NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
pc familie @axe$foot.
m
10e Jaargang;.
Vrijdag 9 September 1892.
No. 2817
„Het Blaadje"
STADSNIEUWS.
Arroadisssneits-RBBhtbank.
BINNENLAND.
FEUILLETON
HAARLEM'S DAGBLAD
ABONNEMENTSPRIJS:
Voor Haarlem per 3 maandenf 1,20.
Franco door het geheele Kijk, per 3 maanden 1,65.
Afzonderlijke nnmmers0,05.
Geïllustreerd Zondagsblad, per 3 maanden 0,30.
franco per post 0,37£.
Dit blad Terscbijnt dagelijks, behalre op Zon- en Feestdagen.
Bureau: Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. Telefoonnummer 132.
ADVERTENTIEN:
yan 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 Cents.
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cents per regel.
Abonnementen en Advertontiën worden aangenomen door
onze agenten en door alle boekhandelaren en conrantiera.
Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangêre G. L. DAUBE CoJOHN F. JONESSuco.t Parijs 31 bis Faubourg Montmartre.
Ondergeteekende brengt beleefdelijk
in herinnering, dat kleine Advertentiön
bestemd tot plaatsing in
ea in de speciale rubriek in het Zater
dagavondnummer van HAARLEM's
DAGBLAD, 5 Cts. per regel Ie «men,
uiterlijk tot Vrijdagmorgen 1* uur aan
het Bureau kunnen worden ingeleverd.
T. C. PEEREBOOM.
Haarlem, 8 Sept. 1892.
Het alhier verblijf houdende bataljon
infanterie dat van 9 tot 22 Sept. het
kamp bij Zeist gaat betrekken, vertrekt
Vrijdag ten 7.55 speortijd, onder com
mando van luitenant-kolonel Hofstede.
Vanwege het Ministerie van Water
staat, „Handel en Nijverheid" werd
heden aan het gebouw van het Provin
ciaal Bestuur alhier aanbesteed
10. De uitvoering van baggerwerk in
het Noordzeekauaal beaastende Noord
zeesluizen en ia de verbreiding van
het buitenkanaal te IJmuide». Raming
f10800.
lugekome» A. Volker Lz. en P. A.
Bos, resp. Sliedrecht en Gorinchem
eenigste inschrijvers voor 8500.
20. Het stellen van ducel'alvea in die
verbreiding van genoemd buitenkanaal
mede te IJmuiden. Raming ƒ4630.
Hiervoor waren iogekomen 10 biljet-
en dat van G. D. vaa Doorn te Amster
dam, het laagst voor ƒ3557.
De vacaatie is weer om en wij kun
nen eiken Donderdagmorgen weer aan
de strafzittingen van de rechtbank be
steden. Vandaag was er weinig te doen,
eeaige mishandelingetjes, Ibeleedigioget-
jes etc.
Over het algemeen loepen de »en-
schen verbazend gauw naar de politie.
|Van een klapje late* ze prooes-verbaal
opmaken, voor een iu drift of dronken
schap ingeslagen ruit laten ze iemand
[voor de rechtbank eompareeren, alsof
j niet alle menschen wel eens een onberaden
daad plegen en alsof het niet mensch-
lievender en verstandiger ware, dergelijke
per slot toch onbeduidende feite* door
de vingers te zien.
Zoodra een aanklacht bij politie of
justitie is ingediend, moet de zaak voort
gang hebben. Niet aan deze colleges is
het dus te wijten, dat zoovele onbedui
dende zaakjes worden berecht.
Men kent het bierhuis in de Begij-
Benstraat, het Ruitertje genaamd. De
eigenaar van dat etablissement, Nico
laas Ruiter, kwam op den igden Juni,
een beetje uit zijn humeur thuis. Hij
had een borrel te veel gedronken, wat
een min aangename uitwerking op zijne
stemming schijnt te hebben.
Nadat hij eerst met zijn vrouw ruzie
had gemaakt omdat het eten niet klaar
was, een welkom onderwerp voor slecht
gemutste huisvaders, werd hij nog ne
teliger en wierp een paar meisjes,
Judith Heij en Jacoba Lieshout die bij
zgn vrouw te visite waren, een stoel
naar het hoofd.
Gelukkig raakte dat werktuig de be
zoeksters niet, maar dezen, geraakt over
dit gebrek aan galanterie, wonden zich
ook op e* toen nu Ruiter een knipmes
in de hand scheen te hebben, werd hij
door twee boeren vastgehouden en be
gonnen de bezoeksters hem te slaan, te
schoppen en te trappen, daar zij juist
hare glaceetjes hadden uitgetrokken.
Hiermee was deze drukke conversatie
afgeloopen. Jacoba en Judith stonden
voor hare daad tereoht en hoorden hoe
de sub. off. van justitie, nr. Joh. P.
van OutereD, 5 dagen gevangenisstraf
voor elk harcr requireerde.
Adelt, Kalitzka, kellner in het hotel
des Indes, te 'sHage, wilde evenals
alle Hagenaren^ die eenige aanspraak
op deftigheid maken, naar een bad
plaats en begaf zich daartoe naar Wijk
aan Zee.
Zijn keus was alleszins bescheiden,
maar minder gepast mag het heeten
da hg bij Scheltus, een koffiehuishGU-
der met wien hij kennis had gemaakt,
een bedrag van twee gulden uit de lade
stal en deze diefstal wordt des te vreem
der, wanneer men weet dat Kalitzka
40.en wat kleingeld ia den zak had.
Mij is op de zitting niet versohenen.
De eiseh is een maand gevangenisstraf.
(Zie vervolg Stadsnieuws 3e
ZO
De raad der gemeente Heemstede
stond 250 toe, voor het nemen van
maatregelen tegen de cholera, die te Uit
hoorn 200 de kermissen te Aalsmeer
en Kwakel, zijn uitgesteld tot in October.
Uit IJmuiden wordt gemeld dat de
qnarantainedokter instructie heeft ont
vangen, om schepen van besmette
havens niet te ontslaan na het genees
kundig onderzoek, doch nadere orders
af te wachten.
Van den bouw eener pastorie te
Houtrijk en Polanen, is o. m. gisteren
een gift ingekomen van f 500.
Dezer dagen werd door den kanton
rechter van Haarlemmermeer teKudel-
staart een onderzoek ingesteld naar de
zoo beschreven zaak aldaar, nl. mis
handeling eener vrouw. Bij dit onderzoek
ging het alles behalve kalm toede in
de zaak betrokken personen waren zeer
opgewonden, enkelen kwamen zelfs
onder den invloed van sterken drank
in het verhoor.
Toen het onderzoek, dat in een her
berg werd gehouden, was afgeloopen,
had de politie nog zeer veel moeite, de
vrouw tegen de menigte te beschermen.
Voor de betrekking van onderwijzeres
aan den Kwakel, op eene jaarwedde
van 450, met verhooging tot 500,
heeft zich geene enkele sollicitante
aangemeld.
De gewone audiëntie van
den minister van buitenlandsehe zaken
zal Vrijdag den 9den September niet
plaats hebben.
Naar de Maasb. uit goede
bron verneemt, heeft de minister van
marine op de begrooting voor 1891 een
post voor een paar groote oorlogsschepen
gebracht.
De commissie van de feest-1
viering ter gelegenheid van het zilveren
priesterfeest van dr. Schaepman zendt
het volgende door haar ontvangen
schrijven
„Tot allen, die mij op de een of
andere wijze op 15 Aug. jl. van hun
vriendelijke en vereerende gevoelens
deden blijken, richt ik een woord van
oprechten, hartelqken en nederigen
dank.
„Op de eerste plaats gaat dat woord
tot mijne geloefsgenooten van allen
rang en stand, van binnen en buiten
de grenzen, in het moederland en in de
koloniën. Een bizonderen dank voegt
het hun ie brengen voor de vorstelijke
geestdrift, waarmede zij meenden mijn
feestdag te moeten vieren en de her
innering aan dien dag voor mij besten
digen.
„Maar ook aan allen, die zonder met
«ij in éene overtuiging te deelen en
éene belijdenis uit te spreken, mij op
zoo ondubbelzinnige, ruime en wel
sprekende wijze hun genegenheid en
hun vriendschap betoonden, wijd ik een
woord van ongeveinsde dankbaarheid,
Hoog en verheven als het is een strijder
te mogen zijn voor een hooge en heilige
zaak, het is niet altijd een begeerlijk,
het is somtijds een hard lot. Met dat
al is het een verkwikkelijk gevoel een
dag te mogen beleven, waarop het
blijkt, dat de zaak, die men dient,
zonder schade gediend kan worden op
een wijze, die het hart van dea tegen
stander nog door iets anders treft dan
door de wapenen van kracht en beleid
alleen.
„Wat zal ik verder zeggen?
„Ik kan slechts herhalen, dat ik aan
allen en aan een iegelijk mijn allerbesten
dank betuig. Medfr dan iemand gevoel ik
den last, dien deze grootsche betoóning
van vereerïng en liefde op mij legt. Maar
ik hoop met Gods hulp te bewijzen,
dat een eerlijk gevierde feestdag het
plichtgevoel verhoogt, de kracht verjongt,
den moed verfrischt."
Seminarie Rijsenburg, 3 Sept. '92
DR. SCHAEPMAN.
In de maand Augustus wer
den bij het koloniaal Werfdepot aange
nomen 116 personen, als 77 Nederlan
ders, 10 Duitschers, 23 Belgen, 3 Zwit
sers en 3 Luxemburgers, terwijl van de
verschillende korpsen van het leger hier
te lande 33 onderofficieren en minderen
werden overgenomen.
In de xo categorie zijn begrepen 3
onderoffieieren die voor 4 jaar en 8
miliciens die voor 2 jaar, en in de
categorie 17 miliciens, die voor 2
jaar gedetacheerd werden.
Gedurende die maand werden naar
Oost-Indië uitgezonden 2 detachementen
ter sterkte van 4 officieren, 8 onder
officieren, 6 korporaals en 119 soldaten.
Afzonderlijk vertrokken 2 officieren. Uit
Oost-Indië keerden te Harderwijk terug
onderofficieren, die 4 jaren gedeta
cheerd waren geweest en naar hun
korps vertrokken, 2 soldaten die met
gagement en 12 miliciens die met groot
verlof den dienst verlieten.
Uit West-Indië keerden 2 soldaten
terug die met paspoort vertrokken.
Het Jft dbl. meldt hetvol-
gende
De ongunstige berichten over het
voor de scheepvaart opengestelde ge
deelte van het Merwede-Kanaal, door
„Rheaania" het eerst in de wereld ge
zonden, en die tot een interpellatie in
den Raad hebben aanleiding gegeven,
hebben ten gevolge gehad, dat Zater
dag jl. wederom een proeftocht ii onder
nomen door de heeren Zur Mtlhlen,
Hubrecht (waarnemend secretaris der
Kamer van Koophandel), Dirksen (in
specteur der Handelsinrichting) en
Korthals Altes (raadslid). Tevens noo-
digde men den redacteur van „Rhenania"
uit tot deelneming aan den tocht, om
hem de gelegenheid te geven de juist
heid zijner beweringen aan te toonen.
Op verschillende plaatsen, die de
redacteur van „Rhenania" als de ge
vaarlijkste aanwees, werd gepeild en
gemeten.
Over het algemeen Bleek, dat een
zeer overdreven voorstelling van de
zaak was gegeven, en dat de toestand
van den bodem ook voor het passeeren
der schepen van 5 600 last geenerlei
gevaar oplevert. Natuurlijk blijft het
elkan der pssseeren van twee schepen
van de groote der „Mozart" bezwaar
opleveren bij een vaargeul van 20 M.
bodembreedte. Maar een dergelijk ge
val zal zich zelden voordoen. Ten eerste
zouden beide schepen geheel „afgela
den" moeten zijn om gevaar voor aan
raking met den kanaalkant op te leve
ren, en ten tweede zijn er slechts zeer
weinig schepen van die afmetingen in
de vaart.
Naar wij van bevoegde zijde verna
men, heeft het onderzoek geenszins aan
getoond, dat er op versobillesde plaat-
sen belangrijke verandering in het dwars
profiel van het kanaal hebben plaats
gegrepen, zooals in verschillende bladen
is beweerd.
Men voegde daarbij, dat het uit te
brengen rapport gepaard zal gaan met
het „voorstellen van maatregelen, ten
einde de toestanden niet te doen ver
ergeren."
Dit klinkt weer zeer onrustbarend.
De heer Dirksen, die óver het onder
zoek een rapport in handen heeft gesteld
van het dagelijksch bestuur, gaf alleen, on
der overlegging van eenige profieltee-
keningen, middelen aan de hand tot
verdere verbetering van hét kanaal.
Voor zooveel wij vernamen, zal worden
voorgesteld, de remmiDgmiddelen inde
nabijheid der bruggen te verbeteren,
den kanaalkant meer gelegenheid tot
naeeren te geven en door telefonische
verbinding der verschillende stations
de vaart beter te regel, juist ook met
het oog op het passeeren der grootste
Rijnschepen, die dan op breeaere ka
naalgedeelten elkander zGuden kunnen
afwachten. Van maatregelen om te
voorkomen, dat de toestand verergert,
is in het rapport, voor zooveel wij weten,
geen sprake.
Ten slotte deelen wij nog mede, dat
nu ook uit de offieieele rapporten der
havenmeesters is gebleken, dat het schip
Mozart" den kanaalbodem niet heeft
geraakt.
De schippers beginnen reeds vertrouwd
te geraken met den nieuwen waterweg.
Verschillende schepen van ongeveer
2.10 M. diepgang legden den afstand
Vreeswijk tot Amsterdam in 8 uren
tijd af.
Met belangstelling zien wij de open-
HOOFDSTUK V.
#Zg is dunkt mij zeer mooi on zeer slim. Ik zou wel eens wil
len weten, hoe Bellamy aan haar is gekomen."
«Ik weet het niet. ik ,zou wel willeü, dat hg haar nooit had
ontmoet. Ik houd niet van haar, zg zegt n zulke onaangename
dingen, en ofschoon ik haar nog maar drie keer heb ontmoet,
sehynt zy alles van mg en van anderen te weten. Ik ben niet
zeer vlug van bevatting, maar wilt gy wel gelooven, dat zg er
zooeven op zinspeelde, dat gg liefde hadt opgevat voor Hilda;
dat is immers niet zoo, nietwaar, Philip Denk niet, dat het on
bescheiden van mg is, u dat te vragen, maar als het werkelyk zoo
is, dan is het maar het beBte, dat gg het mg zegt. Ik zal niet
boos zijn, Philip;* en het meisje stond voor hem zgn antwoord
af te wachten, met haar eene band op het hart, als om het luide
kloppen daarvan niet te verraden, terwgl zg met de andere hand
haar hoogrood gekleurd gelaat bedekte.
En Philip stond daar nu tegenover haar innemend voorkomen
en tegenover zgn geweten. «Nu," aldus fluisterde zgn geweten,
«is het een geschikt oogenblik, alvorens het kwaad nog verergert,
nu is het het geschikte oogenblik om haar alles te vertellen, en
haar to smeeken in plaats van liefde u haar sympathie en vriend
schap te schenken. Het zal verkeerd zgn om haar liefde voor u
nog aan te wakkeren, als men een ander meisje vurig bemint, dan
moet men dergelyke gevoelens tegengaan. «Nu," fluisterde de op
welling van het oogenblik hem in, waarbij de stem van het ge
weten tot zwygen werd gebracht, //is het fcyd om u van haar, haar
liefde en hare bezittingen te verzekeren en Hilda te straöen voor
haar trots. Oiler n zelf niet op voor een kortstondige verblinding,
spreek niet met haar over Hilda het zou slechts jaloezie ver
wekken; gg kunt dat later wel met haar goed maken. Laat de
schoone kans, u door het lot geschonken, niet verloren gaan."
Dit alles en nog veel meer ging hem door het hoofd, maar
hij bad zgn keus reeds gedaan nog voor dat het bloed, dat de
jonge dame naar het hoofd was gestegen, weer naar het hart was
teruggevloeid.
O oogenblik, dat over een gansche toekomst moet beslissen
0 vluchtig moment, dat wanhoop of geluk voor dezen man na
zich sleept
Philip greep haar hand, de hand, die zg op haar boezem had
gedrukt.
Maria," zeide hy, zulke gedaohten moet gg u niet in het hoofd
halen. Ik beweader Hilda zeer, dat is alles. Ja, liefste, ik heb mg
steeds als half met u verloofd beschouwd dat wil zeggen, na-
tenrlyk alleen voor zoover mij betreft; en ik heb slechts gewacht
totdat de omstandigheden het mg zouden veroorloven u te vragen,
of gij mg waardig keurt met u te huwen."
Zg gaf een oogenblik geen antwoord, maar bloosde hevig; ten
laatste sloeg zg even haar oogen op.
z/Gg hebt mg zeer gelukkig gemaakt, Philip." Dat was alles
wat zg zeide.
//Het verheugt mg, liefste, dat gg iets in mg kunt vinden, dat
u behaagt, maar als ik u niet onverschillig ben, en het u waard
is op mg te wachten, dan wil ik iets van uw genegenheid vragen
en verzoek u dan mg niet alleen lief te hebben, maar ook te ver
trouwen. Om redenen, die ik niet wil noemen, maar die ik u ver
zoek als zeer gegrond te beschouwen, wenschte ik gaarne, dat door
u nu nog niet over onze verloving werd gesproken, zelfs niet tegen
uwe vriendin Hilda. Vertrouwt gg mg voldoende om mg dat toe
te staan
z/Philip, ik vertrouw u evenals ik u liefheb, en reeds jaren lang
heb ik u met geheel myn hart liefgehad. En nu, lieveling, ga
heen; ik wilde nog eeDS over het een en ander nadenken,"
In de gang gaf een dienstbode hem ©en briefje; het was vaa
Hilda en luidde aldus:
//Ik ben van gedachte veranderd, en zal u van avond ia
den koepel ontvangen. Ik heb u iets te zeggen."
Philip liet 60D langgerekt gefluit hooren, toen hg dat las.
«Drommels lastig," dacht hg by zichzelf; «als ik met Maria
trouw, da* moet Hilda van hier. Ik kan echter niet van haar
scheiden; ik heb haar lief! ik heb haar lief!"