DE BLINDE. INGEZONDEN. EEN RARE GESCHIEDENIS. Naar het fransch van HENRI KISTEMAECKERS Ja. tfVeor een armen blinde, als bet u blieft 1 Een klein vuil poedeltje gaat dan op zyn achterpooten staan om de aandacht der voorbijgangers te trekken en wanneer het kleingeld in het blikken bakje viel, mompelde de oude blindeDank u. meneer!" Op honderd pas afstands stond de Beurs. Nu en dan kwam een druk ge praat en geroep vandaar tot de ooren van den blinde, om daarna weer te ver minderen tot een eentonig gegons en daarop W6er luider te worden. In die geluiden legde de groote antwerpaehe markt van geld en goederen hare klach ten en verrukking, haar lief cn leed. Eenigo oogenblikken vóór den tijd zag men do bezoekers aankomen, alleen of ïn groepjes, somtyds iu gedachten ver- diept, altijd haaBtig, om weldra aio het ware ingeslikt te worden door het nim mer verzadigde, zware gebouw. Evenwel was het treffend om te zien. hoe weinig van die verstrooide, haastige personen den ouden blinde vergaten, die daar altyd ïu zyn zelfde hoekje zat, op een blauwe stoeptree;, die door de overlevering zoo langzamerhand zyn eigendom scheen te zyn geworden. Byna werktuiglijk lieten de beursgangers in het bakje een geldstukje vallen. Het was eigenlijk meer uit gewoonte, dan wel uit liefde, soms wierp men het geldstukje in het bakje zonder er naar te kijken of tikte even den hond op den kop. Waarschijnlijk hoorde men evenmin het eentonige antwoord van den blinde als men zijn verzoek had gehoord. Men gaf hem de aalmoes niet omdat hy die gevraagd had, of omdat hij blind was, maar omdat men er eenmaal een ge woonte van had gemaakt. Sedert 40 jaar genoot hjj dit voor recht, en, het klinkt vreemd, had de blinde voor zich zien voorbij gaan de verschillende geslachten. Zyn bliadheid bad zijn veratand nog gescherpt en hy had beter dan vele anderen over die 40 jaar de historie van de Beurs kunnen te boek stellen. By het komen en gaan van de beurs bezoekers hoorde hy gedeelten van ge sprekken, die hij met elkaar verband bracht en waaruit zijn scherp verstand conclusies trok. Het gebeurde wel,, dat hy op die wyze geheimen ver nam. Wie zou er aan gedacht hebben, dat die vuile, blinde bedelaar alles op ving, oathield en combineerde F Door aldus naar alles te luisteren en alles ia zyn hoofd te verwerken, was de blindeman den besten en slimste beursman de baas geworden en niemand had kun nen vermoeden, dat deze bedelaar met zijn doode oogen zyn vuile lompen en zijn smerigen hond, boter de stroomingen van rijzen en dalen kende, dan de beste financiers van de stad. Evenmin zou iemand ooit hebben ge loofd, dat deze man speculeerde. Hy had zyne eigen makelaars, veilige en bescheiden lieden, die te moer reden hadden era te zwygen, doordat zij er van leefden. Hun gaf de bedelaar de in lichtingen, die hij alleen kon weten, terwijl by de speculatiëa leidde met die groote scherpzinnigheid, waarmede de na tuur hem begiftigd scheen te hebben als vergoeding voor het gemis van een zijner zintuigen. De enkele woorden die hij opving van de voorbijgaande groepenbestudeerde hy; hy hoorde bekentenissen, begreep groote speculation, die op touw werden gezet en borg dat alles in zijn geheugen, om daarna de meest belangryke punten er uit te voorachya te halen. Deze oude, afgeleefde blindeman had den hartstocht van het spel. Hij speculeerde, niet zoo zeer om zich te verrijken, ais wel om het genoegen van het speculeeren en het deed hem goed te mogen denken, dat hy het vak evengoed, zooniet beter, verstond dan de kouingen van de geldmarkt, die hem voorbijgingen. Des avondswanneer hij de zaken behandelde mot zijne makelaars, dan was het alsof door een too verslag een ander man in zyn plaats te voorschijn kwam, Dan was het als het ware een krachtige persoonlijkheid, die goed, kort en krachtig prak a>tijd precies wist wat hy wilde en zich nimmer met langdradig gepraat inliet. Maar wanneer diezelfde makelaars den olgenden dag naar de beurs gingen, vonden zy op zijn gewone plaatsje den ouden bedelaar, die met zyn klagende neusstem opdreunde: //Voor een armen bliade, als het u belieft 1" Langzamerhand had hij de Damen van de meeste beursbezoekers leeren kennen zeide dikwijls /,Dank u, meneer Die," zonder dat iemaud er zich over verwonderde. De manier van loopen, een zekere klank van de stem, een bizon der beid, die aan ieder ander ont» snapte, duidde hem aan wie voorbijging hij oahiel 1 de eigennamen met een verbazend geheugen. Vooral gevoelde hy vriendschap voor een koopman, Van Karei geheeten, die sinds jaren geregeld in zyn bakje een dubb.ltje wierp, vóórdat hij de Beurs betrad. Soms zeide de blindeman tot hem iets meer, dan tot een ander. /;Hoe gaan de zaken, meneer Van Karei z/Goed, goed, vriend," antwoordde dan de koopman, hstastig voortgaande. Een enkele keer bleef hy echter wel Mijn patroon had me op een zekeren dag bevolen naar Haarlem te gaan en om daar eens te beproeven zaken te doen, daar 't mo niet mogelyk was ge weest gedurende een geheole week ook maar een ordertje op te doen voor onze beste sigarenmerken of ook maar een ankertje wyn te verkoopeD, ja 't moet van 't hart, ik had zelfs geen e8ne polis voor onze levensverzekering ffDe g afloop" mogen sluiten. Dat zou dan de laatste proef zijn, die zending naar Haar lem, en als dat niet goed ging zou ik tot mijn strai roet puike waterhoudende thee 't geheele land moeten doorreizen, Alleen dat schrikbeeld deed me alle krachten inspannen. Mijn patroon is zoo kwaad niet, dat zullen jullie hooren hy had me nl. het adres opgegeven van meneer Trippeltrap van de Hoogeboom, die by ons van de Bocht naar Haarlem was verhuisd en iemand was waar je allicht een paar Betuwsche Havannas of eigengemaakte Anilinrood-wijnsteenzure wyn kon kwytraken. Daar ieder het met me wel eens zal zijn, dat je met een drooge keel en nog minder met een leege maag erg vloeiend je woord kunt doen en je waren aanpryzen, liep ik even by de Poort van Cleef binnen en bestelde me daar een goed portie rolpens met gebakken aardappelen, een kop chocolaad en daarna een glas bier. Onderfcusschen zocht ik in het haar- lemBche adresboek naar alle namen waar een sterretje bijstond, daar dit de uitver korenen zijn in de belasting en voor mij eenige aantrekkelijkheid hebben. Dit is een heel werkje, en daarom bestelde ik nog een portie rolpens, met een glas bier en daarna om toch niet met een leeg tafeltje te zitten, van tijd tot tyd een enkel bittertje met een heel klein scheutje elixer. Met dien naam Trippeltrap, daar had Ik last mee, onder de letter T. vond ik hem niet, onder de letter H. ook niet, zoodat ik de hulp van Antoon moest inroepen, terwyl ik hem nog een cognacje bestelde, want werkelyk de cognac is er goed, maar hy wist het ook niet, doch zou het even aan de overzy aan een tele gram besteller vragen. Intusschen wachtte eens een oogenblik staan, om met den ouden man een paar woorden te wisse len. Op zekeren dag zeide deze tot hem z/Wie had ooit die ryzfng van de wol verwachten dat op zulk een toon van overtuiging en ernst, dat de ander zeer verwonderd was over den vuileo bede laar, die daar sprak over dingen welke ieder zou denken, dat buiten zyn begrip gingen. Natuurlyk dacht Van Karei spoedig niet meer aan het geval en dat to min der, omdat de blindeman zich in den eersten tyd wel wachtte, om weer met zijn weldoener over zaken te spreken Daartoe was hy te voorzichtig. Op zekeren dag echter ging de welbe kende stap ven Van Karei hem voorbij hy hoorde ni9t, zooals altyd, een geldstukje in zyn bakje vallen. Dat was de eerste keer, sinds jaren en jaren, dat de koopman dit vergat. Hat feit verbaasde den bedelaar, die zich verstoutte om te zeggen //Meneer Van Karei, u vergeet my I" De koopman keerde zich om, koek den bedelaar even aan en legde zyn geldstuk in het bakje. z/Ja, vriend, ik wergat je, 't is waar. Maar vandaag is dat niet te verwon deren De stern beefde niet, maar de toon was veranderd. Zg klonk dof on ver moeid. Het scherpe gehoor van den blind© merkte dat dadelijk op. z/Het is .voor da laatste maal, dat ik je wat geven kan," ging Van Karei voort. //Morgen kom ik hier niet meer voorby." De oogen van den bedelaar vestigden zich op hem, als trachtten zy hem ie zien. tfEn waarom dat, rreneer Van Karei?" z/Het is my tegengeloopen. Een groote speculatie ia mislukt. Ik beo geruïneerd." ,/Zeker door de daling van de suiker," zei da blinde en hij voegde er by, //die daling was cocli te voorzie a De koopman stond weer verbaasd even als den vorigeo keer. Was die daling te voorzien Hoe wist hij dat F" Van Karei haalde de schouders op en ging heen, toen opeens de bedelaar hem met een krachtige stem, kort en energiek, terug riep. //Meneer Van Karei, meneer Van Karei l" «Wat wilt ge, vriend?" «Met hoeveel is u te helpen?" Stom van verbazing keek de koopman naar dien armzaligen mensch, die daar in zijn vodden op den stoep zat gehurkt, Daarop glimlachte hy en zei droevig. z/Och, gij weet niet wat dergelyke ver liezen zijn. Denk maar niet aan zulke dingen J" z/Ik vraag u nogmaals, hoeveel gy noodig hebt z/Maar gij zyt dwaas. Ik heb veertig duizend gulden noodig en dat wel mor gen. Ga ziet dus wel, vriend Do blinde viel hem ia de rede. //Me neer Van Karei, kom vanavond by mij, de straat, No. 15 en ik zal u het geld leonea." Als door den donder getroffen bleef de speculant naar hem staren en zei geen woord, z/Wees zoo goed nu verder te gaan, u staat voor my eia de menschen kunnen my geen aalmoes geven. Tot vanavond!" En terwyl Vau Karei, niet wetende of hij waakte of droomde, verder ging, veranderde de stem weer in het slee- peode, klagende neusgeluid//Voor een armen bliade, als 'tu blieft!" kolonel, 3 luit.- kapifieins en 10 B iAi XEUAffD. Volgens het officiersboekje bedroeg het getal officieren van het le ger hier te lande op 1 Jao. Generale staf: 1 luit. generaal, 1 generaal-majoor, 1 kolonel, 5 luit.-kolo- uels, 3 majoors en 14 kapiteins. Provinciale staf5 luic.-kolonels en 5 majoors. Plaatselijke staf: kolonels, 1 majoor, luit. pl. adjudanten. Administratie1 hoofd-intendant, 1 kolonel, 4 lait.-koiooele, 4 majoors-in tendanten, 11 kapiteins.intendanten, 6 majoore-kwartm., 20 kapiteins-kwartm., 46 le luitenants-kwartru. en 25 2e- laits.- kwarfcm. Geneeskundige dienst1 gen.-majoor, 3 kolonels, 8 luit.-kolonels, 7 majoors, 47 off van gez. le kl. en 48 off. van gez. 2o ki. Infanterie 3 gen.-majoors, 10 kolonels, 26 laat. kolonels, 33 majoors, 270 kapi teins, 384 le-laitenants en 252 2e-luite- nants. Cavallerie 1 gen. majoor, 3 kolonels, 8 luit.-kolouels, 4 majoors, S0 ritmeesters, 49 le-luitenants en 31 2e luitenants. Artillerie1 luit.-generaal, 2 gen.- majoors, 7 kolonels, 12 luit.-kolonels, 18 majoors, 138 kapiteins, 177 le-luit. en 26 2e luit. Genie1 gen.-majoor, 2 kolonels, 6 luit.-kolonels, 5 majoors, 36 kapiteins, 32 le-luitenants en 16 2e-luitenant8. Marechaussee: 1 luit.-kolonel, 2 ma joors, 7 kapiteins en 4 le-luitenants. Ook de Senaat der Univer siteit van Amsterdam heeft aan deD ge meenteraad hare bezwaren bekend ge maakt tegen het aanhangige voorstel, om de bydragen welke van de theologische studenten wordt gevorderd, van f 100 tot 200 to verhoogen. De Senaat betoogt dat ook hier 2 maai 3 niet 4 tot uitkomst zal geven, evenmin als een winkelier zyn inkomsten zal zien verdubbeien als hij zyn winst tweemaal zoo hoog stelt, terwijl zyn concurrenten zich met het enkelvoud vergenoegen. Het aantal theologische studenten zal namelyk aanmerkelijk verminderen, om- I dat de meesten hunner reeds groote ik met verder zoeken in het adresboek, en of dat er de oorzaak van was de plot- i ontspanning na dit inspannend werk, ik weet het niet, maar dit is, ze ker, dat ik in slaap viel. En hoe het nu kwam, of door de rolpens met cho colaad, of de chocolaad met den cognac, of de rolpens met het bier en de bitter tjes, ik weet het, nogmaals, niet, maar ik constateer dat myn maag en hoofd een vroolijke stemming verkeerden. Een en ander is belangrgk genoeg voor een ingrijpende, physioiogische studie, en mogelijk eerlang geschikt voor een prijs vraag voor het een of ander geleerd ge nootschap. Ik verbeelde me terwyl al de namen van het adresboek voor mijne oogen voorbijtrokken, dat ze allen een persoonleken of stoffely ken of zakelyken vorm hadden aangenomen dat ik in den naam van Kat, zoon'n viervoetigen last post zag, dat de naam Kroes me oawil- lekea-ig deed watertanden en d.e naam me aan al de onbetaalde rekenin gen erg duidelyk deed herinneren. Maar zooals dit in droomen meer gaat, snelle afwisseling van tafereel, en een orgel op straat, dat in myn Boezerigen slaap voor mij heel in de verte hoorbaar was, deden me verbeelden te zyn in den Hout op een matiné musicale, geheel zonder zorgeu vrij van sigaren, wijn en waterhou dende thee. Onder dat gezelschap muzikanten ontdekte ik terstond een Eiddelaar en een Blazerj die Bas en Cornet speelden. En of die heeren familie waren, mogelyk, zeker is het dat er in Haarlem een Broer een Oomeneen Peetoom en een Neef gevonden worden. Muziekmaken en op een droogje zitten gaat niet, maar het adresboek zorgde voor voldoende versna peringen, zooveel zelfs dat ik vermoed dat er van het muziekmaken niet veel meer is gekomen. Hoor maar eens wat er al zoo wasKaas, KazenibroodHo ning, Koot, PannekoekPruim, Ham, Spek, CalkoenMosterdSnoek, Salm en Mik. Maar om een en ander recht smakelyk te maken kwam Vader met (de) Peperzak vol Peper aandragen en vroeg wie Lust hiervan? Niemand gaf antwoord en toor nig wordende riep hy om (den) Hopman Deze kwam terstond met een man die een grooten last te torschen had, denk maar eens waar zyne wapenrusting en kleeding alzoo uit bestonden (een) Helm BannierLans, Schild, Sabel, Kluppel, Piek, Speer en Kerrebijn, Hy droeg een nauwsluitende Rijbroek en had een lange moeite hebben geld voor hun studië te vinden en daarom de voorkeur zullen geven aan een Rijksuniversiteit, waas slechts f 100 gegeven wordt en bovendien van oudsher een groot aantal beurzee worden begeven. Men beweert wel dat het leven voor de studenten hier goed- kooper is, maar dit is alleen in zooverre juist dat de weelde in de studentenwe reld te Amsterdam minder achyot door gedrongen dan elders. //Wie zuinig moet of zuinig leven wil, zegt de Senaat, „kaa dit ook doen aan de Rijksuniversiteiten, Daarom zal het feit, dat de Amsterdam- sohe student waarschijnlijk gemiddeld minder geld uitgeeft, voor zusalge theo- geen reden zyn Amsterdam te verkiezen." Héld. Donderdagnacht heeft ia Amsterdam de tweede hevige brand van deze week gewoed. Hst meubel- magazijn vao Gebrs. Van Houtum in de Roguiiersbreesfcraat waa in dea regel, en ook thaos, overladen met meubelen en tapijteD, die de drie benedenste ver diepingen geheel vulden. De bovensta verdieping strekte aan den heer J. van Houtuoa met zyne echtgenoot© en drie kinderen, waarvan het oudBle ongeveer 9 jaren telt, tot woning. Ongeveer te kwart over vieren werd de dienstbode, die in een achterkamertje op dezelfde verdieping te bed lag, ge wekt door een vreerad geraas beneden en kwam zij al dadelijk door de brand lucht op de hoogte, welk gevaar dreigde. Uit haar kamertje tredende, stond zy reeds voor een vuurgloed, die uit het trapgat omhoog rees. Het in de tusaoben* kamer slapend gezin te wekken was het werk van eeD oogeublik. Maar waarheen? De eetiige weg naar beneden was reeds afgesneden en het vuur klom met elke seconde hooger. Gelukkig dacht de heec Van Houtum onmiddellijk aan hot dak venster der slaapkamer. Met moeite hielp hy zijne vrouw, zijöo kiudoren en de dienstboden door dis venster naar buiten klimmen en stonden de vluchte lingen half gekleed in de dakgoot. Het dak van het beiender.de huis was lager maar toch gelukkig niet moeilijk bereiken. Intusschen was ook daar buiten het go vaar reeds bemerkt. Eea hu cht van den broodbakker Volroary aan Ue overzyde was de eerste, die door de vensters van het gebouw in het achterhuis deD vuurgloed zag; een brand schel was in dc onmiddellijke nabyheid aan het politiebureau op den hoek van het Rembrandtplein, en zoo rukten kort daarna drie stoomspuiten aan, en was het werk der blussching de brand weer maakte bovendien nog van Vecht waterkranen gebruik in vollen gang, nadat men zich door het verbrij zelen van de groote winkelruiten toegang had verschaft. Een paar brandwachts en eenige politie-agontenopmerkzaam 't hoofd, en op zyn hoed een Pluim, van welken kleur ia me ontscho ten maar het kan (volgens het adresboek) (de) GrijsGroen, Geel, Kwart en Bruin geweest zijn. Hy stapte zoo deftig als een Pauw en riep met geweldige stem /,wie is hier (de) Hospes Ik zeide Vader en neem dien Quant mee, hy wil geen Peper en speelt op een QuiutA „Daar kan ik me niet mede bemoeien, roep dan (den) Drost die is voor zolk werkje. Maar zeg me eens; vervolgde hy, //wat zijn jullie eigen lyk voor landslieden, soms een s Hol lander, Deen, VlamingZwitserSpanjaard of Polak ot zeg liever, waar komen jullie van daan en te geiyk begon de man zulk een stortvloed van stedennamen op te noemen dat we er allen suf onder waren. Ik heb er eenige van onthouden en laat deze hier volgen, mochten er soms nog meer in ons adresboek staan, men vuile ze zelf aan Hoor dan AkenAkersloot, Alphen, AltenaAme{r)svoort, Andel, Ar keiAsperenBarneveld, Batenburg, Baturn Bemmeluit de natte Bochooven{sche) overlaat, soms van het kasteel Brederode of (de) Cannenburgof komen jullie van Breemen,Bronkhorst,Brouwershaven, Brug genBrussel, Buren, Pijnsdorp, Qampen of Kampen bekend om de chaiocten en uien- handel Cappelle, Castricum, Dantzig Delden, Delft Doesburg (beste mosterd) Dortmund de stad om van te watertan den, Douglas beste pepermunt, Emmerik, Erkelens Éssen blauwe boonen- fabriek) QorkumGosler, Gouda, Har denbergHasselt, Heemskerk,Hees,.Homburg Roogeveen, HoornHoogvliet Horst, Hulst KempenKessel,KeulenKleef Leer sum,Leer, Leur, Leuven, LunterenLunenburgGoes (mooie meisjes) GoorLoenen, Londen, ('t) Loo, Minden, Nassau, OostendeO uwer- kerkRees, Tongeren'Hel, Valkenburg, Veisen, WaalwijkSluisVogelzang en Spa, of mogelyk zijn jullie van iVal PierenThoolenMarken, of een aoder eiland. Dit praatje begon me te vervelen en er een einde aan willende maken, namen we Lina, Jans en Jenny (meer dames namen vond ik niet in het adresboek) onder den arm en spraken onder een schaduwrijken Appel- of Peereboom over Liefde, List, Hart, DoodDorreman, Koster en Kerkhof f. Dat wy zoo gezellig zaten te keuvelen was (den) Dolle na tuurlijk een Doorn ia 't oog en hy zeide, z/kom houd op met dat geklets, ik geef er geen Drieduiten voor, zoo weinig pil zit daar in." En daar had je de poppen aaa het dan sen, tegelijk springen de minnaars van bo vengenoemde drie dames op, cm. Jacques, AdelbertAdolf, Arnold, BarendBarthel Baruch, BenjaminBernard, BertKrank, Erederik Erans, Felix en Diederik en rie pen tegen den Dolleje bent (een) Lum mel, (een) Bonk, (een) Hont. Ik die 'n mooie rol in die geschiedenis speelde had genoeg van die Klugt en ik zei tot den woesteling: //Hoor eens ik neem je even in Privé en luister naar m'n goeie woorden, en met een overreding of ik met iemand een polis wilde afsluiten zeide ik tot hem wMyn beste jongen ga stil naar huis, je Hartliéb wacht je vol verlangen, ik vernam toevallig van den Bode dat je Vrijdag of Dinsdag Bruigom zoudt worden, maar toen hadt je me dat gezicht moeten zien, gelyk een Leeuw, och voel erger, als een Hyene vloog ny me aan en Bloeg me Geel, Groen ea Blauw. Eenige van do andere heeren, die me wilden ontzetten, werden aaa Hooftj Hak, Romp, Borst en Kuit ge kwetst, en een andere droeg de kenbare gevolgen van den woesteling aan Broek, JasSchoen en Mouw. Wie riepen den or, die met den Tamboer en ik meen ook met den Kaptein gearmd ook van de muziek had genoten, aan, die den woeste ling arresteerden en hem zyn Knuppel en Keij afnamen. Toen ze hem op brachten kon hij niet nalaten de meisjes toe te roepen: //Jullie zyn ook Engelkens, en tegelyk stortte hy een vloed van ver- wenschingen over hen uit alsBrandt, B eijer, BoetBommelBraatCleef, Kef, KlopKlos, Knip, Knoop, Kraak KraagPelSchaaf, PlempPlas, Soest, Roest, Twist ea Mok //Meisjes," zeide ik z/trek er je niets van aan en denk maar of by jullie toeriep: uKuss, Leeflang, Hos, DamErf en Schenk, dat zyn han delingen die veel gemakkelyker zyn op te volgen en vooral het eerste waar jullie als aangeboren zooveel talent voor hebt." (De) Storm was nu bedaard en allen (de dames ook) wandelden naar de^o»- tein waar een schadu wry k Hout ons goed deed. We keerden spoedig terug naar het (de) Bordes van hethötei en meteen Glas Koelt- wijnïn de'hand dronk ik op aller gezond heid. De dames hadden een Bloem op de Borst, de een een Rooseen ander een Lely. Een ding vergat ik nog, en wel te vertellen wat al die heeren, Jacques en het geheele gezelschap wel uitvoerden, welnu hoor dan, één was Bouwmeester, BrouwerBurggraaf (ook eea Blesgraaf)Goudsmit9Clercq Jager Kisten maker, HaremakerJonkerKasteleijn ^Kelderman, KoopmanKraamer Landman Landmeter., Lastdrager, BosmanBoshakker BosschieterBouwman, Busse/nakerDruk her, DokterDraayer. Rademaker, Schoen maker, Metselaar, MolenaarOverman Overste, Bookmaker (een weinig opleve rend baantje) ScheepmakerSlager, Snij derTimmermanWafelbakker en Zeil- Men ziet, een zeer gemengd gezelschap maar het werd toch door een paar hooge personages weer goed gemaakt nra. door een DueGraafBar tog, Paus, Keizer en KoningSómmigen spraken gelijk tie Eranschman en zeiden fluisterend Par don, CharbonChambre, Donneé, Sacré etc. Ik moest toch een praatje met al die luidjes aanvangen en vroeg zoo ter loops aan een koopman, win welke zaken doet ge sooal, wat verkoopt ge eigenlijk F" z/By mij kunt ge zoowat van alles be komen b. v. Blom, BoekwijtHaver, Kaas, K oom, Schulpzand, Lijnzaad, Vet, Olij en RietUit liefhebbery heb ik een groote collectie dieren als eenArend, Gier KievitValkKikkert, Baars, Bot, Conijn Duifjes, GansSnoek SteurVosSwaan, Wolf, ZalmRee, OsKalf OtterPad, Rol en Muijs. Ik riep, hardop: ik onthoud er nietf van en bij me eigen vindende dat ik g0' noeg van dit gezelsehap had, trok ik myn Pels aan en reed in mijn Kalei weg. Het rytuig rammelde en schokte ge ducht en ik had een leelyken val ge zoo een zeker iemand mij niet onder steund had en tegelyk in het oor roe pende - //meneer meneer de hesr Tri peltrap van de Hoogeboom heetfc een vil in de Zuid Polderstraat laten bouwen, zegt de telegraafbode en woont er siudfl de vorige week. Hy woont hier voorde goedkoopte, gut je hebt haast geen lastingen hier te betalen." Ik nam nog een glas bier en daarna een enkel bit tertje daar ik wat soezerig was en pro beerde wat zaken te doen. Jullie kenner nu een poets, die het haarlemsch adresboek me leverde. SIGNUM.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1893 | | pagina 6