NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
DE ZWARTE KOFFER.
10e Jaargang.
Maandag 15 Augustus 1892.
No. 2795.
ABONNEMENTSPRIJS:
ADVERTENTIEN:
Dit nummer bestaat uit
twee bladen.
STADSNIEUWS.
POLITIEK OVERZICHT.
O N
HAARLEM'S DAGBLAD
Voor Haarlem per 3 maandenf 1,20.
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden 1,65.
Afzonderlijke nummers0,05.
Geïllustreerd Zondagsblad, per 3 maanden 0,30.
franco per post 0,37
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureau: Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. Telefoonnummer 122.
van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 Cents.
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cents per regel.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door
onze agenten en door alle boekhandelaren en courantiers.
Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangëre G. L. DAUBE CoJOHN F. JONESSuccParijs 31 bis Faubourg Montmartre.
EERSTE BLAD.
Bij dit Nummer der Courant wordt
aan hen, die op het Geïl. Zondagsblad
Inteekenden, No. 33 van dat tijdschrift
toegezonden.
De Directeur- Wilgever,
J. C. PEEREBOOM.
Haarlem, 13 Aug. 1892.
f!Op het Museum van Kunstnijverheid
alhier, zil van af Zondag 14 Augustus
slechts enkele dagen ten
toongesteld zijn eene verzameling aan
plakbiljetten geteekend door Cheret,
den op dit gebied der decoratieve kunst
zoo zeer beroemd gew rden kunste
naar.
Deze belangrijke verzameling, zoo
compleet als men slechts zelden in de
gelegenheid zal zijn te aanschouwen,
werd bijeengebracht toet de welwillende
medewerking der heeren Frans Boersma,i
Bauer en Martinus Nyhoff te 's Hage.
Een groot aantal dezer bdjetten wor
den door de firma Nyhoff hier ]te lande
ingevoerd en ve~krijgbaar gesteld.
De tentoonstelliag van oude en mo
de ne zilversraidswerken die in de ro
tonde van het Museum gehouden wordt,
wordt steeds druk bezocht.
De tentoonstelling der werkstukken
van de leerlingen der school zal aan
staande Zondag voor het laatst geopend
zyn.
De miliciens der lichting '92 van het
3e bat. worden van at den 15 dezer voor
nachtdienst en werkbeurten gecomman
deerd als in de verschillende reglementen
bedreven, vroeger geschiedde zulks half
Juli.
Reeds in ons nummer van
9 dezer meldden wij, dzt de Eerw. heer
P. J. Thunnissen, pastoor van de O.L.V.
Kerk aan het Spaarne, Maandag 15
dezer zijn 25 jarig priesterschap hoopt
te herdenken.
De kerk is prachtig gedecoreerd en
versierd met levend groen en bloemen,
door de kunstvaardige hand van den
heer J. Ruijsenaars. Welke feestelijkhe
den Zondag zullen plaats hebben, werd
reeds door ons gemeld. Op den eigen
lijken dag van het jubileum zal een
plechtige Hoogmis worden bediend door
den jubilaris zelf, met Te Deum.
Daarna wordt eene vijfstemmige feest
cantate, gecomponeerd door den eerw.
pater Haagh, door het koor gezongen.
Ook de gemeente zingt den jubilaris toe.
De parochianen, hunnen pastoor een
bewijs van erkentelijkheid en waardee
ring willende vereeren, hebben daartoe
den geschilderden „Kruis-weg" besteld,
waarvan twee statiën (reeds vroeger door
ons besproken) gereed zijn en in de
kerk opgehangen.
Heden is op het bureel der genie
aan de Kinderhuisvest aluier aanbesteed
het bouwen eener kadettenschool te
Alkmaar, 40 gedeelte. Raming 170.000.
Ingekomen waren 13'biljetten, waar
van het laagste dat van den heer
Opzoomer te Nijmegen, voor f 166.250.
De hoogste inschrijving beliep ruim
235 000 gulden.
Gymnastiek-examen, lager onderwijs,
alhier. Vrijdag 12 Augustus: Opgeroepen
4 candidaten; geëxamineerd 4, afge
wezen 1; toegelaten de heeren F. G, de
Jager, W. Kok en J. W. de Koning
alhier.
Aan de openbare school te Spaarn-
woude zal een overdekt terrein voor
vrije- en ordeoefeningen worden toege
voegd.
De salarissen van de hoofden der
openbare scholen te Sloterdijk en Over
toom ziju door den raad vastgesteld op
1000 en te Sioten en Osdorp op
I 900, beide met tweejaarlijksche ver
J hoogingen van 100 tot f 1300 ei
ƒ1100.
BINNENLAND.
^Hedenmorgen is met militaire eer ter
aarde besteld een milicien vau de lich
ting van 1892, vau het 3e bat. die na;
«en verblijf vaa 5 dagen in het militaire j Betreffende het^ gerucht,
hospitaal, alhier, is overleden. dat graaf Rantzau, de Duitsche gezant
te '3 Hage, niet meer op zijn post zou
terugkeeren, verzekert de officieuze Nord.
Alg. Zlg. dat in welingelichte kringen
niets bekend is van een voornemen van
Rsntzau om uit den diplomatieken
dienst te treden.
De nieuwe minister-pre
sident in Japan, de heer Ito, is
zegt het Vaderland in Ne
derland geen onbekende. Niet al
leen heeft hij ons land bij herhaling
bezocht, maar tevens is hij gedurende
twee jaren als aanstaand medicus in hei
Rotterdamsche Ziekenhuis werkzaam ge
weest. Hij spreekt onze taal zeer vloei
end en heeft tijdens zijn verblijf hier
te lande met tal van Nederlanders vriend
schapsbetrekkingen aangeknoopt. Na zijn
terugkomst in Japan was hij eenigen
tyd lijfarts van den Mikado. Later wijdde
hij zich aan het politieke leven en men
vermoedde reeds dat hij als staatsman
nog eene belangrijke rol zou vervallen.
Naar aanleiding van het
bericht, overgenomen uit het Maandblad
tegen vervalschingc?ibericht ons ie
mand, die van dat onderwerp eenige
studie heeftgemaakt,dat hetgeen voldoen
den grond heeft in steden het westelijk
gedeelte bizonder ter bewoning aan te
bevelen, al zou ook het overheerschend
aantal westelijke winden werkelijk on
zuiverheden oostelijk uitdrijven.jj
Zij, die om zich te verfrisschen gaan
wandelen, raadt ook hij de windzijde
eener plaats tot wandelplaats te kiezen,
maar om te wonen bieden, naar zijne
meening, oostelijk gelegen panden voor
de gezondheid zulke voordeelen aan,
dat die ruimschoots opwegen tegen het
overw&aieü van onzuiverheden van el
ders.
Reeds moet Aristoteles geijverd heb
ben voor het vrijelijk toetreden van
oostelijk, of morgenlicht. Niet alleen
zou het morgenlicht voor menschen te
begeeren zijn, maar ook Voor den groei
van boomen en planten. Het zou weer
streven de ontwikkeling van bacteriën
en over het algemeen vernietigend wer
ken op smetstoffen.
De ervaring zou inderdaad leeren, dat
westelijk gelegen gedeelten van steden
het meest door epidemieën worden ge
troffen, met name vooral cholera en
diphtherias. Vooral schijnt laatstge
noemde ziekte te worden begunstigd
door binnenshuis geplaatste privaten.
Voorts kamers, die uitzicht geven weste
lijk, of ook noordelijk, zouden inzon
derheid vruchtbaar blijken in het ont
wikkelen der diphtheritis.
Vandaar, dat onze berichtgever be
sluit met ouderen te raden slaapkamers
voor kinderen en inzonderheid bij het
bouwen van kleine woningen, plaatsen
te prefe:eeren, waar het zuid-oostelijk
licht des morgens ruimen toegang kan
vioden. ArnhCl.)
Men schrijft uit Ede van
11 Augustus:
Uit deze gemeente, voornamelijk Ben-
nekom, zullen in de beide volgende
maanden weer een 100 tal personen naar
Noord-Amerika vertrekken. Een paar
maanden geleden zijn er 60 van hier
derwaarts gegaan.
Meest allen zijn landbouwers.
Men schrijft uit Apeldoorn:
Bij het tweede onderzoek door den
officier van justitie naar het overlijden
van De Gr., die gepasseerden Zondag
met zijn ouderen broer twist had gehad,
is door getuigen gebleken, dat de over
ledene nog eenige oogenblikken voor
zijn dood heeft bekend zelf in zijn eigen
mes te zijn gevallen, en niet door zijn
broer te zijn doodgestoken. De over
ledene heeft slechts kort geleefd nadat
hg die wond gekregen had. Doordat hij
zich, waarschijnlijk tengevolge van het
gebruik van sterken drank, zoo erg
driftig maakte, kreeg hij hevig bloed
verlies, waarop spoedig de dood volgde.
Lsttarsn en Kaast»
Ten gevolge zijner benoeming tot ka
pelmeester der schutterij muziek te.
Utrecht, in de plaats van den heer C.
Coenen, gaat de heer Wouter Hutschen-
rnyter, 1 October het orkest van het
Concertgebouw te Amsterdam verlaten.
Het zal den heer Kes Diet gemakkelijk
vallen, dezen talentvollen en ijverigen
musikus, die bij zijne afwezigheid de
uitvoeringen leidde, waardig te vervan
gen.
De Indépendance bevat de volgende
dépêcheArabische benden onder het
hoofd Roumaliza zijn van Tanganika te
Nyangwé en aan de Boven-Lomani
aangekomen en hebben de daar geves
tigde nederzettingen vernield. De opstan
delingen in het Noordoostelijke deel
van Nyangwé zijn de Loualaba afge
zakt tot Ribariba. Drie blanken zijn
gedood door de aan de Lomani aange
komen Arabieren. De toestand van de
onder Hodester staande nederzetting
wordt als hachelijk beschouwd. Men
vreest dat de arabische hoofden aan de
Stanley-vallen en te Isanghi, die tot
dusverre trouw zijn gebleven, vqandig
zullen worden. Door het bestuur van
den Kongostaat zijn versterkingen ge
zonden naar het Basoko-kamp,
De Indépendance beschouwt deze
tijdingen als hoogst ernstig en V»n
kwade beteekenïs voor den toestand
aan de Boven-Kongo.
De Etoile Beige bevat berichten uit
Kongoland, welke die van de lndépen-
da?ice bevestigen en aanvullen. De han
delsvestiging te Mantanga, bestaande
uit twintig beambten onder Hodister,
is door Arabieren overvallen en allen
zijn gedood of gevangen genomen.
De stoomboot Augusie Beernaertge
laden met koopmansgoederen, is door
de Arabieren genomen. De kantoren
en koopwaren van de onderneming te
Asee zijn geplunderd.
Het Handels syndicaat, waarvan Ho
dister directeur in Afrika was, heeft
heden een telegram uit den Kongostaat
ontvangen, waarin melding wordt ge
maakt van den dood van vijf zijner
agenten (Tourot, Noblesse, Piorret,
Mussche en Chaumons) en van de
plundering van verscheidene factorijen
aan de Loualaba en Boven-Lomani. De
kapitein Thyss. die het telegram heeft
onderteekend, laat doorschemeren, dat
hij de toekomst donker inziet, ofschoon
de Arabieren langs de Stanley Falls tot
nog toe rustig waren. Het bericht van
Vrijdagochtend dat de geheele zending
van Hodister was te gronde gegaan,
kan waar zijnmaar het is nog slechts
het resultaat van veronderstellingen. Er
zijn nog geene voldoende informatiën
verkregen, op grond waarvan men alle
hoop zou moeten opgeven. Hodister
had 16 Europeanen bij zich en de laatste
door hem afgezonden berichten dagtee-
kenen van April. Uit de gegevens, die
uit verschillende bronnen zijn ver
kregen, kan men nagaan dat de bewe
ging moet zijn uitgegaan van de bevol
king der oevers van het Tanganika-meer,
alwaar de expeditiën der kapiteins
Joubert en Jacques ter bestrijding van
den slavenhandel zich bevonden, en
din zou er geene sprake zijn van een
opstand der Arabieren in Nyangwé,
maar van een inval in de streek van
Nyangwé door vijandige benden van
het arabische opperhoofd in Tanganika.
De tijdingen omtrent hetgeen aan de
zending van Hodister wedervaren is,
worden bevestigd. Twee agenten van de
maatschappij van den Boven-KoDgo zgn
door de Arabieren gedood, en drie zgn
aan de gevolgen van dyssenterie gestor
ven. Hodister met drie der zijnen zijn
waarschijnlijk vermoord. De factorijen
in Bena-Kamba Faki zijn geplunderd
en vernield.
De Fransche regeering heeft Donder
dag eene nota aan den Kongo-staat
gezonden, waarin zij de eischen in hare
vorige nota's vervat handhaaft. Op het
voorstel betreffende de arbritage ant
woordt zij niet.
De heer Van Eetvelde, secretaris van
f~ tn LJI l
28
HOOFDSTUK XX
Weer dc koffer.
Dien avond staken wij naar Frankrijk over.
Wij hadden de terugkomst van Austin niet kunnen afwachten.
Hij moest door iets zijn opgehouden, daar hij op den bepaalden
lyd niet verscheen. Ik was van oordeel, dat het zeer onverstan
dig zou zijn om nog lacger te wachten. De politie kon ieder
oogenblik Philip Harvey ia hechtenis komen nemen en ik wist
hem te bewegen om dienzelfden avond nog met mij te vertrek
ken. Ik z«lf was nu verbijsterd en teleurgesteld. Van het eerste
oogenblik af had ik al mijn argwaan vereenigd op die „P. H.",
welke bleken te beteekeoen Philip Harvey, en ik had geen
oogenblik getwijfeld. Nu begon ik mijzelf af te vragen, of ik mij
aiet totaal had vergist.
Ik begon te gelooven, dat Philip Harvey wellicht geheel on
schuldig was, maar ik had volstrekt geen plaatsvervanger voor
hem.
Verbijsterd staarde ik op de letters, welke ik in mijn bezit
had, of op het bagagebiljet, dat ik dien morgen in de overjas
van Austin had gevonden. Hoe kwam dat briefje op zulk een
eigenaardige plaats Wat deed het er toe De vraag bleef
immers nog te beantwoordeu over: Wie was de moordenaar?
En na een week hard te hebben gewerkt met een zeker succes
voor oogen, scheen die vraag steeds minder geschikt te worden voor
eene bevredigende oplossing. Wij hadden een vreeselijke reis. Philip
was zenuwachtig en zag overal spionnen en detectives. Ik had
moeite genoeg om hem er voor te vrijwaren, dat hij zich niet
een dozijn keer verraadde aan een aantal zich van niets bewuste
personen, die niet zouden weten wat met hun onverwachte
vangst te doen. Uit hetgeen ik zag, begreep ik, dat hij niet
aan eene zinsbegoocheling onderhevig was, en mijn eenige angst
was, dat hij de bloedhonden, die hem reeds op het spoor waron,
in hun werk zou vergemakkelijken.
Ik was zeer verlangend om hem het land uit te krijgen, want
ik moest voor mijzelf wel bekennen dat ofschoon ik voor mij
aan zijn schuld begou te twijfelen, alle gegevens zeer duidelijk
tegen hem spraken. En dan vroeg ik mijzelf plotseling weer af,
of ik wellicht niet den werkelijken dader bij zijne vlucht hielp?
Ksrtera ik wist niet wat van het geval te denken. Wij kwamen
overeen dat hij te Parijs vier en twintig uren rust zou nemen, en
zijn broeder zou afwachten, voor wien hij in het hotel te Dover
een brief in cijferschrift had achtergelaten. De eenige vraag waa,
zou Austin des Zondags overkomen? Ik moet er bijvoegen dat
Philip om voorbereid te zijn op eventueele ondervragingen aan
het station te Dover een kaartje voor Londen had genomen ter
wijl ik twee kaartjes naar Parijs had gevraagd, en ai de bagage,
wij hadden niet veel op mijn naam had laten inschrijven.
Toen wij Parijs hadden bereikt reden wij onmiddellijk naar
een stil afgelegen hotel, terwijl Philip verscheidene angsten uit
stond voor alle donker e stegen en rijtuigen die passeerden. Hij
hau al zijn geestkracht verloren, want het denkbeeld van den
moord had op hem een zeer diepen indruk gemaakt.
Voor zoover ik kon uitmaken was hij van oordeel dat hij den
moord had gepleegd op de door Austin omschreven wijze, en
hg mompelde telkens binnensmonds„De boeken! de boeken!"
Het was duidelijk dat hij de ontdekking van zijne boeken
in de kast van zijne tante als het sterkste bewijs van zijne schuld
beschouwde. Zij bewezen meer dan iets anders dat hij zich niet
herinnerde wat hij gedaan had, en dat hij dien Zondag had gehan
deld onder den invloed van verstandsverbijstering.
„Onzin," zeide ik, „zij schijnen te bewijzen, en verscheidene
gegevens schijnen het te bewijzen dat de moord dien nacht in dat
huis is geschied en dat ook in dat huis het lijk in uw koffer
werd gelegd. Dat is alles."
„Maar den ganschen nacht was er niemand in huis dan wij
beiden en de hospita. Gij denkt toch niet dat de hospita haar
heeft vermoord?"
„Dat niet," zeide ik.
W9rdt 9tr9olg4i)