den jongen khedive van Egypte wordt
vermeld, niet te Cairo aangekomen,
Geen week geleden werd bericht, dat
den volgenden dag een buitengewoon
gezant uit Konstantiuopel met den
firman naar Cairo zou gaan en wat
blijkt nu? Dat de tekst van het besluit
nog niet eens vastgesteld is.
Over dat alles is men te Cairo na
tuurlijk niet goed gestemd en begrijpt
men de beteekenis van deze wonderrijke
vertragingen niet. Sommigen meenen,
dat de Sultan eerst Abbas pacha te
Konstantinopel wil zien. Iutusschen is
de jonge khedive in eene ongeveer
even zonderlinge positie, als Ferdinand
van Bulgarije.
In eene slechte positie verkeert ook
de stad Buenos Ayres. De gele koorts,
die geesel van Zuid-Amerika, breidt
zich er geweldig uit ea heeft o. a. twee
honderd zeeschepen besmet. Van de
braziliaansche havenschepen is de be
manning dood of gevlucht.
De wisseling van allerlei hoffelijk
heden tusschen Argentioie en Noord-
Amerika veroorzaakte geruchten omtrent
een verbond. Doch de argentijnsche
regeering heeft haren gezant te Was
hington teruggeroepen, om rekenschap
te geven van handelingen waartoe hij
onbevoegd was.
De Standard verneemt uit Sierra
Leone, dat de britsche expeditie naar
Timbo, de hoofdstad van het koninkrijk
Samandce, eene nederlaag heeft geleden.
Haar aanvoerder werd gedood en alle
officieren en dertien manschappen ge
wond.
Voor den inhoud dezer rubriek stelt de
Redactie zich niet aojisprakelijkl)
{Dit ingezonden stuk kon in het
vorig nummer wegens plaatsgebrek niet
worden opgenomen
Mifnheer de Redacteur I
Ofschoon ik in No, 2671 van uw
blad ree^s in het algemeen deed uit
komen, hoe weinig waarde aan de voor
stellingen en beweringen van den heer
J. Krol Kz. nopens de brandvejzeke-
rirsgszaak kan worden toegekend, acht
ik het toch wenschelijk nog op enkele
punten de aandacht te vestigen.
Ik wees er reeds op, dat de heer K.
in zijn overzicht betrekkelijk het agent
schap Haarlem der Brandverzekering-
Sociëteit „de Amstel" slechts de netto
premiën, dus na aftrek van de provisie
en mogelijke onkosten van het agent
schap, vermeldde, en dat het bruto be
drag der premiën, hetwelk door de
verzekerden wordt betaald, niet onbe
duidend hooger is.
Ik vermeen er thans bovendien op
te moeten wijzen, hoe uit de eigen op
gave van den heer IC., die hiermede
het groot aantal branden te Haarlem
wilde aantoonen, blijkt, dat, niettegen
staande „de Amstel" zoovele branden
voor hare rekening kreeg, zij toch nog
het door den heer K. aangeduide
tijdvak ongeveer ƒ7000 winst bij haar
agentschap behaalde.
Het aantal branden, dat, volgens de
opgave van den heer K. ten las'e van
,de Amstel" kwam, is zeker groot, en
wanneer de andere verzekering-maat
schappijen er naar evenredigheid even
veel ten haren laste kregen, zooals de
heer K. het doet voorkomen, dan zoude
men in aanmerking genomen dat
„de Amstel" slechts een klein gedeelte
van de hier gesloten verzekeringen voor
haar aandeel heeft inderdaad tot het
voorkomen van een zeer groot aantal
branden in Haarlem moeten besluiten,
waarbij dat, hetwelk in de gemeente
verslagen vermeld wordt in het niet
verzinkt, zoodat de opgaven in die ver
slagen alle waarde verliezen.
Maar is liet aantal branden en het
bedrag der schade bij andere maat
schappijen inderdac d wel zeer groot
Hier vooral is, zooals de heer K. zelf
zegt, „ce qu'on voit et ce qu'on ne
voit pas" van toepassing, en uit
zijne eigene verklaring blijkt „qu'il
n'a pas vu" en dat men zelfs een
eigenaardig bezwaar had om hem te
laten zieD. Twijfel aan zijne, door niets
gestaafde voorstelling is dus alleszins
gewettigd.
Maar al stond het oek onomstootelijk
vast des te meer echter dat alle
verzekering maatschappijen op dezelfde
wijze gewerkt en naar evenredigheid
evenveel schade Ie vergoeden gehad
hadden, dan zouden zij toch nog, even
goed als „de Amstel", een niet onbe
duidend bedrag aan netto winst hebben
overgehouden.
Uit de eigen voorstelling van den
heer K. blijkt dus overtuigend
dat al wat hij omtrent het groote
brandgevaar dat, naar zijne beroering,
te Haarlem zoude bestaan, zegt, al ware
het ook geheel juist, niets ter zake
doet
Karl zweeg eenige oogenblikken en vroeg toen plotseling
„Wie waren de ziekenzusters, die mij in mijne ziekte ver
pleegd hebben
„Gij hadt er twee, die beiden zeer vriendelijk en zorgzaam
waren. Welke bedoelt gij, zuster Theresia of zuster Hildegarde
„Waren zij jong?" vroeg Karl.
„Och, mijn beste vriend, gij en ik hebben een verschillend
denkbeeld van jeugd," antwoordde van Grootz. „Naar mijnoor-
deel waren de zusters in den bloei van haar leven."
„Wilt gij mij haar leeftijd noemen vroeg Karl ongeduldig.
„Zij waren samen ongeveer 80 jaar ond of misschien een paar
jaar ouder."
„Nu houdt gij mij voor den gek," zeide Karl minachtend.
„Zeg eens, gelooft gij aan verschijningen?"
„Had Samuel geene geestverschijningen
„Ik spreek niet over dingen van het verleden, maar hoor eens,
hebt gij wel eens eene geestverschijning gehad?"
„Neen nooit," was het antwoord. „Mijn leven was te prozaïsch,
dat ik mij met de dingen van de ongeziene wereld kon bezig
houden."
„Jozef," zeide Karl ernstig, „ik heb er eeDe gehad."
„Kom, beste vriend, het wordt tijd, dat gij wat gaat rusten,
gij hebt te veel gesproken en ons onderhoud heeft u ver
moeid."
„Gij vergist u," hernam Karl, „Ik ben zeer wel. Luister een
oogenblik naar raij en zend mij dan mijnheer de Trouville,
want ik moet hem over iets raadplegen. Gij denkt zeker, dat ik
wat licht in 'thoofd ben, nietwaar?"
„Ja, ik denk, dat de koorts nog niet zoo geheel verdwenen is,
als ik hoopte."
„Mijne verschijning blijft ook geheel weg. Vroeger had ik
prettige visioenen en nu in het geheel niet meer."
„Visioenen weet gij wel, wat gij daar zegt
„Zeer zeker. O, kon ik dat schoone, etherische wezen nog
eens zien, dat mij zoo teeder bewaakte en door wier zorgen ik
stellig aan de klauwen van den dood ontrukt ben. Hoor eens»
Jozef, als ik gelooven kon. dat die liefelijke verschijning eene
sterveling was als wij, dan zou ik de geheele wereld willen door
reizen om al wat ik had aan haar voeten te leggen als een be
wijs van mijne innige dankbaarheid, maar als zij slechts een
voortbrengsel van mijn ziek brein is, dan zou ik dien tijd weer
willen beleven, opdat zij mij dan weer zou verschijnen."
Een blos overtoog van Grootz gelaat en hij bleef eenigentijd
in nadenken verzonken zitten.
„Karl," zeide hij eindelijk, „ik weet niet of ik wijs handel,
maar ik ben besloten u alles te vertellen."
HOOFDSTUK XIII.
De beschermengel.
„Uwe goede genius," begon van Grootz, „is geen etherisch
wezen, maar een sterveling, evenals wij allen. Na het ongeluk
laagt gij akelig te ijlen en gij waart zoo wild, dat wij veel moeite
hadden u in bed te houden. De pleegzusters waren ten einde
j-aad en ik eveneens. Toen uwe beschermeling dien staat van
zaken vernam, bood zij ons haar hulp aau. Eerst wilde ik er niets
van hooren, maar daar de zaak dringend was, beraadslaagde ik
er over met mijnheer de Trouville, die er door het voortdurende
waken en de hevige spanning, waarin hij verkeerde, slecht uitzag.
Hij raadde mij aan het aanbod aan te nemen. Ik gaf toe, zij
kwam; eene aanraking van haar hand kalmeerde u. Van haar
naamt gij zonder tegenstand den drank aan, die gij uit de handen
van anderen geweigerd zoudt hebben. Zij verkoelde uwe slapen
met natte doeken eu wist door aanhoudende zorg uw hoofd tot
rust te brengen. Gij waart zoo gehoorzaam als een kind en naamt
evon gewillig voedsel als drank aan. Langzamerhand werd de
koorts minder, de pleegzusters namen haar taak weer op zich en
uwe beschermengel trok zich beseheiden terug met de heerlijke
gedachte een mensch het leven gered te hebben."
Van Grootz hield op en eene uitdrukking van verwondering
vloog over Karl's gezicht, teen hij vroeg„Waarom heeft men
mij uat niet eer verteld, Jozef? Wie was mijne goede genius?
Kom, ik wil, ik moet het weten."
Van Grootz scheen eenigszins in de war te zijn over deze
vraag, maar daar hij vreesde zijn vriend boos te maken, als hij
de verlangde inlichting niet gaf, besloot hij de waarheid te
zeggen.
Wordt vervolgd