GEMENGD NIEUWS.
KOLONIËN.
Iets over wielrijden.
BINNENLAND.
Te Koudekerk a d. Rijn is in
het gezin van den fabrieksarbeider D.
S. een kind van 8 jaar overleden aan
cholera asialica; een jonger kind, even
eens aangetast, is herstellende.
Ook aan den hoogen Rijndijk, onder
Hazerswoude, deed zich een geval voor
met doodelijken afloop.
Donderdagnacht werd te Kat
wijk, als verdacht van lijdende aan cho
lera, naar het ziekenhuis overgebracht
K. B., arbeider,
Donderdagmorgen is de ge
meente Huizen bezocht door den inspec
teur van den geneeskundigen dienst,
op wiens last het besmette water in de
wetering door middel van petroleum
onbruikbaar is gemaakt.
Intusschen blijft de cholera in de be
smette woning voortwoeden. Vrijdag
ochtend is weder aangifte gedaan van
cholera aaiatica bij de ruim zestigjarige
moeder der Zondag overleden vrouw.
Dit is nu het vijfde geval in hetzelfde huis.
Donderdag zijn te IJselsteia
wederom twee gevallen van cholera
voorgekomen. Eene 64-jarige vrouw en
een 34-jarig man werden door die ziekte
aangetast. De vrouw was de moeder van
het meisje, dat de vorige week werd
aangetast en thans herstellende is.
Donderdagnacht heeft zich te
Breda het vierde geval van cholera
voorgedaan bij een lOjarig meisje, wo
nende in het Achterom. Het kind is
na weinige uren overleden.
UitCette wordt 3 November
gemeld: „De ketel van liet spaansche
stoomschip „Maria" is gesprongen op
het oogenblik dat het vaartuig de haven
verliet. Drie van de bemanning werden
gedood; elf gewond, waarvan drie zeer
ernstig.
Donderdag had eenontplof-
iing plaats in de dynamietfabriek van
Nobel, bij Rostock in Bohemen. Twee
werklieden werden gedood.
De stormen, die dezer dagen
te Chicago gewoed hebben, moeten aan
de scheepvaart een verlies hebben be
rokkend van 450,000 dollars. Op het
Michiganmeer is een passagiersbaot met
man en muis vergaan. Een twaalftal
booten hebben schipbreuk geleden en
27 personen zijn daarbij omgekomen.
Te Berlin loopt het gerucht
dat het gerechtelijk onderzoek naar den
persoon, die het legerontwerp aan de
Köln. Ztg. mededeelde, plotseling ge
schorst is.
Te At recht zijn eenige ge
vallen van cholera voorgekomen.
Volgens een officieele kennisgeving
is de cholera te Krakau verdwenen.
De politierechter te Lon
den heeft weder de zaak van den anar
chist Francois, wegens het niet aanko
men der noodige stukken verdaagd.
De beklaagde protesteerde luid tegen
deze wijze van doen der regeering, die.
aldus voortgaande, hem wel een jaar
lang in de gevangenis zou kunnen laten.
Batavia, 7 Oct. Blijkens een van den
civielen en militairen gouverneur van
Atjeh en Onderhoorigheden ontvangen
telegraphiseh bericht, is den len dezer
maand een aanvang gemaakt met het
schoonkappen op groote schaal van het
voorterrein tusschen Lambaroe en Lam-
reng en zijn de troepen, die op genoem
den datum daartoe buiten de linie trok
ken en stelling namen, in een hevig
gevecht met den vijand gewikkeld, waar
bij aan onze zijde 6 militairen sneuvelden
en 29 militairen zoomede een dwang
arbeider gewond werden, terwijl een
Boegineesch militair, die getroffen en
nedergevallen was, later werd vermist.
Bovendien werden zwaar verwond de le
luitenants der infanterie S. A. Drijber,
voor wien echter hoop bestaat op herstel,
en P. C. M. A. Hoolboom, die sedert
overleed. De toestand der overige ge
wonden is gunstig.
Na afloop van het gevecht keerden
onze troepen ongehinderd terug. Nopens
de verliezen van den vijand is nog geen
opgaaf ontvangen.
Met het schoonkappen van het terrein
wordt voortgegaan.
Aan het verslag der voornaamste ge
beurtenissen in het gouvernement Atjeh
en Onderhoorighedenloopende van 14
tot en met 26 September jl„ wordt het
volgende ontleend:
Groot-Atjeh. De posten Boekit
Karang, Siroen, Lambaroe, Lamreng en
Lamdjamoe werden evenals de morgen
en middagtreinen op de tusschen die
posten gelegen baanvakken, nu en dan
een weinig beschoten, terwijl ook de
nabij Lambaroe uitgezonden patrouilles
door het vijandelijk vuur werden ver
ontrust, dat echter in den regel door
enkele salvo's tot zwijgen werd gebracht
en ons geen verlies berokkende.
Ook bij het opruimen van het struik
gewas en de alang-alang in het voor
terrein vielen van 'svijands zijde scho
ten zonder letsel te veroorzaken.
Op den 12en September werd een
Maleier, terwijl hij bezig was hout op
een grobak te laden op ongeveer 200
meter van de ringbaan nabij Ketapang-
Doea, doodelijk verwond.
De passergangers, die naar buiten de
linte terugkeerden, hadden nabij Lamtih
te lijden van kwaadwilligen, die hen
van geld en goed beroofden.
In verband met het invallen der re
gens is men thans buiten de linie bezig
met den sawahbouw, en ofschoon dien
tengevolge onder de rondzwervende
benden verloop van volk viel waar te
nemen, bleven toch de opgeworpen ver
sterkingen bezet.
Toekoe Nja Bin tang van Lambanang
die volgens het vorig verslag door kwaad
willigen vermoord zoude wezen, is blij
kens nadere berichten niet gedood,
doch zwaar verwond.
In den avond van den 24 sten Sep
tember overviel eene patrouille nabij
Lamdjamoe eene 42 man sterke bende,
welke onder aanvoering van Toekoe
Sjam van Anak Paja reeds (een paar
dagen om de linie had gezworven, zon
der iets te hebben kunnen ondernemen.
De vijand bekwam 3 dooden, waar- j
van er 4 in onze handen bleven, ter
wijl aan onze zijde de 4e luit. der inf.
Doerleben en 1 mindere zwaar en 2
minderen zeer licht gewond werden.
Het geneeskundig blad The Lancet
geeft de volgende beschouwing over
liet wielrijden en den invloed daarvan
op het menschelijk leven,
Onlangs werd in de nieuwsbladen
gemeld, dat een wielrijder op een „ge
woon rijwiel" 443 Èng. mijlen in 24
uur had afgelegd. Het feit schijnt on
gelooflijk en het zou van belang zijn te
weten wat de, wijsgeer, die een dertig
jaar geleden beweerde, dat een wiel
rijder nooit sneller kon reizen op twee
wielen dan op zijn twee voetenvan de
zaak zou zeggen. Intusschen het is ge
beurd, en, wat meer is, er zijn vele
wielrijders, mannen van ervaring in de
kunst, die het kalmpjes opnemen en
stoutmoedig verklaren dat, hoe goed dit
„record" is, het zal geslagen worden,
zooals het andere voorgaande, geslagen
heeft.
„Waar is ten slotte het einde?"
roepen wij uit. Onmogelijk te zeggen.
We kunnen een wielrijder een be-
roepsgenoot die verklaarde dat wan
neer hij den overlast van den wind kon
ontgaan en op een spoorwegrail geplaatst
worden voor de gelegenheid gelegd
hij, achter een locomotief die met
een snelheid liep van vijf en twintig
mijl per uur, het minstens een uur lang
tegen de machine zou kunnen uithou
den. Op een der vergaderingen van de
^Society of Cyclists", gepresideerd door
Dr. B. W. Richardson, gaf deze een
nieuwe lezing der feiten. Hij zag daarin
de eerste waarachtige pogingen die lei
den zouden tot de praktische uitvoering
van het vliegen. Maar dit daargelaten.
We willen thans nagaan tot welken prijs
de tegenwoordige snelle beweging op
wielen wordt verkregen de hoeveelheid
levensduur, nog daargelaten het gevaar
voor ongelukken, waardoor hij bedreigd
wordt.
In de maand Mei van dit jaar werd
de waarde van dépêche-overbrenging
per rijwiel op de proef gesteld, ten
einde aan te toonen dat militaire dépê
ches door het rijwiel sneller kunnen
worden overgebracht dan door het paard.
Er werd door middel van een wielrijder
een dépêche verzonden van generaal
Miles te Chicago, naar generaal Howard
te New-York, over een afstand van 4000
mijlen, met de verwachting dat het in
400 uur kon geschieden. Het geschiedde
in 408 uur, een tijd die niet kon ver
kregen worden door den best bereden
ruiter.
De wielrijder die in 24 uur 400 mijl
aflegt heeft om zoo te zeggen geen be
grip van wat het hem aan lichaams
inspanning kost, want hij verlangt naar
geen rust en iedere pees in zijn lichaam
is in volle spanning, somtijds is die zoo
groot dat de man zich letterlijk blinde
lings voortdrijft. Zijn beenen gaan werk
tuigelijk jen hij legt zijn weg af op de
zelfde wijze.
Toen een bycyclist ongelukkigerwijze
werd gedood tengevolge van snelrijden
verklaarde een getuige onder eede, dat
de wielrijder zoo snel ging, dat hij de
waarschuwing niet hoorde voor het te
laat was, nl. toen hij nog op twee meter
afstand van een wagen was, waartegen
hij aanreed, alstoen zijn geheele positie
veranderde en „Oh" riep, waarop de
noodlottige botsing volgde.
Bij een andere gelegenheid van ee
dier lange ritten, werd een wielrijde
door een duizeling aangetast, die steed
aanhield, hij verloor de macht over zijn
zintuigen en reed verscheiden mijle
alsof hij blind was, voortvliegende i;
een soort van begoocheling, de nerveus
centra waren verlamd en terwijl zij
lichaam voortleefde en hij zijn dierlijk
kracht door ademhaling en hartslag be
hield, werden deze tot een hoogte ge
bracht die ieder oogenblik noodlottii
kon worden.
„Misschien," zegt het blad, „wan
neer wij onverbloemd de waarheid sprc
ken, zal men ons uitlachen, maar he
overdreven snelle wielrijden grenstaal
krankzinnigheid." We zullen niet ont
kennen dat menig jong man indevoli
kracht zijns levens deze feiten kan ver
richten zonder dat het hem oogenschijn
lijk eenig physisch nadeel bezorgt, maai
wij zeggen tevens dat onze middelen on
de eerste en kleinste aan wijzigingen vai
organisch letsel te constateeren niet ii
ons bezit zijn. Het gezond verstand geef
ons echter alreeds reden, aan te nemen
dat het lichaam, op welken leeftijd ooi
en in den besten staat, niet kan wor
den blootgesteld aan deze inspannini
zonder na eenigen tijd de sporen vai
ernstige physische ontaarding te ver.
toonen.
Wij hebben op dit punt onze waarne
mingen gedaan. Wij hebben diegenen na
gegaan, welke in de korte periode van hel
onzinnig inspannen van hun kracht, heb
ben uitgeblonken en tot ons leedwezer
moeten wij constateeren dat geen on
dervinding droeviger is en meer tol
waarschuwen aanspoort. De mensch i-
geen machine van ijzer en staalmaai
een organisme van vleesch. bloed er;
beenderen, dat van dag tot dag en var
uur lot uur vernieuwd moet worden ei
zijn kracht is niet ruw chemisch maai
levenskracht; hij is samengesteld tol
meer edele doeleinden dan zuiveren
machinalen arbeid. Wanneer hij ziel
aan dit laatste overgeeftzal hij spoedig
een zoo ontredderde machine worden
dat zijn beter ik sterft, naar hij heef
bereikt, wat in andere beter »getrain-
den" de eerste periode zal zijn vai:
levenskracht en werkzaamheid.