NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. J>e f muitte gtexresfooi. 10e Jaargang. Woensdag 7 September 1892. No. 2815 ABONNEMENTSPRIJS: ADVERTENTIEN: DE OOM DIT CALIFOMIË, STADSNIEUWS. FEUILLETON HAARLEM'S DAGBLAD Voor Haarlem per 3 maandenf 1,20. Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden 1,65. Afzonderlijke nummers0,05. Geïllustreerd Zondagsblad, per 3 maanden 0,30. franco per post 0,37^. Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Bureau: Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. Telefoonnummer 122. ran 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 Cents. Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Reclames 20 Cents per regel. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze agenten en door alle boekhandelaren en courantiers. Directeur-Uitgever J. C. PEEKEBOOM. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE Co., JOHN F. JONESSucc., Parijs 31 kis Faubourg Montmartre. In No. 39 van het Geïllustreerd Zondagsblad zal bet eerste ge deelte worden opgenomen van een boeiende novelle van den be roemden Amerikaansche schrijver BRET HARTE. Deze novelle, ge titeld zal met tal van fraaie gravuren worden versierd en dus behalve door den spannenden inhoud, ook door de illustraties de aandacht trekken. Reeds de naam van den schrijver BRET HARTE is een waarborg, dat men hier een novelle heeft welke aan ieder in handen kan worden gegeven, een verhaal, gees tig van vinding, hoezeer het op de eenvoudige wijze is neergeschreven, aan den humorist BRET HARTE eigen. Na de instemming van vele zijden ontvangen met het opnemen der geïllustreerde novelle Onder val- sehe vlag, is ondergeteekende over tuigd, dat de lezers van het Geïl lustreerd Zondagsblad ook van deze aankondiging, betreffende de novelle met ingenomenheid zullen kennis nemen. Tot het nemen van een abonnement op het Geïl lustreerd Zondagsblad, uitslui tend voor de inteekenaren van deze Courant, bestaat eiken dag gelegenheid ten kantore van den DIRECTEUR-UITGEVER. Haarlem, 6 Sept. 189a. De heer Jan Simonszoon Oosterhoorn te Edara, is ter terechtzitting der Arr.- Rechtb. alhier, den 6®n Sept. jl. beöedigd als makelaar in roerende goederen. Naar wij vernemen, zal de harddra verij waarvan wij melding maakten en die alhier zou worden gehouden, moeten worden uitgesteld, omdat het Gemeen tebestuur thans geen vergunning kan geven om daarvoor de D'eet te gebrui ken, daar HH. MM. de Koninginnen einde September of einde October zou den kunnen komen eD de Dreei in dat geval geheel vrij moet zijn. Het plan der harddraverij wordt evenwel niet opgegeven. Financieel is de zaak reeds voor een groot deel geregeld, zoodat uitstel hier geen afstel zal zijn. Maandagavond kwamen verschillende Commissies tot versiering van straten voor de komst van Hare Majesteiten, bijeen in de bovenzaal van Montagne, om te beraadslagen hoe zij thans nu het koninklijk bezoek is afgezegd, zouden handelen tegenover hunne geldgevers en tegenover hunne leveranciers. Voor zoover wij konden nagaan, waren alle Commissiën tegenwoordig, uitgezonderd die van het Spaarne de Zijlstraat en de eerste Groote Houtstraat. De heer C. F. Henning Jr. was wel zoo goed, zich met het voorzitterschap te belasten. Er werd levendig van gedachten gewisseld, hetgeen niet te verwonderen is wanneer men bedenkt, dat de ver schillende straten in zeer verschillende omstandigheden verkeeren. Hier heett men een groot deel van het kapitaal aan groen ingeboet, ginds is die post voor green een onbeteekensnd onder deel der begrooting. Het bleek dan ook, dat men beter deed met Diet ge zamenlijk te handelen, maar elke Com missie voor zich in haren bizonderen kriDg. Het resultaat door de vergadering verkregen, is tweeledig. Men besloot, dat de Commissies in functie zouden blijven en dat dit aan de geldgevers per circulaire of op andere wijze zal worden medegedeeld, terwijl het geld dat na onvermijdelijke beta lingen in kas overblijft, den grondslag zal vormen van een Dieuwe versiering, wanneer het bezoek van onze Koning innen over eenige weken plaats heeft. Tot degenen,voor wie de afzegging van het koninklijk bezoek een groote teleur stelling is, behoort ook de firma J. J. Beijnes. Sedert eenige dagen staat hare fabriek gedeeltelijk stil en kostelijke, zoowel als kostbare toebereidselen waren voor de ontvangst van Hare Majesteiten gemaakt. Trad men de breede straatdeur bin nen, dan ontwaarde het oog een allee van groene heesters, geflankeerd door vlaggen. Links was een soort tent van vlaggedoek opgeslagen, terwyl aan het einde der allee boven en om de deur der wagenmakerij het nederlandsche wapen en een versiering van groen en kunstig gemaakte papieren bloemen. Ook de vensters waren op deze wijze gedecoreerd. Wat in deze versiering echter het meeste effect maakte, was het eigen aardige licht, dat door het glazen dak viel. Vooral des middags ais de zon fel scheen, werd door doek dat tegen de ruiten in de zoldering was bevestigd, een eigenaardig oranjelicht naar binnen geworpen. Een groote kroon zou de Koninginnen met bloemen en daarna met sneeuw hebben bestrooid. Het plan bestond de groene laan door te trekken tot het einde der wa genmakerij, daar een dwarsallee te maken en bij iedere heester een werkman uit de fabriek te plaatsen. Waren Hare Majesteiten ook de tweede allee doorgegaan, dan vertoonde zich een estrade voorzien van een ge makkelijke trap. Naast die estrade staan twee in de fabriek vervaardigde spoor wegrijtuigen, het eene WeenenVlis- singen en het andere een rijtuig Staats spoor, I® en 2e klasse gemengd, een paar meesterstukjes van rijtuigtabricage zooals er zoo velen door de fabriek zijn in de wereld gezonden. De firma Beijnes zou bij het Konink lijk bezoek de wagens dooreen lusthof van groen en bloemen hebben omringd. Wij zagen ook den grooten siergevel, bestemd om voor de fabriek te worden geplaatst, en die 12 meter breed en 6% meter hoog is. Het is moeilijk een beschrijving te geven van dit fraai stuk werk, maar zeker is het dat deze eerepoort een vorstelijken indruk zou hebben gemaakt. Maandag en heden werd de versiering door vele belangstellenden bezocht en het is voor de firma Beijnes te hopen, dat de Koninginnen alsnog aan Haar voornemen gevolg geven en binnen eenige weken Haarlem bezoeken kunnen. Zondagavond werd door ons stedelijke muziekkorps onder leiding van den heer C. P. W. Kriens een volksconcert ge geven in den Tuin te 's Gravenhage. Uit het verslag hierover in het Dagblad vermelden wij het volgende: „Namens het Bestuur dient een woord van hulde gebracht te worden aan deze kapel, welke een programma ten ge- hoore bracht, dat bizonder in den smaak van het publiek viel, getuige het luid applaus dat na elk nummer den bekwa men musici ten deel viel. In 't bizonder verdient de heer Kriens geprezen te worden. Hij heeft het corps te Haarlem, waaraan hij nu sedert 3 jaren is ver bonden, tot een der beste gezelschappen gemaakt hier te lande. Zijn opleiding genoot de heer Kriens hier ter stede ('s Hage) aan de Kon. Muziekschool. Later bezocht hij, als clarinetsolist, En geland, Frankrijk en Italië terwijl hem de onderscheiding te beurt viel van door den koning van Saksen te worden benoemd tot Kon. kammermusiker. Na zijn terugkomst hier te lande werd de heer Kriens onder-directeur van de Bilse-kapel, vervolgens kapelmeester te 's Hertogenbosch, tot hij 3 jaar geleden tot zijn tegenwoordige functie werd benoemd. De verschillende nummers werden degelijk uitgevoerd en vooral aan het slot, toen de Tuin ïn bengaalschen vuurgloed gezet werd en de menigte fantastisch door de roode stralen verlicht werd, was de geestdrift ten top gestegen en scheen er aan het gejuich schier geen einde te zullen komen." Onder presidium van den heer F. Lieftinck vergaderde Maandagavond in het lokaal de Korenbeurs de afdeeling Haarlem en omstreken van de Holl. Mij. van Landbouw. Nadat door den Secretaris, den heer W. K. Loefï, de notulen der vorige vergadering waren gelezen en deze waren goedgekeurd, deelde de voorzitter mede dat het Bestuur zich tot zijn leedwezen genoodzaakt zag art. III vanhetHuish. Reglement toe te passen waarbij een lid, dat op herhaalde aanmaning in gebreke blijft zijne contributie te vol doen, wordt geschrapt. Dit is het geval met den voormaligen kastelein van de Korenbeurs l'Hoist, thans te Utrecht woonachtig. De vergadering hechtte hieraan hare goedkeuring. Door den penningmeester, den heer Mr. G. C. Bverwijn Lange, werd rekening en verantwoording gedaan over het af- geloopen jaar. De rekening bedraagt in ontvangsten f 1325.13s en in uitga ven 1198.82, zoodat een voordeelig saldo van f 125.316 valt aan te wijzen. Deze rekening werd gesteld in handen van de heeren van West, de Clereq en Jansen die in de volgende vergadering zullen rapporteeren. Tot afgevaardigden ter algemeene vergadering van de Holl. Maats. v. Landbouw, te houden op den 8sten Sept. 1892 te Leicen, werden bij tweede stemming gekozen de heeren Fr. Lief tinck en C. van Hölk, die de benoeming aanvaardden, Aan de orde was thans de behande ling van de punten van beschrijving voor de algemeene vergadering. Eene gedachtenwisseling ontspon zich tusschen den voorzitter en den heer Mr. H. Ph. de Kanter, naar aanleiding van een voorstel van de afd. Knollendam en Marken-Binnen, om 300 toe te staan ten einde van eene te benoemen on partijdige commissie een advies te ver krijgen over den toestand van het boezemwater in de Schermer, welke toestand volgens die afdeelingen voor den landbouw zeer ongunstig is. De heer Lieftinck meende, dat de Mij. v. Landbouw zich niet behoorde te mengen in de stekelige kwesties over waterschapszaken, terwijl de heer de Kanter van oordeel was, dat de Maatschappij zich daarin niet mengde, wanneer z\j enkel een onzijdig advies uitlokte en dat zg hierdoor toch hare 1400 leden die in die streken wonen, van grooten dienst zou kunnen zijn. Ten slotte werd besloten, dat den afgevaardigden zou worden overgelaten hoe hunne stem ten deze uit te brengen, de discussie gehoord. De afdeeling besloot zich te wenden tot Haarlems gemeentebestuur met het verzoek, dat voortaan bij het wegen van vee, ook de halve ponden in reke ning zullen worden gebracht, uit billijk heid jegens den verkooper. Tegen woordig toch wordt een deel van een pond niet gerekend. Het Hoofdbestuur zal pogingen doen om zooveel dit mogelijk is, te bewerken dat voortaan veldvruchten etc. niet meer zooals tot nu toe worden gemeten, maar gewogen. Hierdoor verkrijgt men een zuiveren maatstaf en vermijdt de thans zoo veelvuldig voorkomende kwesties. Hieraan betuigt de vergadering hare volkomen adhaesie. Daar het hoofdbestuur geen subsidie meer geven zal voor den cui sus in hoefbeslag, dien de afdeeling Haarlem houdt, is door de afdeeling een hooger subsidie gevraagd aan Gedeputeerde Staten en wel van ƒ3 50.per jaar, voor den tijd van 2 jaar. Wordt dit toegestaan, dan zal dezen winter de cursus opnieuw worden gehouden. Betreffende de vacature in het Hoofd bestuur, veroorzaakt door de aftreding van den 'heer de Bruijne worden de afge vaardigden vrijgelaten in hun stem. De voorzitter bracht hulde aan de verdiensten van het aftredend lid en herdacht in hartelijke bewoordigen het overleden lid van het Hoofdbestuur, den heer van Oudheusden, die steeds zijn geld, tijd en verstand voor de be langen van den nederlandschen land bouw had veil gehad. Daarna werd bij tweede, stemming tot lid van het comité voor de belangen der haarlemsche paardenmarkt benoemd de heer J. H. M. Eveleia te Haarlem mermeer, met 25 van dc 43 stemmen. Achttien stemmen waren uitgebracht op den heer G. L. van Lennep alhier. Ten slotte had de gebruikelijke ver loting plaats; waaraan door al de aan wezigen werd deelgenomen met den geestdrift die steeds op te merken valt daar, waar Fortuin iets schenken kan in ruil voor niets. Dit iets kon zijn een nijdig zweedsch mes, een bescheiden bierglaasje, twee erg mooie sigarenbekers, eenige thermometers en een paar kistjes HOOFDSTUK IV. „Die roodharige vos heeft tevergeefs zijne plannen gesmeed," dacht hij met geheime vreugde. En hij peinsde vervolgens over de wenschelijkheid om aan het verlangen van zijn vader ten opzichte van een huwelijk te voldoen. Zooals de lezer reeds weet, hield hij zeer veel van Maria; een paar jaar geleden was hij verlietd op haar geweest; hij wist ook, dat zij eene goede vrouw voor hem zou zijn, en de verbintenis werd hem zoowel door zijn gezond verstand als door zijn eigen belang aangeraden. Ja hij zou ongetwijfeld den raad van zijn vader volgen. Telkens echter als hij dit tot zichzelf zeide en hij zeide het dien avond nog al eens dikwijls dan verscheen er voor zijn geest een vizioen van de zachte, blauwe oogen van Maria Lee's slanke gezelschapsdame. Welke oegen waren datl De gedachte daaraan deed zijn bloed sneller door zijne aderen vloeien; innerlijk kon hij dan ook slechts de wensch koesteren dat Hilda in Maria's plaats en Maria in Hilda's plaats was. Met zijne gedachte steeds gevestigd op de jonge dame, met wie hij niet van plan was te huwen, maar wier oogen hij bewon derde, sliep Philip dien nacht niet zoo goed als gewoonlijk. HOOFDSTUK V. Een moeilijke positie. Philip vergat niet den volgenden dag op Rewtham House te gaan lunchen; het was een zeer gezellige lunch en het zou inderdaad moeilijk voor hem zijn geweest om te zeggen, wat hem het meest behaagdeMaria's vroolijk gesnap, en de opval lende en voor hem vleiende voorkeur, die zij voor zijn persoon had, of de aanwezigheid van de bekoorlijke en bevallige Hilda. Na den lunch gaf hij op uitnoodiging van Maria Fraulein von Holtzhausen de eerste les in het schrijven van engelsch schrift, en om de waarheid te zeggen, vond hij de taak om haar bekoorlijke hand te leiden door de geheimzinnigheden van het alphabet een verre van onaangename bezigheid. Toen hij afscheid nam was zijne bewondering voor Hilda's blauwe oogen sterker dan ooit, maar aan den anderen kant was zijne overtuiging, dat het zeer dwaas zou zijn als dit invloed uitoefende op zijn voor nemen om de hand van Maria Lee te vragen. Hij, die op deze dubbele wijze twee vrouwen het hof wist te maken, moest ongetwijfeld een kalm overleg en een scherp ver nuft bezitten, en het pleit ongetwijfeld voor de slimheid van Pbilip, dat het hem zoo goed gelukte. Na eenigen tijd kwam tot deze ontdekking. Hilda en Maria beiden hadden hem lief; eerstgenoemde innig en heimelijk, laatstgenoemde openlijk en duidelijk. Hoewel dit feit ongetwijfeld iets streelends voor zijn trots moest bevatten, was de ontdekking wel eenigzins pijnlijk, nu hij aan geen van beiden openlijk den voorkeur kon geven. Wat hemzelf betreft beantwoordde hg Hilda von Holtzhausens liefde op een wgze, die hemzelf verraste; zijn hartstocht voor haar brandde in hem als een hevig vuur, waardoor de sporen van zijne vroegere genegenheid voor Maria Lee geheel werden verteerd. Onder deze omstandigheden zouden de meeste jonge mannen van een en twintig jaar alle voorzichtigheid in den wind hebben geslagen en door daden of woorden hunne gevoelens hebben blootgelegd; dit deed Philip echter niet, want reeds op dezen leeltjjd bezat hij de omzichtigheid het karakter der Carestoets eigen. Hij,zag duidelijk in, dat zijn vader nooit zon toestemmen in een huwelijk met Hilda, evenmin was de gedachte hem aangenaam miss Lee met hare bezittingen te moeten opge ven. Aan den anderen kant kende hij Hilda's trotschen en jaloer- schen geest. Zij was geen weekhartige schoonheid, die zou zuch ten eu eene beleediging dulden, maar ondanks hare beminnelijke manieren, innerlgk eene hooghartig meisje, dat als zij heerschte, wilde heerschen ais een Alexander, alleen en zonder mede dingers. Dat zij wel op de hoogte stond van de gevoelens hater vrien din voor Phiiip, besefte laatstgenoemde maar al te goed; zooals hij dan ook wel vermoedde, was Maria gewoon om haar deel genoot te maken van haar hoop en vrees, een vermoeden, dat

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1892 | | pagina 1