10e Jaargang, Donderdag 24 November 1892. No. 2881. NIEUWS- EN ADVEETENTIEBLAD. ABONNEMENTSPRIJS: ADVERTENTIËN: „Het Blaadje" STADSNIEUWS. CON AMORE. BINNENLAND, FEUILLETON m,MS V©BIt@!©ÏI\ HAARLEMS DAGBLAD Voor Haarlem per 3 maandenf 1,20. Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden 1,65. Afzonderlijke nummers0,05. Geïllustreerd Zondagsklad, per 3 maanden 0,30. franco per post 0,37J. Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Bureau: Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. Telefoonnummer 122. van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 Cents. Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Reclames 20 Cents per regel. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze agenten en door alle boekhandelaren en courantiers. Directeur-Uitgever J. C. PEEBEBOOI, Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE Co., JOHN F. JONES, Succ., Parijs 31bis Faubourg Montmartre. Mee liet oog* op deu grooten toevloed van Advertentiën en in het belang eener goede rangschikking, verzoekt ondergeteekende beleefd om Aanonccs bestemd voor het Nummer der Courant dat Zaterdagavond ver schijnt, reeds nu te willen inzenden aan het Bureau Kleine Houtstraat 9. De Directeur - Uitgever J. C. PEEREBOOM. Ondergeteekende brengt beleefdelijk In herinnering, dat kleine Advertentiën bestemd tot plaatsing in en in de speciale rubriek in het Zater dagavondnummer van HAARLEM's DAGBLAD, a 5 Cts. per regel te zamen, uiterlijk tot Vrijdagmorgen 12 uur aan het Bureau kunnen worden ingeleverd. T. C. PEEREBOOM. Haarlem, 23 Nov. 1892 Naar wij vernemen heeft de vereeni- jicg „Handelsvereeniging" alhier de ko ninklijke goedkeuring op hare statuten aangevraagd en verkregen. Het detachement dat dea 17011 dezer s uitgezonden naar Katwijk a/d Rijn en dienst uitoefende bij de besmettelijke veeziekte is heden alhier teruggekeerd, wordende het bewaken van besmette hoeven aldaar niet meer noodig geacht. Op den grooten Koltwedstrijd bij den heer Prinsen, „Groote Vauxhall" alhier, zijn behaald de ie prijs door den heer P. Smits met 110 punten; de 2e prijs door den heer T. A. D. met 103 pun ten; de 3e prijs doorN den heer C. Zomer van Zuid-Scharwoude met 100 punten. Reeds bij advertentie is medegedeeld, dat Vrijdag s. in den schouwburg al hier door de Nederlandsche Opera zul len 'Aarden opgevoerd de drie eerste be drijven van „Faust," en „Cavaileria Rusticana" van den beroemden Piëtro Mascagni. Dit programma is ongetwij feld reeds aanlokkelijk genoeg om Vrij dag vele operaliefhebbers naar onzen kunsttempel te doen opgaan, vooral ook nu is verkondigd dat de hoofdrollen jin uitstekende handen zij a nmi. in die van Pauwels, Orelio en mevrouw Dirckz- vaa der Weghe. In het bericht in ons vorig nummer over de teekencursus gelieve men te lezen J. de Nobel voor P. de Nobel. Bovendien is in het bericht over den brand alhier abusievelijk vermeld, dat deze woedde in eene pa&rdenslachterij. Dit moet zijn kleerbieckerij. Eene bespreking over de wijze waarop de dichters van de beschaafde volken uit vroegeren e» lateren tijd zich over de natuur hebben uitgelaten, ziedaar het letterkundig onderwerp, dat de heer prof. Jan ten Brink Dinsdagavond in den Schouwburg behandelde voor de leden en donateurs van de letterlievende vereeniging „J. J. Cremer". Als een van de oudste volkeren, wier dichters natuurimpressies weergaven, noemde spreker de oude Indiërs, die hunne beschaving aan andere volken hebben gebracht. De isdische dichters waren dan ook de eersten, die de zwij gende natuur deden leven, haar be zielden, en alles in de natuur in men- schen verpersoonlijkten. Zij waren pan theïsten in hunne opvatting van de natuur. Van een ander niet minder beroemd volk, de Hebreëers, erkenden de dichters in de natuur niets anders dan de uit storting van het goddelijke, overeen komstig hun geloof, hun godsdienst; immers zij waren monotheïstea. .Behalve deze beide typen is er nog een, namelijk bij het grieksche volk. Zoo ongeveer in dea tijd van Alexan der de Groote begonnen ook de grieksche dichters de natuur een rol te doen spelen ia huane gedichten. Evenals de Iadiërs gaven zij de bloemen, de rivieren, bergen eaz. iets menschelijks, maar zij deden dit meer harmonisch, dan het laatstgenoemd volk. Zij harmoniseerden de natuur meer mee de raenschelijke hartstochten vooral die jder liefde. Eea schaduwzijde van dit harmoni- seerea der natuur was evenwel dat zij de natuur te veel aan banden legden. Deze drie natuurbeschouwingen nu vindt men bij de latei e dichters en bij verschillende volken, steeds terug, vooral het grieksche element. Ia de middeleeuwen werden door den christelijke» geest ia de poëzie de natuurimpressies onderdrukt, hoewel voor zeer korten tijd. In de Nibelutigen de Gudrunsage enz. wordt de natuur bijna geheel uitgesloten. Aan iranschen invloed is het te danken dat in dien tyd de natuur-elementen in de dichtkunst weer sterker op den voor grond traden. Het schoone Tristan en Isolde aan eene iersche sagej ontleend, is hiervan een voorbeeld. Ook in de gedichtea der italiaansche en engelsche poëten is het grieksche element der natuarbeschouwing duide lijk waarneembaar. Onder de italiaan sche dichters zijn vooral merkwaardig Petrarca, de eerste moderne dienter, (140 eeuw) jen later, Torquato Tasso, wiens „Amiata" aan Vondel de stof leverde voor zijne „De Leeuwendalers." Onder de Engelachen wordt natuurlijk als de grootste genoemd, Shakespeare, ia wiens niet zeer bekende sonnetten voorsl het natuurelement intensief is uitgedrukt. Eerst in de 170 eeuw valt er bij de aederlandsche dichters iets merkwaardigs op te merken, en wel het eerst in de minnedichten van Pieter Cornelisz. Hoofi. De groote Vondel, de ernstige, deftige poet, maakte geen erotische gedichten. Hierop maakt het reeds genoemde „De Leeuwendalers" eenigszins eeae uitzoadering. Na de pauze werd de meer nieuwere richtirg der poezie in verband met de natuurbeschouwing behandeld. In den Dien weren tijd speelt vooral de duitsche poezie een hoofdrol. Door Klopstock werd een nieuw element ingevoerd, namelijk de maanvereering. Deze duitsche sentimentaliteit verkreeg vele navolgers, maar werd weer verdrongen ia den tijd van Goethe, wiens natuurindruk even als later bij Heinrich Heine is als bij de Grieken. Na in verband met het onderwerp eenige onzer dichters uit den lateren tijd te hebben besproken ala Bilderdijk, da Costa, Staring, Beets, ten Cate, Hofdijk enz. eindigde prof. Jan ten Brink met eene bespreking derfransche poezie, welke zich kenmerkt door het bizonder fijne wat hunne dichters in de natuur hebben uitgedrukt. Als voor beeld werden o. a. genoemd de dichters Edouard Pailleron, en de lyrische diehter Paul Bourget. Het gezelschap „Con Amore", thans onder directie van den heer W. Wie gan', voerde Dinsdagavond in de groote zaal van „de Kroon" weer een tweetal operetten op. De eerate, „Incognito of de Vorst tegen wil en dank" is reeds vroeger door dit gezelschap ten tooneele gevoerd en behoeven wij derhalve, daar ook de bezetting dezelfde is gebleven, niet te bespreken. Het zij genoeg, te ver melden dat de hoofdrollen, die van den Burgemeester en van den timmerman, door de heeren Peyra en Kessens zeer goed werden gespeeld en gezongen. Nummer 2 van het programma, dat na de pauze ten gehoore werd gebracht, was voor de vereeniging nieuw. Het was eene operette in eén bedrijf, ge titeld „de Kwakzalver of Dokter Peper- ment met zijn assistent op de jaar markt", door den auteur van Incognito. In dit vioolijk toenwerkje wordt door een wonderdokter, die zich gekleed heeft op een wijze welke aan Sequah denken doet, een patient genezen van eea ongelukkige liefde, een tweede van krankzinnigheid en wordt een ander een bochel geamputeerd. Het veld der fantasie wordt derhalve in den tekst met succes bewaadeld. De beide hoofdrollen, die van den dokter en zijn knecht, werden vervuld door de in Incognito genoemde zangers, die hoewel de operette als toonwerk achterstaat bij Incognito, op zeer ver dienstelijke wijze hunne partijen ver vulden. Een woord van lot komt even zeer toe aan de drie patiënten, vooral aan den bariton, voor de wijze waarop zij hunne kleine partijen voordroegen, terwijl het koor zich goed van zijn task kweet. De mise-en-scèae was goed en ock van de costumes wordt werk gemaakt. Dit is eene lofwaardige gewoonte, die voor den toeschouwer de illusie zeer verhoogt. Inderdaad verdient deze ver eeniging den 3teun der burgerij, dien zij des te meer noodig heeft, omdat zooals ieder begrijpen ka», de uitvoe ringen door costumes, tooneelbenoodigd- heden, muziek etc. vrij kostbaar zyn. De zaal was flink bezet een bewijs van de sympathie waarin nu reeds de vereeniging zich mag verheugen. Met een bal werd de uitvoering besloten. Mond- en klauwzeer is uitgebroken bij den landbouwer L. Houtkooper sectie O 22 no. 27, te Haarlemmermeer, Het mond- en klauwzeer bij G. W. v. Yuuren, P P 13 no. 93, is genezen. De militairen zyn vertrokken. In de Maandag te Zandvoort gehou den openbare raadsvergadering werden, op verzoek van ds. Barneveld aldaar, de lokalen van school A beschikbaar gesteld voor het houden van eeDe Zon dagschool, onder voorwaarde, dat daaruit geene kosten ten laste der gemeente ontstaan. Na uitgebracht mondeling rapport werd de rekening over 1891 vastge steld in ontvangst tot een bedrag van 40476.27 en in uitgaaf tot een bedrag van 39897.10, alzoo tot een batig saldo van 579.17. Daarna werd den Raad de gemeente begrooting over 1893 aangeboden, be nevens de begrooting van het Burger lijk Armbestuur voor 1893. Een suppletoir Kohier van den hoof- delijken omslag werd vastgesteld tot een bedrag van f 222.en een sup pletoir kohier der hondenbelasting tot een bedrag van 11.75. Tot ambtenaar van den Burgerleken Stand werd benoemd de i.cef T. A, Westerouen van Meeteren, burgemeester. Nog werd besloten de buffetten van het gemeente-station met 1 Mei a. s. te verpachten. Burgemeester en Wethouders werden gemachtigd den weidegrond (het zoo genaamde kerkeland) voor den tijd van 3 jaren te verpachten. Aan een werkman bij de gemeente reiniging werd ontslag verleend. Behoudens machtiging van heeren Gedeputeerde Staten werd de jaarwedde van een te benoemen onderwijzer inde vacature Rauwerda, gebracht van/550 op 45°- Daarna werd de V3rgadering gesloten. Hire Majesteiten zullen Maandag 28 November om vier uur per Staatsspoor in de residentie terug- keeren. Het oliicïeele fransche orgaan deelt een besluit der regeering mede, waarbij, uit overweging dat thans het mond- en klauwzeer onder het vee in Nederland keerscht, de in- en door voer van runderen, schapen, varkens en geiten uit Nederland langs de gren zen te land of over zee verboden wordt totdat dienaangaande andars beslist zal zijn. De burgemeester van Am sterdam heeft ter openbare kennis ge bracht, dat Dinsdag in die gemeente een persoon is aangegeven ais overleden zid aziatische cholera. Maandag over degeldver- kwisting op de staatsbegrooting spre kende in eene bijeenkomst van sociaal democraten te Amsterdam, zeide Domei* Nieuwenhuis o. a.dat ook de ge zanten behooren te worden afge schaft. Dit gaf aan een lid van den soc. dem. bond aanleiding tot de vraag, waar, bij opheffing hunner betrekking, al de gezanten dan biljven moesten. Spr. was zelf ook gezant geweest. Aan het misverstand kwam geen einde, alvo rens men den man beduid had, dat gezant iets anders is dan sergeant. Maandagavond tegen 7 uur werd in de Otreohischestraat te Amster dam door 8 diamantslijpers een agent om singeld en in de maling genomen weldra kwam echter hulp opdagen en werden twee belhamels gearresteerd. Een van hen had den agent een vuistslag op de helm toegebracht, terwijl de andere twee agenten tegen de straat had gegooid, waardoor de eene zich aan de rechterknie en den andere zich aan den arm be zeerde. Tijdens het overbrengen werden de agenten door het publiek met steenen geworpen en een agent werd aan den hals getroffen, terwijl een ander bij de arrestatie het been heeft bezeerd. HOOFDSTUK I. „De mensch wikt." Er heerschte een ©ogenblik van stilte, gedurende waarvan sabel in gedachten scheen te zyn verzonken. In angstige span ning sloeg Dennyson de verandering in haar gelaatsuitdrukking jade, bevreesd dat zyne bekentenis haar vertrouwen op hem diep iad geschokt en haar minder hoog tegen hem deed opzien. Hy »d*cht, dat hjj wellicht te openhartig was geweest. //Waarover denkt gy, lieveling?" vroeg hy eindelijk. #Over verschillende dingen," was het antwoord. /Onder anderen ïerbaast het my, dat lady Maitland, die zelf znlke strenge be grippen heeft, het met haar geweten kan overeenbrengen te wenschen u gehuwd te zien met de vrouw, die gy my beeehryft." »Myn zuster kent haar karakter niet. Miss Northbury kan zoo Ditmuntend veinzen, is zoo bekwaam in het huichelen, dat het haar gelukt is Alice te doen gelooven, dat zy eene volmaaktheid is, Maar hoezeer my die taak ook afschuw inboezemt, ik moet haar oit den droom helpen. Het zal een slag voor baar zyn, maar zy heeft zichzelve alles te wyten. Zy moest zich niet met mijne zaken bemoeien, zoo zelfs om te trachten my te scheiden van het meisje, dat ik liefheb." z/Dan dacht ik ook nog," vervolgde Isabel, //dat gy u wellicht hebt vergist in uw oordeel over miss Northbnry's karakter dat wat gy toeschrijft aan gebrek aan eenvoud en eerbied voor zichzelf kan wel niets aaders zyn dan kinderlijke onbedachtzaam heid, en een levendige aard. Is zy nog zeer jong?" wNiet meer dan drie jaar ouder dan ik I" riep DeDnyson lachende uit. wGy ziet dus wel, mijn kleine lieveling, dat gy met den besten wil der wereld haar gedrag niet kunt toeschrijven aan onbedachtzaamheid der jeugd." ffEen vrouw van negen en twintig jaar oud moest ongetwijfeld de zaken ernstiger opvatten." z/Ik ben het volkomen met u eens. En als gij er niets tegen hebt, lieveling, zullen wy nu dit onderwerp over miss Northbury laten rusteD, en spreken over iemand, die veel mèer onze belang stelling verdient, namelijk over de toekomstige mevrouw Edward Dennyson. En nu moet ik u nog iets verwijten, Isabel. Gedurende ons gesprek hebt ge my geen enkele maal by myn naam genoemd. Voor eenige dagen hebt gij dit voor het eerst gedaan. Vroeger hield ik niet van myn naam, ik vond dien zoo gewoon, maar toen ik hem van uwe lieve lippen hoorde, kwam hij my plotse ling zoo mooi voor. Laat ik hem nog eens hooren, lieveling." Hy staarde vol bewondering op het lief gelaat, het bekoorlijk kleine hoofdje zakte op de borst als een zwaar bedauwde bloem, en nog maals sloeg hij zyn arm om haar middel. Ditmaal maakte zij er zich niet uit lot. z/Ik wacht, Isabel," zeide hy zachtjes. z/Edward dierbare Edwardlispelde zij, met onnavolgbare teederheid, en sloeg hare oogen op zoodat hunne blikken elkasr ontmoetten, en het hem in zyn ziel doortrilde. //Myne vrouw I" antwoordde hy met een stem, trillende van hartstocht, waarna hij haar aan zyn borst drukte, zoodat zy het onstuimig kloppen van zyn hart dnidelyk vernam. z/En nu," zeide hy na een oogenblik van stilte, vzult gy met my naar Rocklands terugkeeren, kleine vluchtelinge." Isabel's gelaat betrok. HO Edward, dat kan ik niet," zeide zy. //Gy kunt niet ver wachten gij zoudt toeh niet willen, dat ik zonder uitgenoodigd te zy», terugkeerde naar het huis, waaruit ik bijna ben verdra ven, wel is waar vriendelijk en beleefd, maar maar gy zult toch begrijpen." Dennyson's trekken verduisterden. z/Wat heeft die Alice zich toch dwaas aangesteld," mompelde hy en trok heftig aan zyn knevel. //Het zal haar zoo innig leed doen, als ik haar alles vertel. Maar wat moeten wy dan doen, lieveling? Ik kan u toch niet alleen in Londen achterlaten, ter* wijl ik naar Rocklands ga om die zaak met myne zuster inordo te brengen." «Laat my naar Parys gaan, Edward. Ik heb myne familie ia langer dan een jaar niet gezien en zou hen dus gaarne weer eens willen spreken. Bovendien zal het zooveel gemakkelijker zyn alles woordelijk dan per brief mede te deelen.' Wordt vervolgd,)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1892 | | pagina 1