NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. lie Jaargang. Zatcr ;a:r 15 Juli 1893 No. 3077. FEUILLETON. De dood van ilichard Grantham. HAARLEM'S DAGBLAD ABONNEMENTSPRIJS: "Voor Haarlem per 3 maanden Franco door het geheele Eijk, per 3 maanden Afzonderlijke nummers Geïllustreerd Zondagsklad, per 3 maanden franco per post f 1,20. 1,65. 0,05. 0,30. 0,371. Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Bureau: Kleine Houtstraat No. 9, Haarlem. Telefoonnummer 133. ADYERTENTIËN: van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 Cents. Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Reclames 20 Cents per regel. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze agenten en door alle boekhandelaren en courantiers. Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publieité Etrangère G. L. DAUBE Co., JOHN F. JONES, Succ., Parijs 31 bis Faubourg Montmartre. Het Bijvoegsel van het blad dat Zaterdagavond verschijntzal bevatten Een drama in Arizone door A. Conan Hoyle. Naar de Noordpool. Haar lemmer Hallètjes No. CLXX. Bin nen en Buitenlandsche berichten Varia. Adverteniièn enz. ft T ADS N11W 8.. Uaa&lbm* 14 Juli *893. Tot leeraar aan de H. B. S. me: 3-ja- ïigea cursus te Rotterdam is benoemd de heer J. V. Kuiper alhisr. Naar wg vernemen worde» hier ter stede pogingen s&iïgeweöd, om eene kostelooss R. K. School voor meisjes op den Heere&singel op te richten. Met het osderwija zullen, als de school tot- staad kom*, wanrvoor alle kans schijnt te sijs, de Zusters vau Liefde (Spaarne) zich belasten. Men meldt ons, dat Doadsrdag is uitgereikt aan den heer D. J. va a S$e- renberg, m?. zwaardveger alhier, de gou den medaille voor 36-jarige» trouwen dieast. Namens de onderofficiers werd hem eea gouden remontoir-horloge ge schonken. Hedesmorgea had de plechtige ter aardebestelling plaats van eea lid der beg?afeBis-vereeniging US:. Job. de Deo", oader-afdeeliag van den Ned. R. Kath. Volksbond; de draagplaatsen werden vervuld door de bestuursleden van St. de Deo, terwijl vier leden van het hooldbestum als sliphouders fungeerden met de daarbij benoodlgde attributen. Na de kerkelijke plechtigheden op de begraafplaats werd door dea heer A.v. d. Waals, president, eea schoone graf rede gehouden, welke werd beantwoord door een der f&milieledeu, die namens de familie, zijn dank betuigde. Toen Diasdag 27 Juni 11. de afge vaardigden en leden der Maatschappij voor Pharmacic ter gelegenheid harer algemeene vergadering hier ter stede door de afd. Haarlem werden ontvangen, hield de voorzitter der feestcommissie de heer Dr. H. D. Kruaemaa alhier, een rede in dichtmaat, die uitbuadigen bijval verwierf. Zooals wij toen reeds meldden, gelukte het ons destijds niet den heer Krusemaa te bewegen, het vers voor onze courant af te staan. Wij vinden het thaas afgedrukt in het vak blad „de Pharmaceut" van 8 Juli 11. en nemen het daaruit over. Het luidt sis volgt: Als praeses van de feestcommissie vraag ik, collega's, u permissie om een enkel woord te spreken, dat zeker afvalt, vergeleken bij de goede en schoone woorden, die we hier soo even hoorden. Het maakt dan ook groot onderscheid of men bij eea gelegenheid als deze, zeer officieel ais president van 't Haarlemsche Departement de heele Maatschappij begroet, of dat men 't maar eenvoudig doet uit sxaam van 'skleiae aasial leden, die, wat ze konden, met mij deden tot voorbereiding va» ons feest, en die ter wille van U, gasten, zich met het regelen belaatfcera van al wat daarvoor raoodïg is ge weest. Verwacht niet, nu gij Haarlem komt bezoeken, vaa mij de forsch gespierde taal vaa Haarlem's Bild-:rdijk; aan krachtige gezegdes, als die hg in zijn boeken gbb naliet, was niemand na hem ooit zoo rijk. Ook is 't talent mij niet beschoren van onzen rijk begaafden Bests, die hier ia Haarlem werd geboren, en in zga joage jaren reeds zija camera, vol. geest en luim ea leven, Vol diep gevoel en vol van lieflijk heid, ons ter herinnering heeft gegevea, aan 't Haarlem van zijn jongelingstijd. Zelfs met de schrijvers, die in later tijden zich aas d'&llernieuwste dichtkunst wijden, mei wie ik in deez Spaam&stad als jongen op de schoolbank zat, en die men thans soms hoog hoort roemen, durf ik mijn naam volstrekt niet noemeo, al voel ik voor die taal (der nieuwe gids) slechts weinig sympathie den vorm, waai ia zij .schrijven, erken 'ktoch graag als poëzie, terwijl mijn werk steeds slechte rijm zal blijven. Waarom ik de keus aan het rgca heb gegeven, collega's, het is omdat in ons dagelijksch leven met zijn stofdroge poeders en iijmige drankjes, zijn onfrissche kleurtjes en walglijke staakjes, en soma die verhalen van duizende kwalen, de proza zóo sterk op den voorgrond treedt, dat men de poëzie al te dikwijls vergeet; eu raoog er wat veel aan miju versmaat ontbreken, dat het niet met een dichtstuk k&a ver geleken ik zeg met vaa der Linden: ontbreekt er aan eea regel een voet, je vindt hem aan een a^der te veel, dan is 't immers samen weer goed. Maar laat mij allereerst de Heeren, die mg zoo trouw ter zijde staan, aan u, collega's, presenteren. Natuurlijk vsu>g ik daarbij aan met Tuberge??. rojjn Secretaris. Dat is nu de titularis wees er maar verzekerd van dien men 't raiaste taissea kan. Maar 'k zou ookSwens siet graag ontberen wast 'tis maar zeker ea gewis, dat hij voor het admtnistreeren van oase kas camisbft&T is. Komt hg <ve\ zija gemoedlgk praatje ons zsggen dat hij in zijn kadje niets anders dan dea bodem ziet; of ons zoo heel gemoedlijk vragen om voor de kas wat bg te dragen, dan mogen wij soms even klagen hem weigren, nees, dat kan men niet. De praeses vaa 'i Departement is door zijn speech reeds best bekead. Grijseels, dien moet ge, wilt ge hem waardeerea, als f je3tconamissaris kennea leerea 't is een beste, die goed te schikken weet, maar pas op dat je geen stip op een i-tje vergeet. Dan heb ik aog Remmers, dien ziet ge eerst in zijn kracht op het feest dat ons aanstaanden Don derdag wacht: in 'tvroolijke jolea met het schoone geslacht heeft hij het het verst van ons alien gebracht. Ten slotte nog Kuypers, wat zal 'k van hem zeggen Hij heeft het bij ons niet heel mooi laten leggen, want in plaats van ons ijverig bg te staan, is hij op 't drukst van het werk de s';ad uitgegaan. Maar 'k wed dat gg erkennen moet dat ge precies hetzelfde doet, zoodra gij vrienden eerst maar weet, met welk een alleraardigst meisje hij ia dien tijd zijn huwlyksr elsje in het schoone Schwarzwald deed. En wat ik tot u spreken zal, als praeses van ons zevental collega's, gij begrijpt het al, 't is slechts één woord, dat klinken moet uit aller naamde welkomstgroet. Hartlgk welkom heetea wij ieder lid der Maatschappij, dat met opgewekten geest deel komt nemen aas ons feest! Maar opdat dit feest zal slagen, heb ik u toch d i t te vragen 'k hoop dat men in deze dagen toch vooral bedenken wil, welk een hemelsbreed verschil er bestaan moet tusschen 't feest, dat wij in de Hoofdstad vierden, dat soo schitterend is geweest, vol vaa praal en vol van pracht, wijl 't een kroon van goud vcsierde, en dat wat oas hier thans wacht. Verder zg, al is 't bekend, duidelijk ia 't licht gesteld, dat ons klein departement slechts zeer weinig leden telt, ea dat d'inhoud onzer kas daaraan evenredig was, Wat ik u dus bi iden moog stelt uw eischen niet te hoog. Ea mocht u toch iets mp.nkeeren, weest daa zoowriendelijk den heeen, die hier zoo'n roodwit strikje dragen, eens even om hun hulp te vragen. Zij allen zullen er naar streven, hetzij met raad of wei met daad, zooveel in hun vermogen staat, u al wat gij verlaagt te g&ven. Ais iedereen zoo op zijn tijd slechts meewerkt tot tevredenheid, dan roepen wij u blij te moe aan 't slot eea gul „tot weerziens toe." Maar vóór we denken aaa dien tijd, zij eerst nog menig dronk gewijd aan wat ons allen dierbaar zij in d'eerste plaats „de Maatschappij." Maar voor we denken aan dien tijd, zij eerst nog menig uur gewyd aan wat bij geen festiviteit ontbreken mag, „gezelligheid." Komt drinkt een volien beker wijn op ons gezellig samenzijn Raad van Bloemendaal. vooral van die der mee»:gego^den, die naar hun voorkwam te laag waren. Slechts enkele malen kwam het echter tot een voorstel tot verhooging of ver laging. Eindelijk na 1uur aan het ko hier te hebben besteed, werd bet met de veranderingen goedgekeurd. Hierna werden nog goedgekeurd het kohier over het 2de kwartaal vas het schoolgeld, ten bedrage van f 169.87, en dat der hondenbelasting ad f 59.50. Ingekomen waren de geloofsbrieven van den heer H. Kramer, {het nieuw benoemde raadslid, welke werden goed gekeurd. Verder is ingekomen de gemeente- rekening over het vorige jaar. De in komsten bedragen f 40.169.39s, de uit gaven f 38.266.64s, het voordeelig saldo aldus is 11902.75. Ia de commissie tot nazien der rekening werden benoemd de heeren ter HoÖsteede, A. J. Bos en Rouwens. Van d;n heer L. Wurfbain is inge komen een reclame op zijn aanslag voor de hondenbelasting. Hij weascht wegens verkoop van twee honden zijn aanslag vaa f15 tot f 12 te zien gereduceerd. Wordt aangenomen. Verder doet de voorzitter aog mede- deeling dat de gemeentekas op 22 Juni ia orde was bevonden, en dat door Ged. Staten de rekeniag van af- ea over schrijvingen dienst 1892 is goedgekeurd, waarna de vergadering ongeveer ten 9% uur wordt gesloten. Op den zen Augustus e. k. zal het Leger des Heils te Vogelenzang, op het landgoed van Jhr. Bareaart, een z. g. wester velddag houden, hoofdzakelijk bestemd voor personen uit Noord- en Zuidhpiland en uit Utrecht. De raadszitting van Bloemendal, ge houden Donderdagavond, was bijaa ge heel gewijd aan .de behaisdHiog v&n den hoofdelijks omslag voor 1893. Hierbij werd het oude gebruik gevolgd ea wer den de aanslagen een voor een behan deld, afdalende van de 57e klasse, waai in een aanslag voorkomt voor een inkomen van f400.000, tot eo met de ie klasse. Dat de behandeling glad van stapel liep kan niet gezegd wordes. Verscheiden malen verhieven in den beginne een paar der leden hunne stem om te protesteeren tegen de aanslagen B11NEK LANR In h e t 1 oop en de j a a r z u 11 ea worden gehouden: Oefesiegen van oaderdeelen der ie divisie icfaaterie onder leidiag van de commandeerende officieren der betrok ken regimenten infanterie en onder het algemeen toezicht van den commandant der ie divisie infanterie doch voor zoo veel betreft enkele hierna vermelde ma noeuvres te houden in het tjjdperk van 23 Augustus a. s. tot 29 Augustus d.a. v. en van 6 September a. s. tot 12 September d. a. v. op der de persoon lijke leiding van genoemden opperofficier en wei: a. Kampeeren ia de legerplaats bij Laren, door hei. regt. grenadiers en jagers, van 16 Augustus a. s. tot 29 Augustus. 36) HOOFDSTUK XIV; Het testament van Marchmount. „Wie kende, behalve uw cliënt, den testateur, gg zelf, uw compagnon en mynheer Dalton, den inhoud van dit testament Niemand, daar ben ik geheel zeker van." „Weet gg ook iets van het huishoudelijke leven van uw cliënt?" „Ik ben verscheidene jaren lang zyn vertrouwde raadsman ge weest." „Door zgn testament wil hg als het ware eene vergoeding ver geven voor het verlies, dat zgne zuster door hem geleden heeft." „Alvoiens u te antwoorden mgnheer Spicer, vertel mg dan eerst, wat gij van de geschiedenis van mgn cliënt weet." „Hg had een zuster; hjj beheerde haar geld; door zgn beheer of wanoeheer verloor zg al het geld, dat haar door haar vader was nagelaten. Dit leidde tot onaangenaamheden tnsschen hen beiden, z j scheidden veEre van vriendelijk en verloren elkaar nit het oog. Hg verzamelde zich een groot fortuin, dat hij ver maakt aan haar eenigen zoon, zgn neef." „Voor zoover ik weet," viel de voorzichtige rechtsgeleerde hem in de rede, „heeft mijn cliënt geen neef." „Maar gg weet, dat hg een neef had toen het testament werd gemaakt en dat bedoelde neef tot voor eenige dagen nog gezond en wel was, en wat ik wilde weten is of de bepalingen van het testament zoodanig zgn, dat de dochter van dien neef erfgename wordt van uw cliënt, alhoewel haar vader overleden is voor zgn oom „Mgnheer Spicer, zeg rnjj eens wat het doel is van uwe vragen." „Als ik dat doe, wilt gg dan mgne vragen beantwoorden?" „Alhoewel mg geheimhouding is opgelegd, zal ik het doen wanneer gg mg een goede en voldoende reden kunt aangeven." „En als ik u eene verklaring geef, zult gg dan hetgeen ik u vertel als slreng vertrouwelijk besehouwen?" „Ja, dat zal ik." „Luister dan mgnheer Whitfield. Toen nw cliënt zgn testament maakte, heeft hg feitelgk het doodvonnis van zgn neef Richard Grantham geteekend." „Wat wat bedoelt gg daarmee?" vroeg de oude heer als verbgsterd. Het is onmogelgk totaal onmogelgk 1 Ik zeg u, dat slechts twee personen behalve den testatenr en ik, den inhoud van het testament kennen." „En ik zeg u mgnheer Whitfield, dat Richard Grantham in koelen bloede is vermoord door iemand die de bepalingen van het testament kent, en in het belang van de justitie, verzoek ikumg te wnien Devestigen, wat ik meer daa vermoed. Iz misc G-rautham de erfgename van nw cliënt, nu haar vader dood is?" „Ja, dat is zg, maar het is haar totaal onbekend." „Daarom verdenk ik haar niet van medeplichtigheid aan da misdaad. Wat ik qpg vragen wilde, wanneer hebt gg uw client! mgnheer Marchmonnt, het laatst gezien?" „Vanmorgen toen ik opweg hierheen was." „Hoe was het met hem?" „De verpleegster zeide, dat zg meende dat hg iets beter was; hg had een rustiger nacht gehad. Zg is eene uitstekende verpleeg» ster en verzorgt hem goed." „Ongetwijfeld, ongetwgfeld," antwoordde Spicer met een flauwen glimlach. „Hoe lang is zg reeds bg hem?" „Tusschen achttien maanden en twee jaar." „Hebt gg haar in dienst genomen of deed Marchmount het zelf?" „Neen, dat is door mijne bemiddeling gedaan, hoe zoo?" „Kendet gg haar voor dien tijd reeds?" „Persoonlgk niet." „Hoe zgt gg aan haar gekomen, door eene advertentie „Neen. Gg zult u misschien herinneren, dat eene bloedverwante van Dalton was gestorven en hem wat geld naliet." „Ja, ik herinner het mij." „Welnu, juffrouw Scott had deze bloedverwante verpleegd. Wij hadden eene verpleegster noodig voor den armen Marchmount en Dalton beval haar aan, en ik moet zeggen, dat wg zeer over haar voldaan zijn." „Toch raad ik u ten sterkste aan, om uit te zien naar iemand, die haar zoo spoedig mogelijk kan vervangen." „Gccdc hez::!, wat bedoelt Verdenk* baar?"

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1893 | | pagina 1