een beschrijving behelst van de zeereis,
door den Noor Lief „den gelukkige"
voor negen eeuwen ondernomen en
waarop de Noormannen Winland (thans
Massachusetts en Rock Island) ontdek
ten.
Eerst bestond het plan het kostbaar
handschriit zelf, onder de noodige voor
zorgen, met een oorlogsschip naar Ame
rika te zenden, en voor het mogelijke
geval van verlies werd er een photo-
graphische albeelding van gemaakt. La
ter echter heeft de Deensche Regeering
het voorzichtiger gescht het oorspron
kelijk ftuk de koninklijke bibliotheek
van Kopenhagen niet te doen verlaten,
en den phoiographischca afdruk naar
Chicago te zenden.
De liefhebbers die het stuk inkijken,
zullen niet veel anders zie® danGothische
letterteekenade oud-IJslandache taal
waarin het geschreven is, maakt het
bovendien voor slechts enkelen ver
staanbaar. Daarom heelt de Deensche
regeering van het gedeelte dat over de
ontdekking van Winland en de vesti
ging der Noormannen aidaar handelt,
een afschrift laten maken in latijnsche
letterteekens en er een letterlijke verta
ling ia het Engelsen en het Deensch
bij laten voegen. Uit een vergelijking
met het oorspronkelijke blijkt dan, dat
een groot aantal oud-IJslandsche woor
den nog in het Engelsch en in de Noor-
sche talen worden aangetroffen.
Financieele Mededeelingsn.
Het Weekblad van Broekman en
Bonders bevat o. a. de volgende opgave
van minder courante of incourante load-
sen, in de week, tot den datum van 20
Juni loopende, door hun tusschen
komst erhandeld.
Aand. Northwestern en
Pacific Hypotheekb., Serie A
(volgefours.)
Aand. Maatsch. tot exploi
tatie van het Poolsche
Koffiehuis
Aand. Volksblad „De
Echo"
Aand. 's-Gravenhaagsche
Hypotheekb. voor Nederland
Aand. Billiton-Mij, ae ru
briek te 's Hage
Aand. Ned.-Asahan Cult.-
Maatschappij
Aand. Rotterdam Deli-
Maatsch&ppij
Aand. Haagsche Tramw.-
Maatcchappij
Aand. Ha&rl. Tramw.-
Maatochappij
Aand. Ned. Rynspoorw.-
Maatij. Restanten 3
Aand. Het Concertgebouw
te Amsterdam 20
Aand. Ned. Alg. Maatsch.
van Levensverzekering „Con-
servatiix" 9*
J. Telkens geraakte De F, onder. Nu
wil het ongeluk, dat De F. '0 avonds
van den 16a Mei ziek wordt en 's nachts
sterft. Het publieke gerucht sprak al
spoedig van een „moord". De justitie
bemoeide er zich mede, maar het onder
zoek door de doctoren De Voogt en
Hooft toonde aan, dat de jongen ge
storven was aan eene plotseling ontstane
longontsteking, die zeer hevig was en
bloedvulling van de longen veroor
zaakte, gevolgd door den dood door
verstikking.
Dit constateerden de doctoren en be
vestigden zij ter terechtzitting van de
rechtbank.
Het bleek uit het getuigenverhoor,
dat De F. na de vechtpartij noch aan
zijn moeder, noch bij zijn baas had ge
klaagd. Wel wachtte hij 's avonds nog
laat, of hij de joagens nog eena te pak
ken kon krijgen. Den volgende dag had
hij nog een koe naar het weiland ge
bracht.
Het O. M. achtte het bewezen, dat
de dood ia geen verband stocd met de
vechtpartijhst eischte intusschen 25
boete tegen ieder der beide joagens ter
z&ke van mishandeling.
De advocaat Roes achtte het van be-
teekenis dat de openbare behandeling
dezer zaak de gelegenheid had gesckon
ken om een einde te maken aan het
gerucht, dat er een moord was gepleegd:
hij bracht daarom dank aan het O. M,
dat het deze zaak bij de rechtbank aan
hangig had gemaakt. Hij betwijfelde
voorts of deze gewone vechtpartij ais
mishandeling zou kunnen worden be
schouwd.
De uitspraak is bepaald op 2 7 dezer,
-Oalaogs werd voor ds arrondtase-
ments-rcchtbask te 's-Gravenhage de
zaak behandeld van een „handigen'
/1410.
75 pet.
47* 1
in*
ƒ2250.
38^40
160-162
70
70
ƒ21.
RECHTSZAKEN-
Op de Groote Markt te Arnhem, voor
het Paleis van Justitie, was het Dins
dag eene heele drukte. Vele vrouwen
uit het volk wachtten met ongeduld af
wat er geëlscht zou worden tegen de
„moordenaars" van den jongen DeFre-
merie, die door W. A. C. en L. W.
J., belden 15 jaar, ia een vechtpartij op
de borst zou zijn getrapt enz. Toen het
publiek vernam, dat er slechts 25,—
boete was geëischt, schold en tierde
men en de ouders van de knapen moes
ten evenals deze bij het naar huis gsaa
door de politie beschermd worden.
Het geval deed zich voor op deu 15a
Mei. Genoemde jongens werden door
De Fremerie met een rotten aardappel
gegooid, waa-op de vechtpartij ontstond, j van
den postdirecteur te Sittard, eene ge
vangenisstraf van 3 maanden gerequi-
reerd.
Men zal zich herinneren dat vooic
de rechtbank te 's-Gravenhage heeft
terecht gestaan een jeugdig man, die
een sigaren- en ia een boekwinkeltje
successievelijk had gevraagd voor 4 ea
voor 5 gulden aan postzegels, die zegels
in eene enveloppe liet doen, waarop hij
een vijfcents zegel plakken liet oin ze,
gelijk hij zeide, te verzenden en dan, ouder
beweriag geen geld bij zich te hebben
dit te gaan ualen, eene enveloppe
met opgeplakte» postzegel en een stukje
wit papier er in ter hand stelde aan den
winkelier, die dan te laat bemerkte be
drogen te zijn. De rechtb&sk ontsloeg
den bekl, van rechtsvervolgiag, voor
zoover hij te dier zake beschuldigd was
van oplichting en sprak hem vrij voor
hetgeen gold den subsidhiren eisch tot
veroordeeliug wegens verduistering.
Het O. M. rtqaircerde Donderdag
voor het hof 's-Givavenhage, als ap
pellant van dit vonnis, dat het zou worden
vernietigd. Mr. A. Tciders trachtte uit
voerig aan te toonen, nadat de getuigen
waren gehoord en beklaagde volledige be
kentenis had afgelegd gelijk hij reeds voor
de rechtbank had gedaan) dat hier
eene reeks van lastige kunstgrepen, dat
hier een samenweefsel van verdichtsels
bestond, waarin de enkele daad van
verwisseling der enveloppe wel de voor
naamste, maar toch siecats éea schakel
w&s. Het requisitoir luidde veroordee
ling tot negen maanden gevangenisstraf.
Mr. P. Scholten, de verdediger, vond
het wei treurig, maar moest toch zeg
gen dat we hier te maken hadden met
eene leemte in de wet, gelijk aan die
waardoor „flesschentrekkers" vrij ioopea,
Hij concludeerde tot ontslag van rechts-
klant, die onder voorspiegelingen van vervolging en vrijspraak ea bracht den
iemand aan eeae betrekklag „bij het
Ministerie" te zullen helpen, zich voor
daartoe gemaakte kosten, enz. geleien
deed afgeven welke hij zich toeeigende,
terwijl hij zijne belofte niet vervulde.
De bedoerde persoon, Th. V., wonen
de te Delft, had zich Donderdag we
derom voor de Haagsche rechtbank ter
zake van eene dergelijke oplichting te
verantwoorden. Hy had zich nu bij
eene te Delft wonende weduwe van
eenen ambtenaar aangemeld en haar de
.verblijdende tijding" gebracht, dat zij
uit den post „onvoorziene uitgaven"
van de begrootiag van binnenlandsche
zaken eeae» j&arlüjkschea onderstand
kon bekomen ten bedrage van 1500.
Om dit evenwel voor haar te verkrijgen
moest hij evenwel eenige vergoeding
hebben voor reiskosten, enz. Deze ver
goeding (een klein bedrag slechts) werd
hem verstrekt door den vader der we
duwe, die evenals zijne dochter, aan
vankelijk geloof hechtte aan de opgave
van V., te meer daar deze verklaarde
ambtenaar aan een der ministeries en
zwager van een der ministers te zija.
Beklaagde beweerde zich van zijne
hindelingen niet veel meer te herin
neren, maar bekende in hoofdzaak zijne
schuld, als verschooning opgevende, dat
hij ten gevolge van tegenspoed en te
gen wesking in eenigszins abnormalen
toestand was geraakt.
Substituut officier van justitie, mr.
Ven Buttingha Wichers, meende, dat,
al had bekl. zich thans slechts een zeer
gering bedrag doen afgeven, nochtans,
het oog op de herhaling van mis dry f,
eene ernstige straf moest worden opga*
legd. Hij vorderde daarom veroordce-
ling tot zes maanden gevangenisstraf.
Mr. C. W. Schllngemena, verdediger,
achtte het overtuigend bewijs niet ge
leverd en wees op de zonderlinge licht-
geloovigheid van de getuigen.
Door het O. M. bij de arrondisse-
ments-rechtbank te Maastricht is tegen
D. W., uitgever van den „Katholieken
Waarheidvriend" te Sittard, aangeklaagd
het indienen eener valsche klacht
bove het verzoek over van bekl. om
onmiddellijk in vrijheid te worden ge
steld.
Na re» en dupliek ging het hof in
raadkamer, vond daarna geen termen
om de onmiddellijke invrijheidstelling
te gelasten en bepaalde de uitspraak op
Zaterdag a. s.
POLITIEK 0VrËSi3IÜHT.
De heer John Redmond verklaarde
voorstel te zullen bestrijden, daar het
Ierland gedurende zes jaren het recht
ontzegt de belastingen te innen, te be-
heeren en te cootroleeren. Dit achtte hij
onrechtvaardig en vernederend.
Ia zake de kwestie van de gestolen
documenten zal de fransche regeering
elk debat en elke enquête daarover
weigeren. Het onderzoek zal door den
rechter moeten geschieden.
De president van den ministerraad
de minister van justitie, hebben een
onderhoud gr had met den procureur
der republiek Roullier. Men zegt dat de
zoogenaamde documenten zouden aas-
tooaen dat fransche politici en journa
listen geld hebben ontvangen v&a het
engelsche gezantschap, en dat zij ge
kocht zouden zij a van een Engelschmaa,
die ze zelf zou hebben vervaardigd.
Door het engelsche gezantschap is
verklaard, dat er geen stukken zijn ge-
stole».
Woensdag is te Madrid eeu minister
raad gehouden, die tot 3 uur des nachts
duurde.
Door de ministers is besloten de be-
grooiing, zooris die door hen is opge
maakt, onveranderd te haadhavea.
Om daarop de goedkeuring der Ka
mer te verkrijgen zal de regeering de
zitting der Cortes zoolang mogelijk ver
lengen.
In de itali*ansche Kamer heeft de mi
nister van buitenf. zaken, in antwoord
op eene vraag betreffende het voorge
vallene te Bern, verklaard dat de bonds
autoriteiten de vrijheid va» arbeid der
italiaansche werklieden krachtig hebben
verdedigd.
De Kamer heeft uacte genomen van
deze verklaring.
De „Sauptchiaa" te Belgrado, heeft
het adies van antwoord op de troonrede
aangenomen. Ia dit antwoord wordt het
vorige regeecstelsel der liberalen heftig
aangevallen en verklaard dat van het
constitutioneele recht gebruik moet ge
maakt worden ter vervolging van het
vorige ministerie.;
De Herald verneemt uit Valparaiso!
dat het Peruaansche leger de «pstande
lingen onder Saraiva heeft verslagen.
De opstandciiagea trokken zich naar de
grenzen en konden hierin niet worden
verhinderd, doordien de staatstroepen
geene ruiterij beschikten.
Eerst De F. met C. daarop De F. met I bij den minister van waterstaat tegen
De „Reichsaazeiger" bevat een kei
zerlyk bevelschrift, waarbij de dultsche
Rijksdag tegen 4 Juli zal worden op
geroepen. Naar de „Norddeutsche Allg.
Ztg". verzekert zal de keizer persoonlijk
deu Rijksdag openen.
Voor de socialisten is de eerste her
stemming en wel te Lübeck niet gunBtig
geweest. De sociaaldemocraat S-diwar*,
die in den vorigen Ryksdag zitting bad
is bij herstemming verdrongen door den
vrijzinnigen candidaat, die eene kleine
meerderheid had.
Ia het engelsch Lagerhuis heeft de
heer Gladstone verklaard, dat de re
geering voorstelt de finaaciëele artikelen
ia de bill betreffende Homerule in Ier
land als volgt te veranderen10. Ge
durende zes jaren zal de lersche wet
geving niet gemachtigd zijn de belas
tingen, behoorende tot het tegeawoor
digê belastingstelsel, te bepalen, te ad-
ministreeren en te innen2a. aan Ierland
wordt de bevoegdheid gegeven om be
lastingen vast te stellen voor zich zelf
30. de bijdrage van Ierland wordt be
paald op een derde der tegenwoordige
ontvangsten, doch deze mogen niet
voortvloeien uit belastingen, bid door
het ryksparlement iu het bizonder be
stemd kunnen worden voor oorlog
de landsverdediging. Na afloop der
jaren zal die regeling aan eene herzie
nisg worden onderworpen en zal Ierland
bevoegd zijn zyne eigen belastingen
innen en te beheeren, met uitzondering
van de tolrechten, de accijnzen ea de
ontvangsten der posterij.
ÖMENÖJD NIEUWS.
In een part. corrcsponde
tie van de N. RCL uit Weenen le
zen wy het volgende over keizer Frans
Josef.
Onder de Europeesche vorsten is er
steilig geen vorst, die zijne regeeriags-
taak ernstiger opvat dan keizer Fran*
Jozef, in weerwil dat het omslachtige
bestuur in OüBtearyk-Huagarije zooveel
meer werk van hem eiucht. Met 19 mi
nisters te confereerea, eea groot ieger
te besturen, familiehoofu te zijn van
eene talrijke familie als de Habsburgers,
een groot particulier vermogen te ad-
ministreerea, audiënties tej verleenen,
kennis te nemen vaa de te onderteeke-
ncn stukken, bij tal van plechtigheden
aanwezig te zijn, enz. enz., dit alles
vordert veel tijd, en zoo is het geeu
wonder dat de Keizer léeds bij het krie
ken van den dag aan de schryftafel
zit. Zelf van een ij ter sterk gestel en
tegen vermoeienissen geaard, moeten
echter zijne adjudanten ea zijne on
middellijke omgeving zich eerst aan al
die krachtsinspanning gewennen. Alge
meen wordt van den Keizer gezegd
dat hij by al den ernst, waarmede hy
zijne taak opvat, een opgeruimden aard
heeft. Veel vreugde evenwel heeft üy
in zijn leven niet gehad, maar desniet
tegenstaande is hij voor luimigheden
zeer toegankelijk gebleveD, De kant-
teekeningea op de door hem ingezieae
stukken getuigen er somtijds van. Hij
is vooral een nauwgezet lezer vaa de
stukken der Oostenrijksch-Hongaarsche
vertegenwoordigers bij de buitenland-
sche noven en critiseert die dikwijls vrij
scherp. Zoo schreef hij eens op een dier
missives: „zeer pompeus maar niet veel
zaaks". Men verhaalt dat de rappor
van Kalnoky den Keizer zóózeer
bevielen, ook toen deze nog een jong
diplomaat was, dat alleen daaraan de
graaf te danken heeft, dat de Keizer
hem tot von Haymerle's opvolger koos.
Behalve voor de jacht en voor het
leger heeft de Keizer geen gepronon
ceerde liefhebberijenkaartspelen doet
niet, hij is zeer matig in het eten,
drinken en rooken, ea voor lectuur ont
breekt hem de tijd. Naar het heet, zou
de Keizer ia de laatste 20 jaren geeu
enkelen roman meer gelezen hebben.
Den ministerraad woont hij trouw bij
en presideert hij. Alle ministers moeten
op hun beurt hun gevoelen te kennen
geven, de Keizer leidt het debat zonder
daaraan deel te nemen ea sluit dit ale
hy de zaak voldoende toegelicht acht,
waarop hij eene beslissing neemt. Hoe
vriendelijk en minzaam de Keizer ook
zij, toch weet hij zich zeifs tegenover
zijne naaste omgeving op eenen afstaud
te houden; familiariteiten hebben er
niet plaats, en niemand, hetzij hoog o(
laag, zou het wagen met dea Keizer
over iets anders dan over dieasczakeu
te spreken. Franz Jozef is een scherp
opmerker en amuseert zich vaak met de
kleine onhandigheden, welke er op de
audiënties wel voorkomen, maar toch is
hij weer veel te veel gentleman om dit
te laten merken.
Zoo zija er menschen die het beter
weten, maar die uit verlegenheid hem
wei met „Excellentie" aanspreken of
weer aaderen die in hunne woorden
blijven steken of die, als de Keizer met
een wenk het gehoor geëindigd ver
klaart, nog met een „k propos, ik heb
dit of dat vergeten" opnieuw aan het
praten gaan. De boeren zeggen in hunne
eenvoudigheid wel eens „du Kaiser",
die vertrouwelijkheid wordt altijd
goed opgenomen. Waar het noodig ia,
maakt de Keizer op het overhandigde
stuk eene aasteekeaiag, maar veelal ge»
beurt het ook dat hij dadelijk eene
beslissing neemt. Het is hier eene volks
gewoonte om ia gevallen van nood,
onverschuldigd ongeluk of geleden on-
recjit naar dea Keizer te gaan, die,
zooals de eenvoudigen van geest raesnenc
natuurlijk wel helpen Nu, veeltijds
doet Frans Jozef dat ook.
Behalve zyn voortreffelijke eigen
schappen wordt keizer Frans Jozef ge
roemd wegens zyn stipt plichtbssef,
zija gelatenheid ea zijn geduld ia het
doorstaan der wederwaardigheden des
levens; zijne grootmoedigheid in het
vergeven en vergeten zyne kinderlijke
vroomheid en zijn zin voor weldoen;
zijne zelfstandigheid, waardoor gunste
lingen nimmer v&t op hem hebben
kuonen krijgen; zijae eenvoudigheid ia
handel en wandel en zijnen afkeer vaa
praai en pronk. Het is niet ia de laatste
plaats aan die goede eigenschappen van
den vorst te danken dat na elk ong<
luk, na elke catastrophe, waaraan zljae
regeering ryker is geweest dan die van
eenig anderen manarch, zijae popular!
teit steeds is toegenomen ea in het
buitenland dea Keizer van Oostenrijk
de hoogste achting wordt toegedragen,
Keizer Frans Jozef bekleedt wegeus
zijne voortreffelyko gaven van hoofden
hart eene eereplaats onder de tegen
woordige souvereinen, waardoor ook
het aanzien van zijn land aanmerkelijk
verhoogd wordt. Niemand inderdaad
die het //noblesse oblige" beter verstaat
dan Keizer Frans Jozef.
Eea Belg exposeerde te
Chicago panorama's uit Iadië, China
en Japan, maar niemand kwam ze
zien, hoewel het aan reclame niet had
//Zeer dikwyls, in den laatsten tijd misschien twee oi drie keer
per week."
//En vroeger."
«Toen niet zooveel misschien een in de acht of tien dagen."
#Ea kwamen ze langzamerhand veelvuldiger
z/Ja."
//Waren ze te oordeelen naar het adres door een man ge
schreven
//Ja, daaraan was niet te twyfelen."
//Droegen zy steede denzelfden poststempel?"
z/Neen, somtyds waren zy te Paddington, somtyds aan het Strand
afgestempeld."
//Maar toch altijd hetzelfde schrift?"
z/Ja altijd, en altyd hetzelfde zegel; zij waren altyd met een
lak8tempel voorzien."
//Kunt gy ook een beschrijving van den stempel geven?"
z/Hy stelde een leeuwenkop voor, of tenminste den kop van een
of ander verscheurend dier."
//Scheen zy steeds zeer verheugdwanneer zy er een ontving
//Ja."
//En teleurgesteld als er geen was wanneer zy u kwam be
zoeken
z/Zy was nooit teleurgesteld. Zy seheen precies te weten wanneer
zy een brief kon verwachten."
z/Ik begryp u. En hoe waren zij geadresseerd
//Aan miss Atherton."
//Dat is immers de naam harer moeder
//Ja. Ik kende haar moeder alvorens zy huwde met mijnheer
Grantham."
z/En hoe scheen zij den laatsten tyrï, dat gy haar hebt gezien,
te zyn; opgewekt of niet?"
z/Eenigen tyd geleden scheen zy nog al droefgeestig gestemd.
De brieven schenen haar, naar ik dacht, eenigszins troost te
schenken. Toen zij hier de laatste maal kwam seheen zij eehter
zeer opgewonden en gejaagd."
//Heeft zy u ooit in haar vertrouwen genomen, en u iets mede
gedeeld over den schrijver van den brief?"
z/Neen, nooit; zy zeide alleen, dat zy nu en dan iets van een
kennis verwachtte te hooren en verzocht mij of ik de brieven, die
hier kwamen, geadresseerd aan miss Atherton, in ontvangst wilde
nemen."
//Hebt gy sedert zij de laatste maal hier is geweest nog een of
meer brieven voor haar ontvangen?"
u Neen."
z/En dat is een week k tien dagen geleden
z/Ik heb meen ik gezegd, dat het een week tien dagen gele
den was, maar ik hen er nu zeker van, dat het nog geen week
geleden is."
z/En hebt gy haar sedert dien tijd niet gezien noch iets van
haar gehoord?"
z/Neen."
//Heeft zy ook iets gezegd, waaruit door u was af te leiden,
dat het de laatste brief was, dien men hier aan haar had ge
zonden P"
u Neen."
z/Hebt gij sedert haar laatste bezoek Millie Boyd hier ook ge
zien, of eenig bericht van haar gehad?"
//Neen."
//Liet miss Grantham hare brieven wel eens door Millie halen
//Nooit."
H Was het. voor zoover gy weet, Millie onbekend, dat hare jonge
meesteres hier brieven voor haar liet bezorgen
z/Ja, en als zy het wist, dan heeft zy er wanneer zy hier
kwam er nooit op gezinspeeld. Zij ie een goed en buitengewoon
bescheiden meisje."
z/Nu juffrouw Blake, ik heb reden om te gelooven, dat zy er
alles van wist, en ik vermoed, dat zy meent, dat gij haar eenige
inlichtiogen betreffende hare jonge meesteres zult kunnen geven."
//Ik kan haar in dit opzicht niet van dienst zyn. Ik heb u alles
medegedeeld wat ik weet. Kyk daar is zy riep juffrouw Blake
uit, en stond haastig op en keek over het gordijntje, dat voor de
glazen deur van den winkel hing, die tot kantoor was ingericht,
z/Als gy my voor een minuut wilt verontschuldigen, dan zal ik
haar even ontvangen."
z/Zeg haar, dat ik hier ben en haar gaarne een paar minuten
zou willen spreken."
z/Dat zal ik. Laat haar maar aan my ®ver, ik zal hef wel voot
u klaarspelen. Zij zal alles doen wanneer ik haar zeg, dat gy hare
jonge meesteres goed gezind zyt."
Miss Rose had maar juist den tijd om eenige aanteekeniDgen
in haar zakboekje neer te schryven, toen juffrouw Blake terug
keerde, vergezeld door Millie Boyd.
Worth vervolgd