POLITIEK OVERZICHT.
UEMEN9D NIEUWS.
dag waren ploegen volk werkzaam. Het
vee werd in allerijl gestald, ook in de
naburige „Kwadijker Koog/ Gelukkig
dat de polder niet onderliep, zooals
Voor een paar jaar met het waterschap
„Mijzen" gebeurde, bij een buitengewoon
hoogen stand van Schermerboezem, dan
zouden pl. m. 385 hectaren bedolven
zijn en allicht ook de 200 hectaren van
den aangrenzenden polder „Kwadijker
Koog."
Vermoedelijk door de duis
ternis misleid, is de arbeider M. K.,
wonende te Spankeren, in het kanaal
DierenApeldoorn geloopen en ver
dronken.
Te Arnhem in de Lang
straat nabij de Nieuwstraat is Maan
dagnamiddag bijna een dubbele moord
gepleegd. Een vechtersbaas, een man
met wien de politie herhaaldelijk de
grootste moeite heeft gehad, stak daar
een kameraad, die hem niets ia den
weg legde, met een mes eenige malen,
zoodat deze voor dood neerzeeg. Een
andere kameraad die toeschoot, werd
ook levensgevaarlijk getroflen. Hij zelf
werd door het woedend geworden volk
geducht toegetakeld en door vijf politie
agenten gearresteerd.
In de buurtschap Marle,
onder de gemeente Hellendoorn, had
Zondag een geval van cholera nostras
met doodeiijken afloop plaats.
Te Woubrugge is een geval van cholera
nostras voorgekomen.
Te Maastricht zijngevan-
kelijk binnengebracht L., dagiooner, en
v. W., herbergier, beiden te Heerlen,
verdacht van den dood te hebben
veroorzaakt van Peter Erven, landbou
wer te Klimmen, wiens lijk ia den
nacht van Zondag op Maandag voor
de herberg van den laatste werd ge
vonden.
Het volgend avontujur wordt
uit Roswinkel gemeld
Ieder mensch kan zyn nut doen in
de wereld, al is het ook maar een
schoorsteenveger. Dit bleek onlangs in
een dorpje aan de overzijde van onze
oostelijke grenspalen. Een schoorsteen
veger was daar den geheelen dag druk
werkzaam geweest, doch de dag werd
hem te kort en daarom verzocht hij
aan den boer, waar hij werkzaam was
geweest, den nacht te blijven. Dit ver
zoek werd hem bereidwillig toegestaan,
doch hij moest op den zolder slapen.
Gaarne nam de man dit aanbod aan,
daar hem toegevoegd werd, dat hij niet
bang behoefde te zijn voor honger, om
dat in de nabijheid van zijn slaapplaats
een flinke hoeveelheid spek en worst
geborgen was. De goede man legde
zich rustig neer en na weinige minuten
was hij ingeslapen. In het diepste van
den nacht werd hij verschrikt wakker,
daar hij in zijn nabijheid voetstappen
hoorde, terwijl er zacht gepraat werd.
Hij houdt zich echter doodstil, doch
door de duisternis zag hij drie groote
kerels dicht bij zich, die bezig waren
het vleesch en spek te zoeken. Daar
de duisternis hen hinderde, konden de
dieven Daar hun zin niet goed terecht
waarom zij trachtten lucifers aan ts
steken. Toen hen dit niet gelukken
wilde, sprak een der dieven„Ik wou
dat de duivel in eigen persoon kwam
om ons hier bg te lichten".
Onmiddellijk werd aan zijn wensch
voldaan.
De schoorsteenveger rees zachtjes
overeind, plaatste zich naast de dieven
en steekt een lucifer aan. Op hetzelfde
oogenblik worden de dieven den zwarten
man gewaar. Buiten zich zei ven van
schrik namen zij hals over kop de vlucht,
hetgeen maar aan twee mocht gelukken.
Den derde sloeg de schrik zoozeer om
het hart, dat hij van boven naar beneden
stortte en op den grond met gekneusde
ledematen bleef liggen. Hij was echter
niet zoo verwond, of hij was nog in
staat zijne kameraden bekend te maken.
Het 19-jarig meisje, op wie
den 8 Oct. jl. te Leeuwarden een moord
aanslag werd gepleegd, heeft het dia-
conessenhuis, waarin zij werd verpleegd,
nagenoeg geheel hersteld veriaten en zij
is in de ouderlijke woning teruggekeerd.
De beide revolverkogels zij a echter niet
verwijderd; de ééne zit achter den
jukbeenboog van het rechteroor, de an
dere in een der werveilichamen. Zij
gevoelt echter geen pijn en het gehoor
van het rechteroor is weder normaal.
In een buitengewoon P 0 li-
iieblad wordt gesignaleerd:
Reinhold Adolf Riemer, laatst post-
assistent te Berlijn, geboren 21 April
1859, lengte ongeveer 1.75 meter, aan
gezicht vol en rond, knevel blond,
oogen lichtblauw en eenigszins tranend,
houding eenigszins voorovergebogen,
gang slepend, voeten eenigszins plat,
haar blond, neus tamelijk groot. Hij is
gekleed in zwart kamgaren pak en vest,
gestreepte broek, zwarte hoogen hoed
en heeft een stok met vernikkelden knop.
Hij wordt verdacht zich te hebben
schuldig gemaakt aan verduistering van
5760 mark ten nadeele van de post
administratie en is sedert 16 Oct. j,l.
voortvluchtig. De pruissische regeeriug
heeft zijne uitlevering gevraagd en op
zijne aanhouding en terugbezorging van
het gestolene een belooning van $00
mark gesteld. Opsporing en aanhouding
wordt verzocht en onmiddellijk bericht
aan het departement van Justitie.
RECHTSZAKEN-
De officier van justititie bij de recht
bank te Groningen heeft hooger beroep
ingesteld tegen de beide vonnissen der
rechtbank aldaar, waarbij Joh. Chr. V.,
oud 44 jaar, commissaris van politie
en H. L. H., oud 42 jaar, hootdinspec'
teur van - politie, beiden te Groningen,
zijn vrijgesproken van de hun ten laste
gelegde misdrijven van het als ambte
naar aannemen van eene gift (of belofte),
wetende dat zij hem gedaan wordt
teneinde hem te bewegen om, zonder
daardoor in strijd met zijnen plicht te
handelen, in zijne bediening iets te
doen, vijfmalen gepleegd.
Door de rechtbank te Zwolle is
rechtsingang verleend tegen den heer
W. G. Boele te Kampen, wegens de
uitdrukkingen door hem gebezigd in de
raadsvergadering van den 2Óen Sept. ten
opzichte van den burgemeester dier ge
meente. (Pr. O. en Zw. Cl.)
Op 7 October 1886 werd door de te
Berlijn gevestigde handelsvennootschap
onder de firma Siemens Halske met
de naamlooze vennootschap de „Maat
schappij voor Electriciteit en Metal
lurgie," wier zetel te 's Gravenhage is,
eene overeenkomst aangegaan, waarbij
de partijen gezamenlijk de exploitatie van
het centraalstation van de electrische
stroomlevering te 's Gravenhage op zich
namen. In de akte werd bepaald, dat,
wanneer een der contractanten door de
eene of ondere oorzaak (b.v. ontbinding
der firma of der naamlooze vennoot
schap) mocht ophouden te bestaan, de
tusschen partijen bestaande firma niet
zou ontbonden worden, maar de over
blijvende vennoot nog gedurende een
jaar het beheer zoude voeren en tot de
liquidatie der firma zou overgaan.
Op 30 Mei 1891 had eene vergade
ring plaats van aandeelhouders in de
„Maatschappij voor Electriciteit en Me
tallurgie. Alstoen bleek, dat het maat
schappelijk kapitaal een verlies van
vijf-en-zeventig ten honderd had onder
gaan, zoodat de ontbinding van rechts
wege intrad. Eene commissie van liqui
datie werd benoemd om de verefienmg
te bewerkstelligen.
De firma Siemens Halske nam
alsnu stappen, om tot liquidatie der
tusschen haar en de ontbonden „Maat
schappij voor E. en M." bestaande
firma te geraken, en ging over tot den
publiekea verkoop van het centraal
station te 's Gravenhage.
De commissie van liquidatie der
„Maatschappij van E. en M." verzette
zich tegen de handelingen van de ber-
lijnsche firma, bracht de zaak voor de
Haagsche rechtbank ea vorderde by
dagvaarding: 10. het verkrijgen vaa
inzage in de boeken van het centraal
station 20. verandering van conditiën
betreflende de publieke verkooping van
genoemd centraalstation, te houden op
9 en 16 Mei 1892. De firma S. ea H.
liet ondanks die dagvaarding den ver
koop toch plaats hebben, waarop de
liquidateuren bij exploot van 10 Mei
1892 vorderen, dat de rechtbank de
schorsing van den verkoop zoude be
velen.
Ia deze zaak werd alsnu Donderdag
voor de Haagsche rechtbank gepleit.
Da advocaat der liq.uidateuren, mr. D.
van Houten, betoogde dat de door ge
daagde opgeworpen exceptie, als zouden
de eischers niet de hoedanigheid be
zitten, die zij zich toeschrijven ongegrond
was en trachtte aan te toonen dat de
in de vergadering van aandeelhouders
benoemde vereffenaars wettig waren
benoemd. Met een beroep op art. 56
wetboek van koophandel en art. 33 der
statuten, poogde hij de juistheid vaa
zijne bewering te staven. En wat de
provisioneele vordering betreft, achtte
hij deze voor toewijzing vatbaar, daar
de bevoegdheid om zoodanigen eisch
te doen, onbeperkt is en de wet het
aan 's rechters oordeel overlaat, zoo
danigen eisch al dan niet toe te staan.
De advocaat der gedaagde, mr. W.
van Rossem Bzn., hield vol dat de
eischers niet wettig waren benoemd ea
dat de vennootschap door de bestuur
ders zoude moeten worden vereffend,
nu niet gelijk eischers meenden,
bij de acte eene andere manier van
liquidatie was voorgeschreven. Z. i. k®n
vaa de toewijzing der provisioneele
vordering geen sprake zijn, daar in dat
geval onherstelbaar inbreuk zoude worden
gemaakt op de zaak ten principale.
De uitspraak der rechtbank zal later
worden medegedeeld.
Een Dalziel telegram uit Rome meldt
het volgende. De oud minister-president
DiRudini heeft zijn verkiezings program
ma uitggevea in den vorm van een brief
aan zijn kiezers. Daarin brengt hij de
hernieuwing van het drievoudig verbond
in herinnering, waarvan het vredelie
vende karakter duidelijk gebleken is in
den loop des tijds. Voorts doet hij de
voordeelen uitkomen die Italië heeft
genoten van de handelsverdragen onder
zijn ministerie tot stand gekomen. Het
tekort wil hij tot eiken prijs dekken,
aangezien de financïeele moeilijkheden
zich in het gansche volksleven open
baren.
Hij zegt ook dat zij, die de bezui
nigingen van zijn ministerie bestreden,
deze weer goedkeuren nu Giolitti ze
voorstelt, eu hij. legt uit, hoe hij het
evenwicht in de begrooting had willen
herstellen, zonder de middelen te gebrui
ken waartoe Giolitti zijn touvlucht neemt.
Volgens hem zou een lucifersmonopolie
meer opleveren dan een petroleum-
monopolie.
Vervolgens de binnenlandsche politiek
besprekende, zegt hij, dat zij, die de
oude partijen weer wenschen op te bou
wen, zulks doen door eene nieuwe groe
peering. In werkelijkheid zijn er tegen
woordig geen kwestiën waarover de mon
archisten verdeeld zouden kunnen zijn.
De handelsverdragen, door Italië ge
sloten, hebben Frankrijk gedwongen tot
de poging om met Zwitserland eene
handelsovereenkomst te treffen. Hij (Di
Rudini) zon gaarne san Frankrijk het
gewone tarief hebben toegestaan in ruil
voor het Fransche minimumtarief.
Wat de politiek van het kabinet Gio
litti betreft, hij wenscht het ministerie
in zooverre geluk, dat zij zijn eigen
bezuinigingen hebben overgenomen,
evenals de voor het leger uitgetrokken
cijfers. Zoodra de begrooting een over
schot mocht aanwijzen, behoort dit voor
de vloot en niet voor het leger te wor
den aangewend.
Ten opzichte vaa de emissiebanken
keurt Di Rudiaï het ministerieele pro
gramma echter at.
Eindelijk wijst Di Rudini er op dat
hij de betrekkingen met Frankrijk heeft
doen verbeteren en verklaart ten slotte
progressist te zgn en te zullen jblijven.
In zijn eerstvolgende rede zou Giolitti
kunnen mededeelea dat, dank zij de
bemiddeling van Kalnocky, de kwestie
tusschen Italië en Oostenrijk met be
trekking tot den uitvoer van wijn, ten
voordeele van Italië is geregeld.
Ia Rome loopt het gerucht, dat na de
verkiezingen aldaar het ministerie zal
worden gewijzigd.
Ministerieele crisissen zijn aan de orde
van den dag. De Temps verneemt uit
Madrid eene herhaling van het gerucht,
dat daar eene dergelijke crisis ophanden
is. Omtrent de kabinetskwestie in Hon
garije zijn de meeniagen nog zeer ver
deeld. Een telegram van Dinsdag, meldt
dat waarsckijülijk de ministers Czaky en
Szilugyi uit het kabinet zullen treden
terwijl Csiracky Czaky als minister van
justitie en eeredienst zal opvolgen.
De fi/eue freie Presse logenstraft het
bericht, dat graaf Szapary zqn ontslag
zou hebben aangeboden. Er is geen
crisis, maar zjg kan elk oogenblik uit
breken. De Keizer |is bovenmate ver
stoord over de oppositie, inzonderheid
wegens het aanbieden van het eerebur
gerschap der hoofdstad aan Kossuth.
Daarom is de Keizer zoo spoedig van
Gödöllo vertrokken, waar hij eerst het
plan had tot December te blijven.
De Pesiher Lloyd bevestigt formeel,
dat alle geruchten over eene ministeri
eele crisis te eenenmale ongegrond zijn.
Noch voor het Kabinet in zijn geheel,
noch voor een zijner leden alzonderlijk,
bestaat er eenige reden af te treden.
De rijksraad te Weenen is tegen den
511 November bijeengeroepen.
De hongaareche delegatie te Budapest
heeft de legerbegrooting voor de bezette
provinciën geheel aangenomen.
Uit Parijs wordt gemeld, dat Havas
formeel het gerucht logenstraft, dat er
te Parijs ongunstige berichten waren inge
komen van kolonel Dodds in Dahomey.
De president van den portugeeschen
ministerraad is verslagen in het district
Aveiro, voor hetwelk hij 20 jaren aan
een als afgevaardigde zitting heeft
gehad.
Te Cadaval en Peniehe hebben de
verkiezingen aanleiding gegeven tot
eenige ongeregeldheden, evenwel niet
van ernstigen aard.
De engelsche minister van landbouw
heeft, in antwoord aan eene deputatie,
geweigerd de verordening in te trekken,
welks den aanvoer van vee uit met
veeziekten besmette of daaraan nabij
gelegen havens op de markt te Dept-
ford verbiedt.
De financieele commissie te Belgrado
heeft het tabaksmonopolie verworpen. In
plaats daarvan stelt zij voor eene ta
baksbelasting, wier opbrenst op 5 mil-
lioen dinars wordt geraamd.
De gezanten van Spanje. Turkije en
Italië hebben den koning van Grieken
land brieven van gelukwensching aan
geboden.
Het gerucht omtrent eene omwente
ling in Corrietes is ongegrond. In die
provincie heerscht overal rust. In San
tiago de Estero bleef de toestand nog
onveranderd.
Uit Liguayr» wordt ïsn de Uerala
gemeld, dat Barcelona in handen der
Crispisten gevallen is, die in de geheele
provincie Bernaadez zegevieren, waar de
laatste aanhangers der vorige regeering
nog wederstand bieden. Hun aanvoerder
Vaguaracato, is met zijne offieierea ge.
vangen genomen.
De commissie uit den Belgischen
Senaat heeft in haar vergadering van
Dinsdag met 15 stemmen voor en 3
onthoudingen bepaald, dat de senatoren
geen jaarwedde zullen ontvangen. Met
xi tegen 6 stemmen (éen onthouding)
werd bepaald dat de senatoren op de
spoorwegen vrij vervoer zullen hebben.
Verder werd beraadslaagd over de
organisatie van den Senaat. Een lid
stelde vosr het aantal senatoren te be
palen op 1 op de 4000 inwoners In
plaats vaa 6000 zooals thans. Ridder
Descaraps is tot rapporteur benoemd.
De vergaderingen der commistie zijn
vervolgens tot 9 November verdaagd,
Uit Erzerouw wordt aan
P lndé.ptndancc geschreven, dat men in
de Kaukasus een uitstekend middel
moet aanwenden tegen de cliolera,
door het gebruik van een bij de Indi
anen sinds lang bekenden wortel, de
galaage gcheeten.
Men laat 20 gram poeder daarvan in
100 gram alcohol van wijn op 950,
gedurende vijf dagen oplosseu. Wanneer
men den patient eon kleine hoeveelheid
dezer likeur heeft laten drinken, en hij
vraagt er weder om, dan wordt hem
een tweede, doch in nog kleiner dosis
toegediend, waardoor de bloedsomloop
aanmerkelijk bêvorderd wordt. Alge
meen gebruikt men in den Kaukasus
dit middel met goed gevolg.
Aan boord van het Engel
sche marineschip Mercury heeft een
ernstige eatploffing' plaats gehad, waar
door de eerste officier gedood en zeven
andere personen gekwetst werden. De
ramp ontstond in het vertrekwaar de spiri
tualiën geborgen werden; de oorzaak
bleef onbekend.
Naar het heet, zou de en
gelsche regeering voornemens zijn de
„feniaas" Muilen en Dowling, indertijd
tot levenslange tuchthuisstraf veroor
deeld, eerstgenoemde wegens deelneming
aan den moord in het Phoeoix-Park,
in vrijheid ie stellen.
Een geweldige brand
heett een aantal pakhuizen aan de
Theems vernield.
Lord Onslow presideert de
commissie, welke hei fondsbeheer voor
generaal Booth's Darkest England on
derzeeken en daarover rapport uitbren
gen zal. Dinsdag hield de commissie te
Londen eene eerste zitting met de
hoofden van het Heilslegerten einde
den aard en den omvang van het on
derzoek gemeenschappelijk vast te stel
len. De commissie bestaat uit lord
Onslow, sir Henry James, Sydney Bux
ton, vice-minister voor koloniën, en
Walter Long.
Onder een hoop oude pa*
pieren in de nationale boekerij te Parijs
is een manuscript van Robespierre
gevonden. Het ia de beantwoording
eener prijsvraag, in 1785 door de, Aca
demie van Amiens uitgeschreven en
waarvoor de schrijver eene eervolle
vermelding kreeg. Robespierre had
daarbij een geieidbrief gezonden waarin
hij o. a. zeide dat hij geen hooge ver
wachtingen had van zijn werk maar
het toch wilde zenden omdat het mis
schien van eenïg nut kon zijn. Robe
spierre was toen neg slechts een een
voudige klerk te Atrecht.
hem heb opgepast, maar natuurlijk weet gg er wel alles van.*
„O ja, lady Bellamy, ik heb er alles van gehoord, ook wat be
treft uwe moedige handelwijze, waaraan, naar mg de geneesheer
heeft verteld, George zijn leven heeft te danken. Het spijt mg
evenwel, dat hg mg niet kan ontvangen. Ik kom zooeven uit Lon
den, en ben hier gekomen op weg zgnde naar Roxham. Ik wilde
een zeer belangrijke zaak met hem bespreken.*
wOver uw aanbod om het landgoed Isleworth terug te koopen?*
vroeg zg.
vZoo, weet gij er van. Ja, dat was mgn doel.*
i/Dan is mij opgedragen u hierop te antwoorden.*
In spanning verbeidde Philip haar antwoord.
*Uw neef weigert beslist om iets van het landgoed te ver-
koopen.v
//Kan niets hem van besluit doen veranderen Ik ben bereid er
hem een flinken prijs voor te betalen, en bovendien nog de waarde
van het hout.*
//Neen, niets; hij wil het niet verkoopen.*
Groote teleurstelling teekende zich af op het gelaat van haar
toehoorder.
//Daar gaat dan de hoop, twintig jaar lang gekoesterd,* zeide
hij. //Twintig jaar lang heb ik na de ramp, die mg trof, gezwoegd
en plannen gesmeed om het landgoed weer in mgn bezit te
krijgen, en nu is het alles tevergeefs geweest. Welnu, dan is er
niets meer aan te doen,* en hg keerde zich om en wilde ver
trekken.
//Wacht nog een oogenblik, mijnheer Caresfoot. Weet gig wel,
dat gg mij veel belangstelling inboezemt.*
z/Ik ben er trotsch op eene zoo bekoorlijke dame belangstelling
in te boezemen,* antwoordde hg met een zweem van gedwongen
hoffelijkheid.
//Dat kan wel waar zgn, maar ik interesseer mg voor u omdat
gg een bewijs levert van den regel, dat ieder mensch er de een
of andere hartstocht op na houdt, als men die maar weet op te
sporen. Waarom zgt gg juist zoo op dit landgoed gesteld? Met
uw geld kunt gg evengoed een ander koopen.*
//Waarom krggt een Zwitser in den vreemde het heimwee?
Waarom wil een man, van zgn erfgoed beroofd, dit trachten in
zgn bezit te krggen?*
Lady Bellamy dacht een oogenblik na.
//Wat zoudt gij er van zeggen, als ik u een gemakkelijk middel
aanweeB om het begeerde in uw bezit te krijgen?*
Philip keerde zich haastig om met een blik van vernieuwde
hoop op zgn gelaat.
z/Gïj zoudt mijn eeuwige dankbaarheid verwerven dankbaar
heid, die ik u op allerlei wijzen zou willen toonen.*
Zij begon te lachen.
//Daarover moet gij met sir John spreken. Luister nu, ik zalu
eene verrassing bereiden. Uw neef wil trouwen,*
//Trouwen. George wil trouwen 1*
//Juist, en nu heb ik nog eene verrassing voor u hij wil
huwen met uwe dochter Angela.*
Ditmaal zeide Philip niets, maar hg ontstelde blijkbaar en was
zeer onaangenaam verrast. Als lady Bellamy hem eene verrassing
had willen bereiden, dan was zij daarin zeker geslaagd.
//Het is toch zeker een grapl* zeide hg.
//NeeD, het is verre van een grap; hij is wanhopig op haar verliefd,
en wil met alle geweld haar huwen.*
//Welnu
Welnu, ziet gg daarin geen middel om uw neef te dwingen
het landgoed te verkoopen
z/Voor den prgs van Angela's hand?*
/Juist.*
In gedachten verzonken wandelde Philip de kamer op en neer.
Ofschoon, zooals de lezer zich zal herinneren, hg een maand ge
leden, zoo laag was geweest om te veronderstellen, dat zijne doch
ter hare oogen zou aanwenden om hem in zgne plannen bevor
derlijk te zgn, hg had, en dit moet ter zijner rechtvaardiging ge
zegd worden, er geen oogenblik aan gedacht haar te dwingen tot
een huwelijkzoo onnatuurlijk als dit |Zgne denkbeelden
aangaande zijne verantwoordelijkheid zgner dochter, waren, wat
betreft het niet vervullen zgner plichten, volstrekt niet met vader
plichten overeen te brengen, maar er waren sommige dingen,
waarvoor hij terugdeinsde. Zekere vrees en herinneringen kwelden
hem te zeer, om hiervoor den moed te vinden.
//Lady Bellamy,* zeide hg nu, //gij hebt mgn neef George jsren
lang goed gekend, en kent dus waarschijnlijk zgn karakter en
levenswijze genoeg om te beseffen, dat zulk een huwelgk eene
schandelijke daad zou zijn.*
Wordt vervolgd