NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
Een blik in den afgrond.
9e Jaargang.
Donderdag 19 Mei 1892.
No. 2722.
A BOK NEMENTSPRIJ8
Hf
ADVERTENTIËN:
STADSNIEUWS.
HET NIEUWE GEBOUW
Broeders van St. Johannes de Deo.
BINNENLAND.
FEUILLET ON
HAARLEM'S DAGBLAD
Voor Haarlem per 3 maanden,1,20,
Franco door het geheele Bijk, per 3 maanden 1,65.
Geïlluitreerd Zondagablad 3 0,30.
Afzonderlijke nummer»0,05.
Dit blad veracbjjat dagelflka, behalve op Zon- es Feeetdagex.
BareanKleine Hooutraat No. 9, Haarlem. Telefeemammer 128
ran 15 regelt 50 Centa; iedere regel meer lOCente.
Greete letter» naar plaatsraiattei
Bij Abennemeni aanzienlijk rabalj
UbOKaementem w Adverteatiëa wordes atageaomen deer
osa» agenten ea door ai'» boakkaxdaitrea ei ooortttiers,
Dlreoteor-Uitgavar J. O. FllllfiOOSi
HoofiagtnU* voor Ut Buittvlavi: Com>m%it GiUrvlt it fullkiit Mtrvsfhi 0 L. Dril Ml f Ce, 19U.1 f. JOfiM, &vct tufi 81Kt Iveiutr, Mvsimrtrt
Haarlem, 18 Mei 1892
Door zijne Excellentie den M. v. O,
is bepaald dat de militairen die als
vrijwiliigen bij het leger hier te lande
dienen, en met eene vrijwilligé ver
bintenis overgaan bij de koloniale troe
pen daardoor niet ontheven worden van
den tijd, dien zij alsnog bij het leger
h. t. 1. hadden moeten dienen.
Wij ontvingen heden het navolgende
schrijven
Aan de Redactie van Haarlem's
Dagblad alhier.
Geachte Redactie
Tengevolge van drukke bezigheden
de vorige week bijna voortdurend af
wezig, nam onze directeur, de heer P.
Goedkoop Dzn., eerst heden kennis van
het ingezonden stuk van den heer G.
E. L. Hijraans, voorkomende in het
nummer van 12 dezer van uw geacht
blad.
In opdracht van onzen directeur dee
len wij u thans in antwoord op de door
den heer Hymans gedane vraag mede,
dat het rapport van den heer Theunis-
sen is uitgebracht op zijn verzoek, waar
van wij u verzoeken, in uw geacht blad
mededeelicg te doen.
Intusschen hoogachtend,]
Uwe Dw. Dienaren
WÊRF-CONRAD,
voorheen THOMAS FIGEE Co.
(10. g.) p. o. Den Directeur.
Haarlem, 17 Mei 1892.
Met aanvankelijk 23 leden is alhier
thans eene rooaasch katholieke kiesver-
eeniging opgericht, naast de reeds be
staande katholieke, als een gevolg van
de ontevredenheid over de houding van
deze laatste.
Dezer dagen zijn de biljetten rond
gezonden, waarop men kan verklaren
lid of begunstiger te worden van de
„Vereeniging tot verfraaiing van Haar
lem en omiiggenden Gemeenten en tot
bevordering van het Vreemdelingenver
keer".
Wij vestigen er de aandacht op, dat
nieuwe leden gratis een speciale toe
gangskaart ontvangen tot de tentoon
stelling van schilderijen, die Vrijdag in
Feli* Favore voor het publiek wordt
geopend. Mocht het inteekenbiljet dezer
dagen nog niet worden teruggehaald,
dan kan men van zijn voornemen om
lid ©f donateur te worden ook doen
blijken door dat biljet ingevuld en ge-
teekend toe te zenden aan den eersten
Secretaris der Vereeniging, den heer J.
C. Peereboom, alhier.
Wij maken onze lezers opmerkzaam
op de in dit blad geplaatste aankon
diging omtrent het houden eener ver
gadering van de vereenigiög van Indus-
trieelen en Kooplieden betieffende Bouw
kunde en aanverwante vakken, welke zal
gewijd zijn aan de bespreking van de
gaskwestie in deze stad.
Dinsdagavond ten ruim 11 ure heeft
een begin van brand plaats gehad ten
huize van den winkelier in boter, kaas
enz. H. Veldwijk, woonachtig in de
Lange Veerstraat no. 31, ontstaan in
den winkel nabij den kelder, vermoe
delijk in een vat met afval, geplaatst
dicht bij den gasmeter. Door de hitte
was de gasleiding gesmolten zoodat de
vlam door het ontsnappende gas werd
ge\oed. De brand is door de buren en
de politie gebluscht. Alles was verzekerd.
Hedenmorgen is een soldaat van het
4e reg. infanterie, alhier in garnizoen,
wegens voortdurend wangedrag met een
briefje van ontslag uit den dienst ver
wijderd en door de politie buiten de
gemeente gebracht.
VAN DE
Ten vorigen jare en reeds vroeger
bleek aan de Broeders van St. Johannes
de Deo hier ter stede, dat hun gebouw
in de Jansstraat te klein was om hun
liefdewerk, de opname en verpleging
van kranken, ten uitvoer te brengen
zooals zij dat wel wenschten.
Er werd besloten te trachten een
nieuw gebouw te plaatsen, zelve sloegen
de Broeders de handen aan het werk,
om dit schoone plan mogelijk te maken
en zij slaagden daarin ten volle. Waar
zij ook aanklopten, vonden zij een ge
willig oorwie ook zou zijn sympathie
onthouden hebben aan de zoo schoone
roeping, die deze broeders zich tot
levenstaak hebben gekozende zorg
voor de lijdende menschheid?
Een zeer geschikt terrein voor den
bouw was bereids gevondenhet was
een stuk weiland tegenover de Maarten
van Heemskerkstraat. Moeilijk had men
geschikter plek kunnen vindenaan
den eenen kant het ruime, bekoorlijke
uitzicht op weilanden en duinen, aan
den anderen kant de onmiddellijke na
bijheid van het Staten Bolwerk met zijn
waterpartijen en zijn groene heuvelen.
In de maand Juli van het vorig jaar
werd de eerste steen van het nieuw op
te richten gebouw, met eenige plechtig
heid gelegd. Voortdurend werd onder
toezicht van den Broeder-O verste, die
zelf het ontwerp maakte, krachtig voort-
gewerkt, zoodat nu over een viertal
weken het gebouw in gebruik zal kun
nen worden genomen.
Reeds bij den eersten aanblik treft
de fraaiheid en eenvoud van den gevel.
Het gebouw is op de eerste verdieping
twintig ramen breed. Bovenaan in den
gevel aanschouwt men het Christusbeeld.
Een slank torentje rijst statig op, nog
wachtende op een uurwerk. De gevel
is bewerkt met geperste steen, van de
firma Gebroeders Frans van der Loo,
afgezet met banden van Wezersteen. De
firma Hartmann gaf den portaalsteen
ten geschenke.
Ronde m het gebouw is een groot
stuk gronds afgepaald, waarop in de
volgei.de lente een tuin met laan aan
gelegd zal worden. Alleen achter het
gebouw is het daarvoor beschikbare ter
rein jeeds circa een hectare groot.
De Bioeder Overste leidde onzen
redacteur in het gebouw rond en gaf
met de meest mogelijke welwillendheid
alle inlichtingen, die gevraagd werden.
By het binnentreden heelt men rechts
en links in het portaal eene spreekka
mer. Aan het einde van het portaal ligt
de kapel, die zich tot in de tweede
verdieping verheft. In de helft der maand
Juni zal in deze kapel de plechtige
inwijding van het gebouw door Mgr.
den Bisschop van Haarlem plaats heb
ben.
In den rechtervleugel bevinden zich
aan de voorzijde ontvangkamers, de
eetzaal en daarnaast de werkkamer voor
de broeders. Aan de achterzijde por
tierswoning, doorgaDg naar achter, pri
vaten, de bijkeuken met spijslift naar
de bovenverdiepingen en daarnaast een
nieuwe keuken met provisiekamer,
waarin een eigenaardig ingericht fornuis
met heetwaterverwarming, die ook dienst
baar is gemaakt tot het verstrekken van
water in de badkamers.
Het geheele gebouw wordt door
centrale verwarmingstoestellen verwarmd.
De uitgangen zijn zoodanig aange
bracht, dat bij mogelijken brand (het
grootste gevaar in eene inrichting als
deze) men altijd kan vluchten. Met
hetzelfde doel zijn de trappen vrijhan-
gend en brandvrij.
In den linkervleugel zullen de oude
mannen huizen, thans achttien in getal.
Hun eetkamer en zitkamer daarnaast
zijn aan de voorzijde, achteraan de
slaapzalen, waarvan een algemeene met
twaalf en een voor ourustigen met
zes bedden. Aan denzelfden kant vindt
men een lilt voor personen, die door
het gansche gebouw heen gaat, water
closets etc.
Gaat men de vuurvaste tiappen op,
dan vindt men op de eerste verdieping
de kamers voor patiënten eerste en
tweede klasse. Die uit de eerste klasse
bekomen twee in elkander uitloopende
kamers, een voor zit-, en een voor
slaapkamer, terwijl de patiënten tweede
klasse over een kamer mogen beschik
ken. In de eerste klasse wordt de patient
op zijn kamer bediend, terwijl voor de
patiënten tweede klasse op de eerste ver
dieping een gemeenschappelijke eet
zaal bestemd is. Op dezelfde ver
dieping bevindt zich de kamer van
den Broeder Overste en eene apotheek,
voorts een oratorium, behoorende bij
de kapel en een tweetal badkamers, een
voor patiënten isto en 2de en een voor
die der 3e klasse, welke beide een aan-
genamen indruk maken. Natuurlijk is
de eene wat bevloering etc. betreft, iet
wat sierlijker dan de andere ingericht.
De gangen zijn alle in gothischen stijl.
Op de eerste verdieping in den
linkervleugel vindt men cok de operatie
zaal, een nieuw vertiek, met een ope
ratietafel van geëmailleerd ijzer met
glazen blad. De vloer is daar van steen
de meubelen zooals dat in zulk een
kamer behoort, stemmig, van eikenhout.
Het vertrek is door de ronde hoeken
bacteriënvrij. Daarnaast ziet men een
krankenzaal voor verpleegden der derde
klasse, die geopereerd moeten worden
en een kamertje voor den met de ver
pleging belasten Broeder.
Ook op de tweede verdieping vindt
men een ziekenzaal voor patiënten 3e
klasse en voorts kamers voor zieken
derg i»te en 2^0 klasse. Wij zagen een
kamer tweede klasse gemeubileerd. Ze
was inderdaad aantrekkelijk, licht en
luchtig als ze was, voorzien van tafel,
kastje, stoelen met trypen zitting, sofa
en karpet op den vloer.
Rechts op deze verdieping zijn de
cellen der broeders, elk dragende op de
deur den naam van den bewoner. In
deze hoogst eenvoudige veitrekjes is al
het meubilair een ijzeren ed, een tafel,1
stoel en wascheafel. De vloer is kaal,:
aan den wand hangt een Christusbeeld,1
een paar gebedenboeken liggen op de j
tafel. Het geheel maakt een indruk van
grooten eenvoud.
Overigens vindt men op dezelfde ver
dieping nog een waschkamer met gar
derobe en een ziekenkamer voor de
broeders, terwijl eindelyk daarboven als
derde verdieping een kolossale zolder
zich aan ons oog vertoont, waarop ka-
meis voor het personeel en een kamer
voor magazijn. Het dak is belegd met
houtcement, ten einde daarop mogelijk
later groen en bloemen te kunnen aan
leggen.
Nu daalde onze vriendelijke geleider
met onzen redacteur de trappen af naar
het sousterrain. Daar bevindt zich de
verwarmingsinrichting benevens berg
plaats voor brandstoffen en kelders
voor groenten en aardappelen, voor bier
en een wijnkelder.
Hiermede was ons vluchtig overzicht
ten einde. Onncodig is het wel, er bij
te voegen, dat door het geheele gebouw
gas en waterleiding is aangebracht. De
vensters in de patientenkamers zijn alle
openslaande.
De Broeders van St. Johannes de Deo
hebben met den bouw van dit gesticht
een nuttig werk verricht. Voorwaar, het
is schoon zijn leven te wijden aan de
verzorging van die medemenschen, welke
lijdende zijn. Meer en beter dan in het
oude gebouw, zullen de Broeders hun
roeping hier kunnen volbrengen. Een
voudig en bescheiden als zij zijn, ver
richten zij hun taak uit roepiüg, zonder
naar dank of naar hulde te vragen. Toch
kunnen wij niet nalaten, hun hier zulk
een woord van hulde te breDgen en hun
toe te wensehen, dat ook in dit nieuwe
gebouw hun liefdewerk met goeden uit
slag bekroond en door elkeen bij voort
during gewaardeerd zal worden.
HH. MM. de Koninginnen
brachten Maandag een bezoek aan den
groothertog en de groothertogin van
Baden.
Heden zouden de Koninginnen het
oude slot te Heidelberg bezoeken en
enkele uren doorbrengen met de her
togin van Albany en pricses Elisabeth
van Waldeck en Pyrmont, en daarna
met prinses Elisabeth naar Sand terug-
keeren, die voorloopig de gast blijft van
de Koningin-Regentes.
Op verzoek van den prins-regent
van Beieren is het portret der Ko
ningin door Bisschop afgestaan voor
de internationale kunsttentoonstelling te
MuDchen.
Koningin Wilhelmina heeft hare lessen
hervat. Dr. Salverda is geenszins |na
ingewonnen advies van den geneesheer,
maar na afloop van het aan hem ver
leende verlof naar Sand vertrokken.
In Kr ar n a p ols ky hield de
noordhollandsche Vereeniging „Het
Witte Kruis" Dinsdag hare 22e alge
meene vergadering, die o. a. werd bij
gewoond door jhr. mr. Schorer, com
missaris der Koningin in deze provincie
als eerevoorzitter.
De secretaris der Vereeniging, dr. C.
Blooker, bracht verslag uit. In de plaats
van de aftredende heeren S. Appel, C.
Blooker en J. Breebaart Kzn. werden
gekozen de heeren H. Bultman te
Haarlemmermeer mr. F. Karseboom te
Alkmaar en D. van Ley den te Krom
menie. De heer A. van Gelder, te Hil
versum, werd herbenoemd in de com
missie van beheer van Heideheuvel.
Blijkens het oordeel der commissie
27)
HOOFDSTUK XI.
„Ik heb vandaag zeer veel geleerd, mijnheer Esden." In zijne
zachte bruine oegen was deelneming te lezen, en zijn stem klonk
vertrouwelijk en beklagend. „Ik zal u vertellen, wat ik gedaan
heb, mijnheer. Vooreerst ben ik naar uwe kamers gegaan en heb
daar vernomen, dat gij afwezig waart. Daarna begaf ik mij naar
Wootton Hill, waar ik een gesprek van vijf minuten met den
stationschef heb gehouden. Ik vernam, dat gij gisteren met den trein
van een uur vijf en dertig zijt vertrokken, en weer zijt teruggekeerd
met den trein, die acht uur drie minuten daar aankomt. Ik wandelde
daarna naar Hemsleigh, waar ik vernam, dat een heer daar van
Wootton Hill tot dat station buitengewoon tarief had betaald,
en zich dwars door de velden naar Wootton had begeven met
een tasch bij zich. Daarna wandelde ik weer terug naar Sandy
Park, het naaste station van Wootton aan den kant van Londen,
en bevond, dat dezelfde heer met den trein van half zes naar
Londen was vertrokken die tijden sluiten mooi. In mijn straf
zaak kwam ook zoo iets voor van drie stations, hetgeen gij zoo
goed tot mijn voordeel hebt aangewend."
„Welnu?" zeide Esden, die beurtelings bleek en rood werd,
terwijl zijn eigen stem hem vreemd in de ooren klonk. „Wat
zou nu dat alles?"
„Ja, mijnheer Esden, naar ik gehoord heb, zijn de juweelen
dertig 4 veertig duizend pond waard. Natuurlijk mogen wij niet
van de veronderstelling uitgaan, dat zij voor ons zulk een waarde
hebben. Om te beginnen zouden wij zoo ongeveer voor een
waarde van vier 4 zes duizend pond ten gelde kunnen maken."
"Dat zou misschien wel kunnen," zeide Esden, „maar wij zul
len het niet doen."
„Niet, mijnheer?" vroeg Gale op verwonderden maar eerbie
digen toon. „En waarom niet, mijnheer?"
„Door het toeval doet men dikwerf zonderlinge kennismakin
gen, mijnheer Gale," zeide Esden „Als iemand mij dertig uur
geleden had verteld, dat ik mij voor u omtrent de een of andere
zaak zou hebben te rechtvaardigen, dan zou ik om die voor
spelling gelachen hebben."
„Dat kan ik mij best begrijpeD, mijnheer," zeide Gale steeds
eerbiedig.
„Sedert wij in dezelfde zaak deelgenooten zijn geworden," ver
volgde Esden, die walgde van zijn eigen bittere scherts, „kan ik
u wel in mijn vertrouwen nemen. Ik zal tegenover u zoo oprecht
zijn als nooit het geval met u zou wezen, wanneer de rollen om
gewisseld waren. Ik heb dat zaakje verricht dat is immers de
geijkte uitdrukking, gij zult het echter een dilettant in het vak
vergeven, dat hij gewone taal spreekt ik heb dat zaakje ver
richt om een geheel bizondere reden. Ik bevond mij toevallig in
zeer benarde financieele omstandigheden, en ik heb het gedaan
met het oog op de belooning. Wanneer gij denkt, dat ik, omdat
gij iets van de zaak weet, eenigzins van de door mijzelf bepaalde
gedragslijn zal afwijken, dan vergist gij u deerlijk. In het ergste
geval kan ik de juweelen terugzenden en mijn daad bekennen.
Mijne vrienden zullen geen schandaal verwekken door my te
vervolgen."
*Ja, maar mijnheer," zeide Gale op zacht verwijtenden toon,
„dat is toch letterlijk geld wegsmijten. Ik versta mijn werk,
mijnheer, en ik zou de juweelen kunnen laten slijpen en ze ver-
koopen even veilig als mijn eigen hand kussen."
„Wij zullen ditmaal geen gebruik maken van uw vernuft en
uwe ervaring, mijnheer Gale," gat Esden ten antwoord. Zijn
stem stokte in zijn keel, zoo walgde hij van zijn toestand.
„Zeer goed, mijnheer," antwoordde Gale. „Ik zou gaarne wil
len weten of er reeds werk van gemaakt is. Wilt u niet gaan
zitten, mijnheer Esden Mijnheer Prickett sprak er van, dat de
belooning nog al aanzienlijk zou zijn. Hij zeide dit vanmorgen."
„Dit briefje," zeide Esden, bracht het epistel van den „be
droefden vader" te voorschijn en wierp het op de tafel, „is van
morgen door de eigenares van de juweelen ontvangen."
Gale strekte zyn handen naar den brief uit en nam dien van
de tafel op. Hij las met moeite den inhoud eu keek toen op met
een grijnslach. Esden had hem nog nooit zien glimlachen, ea
terwijl hij hem du aanzag, wekte hij nog meer afgrijzen by
hem op.
Gale had een zestal tanden voor in zijn mond verloren, en