DE ZWARTE KOFFER.
10e Jaargang.
Zaterdag 30 Juli 1892.
No. 2782.
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
ABONNEMENTSPRIJS:
ADVERTENTIËN:
NABETRACHTING
STADSNIEUWS.
BINNENLAND.
FEUILLETON
HAARLEM'S DAGBLAD
Voor Haarlem per 3 maandenf 1,20.
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden 1,65.
Afzonderlijke nummers0,05.
Geïllustreerd Zondagsblad, per 3 maanden 0,30.
franco per post 0,37^.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureau: Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. Telefoonnummer 122.
van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 Cents.
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cents per regel.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door
onze agenten en door alle boekhandelaren en courantiers.
Directeur-Uitgever J. C. PEEEEBOOM.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE Co., JOHN F. JONESSucc., Parijs Slbis Faubourg Montmartre.
Het bijvoegsel van het blad dal
Zaterdagavond verschijntzal bevatten
Het huwelijk van ÈmmüineBen
Zaatilandsch Oudkeidmuseum. Bin
nen- en Buitenlandsche berichten.
Varia. Kleine advertentiën uit „het
Blaadje44 No. XXX. Advertenlièn enz.
van den
G?E MEENTERAA D.1
XLVIII.
Toen deze week de zitting van den
Raad werd geopend, hadden we zoo'n
stille hoop, dat evenals in den Haag
de vroede vaderen niet voltallig zouden
wezeD, dat wil zeggen dat de helft plus
een niet bijeen te krijgen zon zijn ge
weest. Want 't is een corvée, om op
een warmen zomermiddag in de Raads
zaal te moeten zitten pennen.
Edoch, het mocht zoo niet zijn. Zes
tien leden waren noodig om een wettig
besluit te nemen en er waren er wel
een en twintig voorhanden. Gelukkig
was er zoowat niets j aan de orde en
de heer de Kanter, hoewel zich escu-
seerende over zijne onbekwaamheid
als voorzitter (kom, kom, meneer de
Kanter, dat meent u zoo ernstig niet)
hamerde de agenda lustigjes af. In den
heeten zonnebrand lieten de Een en
Twintig de hoofdjes hangen, met goedig
jaknikken de aanhangige punten latende
voorbijgaan.
Neen hoor, dit spelletje Vingt-et-un
was absoluut niet zenuwschokkend. De
tappers in Haailem, die eene laatste
poging deden om hunne inrichtingen
Zondagnacht van kermis te mogen open
houden, werden daarmee naar den
burgemeester gestuurd, bij wien ze zeer
zeker geen troost zullen krijgen. Voorts
vond de Raad goed, dat de heer van
Waveren te Hillegom eene recognitie
die hij vroeger betaalde voor een dam
metje, r.u betalen mag voor een brug
getje. Ook had de Raad er niets op
aan te merken dat de heer de Clercq
een maand of wat de zittingen niet zal
bijwonen. Wel had hij er op tegen, om
deel te nemen in de stoomtram, die
meneer Holland van Rotterdam, wou
leggen van Haarlem naar Alkmaar, een
weigering waar niemand zich over zal
verwonderen die weet, dat stoomtrams
over 't algemeen pas goed gaan worden,
als ze in de tweede of derde hand zijn
gekomen.
Tot hoofd van de nieuwe opleidings
school tot het middelbaar onderwijs
werd de heer E. L. Brouwer uit Me-
demblik benoemd,j iemand die vroeger
al eens in Haarlem op een voordracht
voor schoolhoofd heeft gestaan.
Over het rapport van den opzichter
over de gasverlichting was zooals ge
woonlijk. niemandal te vertellen en, in
weerwil van den beschikbaren tijd,
had zelfs niemand bij de rondvraag
lust, om een paar woorden den hals
te breken. Zoo was het spelletje
vingt-et-un gauw uit en liepen
we te half drie al weer op de
keien van de Groote Markt, en groetten
in 't voorbijgaan Louwtje, die 't blijkbaar,
al was hij vroeger drukker, het nu ook
te drukkend vond om het zich druk te
maken.
Toch onderscheidde zich deze Raads
zitting door een geval. We ontvingen
namelyk het voorstel van Burgemees
ter en Wethouders, om aan Gedepu
teerde Staten te verzoeken, de grenzen
van Haarlem en Heemstede te wijzigen
en wel zoodanig dat de Haarlemmer
Hout voortaan bij Haarlems grondge
bied zal behooren.
Deze zaak is niet nieuw. Juist vijf en
twintig jaar geleden, in '67 werd een
dergelijk verzoek van den Raad aan
Gedeputeerde Staten afgewezen. Een
tweede poging bij den Koning gedaan
in 1877, had niet meer succes.
Toch is er inderdaad redenom
den Hout te voegen bij Haarlem. Onze
stad breidt zich uit en kan veel voordeel
hebben van een gebiedsvergrooting aan
den Houtkant. Dit is het eerste, mis
schien wel wat zelfzuchtige, motief,
maar de tweede beweeggrond is beter.
Heemstede kan omdat de gemeente
zoo klein is, den Hout niet behoor
lijk bewaken. Wil de Raad van
Haarlem niet, dat dames en kinderen
in den Hout worden gekweld en bemoei -
lijkt in de rustige wandeling, dan moet
hij zelf voor de bewaking zorgen.
Dat heeft Haarlem dan ook gedaan,
en die bewakiDg onlangs nog verbeterd
door twee speciale bewakers voor den
Hout aan te wijzen. Nu is het de vraag,
of het billyk is dat Haarlem op die
manier nolens volens het eigendom van
een andere gemeente moet bewaken?
I Of het rechtvaardig is, dat Haarlem
geld moet uitgeven voor een plicht, die
i feitelijk op Heemstede rust.
Het is zeer zeker bij Heemstede geen
j onwil, maar onmacht, maar dat neemt
niet weg, dat nu de omstandigheden zóo
1 zijn, de billijkheid vordert, dat Haarlem
de lusten geniete van datgene waar
voor het de lasten draagt. Ik zal dus
de annexatie van den Hout bij Haarlem
om die reden met vreugde begroeten.
Haarlem, 29 Juli 1892.
De kapitein-ingenieur J. C. Gijsbert1
Hodenpijl van Hodenpijl, is met ingang
van 1 September a. s. benoemd tot
eerstaanwezend ingenieur te Naarden ter
vervaaging van den kapitein W. Cool,
die benoemd is tot lecraar aan de
krijgsschool te 's Hage.
Hedenmorgen heeft een slagersknecht
werkzaam bij den spekslager D. in de
Groote Houtstraat het ongeluk gehad
bij het slachten van een varken, zich-
zelven met een mes in de lies te steken.
Hij is daarop met de raderbaar moeten
worden overgebracht naar het gesticht
van St. Johannes de Deo, aan de
Maarten van Heemskerkstraat.
In de Donderdag gehouden vergade
ring van den raad der gemeente Haar-
lemmerliede en Spaarnwoude weid be
sloten tot het aangaan eener geldleening
groot 14.500 tegen 3% en tot aan
koop van 200 M2 grond voor uitbreiding
der school in de afdeeling Spaarnwoude.
De raad der gemeente Sloten heeft
de jaarwedde der onderwijzers vastge
steld op 550 met een tweejaarlijksche
verhooging van f 50 tot ƒ65o en van
de onderwijzers met hoofdacte op 700
roet eene jaarlijksche verhooging van
f 50 tot f 900.
De oud-minister van Justi-
tie, jhr. mr. Ruys van Beerenbroek, lid
van de Tweede Kamer, en de oud-
minister van Binnenlandsche Zaken, jhr.
Hartsen, zijn door den keizer van Japan
begiftigd met het Grootkruis der orde
van de Rijzende Zon.
Bij het uiteengaan der
Tweede Kamer bleven onafgedaan de
volgende wetsontwerpenonteigening
voor de afsluiting van de rivier de Maas
benedenHeusden; de artsenwet; goedkeu
ring van internationale overeenkomsten
tot bescherming van industrieelen eigen
dom; verhooging der Indische begroo
ting voor 1892 ten behoeve van den
aanleg van een dam van Oedjoeng Pi-
ring naar het Djamoean rif; onteige
ning vösr een lokaalspoorweg Sittard
HeerlenPruisische grens voorts het
wetsontwerp op het faillissement en de
surséance van betalingde voorstellen
van wet der heeren Pyttersen en Schim-
melpenuick v. d. Oye, betreffende de
oprichting van Kamers van arbeid; de
wetsontwerpen omtrent onteigening voor
den aanleg van ten afwateringskanaal
van 's Bosch naar Drongelen het Ne
derlanderschap en het ingezetenschap
de verbetering van den Berkel, de Schip
beek en de Reggewijziging der marine-
begrooting voor 1891; vast-telling van
het slot der Indische rekeningen over
18801887; aanvulling der wet van
3 Januari 1884 (betreffende de rijksop
voedingsgestichten) en aanvulling en
verhooging van het IV» hoofdstuk der
staatsbegrooting voor 1892; verhooging
van de oorlogsbegrooting en de vesting-
begrooting van 1892; onteigening ten
behoeve van eene nieuwe koopmans
beurs te Amsterdam onteigening ten
behoeve der duinwaterleiding te Haarlem;
benevens het voorstel-Donner tot wijzi
ging yan art. 42 der wet van 11 April
1827, houdende oprichting van schut
terijen.
De directie van de H. IJ z.
Spmij. is teruggekomen op haar besluit
tot het afvaardigen van een vertegen
woordiger naar het in de volgende
maand te St.-Peterburg te houden
spoerwegcongres, waartoe haar commis
saris mr. Westerwoud was aangewezen.
De onthulling van hetge-
denkteeken voor P. H. Witkamp, had
Donderdag plaats te Wijchen.
Dr. Blink schetste Witkamp als een
der voornaamste hervormers van de
aardrijkskunde en geschiedenis van
Nederland, terwijl hij hem hulde bracht
wegens zijne onvermoeide hulpvaar
digheid en groote mate van be
scheidenheid. Aan het eind zijner rede
droeg hy het gedenkteeken, dat op alle
aanwezigen door de schoone vormen
een vooitreffelijken indruk maakte, aan
de familie op.
Vervolgens nam de heer C. Abels,
van Amsterdam, namens het Nederl.
Onderwijzers-genootschap, het woord.
Hij sloot zich aan bij den vorigen spreker,
en deed voornamelijk uitkomen de groote
verdiensten van Witkamp voor het
onderwijs, en legde namens genoemd
Genootschap een schoonen krans op het
graf.
Daarop sprak de zoon van Witkamp,
om dank te zeggen, uit naam der
familie, voor de hulde zijnen vader be
wezen.
De veeljarige vriend des overledenen,
de heer C. Dudok de Wit, van Breu-
kelen, herdacht in gevoelvolle taal zijn
onvergetelijken vriend.
De burgemeester van Wychen, hoewel
Witkamp alleen uit zyn werken kennen
de, dankte voor de eer aau de gemeente
door de stichting van dit monument
bewezen, terwijl eindelijk de heer M.
Merens aan ds. Alberti dank bracht voor
zijne bemoeiingen bij de plaatsing van het
gedenkteeken.
Aan de afbeelding Amster
dam en omstreken van de Nederlandsche
Maatschappij voor Tuinbouw en Plant
kunde, onder bescherming van H.M. de
koningin-regentes, werd namens H.M.
voor de 3» nationale chrysanthemum-
tentoonstelling geschonken eene zilveren
en eene bronzen medaille met de beel
tenis van H.M. de koningin, benevens
eene zilveren en eene bronzen medaille
met die van H.M. de koniDgin-regen-
tes.
Van het dagelij ksch bestuur der ge
meente Amsterdam werden mede twee
zilveren en twee bronzen medailles ont
vangen.
In de vergadering van 26 Juli 11. is
besloten deze medailles als extra-prijs
toe te kennen op de volgende wijze de
zilveren en bronzen medailles met de
beeltenis van H.M. de koningin aan de
beide liefhebbers inzenders, die het
meest ter opluistering hebben bijgedra
gen door hunne inzendingen van chry-
santhemumplanten de zilveren en bron
zen medailles met de beeltenis van H.
M. de koningin-regentes aan de beide
bloemisten-inzenders, die op gelijke wijze
medewerkten tot het welslagen der ten
toonstellingvan de verder genoemden
eene zilveren en eene bronzen medaille
aau de inzenders van palmen, welke
het meeste daardoor bijdroegen tot ver
siering der tentoonstelling, terwijl de
tweede zilveren en de tweede bronzen
medaille der gemeente Amsterdam ten
deel zullen vallen aan de beide meest
verdienstelijke inzenders van bloemwer
ken, bouquetten of kransen, vervaardigd
van chrysanthemum-bloemen.
Deze tentoonstelling zal gehouden wor
den van 1014 November e. k.
Van een troep mariniers,
die onder bevel van een luitenant door
het Vondelpark te Amsterdam trok,
zijn er vier wcggeloopen. Zij moesten
alle vier Donderdag naar Indie worden
ingescheept. Aan de politie is opsporing
en aanhouding verzocht.
Sedert 16 Juliis uit Am
sterdam spoorloos verdwenen de diaco
nie-weesjongen Jan Janssen Bommel,
16 jaren. Hij wordt verdacht, door het
I valschelijk onderteekenen van een of
meer postwissels met den naam van den
'theehandelaar Grippeling, bedrog ge-
pleegd te hebben. Het is niet onwaar
schijnlijk dat hij vertrokken is naar Leer
in Duitschland.
De commissaris van politie in de ie
sectie (voormalige St. Pieteishal) te
151
HOOFDSTUK X1T.
In den trein peinsde ik over de zaak. Al mijn wetenschap
berustte op het vermoeder», dat de zwarte koffer, die het lijk
bevatte, had toebehoord aan een zekeren Philip Hatvey, maar
v*n het bestaan van dien persoon had ik geen ander bewijs, dan
de P. H., onduidelijk geteekend in een hoek van het bagage
biljet, en dan den brief aan Austin van een zekeren Philip, wiens
achternaam mij onbekend was. Ik moest bekennen, dat het niet
veel was.
Zoodra ik Southend had bereikt, begaf ik mij naar No. 23.
Het was een gewoon huis met kamers te huur, zooals men ze
overal op de engelsche badplaatsen aaDtreft. Boven de gangdeur
was een vierkant bordje aangebracht met het opschrift „Kamers4*
maar nergens was voor een der vensters een kaartje te zien met
de woorden „Te huur4*. Waarschijnlijk waren dus alle aparte-
menten verhuurd.
Ik belde en klopte tegelijkertijd onbevreesd aan.
Weldra verscheen de hospita leunende boven uit een raam en
trachtte de aandacht te trekken van een zekere Sally beneden
haar, met wien zij luid fluisterend sprak.
Sally, waarschijnlijk een dienstbode voor allerlei werk, weigerde
blijkbaar om hare meesteres te helpen, zoodat ten slotte deze
dame zelf naar beneden kwam, de kleine gang doorliep, en
eenigszins verontwaardigd de deur opende.
„En wat veilangt mijnheer?44 zeide de hospita, wiens naam
zooals ik later vernam was juffrouw Bunbury. Arme juffrouw
Bun buryWanneer zij nog leeft, dan beveel ik bij deze hare
kamers ten zeerste aan.
„Ik zoek kamers, juffrouw,44 gaf ik ten antwoord, „en nu dacht
ik, dat gij wellicht....44
„Alle kamers zijn bezet,44 zeide juffrouw Bunbury kortaf.
Ik heb mij dikwijls ?fgevraagd of er in onze wereld tusschen
levende schepsels van hetzelfde soort zooveel verschil kan be
staan als het geval is met een hotelhouder, die nog kamers vrij
heeft en den hotelhouder, die er geen enkele meer heeft te
misken.
„Het spijt mij," gaf ik koel ten antwoord. „Men had mij uwe
kamers aanbevolen. Ik geloof, dat hier gedurende de laatste drie
weken een mevrouw Orr-Simpkinson heeft gewoond
„Dat is waar, mijnheer,44 zeide juffrouw Bunbury, die klaar
blijkelijk niet tot de babbelachtige klasse van hospita's behoorde.
„Aarigename huurders, niet waar?44
„Ja, wat zal ik u daarvan zeggen,44 zeide juffrouw Bunbury
en beet zich op de lippen. „Ik zou niet weten waarom niet,
maar ook niet waarom wel. Ik heb er wel beter maar ook wel
1
siecnter gehad. De jonge dame beviel mij wel. Zij maakt het
iemand niet lastig, hoewel zij wel wat bizonders over zich had.
Wat betreft de oude dame, zij was wat met van eene rijke dame
noemt wat „nerveus44. Wanneer de menschen arm zijn dan noemt
men het slecht gehumeurd.44
Dit was voor juffrouw Bunbury een zeer lange zin, en toen
zij dan ook uitgesproken had, sloot zij haar mond alsof er een
slot op lag.
„En gij hebt dus hare kamers al weer verhuurd,44 zeide ik op
vriendelijken toon. „Dat spijt mij zeer tenminste voor mij44
dit was geheel juist, want ik had de kamers gaarne willen
zien, en had bovendien gehoopt eene praatzieke hospita te vin
den, die gaarne alles wilde vertellen wat zij wist. KlaarblijkeHjk
trof ik het nu niet gelukkig.
„Ja, zij zijn verhuurd,44 zeide juffrouw Bunbury.
„En zullen zij niet spoedig weer vrij zijn?"
„Zij zijn voor twee weken verhuurd aan eene familie, die van
Londen komt," zeide juffrouw Bunbury. „Het is niet lang twee
weken, maar mijne kamers staan nooit lang leeg.44
„Twee weken slechtsriep ik snel uit. „Zou ik ze dan kun
nen krijgen? Dan zouden wij dat misschien kunnen schikken.
Ik zou ze echter gaarne eens willen zien."
„O, dat kan welt mijnheer,44 zeide juffrouw Bunbury, aanmer
kelijk vriendelijker wordende. „De familie, waarvan ik sprak,
komt niet voor morgen en mevrouw Simpkinson is Maandag ai
vertrokken. Natuurlijk kunt gij de kamers zien.44
Zij deed een stap zywaarts en verzocht mij binnen te komen
terwijl zij haar gelaat vertrok alscf zy wilde glimlachen.