R U B Y.
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
wm
9e Jaargang.
Dinsdag 12 April 1892.
No. 2691.
ABONNEMENTSPRIJS
ADYERTENTIËN:
STADSNIEUWS.
BINNENLAND.
FEUILLETON
HAARLEM'S DAGBLAD
Voor Haarlem per 3 maandenf 1,20.
Franco door het geheele Rijk, per 3 aeanden 1,65.
Geïllustreerd Zondagsblad 3 0,30.
Afzonderlijke nummers0,05.
Dit blad verschjjst dagelijks, behalve op Zou- ea Feestdagen
({BureauKleine Houtstraat No. 9, Haarlem. Telefoouamme? 122,
Direotenr-U itgever
FIIBIKOOII,
van 15 regel* 50 Cent»; ieder* regel meer 10 Cants.
Greet® lettert; naar plaatirnimtSi
Bij Absanes&ejst saaxiealijk rabat.
Abouavmeat» Advertentie» worde,, aaagexomaa dear
oase agsataa sa door alle booklaadelarsa oouraatisra
Hoofdagenten toor iet BuitenlandCompagnie Générale de PnHkiU itrangere Si L. DJ S.SM f Ct^ JêHM I. JOMM, Snee., tarfi Siilt
Mentmartre,
Haarlem, ii April 1892
Naar men verneemt, is het lid van
de Tweede Kamer mr. Farncombe
Sanders sedert eenige dagen vrij ernstig
ingesteld.
Naar men meldt, zal op den tweeden
Paaschdag, door het gemeentelijk mu-
;iekkorps een muziekuitvoering worden
egeven in den Haarlemmerhout, des
lamiddags van 24 uur.
Gedurende het iste kwartaal 1892 is
de Stuivers-Spaarbank van de at-
leeling Haarlem van den Volksbond
□gebracht in 1762 posten f 3780.2iVs
erugbetaald 132 2462.44V2
zqn 119 nieuwe boekjes afgegeven.
Vrijdagavond zal de radicale kies
ereeniging „Haarlem" alhier eene ver
gadering houden tot benoeming van een
:andidaat voor de drie vacaturen in de
Yovinciale Staten van Noord-Holland.
)oor de kiesvereeniging is besloten zich
lij geen andere partij aan te sluiten.
Naar aanleiding van het onlangs door
ersehillende personen van uiteenloopen
richtingen genomen besluit om een
irbeidsbeurs hier ter stede op te richten
unnen wij nog mededeelen, dat thans
et plan bestaat, om in Haarlem eene
fdeeling van den haagschen „Christe-
iijken Volksbond" op te richten, die
ich met de uitvoering van het besluit i
al belasten.
In weerwil van dien naam zal de
rbeidsfeeuis geen speciaal-godsdienstig
arakter dragen, maar zal eenvoudig
et doelallen te helpen, in het oog
orden gehouden. Van het comité dat
eze zaak voorbereidt, maakt o. a. ook
s. M. F. van Lennep deel uit.
Men heeft nog geen geschikt lokaal
unnen vinden, maar wel den „mid-
elman" die op de Arbeidsbeurs als
isschenpersoon, tusschen patroon en
beider dienst doen zal en derhalve
motor van de geheele zaak mag
eeten. Iemand die jarenlang in arbei-
erskriügen verkeerde, heeft zich bereid
erklaard, zonder geldelijke vergoeding,
middelman op te treden.
Als lid van het bestuur van den
Zuiderpolder onder Haarlemmerliede en
Spaarnwoude, is gekozen de .heer H.
Engelen, te Haarlemtot idem van den
Poelpolder de heer G. Schoorl, te
Schal wijk, en tot sec etaris-penning
meester van den Vijfhuizerpolder de
heer Graaf van Rechteren Limpurg te
Haarlem.
In den Houtrakpolder zijn weder twee
aldaar tijdelijk werkzaam zeeuwsche ar
beiders gearresteerd en ge pankelij k naar
Middelburg overgebracht, als verdacht
van medeplichtig te zijn aan den dief
stal onder Zaamslag.
Zondag bij het uitgaan der kerken te
Hoofddorp brak een der strengen van
den wagen van den landbouwer Van
Dam, waarmede hij huiswaarts keerde.
Het paard sprong met den wagen
waarin de vrouw nog zat, in de Hoofd
vaart, de man kon er in tijds uitspriugen.
Door spoedige hulp werd de
vrouw óp het droge gebracht, waarna
met vereende krachten paard en wagen
uit de Hoofdvaart werden getrokken.
Behalve beschadiging van dea wagen
liep het zonder persoonlijke ongeluk
ken af.
De landbouwer Lijnkamp, die den
i Maart j.l. op vermoeden van poging
t brandstichting gevankelijk uit Hout-
jk en Polanen naar Haarlem werd
fergebrachl, is j.l. Zaterdagavond weder
vrije voeten gesteld.
De Zwol sc he Courant be
richt thans, dat de heer Geertsema zijn
betrekking als commissaris der Koningin
in Overijsel in den loop van dit jaar
zal nederleggen. Omtrent het juiste tijd
stip en omtrent zyn eventueelen opvol
ger waarover onlangs reeds geruch
ten liepen kan nog niets met zeker
heid worden gemeld.
Door het hoodfbestuur van
den Volksbond, vereenigiDg tegen drank
misbruik, is aan de eereleden, ieden,
afdelingsbesturen en correspondenten
van den bond een circulaire gezonden,
bevattende eenige mededeelingen.
Het hoofdbestuur richtte aan den
minister van Binnenlandsche Zaken het
verzoek om voorlichting in de quaestie
of de burgemeester eener gemeente de
bevoegdheid bezit om op de dagen,
waarop de loting voor de Nationale
Militie plaats heeft, hetzij alle kroegen
in de gemeente, hetzij die in de nabij
heid van het lotingslokaal te sluiten.
Het antwoord des ministers luidde, dat
op het bedoelde geval art. 181 gemeen
tewet toepasselijk is. Art. 188 gemeente
wet bepaalt, dat de politie over de
schouwburgen, herbergen, tapperijen en
alle voor het publiek openstaande ge
bouwen en samenkomsten, openbare
vermakelijkheden en openlijke huizen
van ontucht den burgemeester behoort
en dat deze waakt tegen het doen van
met de openbare orde of zedelijkheid
strijdige vertooningen. Hieruit volgt, dat
dus volgens den minister de bedoelde
bevoegdheid den burgemeester ongetwij
feld toekomt.
O. a. bevat de circulaire nog een koit
verslag van den toestand van het herstel
lingsoord voor drankzuchtigen te Hoog-
hulien. Sedert Jan. 1891 zijn 24 personen
in deze inrichting verpleegd. De zeer be
vredigende uilkomsten, gevoegd bij het
groot aantal aanvragen tot opname, heb
ben het bestuur genoopt om het gebouw
te vergrooten én uit te breiden, zoodat
weldra 26 lijders zullen kunen worden
opgenomen. De verplegiDgskosten be
dragen f 300 k 400 per jaar. De uit
breiding van het gebouw heeft natuurlijk
niet zonder groote kosten kunnen geschie
den. Het gevolg daarvan is, dat er nu
zeer veel geld noodig is. Het bestuur
doet dan ook een beroep op de leden
van den Volksbond om geldelijken steun
te verleenen aan dit zoo nuttige ge
sticht.
Verder wordt nog het verzoek gedaan
om krachtige pogingen aan te wenden
volkskolfiehuizen te stichten, zooals die
reeds in Amsterdam en Haarlem met
succes bestaan.
Vrijdagnacht is depelmo-
-en, de „St. Jakob," te Koog a/d Zaan
eene prooi der vlammen geworden. De
molen was verzekerd.
Het b e r i c h t d a t v r o u w van
der Laan, te 's Hage die Vrijdag met
een messteek ernstig werd gewond, zou
zijn overleden, is onjuist. Integendeel is
haar toestand zoodanig dat op een
spoedig herstel gehoopt kan worden.
Zaterdag morgen werd zij door den
commissaris van politie in verhoor ge
nomen. De jeugdige misdadiger Knudde
blijft zijn daad hardnekkig ontkennen.
Zaterdagmorgen is achter het huis van
v. d. L. in een bleekveld het met bloed
bevlekte zakmes van den boosdoener
gevonden.
Donderdag had met de Oos
terstoomtram een ernstig ongeluk plaats.
Een bejaard vrouwtje, P. genaamd, op
weg naar de stad, had de onvoorzich
tigheid de spoorbaan te volgen. Daar zij
doof en bijziende was, bemerkte zij niet
de in aantocht zijnde stoomtram. De
machinist zag, dat er een ongeluk op
handen was en sprong van de machine
em het vrouwtje te redden, maar het
was te laat. De locomotief had haar
reeds gegrepen, en zwaar gekneusd aan
armen en beenen werd zij opgenomen.
In een brancard is het oudje naar het
Diaconessenhuis te Arnhem overge
bracht. {A. C.)
Zaterdagnamiddag is een
'vierjarig kind verdronken gevonden in
eene sloot nabij de ouderlijke woning
aan den Charloischendijk te Rotterdam.
Toen de tot hulp geroepen geneesheer
bij het kind kwam, was het leven reeds
I uitgebluscht.
Ten huize van de familie
's Jacob, op Heiligenberg te Utrecht, is
diefstal gepleegd, o. a. van eenige zilve
ren voorwerpen. Naar men mededeelt,
zouden de huisknecht en de dienstmaagd,
aan wie, tijdens de afwezigheid van de
familie, de bewaking yan huis en goederen
was opgedragen, als verdacht dien dief
stal te hebben gepleegd, in hechtenis
zijn genomen en naar de cel zijn over
gebracht. Zij hebben, naar men verneemt,
reeds bekend.
Vr ij dagmiddag omstreeks
12 uur brak te Bede door eene tot
heden onbekende oorzaak een hevige
brand uit in de arbeiderswoning van
H. Binger, bewoond door de gezinnen
van R. en E. Bosveld. Weldra werden
ook de daarnaast staande woning, be
woond door H. Unk, en eene schuur
door de vlammen aangetast; welke
drie gebouwen tot den grond toe af
brandden. De gebouwen wat en verze
kerd, benevens de inboedel, behalve
die van R. Bosveld. Van beide eerst-
genoemden werd veel, van den laatste
weinig gered. Gelukkig werd bij allen
het vee gered.
Vrijdag middag had de ar
beider J. Vissers te Oosterwijk het
ongeluk bij het neerhalen van een schut-
paal (in gebruik bij het zoogenaamde
vogelschieten), dezen, doordat het boven
einde van den paal brak, tegen de bjrst
te krijgen, waardoor de man dood ter
aarde nederstortte.
Zaterdagmorgen had te
Borkeloo een ongeluk plaats vóór het
vertrek van de eerste tram naar Deven
ter. Terwijl men bezig was met rangee
ren, kwam de locomotief op andere
rails te loopen dan de wagens, die er
achter waren en die met steenkolen
waren geladen. De eerste wagen werd
geheel omvergeworpen, terwijl de tweede
hoog tegen den eersten op kwam te
staan. Persoonlijke ongelukken hadden
er niet plaats, wel werd eenige schade
aan het materieel toegebracht. De loco
motief geraakte ook nog even buiten de
rails, maar die werd er weder spoedig
ingebracht en kon toen naar Deventer
vertrekken. Door een en ander ontstond
eene vertraging van een klein uur.
In een gezin van vier per
sonen te Haps (L.) zijn de pokken uit
gebroken.
Te Limbricht is het lijk ge
vonden van een onbekend manspe. soon.
Men denkt dat hier eene misdaad heeft
De maiéchaussées zijn
naar de plaats vertrokken.
Als verdacht van zware
mishandeling, gepleegd op'de grootmoe
der van zijne vrouw, is een bewoner
van Schaarsbergen aangehouden en ter
beschikking van de justitie in bewaring
gesteld.
Tengevolge van de steeds
vorderende veenvergraviEg in het Val-
terveen, wordt de in dat veen gelegen
bekende romeinsche brug allengs meer
ontbloot en ten deele verwijderd, en
zal over eenige jaren geheel verdwenen
zijn. Ten einde nu van dit ten allen
tijde merkwaardig geacht gedenkstuk
der oudheid eenig aandenken te bewa
ren, hoopt men er eindelijk, nadat daar
toe vele vergeefsche pogingen werden
aangewend, in te slagen, een gedeelte
in het rijksmuseum te Leiden te plaatsen.
Op initiatief van den heer G. J.
Landweer, rijksontvanger te Nieuw-
Bninen, is een gedeelte, ter grootte van
2 M2, ontbloot, en zal naar genoemd
museum worden overgebracht. De toe
stand van het hout is echter van zoo-
danigen aard, dat het nog verharden
moet, hetgeen door blootstellen aan de
lucht zal kunnen geschieden. Bij de
eerste opgraving is het hout zoo broos,
dat het bij aanraking afbreekt. Een on
derzoek door een paar leden van het
bestuur van het rijksmuseum, die als
deskundigen de plaats bezochten, heeft
de verwachting opgewekt dat het hout,
na bedoelde uitdroging, waarschijnlijk
in denzelfden vorm als het daar ligt,
zal kunnen worden vervoerd. Tevens is
door genoemde heeren eene photo-
graphie genomen van het ontbloote
deel, en van de omgeving waarin die
brug ligt. Ook in het provinciaal mu
seum van oudheden in Drente zal zoo
danig deel geplaatst worden.
Te Enschede werd Vrijdag-
middag in eene woniDg, die gesloten
was, door de buren brand ontdektna
het openbreken der deur mocht men er
in slagen den brand te blusschen.
De agent van politie K. Drenth daar
ter plaatse zijnde, stelde onmiddellijk
een onderzoek in en ontdekte toen, dat
onder de bedstede turf en steenkolen,
gedrenkt met petroleum, waren neder-
gelegd, welke bewijsstukken hij mede-
nam. Van deze brandstichting wordt de
vrouw van den bewoner H. B. ver
dacht, die dan ook in voorloopig arrest
is overgebracht.
Te Zwolle werd Vr ij dag een
begin van brand gebluscht op eene
bovenkamer van den koopman in ma
nufacturen P. aldaar, waar eenige nieuwe
dekens en andere manufacturen waren
geborgen P. beweerde Zaterdagmorgen
&51
HOOFDSTUK XXII.
„Gij behoeft niet voor een bode te zorgen," antwoordde Ruby.
,Van het begin af zal ik de rechtszitting bijwonen en mijn
ichtgenoot terzijde staan. Al zijne vrienden, behalve gij, hebben
lem verlaten en zal dan zijne vrouw, die vast in zijne onschuld
;elooft, hem alleen laten in deze ure van beproeving
„Mijn kind, gij zult niet in staat zijn om dat geheele verhoor
>ij te wonen, het zal u te veel aandoen. Neem mijn raad aan
vererger de kwellingen, die uw man moet ondergaan, niet,
loor hem getuige te maken van uw leed."
„Ik ben sterker dan gij denkt," zeide Ruby, terwijl zij hem
iare hand toestak; „voel eens, beeft zij in het minst? Boven-
lien hebben Karl en ik reeds breedvoerig over deze zaak ge-
proken en hij zegt. dat hij zich raiüder ongelukkig en sterker
al gevoelen als ik bij hem ben. Tracht niet mij tot thuisblijven
iver te halen, want mijn plan staat vast en niemand kan mij
'an besluit doen veranderen."
„Wel, wel," zeide van Grootz, „het schijnt, dat gij eu Karl
in koppigheid voor elkander niet onderdoet en dat het eene hope-
looze zaak is om u als andere menschen te doen handelen. Ik
zal daarom mijn tijd maar niet verspiilen; alleen moet ik u nog
zeggen, dat ik het huis en den grond daarbij op uw naam neb
laten zetten, opdat als het eens tot het ergste mocht komen,
niemand u het bezit daarvan kan betwisten. Heb ik daarin niet goed
gehandeld, Salomons?"
„Uitstekend," antwoordde deze. „Nu moet gij mij vergunnen
heen te gaan, dan kan ik mijne punten van verdediging nog
eens bestudeeren."
„Ik ga met u," zeide van Grootz. „Ruby, spoedig kom ik
weer bij je."
Toen de heeren de kamer verlaten hadden, wischte Ruby de
tranen van haar wangen, viel op haar knieën Leer en zond een
vurig gebed op tot God tot retidirig van den man, dien zij zoo
ziels liefhad en die zoo onrechtvaardig beschuldigd was.
HOOFDSTUK XXIII.
Een strijd op leven en dood.
De bevolking van Maidstone was op den dag der rechts
zitting al zeer vroeg in de weer. Zij, die kamers vei huurden,
wachtten begeerig op een stroom van rechtsgeleerden en getui
gen, die voedsel en huisvesting zouden behoevenwinkelieis
achtten die verzameling van menschen eene goede gelegen
heid om allerlei waren van de hand te kunnen doen, die reeds
te lang in hunne winkels en winkelkasten gepronkt hadden. Het
verhoor van een man, die in de plaats zijner inwoning zulk eene
gewichtige positie bekleedde, als met Landsberg het geval was,
wekte groote belangstelling op,. en terwijl de aanzienlijken van
wijd en zijd kwamen aanrijden en hun intrek namen in de ver
schillende herbergen of by vrienden en kennissen, kwamen de
boeren van mijlen ver loopen om te hoor en welke straf de
vreemdeling zou krijgen, die de mooie dame, die zulk een aan
zienlijken titel droeg, vermoord had.
Het was een sombere, mistige morgen, het motregende en de
kleine steenen, waarmede de straten geplaveid waren, waren ge
heel onder een slijklaag verdwenen.
Het zware rijtuig, dat den heer baron Hempley naar het ge
rechtshof moest brengen, waggelde door de straten. De baron
keek uit het raampje en vertoonde een rood, balrond gezicht,
dat zeer goed paste bij den scharlakenrooden rok, dien hij
droeg.
De sherifs reden achter het rijtuig van den rechter aan en
groetten nu en dan met een plechtig gebaar de jubelende me
nigte, die juichte en hoera iiep zooals een toegestroomde me
nigte pleegt te doen zonder er eene bepaalde reden voor te
hebben. De optocht ging door de voornaamste straat tot hij ein
delijk stilhield bij een ouderwetsch gebouw, waar zoo menige
misdadiger al angstige uren had doorgebracht.
Na de gewone voorafgaande drukte en begroetingen, eischte
een politieagent stilte en verkondigde, dat het geval van den
heer Karl van Landsberg zou behandeld worden. Spoedig moes
de ongelukkige, jonge man op de bank der beschuldigden plaats