Een On in Arizona
DOOR
Ooiian Doyle
«Het klinkt vreemd," zei Jeöerson
Adams, toen ik de dear van onze club
opende, «maar ik heb nog wel heel wat
vreemder dingen bijgewoond Waarlijk,
een menech leert niet alles uit de boe
ken en ik bon jaren lang in plaatsen
geweest, waar de menschen nu juist niet
waren wat men beschaafd en ontwik
keld pleegt te noemen. Het waren ruwe
kerels, die hun taal lang niet volgens
de regels spraken en met pen en inkt
heelemaal niet konden omgaan, maar die
u Europeanen, dingen zouden kunnen
vertollen, waarvan iemand de haren te
berge zouden ryzen."
Hy heette Jeöerson Adams, zooals ik
zei, en daar ginds staaa zijne' naamlet
ters diep in den balk gesneden. Be
halve dit, is Adams, onze verteller bij
uitnemendheid, uit ons oog verdwenen.
Hij schit'erde als een ster aan het uit
spansel van onze gezelligheid, en ver
dween toen in de buitenste duisternis.
Op dien avond evenwel was onze Mexi
caan, want dat was hij, zeer opgewekt
en ik stak bedaard mijn pyp openging
zitten om hem niet te hinderen in het
vertellen van zyo verbaal.
«Niet dat ik iets tegen ontwikkelde
menschen heb, maar wanneer gij een
boeiende geschiedenis wilt hooren, vraag
dan de zeelui en de grensbewoners en
dergelijke lieden, waarvan de meesten
hun naam niet eens kunnen teekenen.y/
Hier hield hy op, om een lange dikke
sigaar aan te steken. Wij bedaarden
een diep stilzwegen, wel wetende dat
by de geringste stoornis Adams dadelijk
den mond hield en tot voortgaan niet
was te bewegen. 6y keek met een zelf
voldanen glimlach rond en vervolgde
onder het uitblazen van een dikke
rookwolk
«Wie van de heeren is wel eens in
Arizona geweest Ik denk niemand. En
vaD alle Engelschen of Amerikanen die
lozen of schrijven kunnen geloof ik, dat
er al weinigen ooit een voet in die pro
vincie hebben gezet. Ik heb er jaren ge<
leeid en als ik terugdeck aan wat ik
er gezien heb, schynt het myzelven een
droom toe.
Er was daar een kolonie van Engel
schen ea Amerikanen, van ieder zoowat
evenveel en mot vrouwen en kinderen.
Er zullen er nog wel wonen, die de
histerie welke ik u ga vertellen, nog niet
vergeten zijn.
Het was een prachtig land, haast te goed
voor zoo'n troep ruw volk. Gras, hooger
dan een man op een paard,boomen met zulk
dicht lommer, dat het uitspansel er door
verborgen werd en planteD,wa*ronder men
zich uitstekend met zyue heeie familie
voor de zon kon beschut en Heeft iemand
wel eenB gehoord van een plant, die ze
«vliegenvanger" Doemen
«Dianoea muecipuia," zei Dawson, de
weteoschappelijkste van ons allen.
«Zoo, zoo, nu ja juist. Het gaat zoo
een vlieg komt op de plant en opeens
sluit het blad zich waarop het insect
staat en het beest ja wordt vermorzeld en
uitgezogen. Als het blad weer opengaat,
is er van de vlieg geen spoor meer te
te zien.
In Arizona heb ik die soort plant
gezien met bladeren die acht en tien me
ter laDg waren en hoorns of tanden had
den van meer dan een voet lang.
Maar wat ik u vertellen wou is de
dood van Joe Hawkins. Er was niemand
in Arizona ot Nieuw Mexico, die hem
niet kende Alabama Joe noemden ze
hem. Hy was de ruwste kerel dien ik
ooit heb gezien, niet kwaad zoolang men
in zijn smaak viel, maar wanneer hij je
niet meer mocht lyden, dan was het een
gevaarlyk man. Ik heb gezien hoe hy
een danshuis zijn zesloops revolver
loste ia een dichte menigte, alleen om-
da' hy dacht dat sommigen om hem
lachten en hy stiet Tora Hooper zyn
bowiemes door de borst, omdat deze by
ongelak wat drank over zijn buis morste.
In dien tyd woonde er in de nederzetting
eon Engelechman die Scott heette, Tom
Scott als ik my wel herinner. Hy was
een Engelschman van top tot teen, maar
sloot zich by zijne landgenooten weinig
omdat hij een bedaard, stil man
die niet in don smaak viel van de
ra we kerels. Ze noemden hem een «pap-
vent," maar zooals later blijken zal was
hy dat volstrekt niet, al was hy tegen
iedereen even beleefd.
Alabama Joe en een paar van zyn
gevaarlijkste kornuiten hadden destyds
een groote haat voor al wat Engelsch
man was en zy kwamen daar rond voor
uit, hoewel ik, die bij beide partyeaa nog
al goed stond aangeschreven, hen dik
wijls daarvoor waarschuwde.
Op zekeren avond kwam Joe zoo dron
ken als een tol in de herberg van Simp
son, waar hij wiöt dat hy veel Engel
schen vinden zou. Er zaten er zoo wat
een dozijn en Tom Scott stond alleen
achtc-r de kachel. Joe ging aan de tafel
tegenover de Engelschen zitten, stak zyn
mes in de tafel en legde zijn revolver
er naast.
«Als er een of andere Brit is die mjj
aandurft,* zei hy, «dan zyn hier myn
argumenten.* En daarop liet hy, terwyl
ik vergeefs trachtte hem tot zwygen te
brengen, een vloed van scheldwoorden
en beleedigingen voor de Engelschen en
Engeland volgen. Aan de toonbank kwam
eenige beweging en velen sloegen de hand
aan hunne wapens, maar voordat zij nog
iets konden doen, hoorden wij een
kalme stem van achter de kachel
zeggen«bid, Joe Hawkins, want je
bent een verloren man!* Tom Scott
stond daar en hield zyn revolver op Joe
gericht, terwyl er io zyne anders zoo
kalme oogen woede stond te lezen. «Het
moederland heeft mij niet te best behan
deld," ging Scott voort, «maar ik laat
het toch niet beleedigen". Een seconde
klemde zyn vinger zich om den trekker,
toen begon hy te lachen en stak de revolver
weer in zyn jaszak. «Neen", zei hy, «ik
kan een halfdronken man niet dood
schieten. Ik schenk je je treurige leven,
Joe, maakt er voortaan beter gebruik
van 1"
Hiermee keerde Tom Scott zich be
daard om en stak zyn pyp aan de
kachel aan, terwyl Alabama Joe als een
afgeranselde hond de heiberg uitsloop,
uitgeleid door het hoongelach van de
Engelschen. Hy ging laogs my heen en
ik las moordzucht in zyne oogen.
Ik bleef nog in de herberg en keek
met zekeren spijt naar Tom Scott ter
wijl hy daar vroolijk met zyne landge
nooten zat te praten, want ik wist dat
hy den volgenden dag niet zou beieven
en dat Joe hem zeker zou vermoorden.
Scott woonde in een afgelegen hoekje
en moeBt om zijne woniDg te bereiken,
een soort van hollen weg door, dien ze
het ravijn van de vliegenvangers noemden.
Nu was het over dag al een akelig
zicht om die groote bladen zich te zien
sluiten over alles wat er op viel, maar
's avonds was het zoo spookachtig, dal
niemand er ooit in de buurt kwam. Ik
zag in mijoe gedachten Joe Hawkins al
loeren onder de bladeren van de vliegen
vangers, wachtend op Scott, met een
revolver in zijn hand en bloed
dorst in zyne oogen.
Te middernacht sloot Simpson zyn
herberg en gingen wy er nit. Tom Scott
begon met een kalme stap zyne drfe-
myls wandeling en terwyl hy langs mij
heen ging, zei ik zachtjes«houd uw
revolver by de hand, want gy zoudt
hem noodig kunnen hebben". Hy keek
my aan met zijo gewonen kalmen
glimlach en verdween toen in de duis
ternis.
Ik dacht, dat ik hem nooit terug zou
zien, want nauwelyks was hy weg, of
Simpson kwam naar my toe en zei
«het zal vannacht heet toegaan in hoi
ravyn van de vliegenvangers. De jongens
zeggen, dat Joe Hawkins een half uur
geleden er heen is gegaan, om Scott
op te wachten en dood te schieten."
Den volgenden morgen jwaren velen
nieuwsgierig hos het wel in het ravyn
zou zyn afgeloopen. Een neger, die in
Fergusons winkel kwam, deed een onsa
menhangend verhaal dat hy te een uur
in den nacht, toevallig in den omtrek
van het ravijn komende een akelig gegil
of geschreeuw had gehoord, dat telkens
scheen verstikt te worden, als by een
man, dien men een deken over het hoofd
werpt. Met ons tienen stegen we toen
te paard en reden naar Tom Scotts huis,
waarbij we het ravyn moesten paesee
ren. Er was niets bizonders ia het ravyn
zien bloed noch sporen van een ge
vecht en toen we by Scotts huis kwa
men, verscheen hy zelf, zoo friach als
een hoentje. «Hallo Jeff," zei hy «de
pistolen zyn onnoodig geweest. Komt in
jongens en neemt een glaasje!" «Hebt
op deu weg niets gehoord of ge
zien?" vroeg ik. «Neen, alles was rus
tig. Ik heb alleen het klagend schreeu
wen van eeD nachtuil iu het ravyn van
de vliegenvangers gehoord."
Daar wij niet wilden binnenkomen,
steeg Tom Scott ook te paard en reed
met ons mee. Bij onzen terugkeer was
de keele kolonie in rep en roer. Joe
Hawkins was verdwenen, nergens was
een spoor van hem te vinden, sinds hy
naar het ravyn was gegaan, had nïe
mand hem meer gezien. De^Amerikanen
waren woedend en velen keken verdacht
naar Tom Scott, vooral voor de herberg
van Simpson, waar een groote menigte
verzameld was. Nergens was een Ea-
gelschman te zien en toen wy kwamen
aanryden, hoorde ik de haan van pisto
len overhalen. Tom Scott stak ook de
hand in 'zijn borstzak.
«Ga op zy, Jeff Adams," zei Zebb
Humphrey, een van de grootste schel
men die ooit leefde, «jij hebt de hand
niet in dit zaakje gehad. Zeg jongens,
zullen wij vrye Amerikanen ons door dat
schuim laten vermoorden Hy hief zijn
revolver op, maar Tom was vlugger en
schoot hem neer, maar nauwelyks was
Zebb op den grond gevallen, of tien ke
reis hadden Scott van zyn paard gesleurd
en hielden hem nu vast.
Daar verzet toch niet hielpbleef
Tom stil staan. De mannen schenen aan
vankelyk niet te weten wat zy met hem
zouden doen, maar een oogen blik later
nam een van Jee's grootste vrienden het
woord.
«Joe is weg," zeide hy, «dat is zeker,
hier is de man die hem vermoord
heeft. Sommigen van ons weten dat Joe
gisteren avond voor zaken naar het ra
vyn is gegaan en hy is niet terugge
keerd. Deze Tom Scott heeft den armen
kerel bepaald in een valstrik gelokt en
het lichaam in een van de diepe kuilen
HAAltLEMMER HALLETJES.
Een Zaterdagavondpraatje,
CLXX.
Mijnheer Hdelio,
Ik ben maar een eenvoudige boer uit
de Meer, maar ik geloof dat als myn
vader wat ryker was geweest, ik niet
dommer zou wezen dan een ander. Maar
dat is nou eenmaal zoo en niet anders
en als je geen hand hebt, dan kun je
ook geen vuist zetten. Dat is zoo klaar
als een klontje.
Kyk, ik hoor zoo dikwijls menschen
klagen over de belastingen. «Ze zijn dan
ook zoo allermiserabelst hoog," zei gis
teren mjjn buurman Krelis van der Krap,
«dat je als dat zoo doorgaat, al ganwje
heele hebben en houen aan den ontvan
ger zult moeten brengen. Der moet
maar weer es een andere regeering
kommen, die je het vel niet zoo over
de ooren haalt."
«Wel, buurman," zei ik, «dat is nou
allemaal gekkepraat. Zonder geld kan
geen schepsel het land besturen en of
Jan of Piet Menister is, dat doet er
nietmetal toe. Den eene mot je betalen
en den andere geld geven. Wat is dat
nou voor verschil!"
«Jongen Piet", zei Krelis weer, «je
moet er toch niet zoo min over denken.
Daar heb je nou de vermogensbelasting
en de gemeentebelasting en straks komt
de bedrijfsbelasting en je mot maar op
brengen, opbrengen tot je zwart ziet...."
«Nou," zei ik, en ik gaf hem een
klap zyn schouder, «je bent er wel slecht
aan toe. De vermogensbelasling kost je
geen cent want je hebt net zoo min
vermogen als ik en de bedrijfsbelasting
raakt de boeren niet en aan gemeente
belasting betaal je heelemaal tien gul
den. Is dat nou de moeite waard om
zoo'n drukte te maken
«Jawel," zei Krelis, «maar 'tis een
slechte tyd, zie je."
«Kom, kom, dat gaat bij jou nog al.
Wel man, je bent verleden week pas
met je vrouw en zes kinderen een hee-
len dag naar «Artis" geweest. Dat doe
je ook niet van niemendal
Toen werd Krelis kwaad en ging
weg. Ja, dat kan ik toch niet helpen,
Er zyn er veel als hij, meneer Fidelio,
die klagen over de belasting die een
ander moet betalen en die ook nog heel
goed een centje kunnen vinden, om 'res
met moeder en de kinderen er op uit
te gaan. Ik zeg maar, dat je er dan nog
zoo heel miserabel niet aan toe bent,
En dan die vermogensbelasting? Ik
wou, dat ik er aan betalen moest, dan zon
ik ruimer in de duiten zitten dan nou
De menschen mopperen zoo over die
belasting, maar ik zeg «gelukkig die
wat missen kunnen, want die hebben
wat." Naar ik hoor, zal de opbreDgst
van die belasting erg mee vallen, een
bewys dat er nog al wat geld in ons
landje zit. Wat zullen de Franachen en
de Duitschers begeerig naar Nederland
kyken als ze dat hoorengelukkig dat
de een den ander belet om ons.
hap. eventjes gauw te acnexeeren*
Ze zouden anders zoo graag aan dat
vette kluifje smullen
Ik heb een oomzegger in Haarlem
wonen en die klaagde ook altyd zoo
over de belasting. «Oom," zei hy dan.
«die belasting hier is zoo'n raar ding
Je betaalt niet naar je inkomen, maar
naar je vertering. Nou, je weet wel
hoeveel ik als"winkelier hier verdien en
als je vyf kinderen hebt, hehoef je ge
rust geen spaarpot voor je verjaardag
present te krygen, want je hebt hem
heelemaal niet noodig. Dit wil ik je ten
minste wel zeggen, oom, dat alles wat
ik met mijn zaak verdien, schoon op
gaat.
Er woost hier aan den overkant een
ryke meneer, die maar éen kind heeft,
Hy leeft heel eenvoudig, dat moet hy
zelf weten, maar omdat hy ook minder
verteert, moet hy ook minder belasting
betaling. Maar toch kan by my wel
doodgooien met rijksdaalders, zooals ze
dat noemen. Zeg nou zelf oom, is dat
billijk
«Ja jongen," zei ik, «ik ben maar een
domme boer, maar als ik je ronduit
moet zeggen wat ik er van denk, dan
zeg ikdie wat heeft, moet betalen, die
niet heeft, ja die kan ook niet betalen,
Dat is al een poos geleden, dat myn
oomzegger en ik daar zoo eens over
praatten. Ik heb r.u onlangs in de Nieuwe
Rotterdamsche Courant gelezen, dat er
een inkomstenbelasting op til was
Haarlem, maar lieve deugd, wat schrikte
ik voor mijn oomzegger, toen ik las dat
de menschen in de laagste klasse tien
percent van hun inkomen zouden moeten
betalen en in iedere klasse hooger wat
meer, totdat ze in de negentiende klasse
zes en negentig percent van hun in
komen aan den ontvanger moeten gaan
brengen. U kan begrijpen, meneer Fi
delio, dat ik schrikte voor mijn neef en
ik dacht: «nou, meneer Fidelio zal ook
wel in zijn baard brommen."
gesmeten die daar zyn. En zullen wy
maar geduldig aanzien, dat onze kame
raden door Engelschen worden ver
moord Ik zeg, dat hy gehangen moet
worden
Ja, ja, hangen moet hy riepen ze
allemaal, want al het gespuis van de
kolonie was nu om ons heen. «Hier is
een touw, hang hem boven SimpBons
dear." Maar plotseling kwam een
ander op een kostelijk denkbeeldlaten
we hem ophangen in het ravyn van de
vliegenvangers, daar heeft hy Joe ook
vermoord I"
Er giog eea hoera op. Scott werd
vastgebonden op zyn paard en weg reden
ds ongeveer dertig mannen, allen met
de revolver io de vuist, want zy wisten
dat zy aangevallen zonden worden als
we een Troepje Engelschen ontmoetten.
We reden door het ravijn heen naar de
plek waar een bizonder groote vliegen
vanger stond, met bladeren van tien en
vijftien meter. Sommige waren open,
anderen dicht en vlak bij de plant zagen
we een troep van twintig Engelschen,
die tot de tanden waren gewapend en
ous blykbaar stonden af te wachten.
Wy bielden halt en een hunner Ca
meron geheelen, kwam naar voren, zyn
gespannen revolver in de vuist. «Hoort
eens hier mannen," zei hy, jelui hebt
het recht niet dezen man een naar van
zijn hoofd te krenken. Jelui hebt nog
niet bewezen, dat Joe dood is en even
min dat Seott hem heeft gedood en al
was dat zoo, dan was het nog in wet
tige zelfverdediging, want jelui weet dat
Scott hem opwachtte om hem te ver
moorden. Hiec heb ik zes en twintig ge
laden redenen, waarom jelui van Scott
zult afblijven
Dat is heel merkwaardig en de
moeite van het uitwerken waard," zei
een van Joe's kameraden eo toen was
er een geklik van hanen van revolvers
r werd naar messen g6grepen en
stellig zou er een heele vechtpartij ge
volgd zijo, wanneer niet op dat oogen-
blik Tom Scott, die van naby bewaakt
werd, had uitgeroepen «Joe Joe I kijk
daar! Ia den vliegenvanger!"
Wy keken allen naar de plaats die
hy aanwees, ea wat ik toen zag zal ik
niet licht vergeten. Een van de grootste
bladeren van den vliegenvanger, die
dicht was toen wy kwamen, opende zich
nu langzaam en daarin lag Alabama Joe
dood. De groote doorns hadden zyn hart
doorboord, toen het blad zich sloot. Het
was duidelijk, dat hy hier op Scott had
zitten wachten, daar by op het blad was
geraakt en met onweerstaanbare kracht
door het blad was doodgestoken en ge
smoord. Hy bad zyn mes nog in de hand
en een diepe snee in het dikke, vleezige
■ulad bewees, dat hy getracht had zich
te verdedigen.
Nu myne heeren, is dab geen merk
waardig vet haal
«En wat deden ze met Scott vroeg
een onzer, toen de ver haler zweeg.
«Wel, we droegen hem op de sehou
ders terug en in Simpsons herberg trak
teerde hy ons allemaal, Engelschen en
Amerikanen en hield voor de toonbank
een mooie speech, iets over den britschen
leeuw, die voortaan met den amerikaan-
scben adelaar arm in arm zou gaan,
En hiermee, meneeren, is het verhaal
uit, evenals myn sigaar. Goeden nacht."
le Zutfen van 17 tot 24 September a. s.
Deze wedstryd zal omvatten: het na
bootsen van hout en marmer, het schil
deren van letters sn decoratie schilder
werken.
Om aan dezen wedstryd te kunnen
deelnemen, worden in verschillende af-
deelingen verlangd: afd. A. Het na-
bootsen van houtsoorten; afd. B. Het
nabooteen van marmersoortenafd. C-
Het schilderen van letters;
In deze afd. is één regel schrijfletters
verplichtend.
Afd. D. Het schilderen van decora
tieve werkende versiering van een
vestibule met plafond.
De regelingscommissie bestaat uit de
heeren G. Kelholt, (Zutfen), voorzitter,
W. Hendriks (Arnhem), 2en voorzitter,
L. A. Zevenboom (Zutfen,) penning
meester, D. Douwes (Zutfen), len secre
taris, B. Weönink (Arnhem), 2en secre
taris, en W. Benger (Arnhem), com
xnissaris.
Een vrouw die in de Plan-
ciu88traat te Amsterdam woonde en in
voortdurende krakeelen leefde met haar
buren, besloot, om hieraan een eind te
maken, maar te verhuizen. Donderdag
pakte zy haar boeltje op een handkar
en zou naar de Spaarndammsrstraat
trekkenzij werd echter opgewacht en
begeleid door een drom van buurvrou»
wen, die onder ketelmuziek en liefelijke
bejegeningen met haar medetrokken.
Natuurlijk vormde zich weldra een groote
volksmenigte om dezen eigenaardigen op
tocht te volgen, en een straatjongen uit
den volkshoop verzon de flauwe aardig
heid om een brandenden vuuraanmak^r
de kar te werpen, waardoor eenig
beddegoed werd beschadigd.
Toen de huisheer in de Spaarndam-
merstraat het kabaal zag aankomen,
bedankte hij er voor om de vrouw op te
nemen, zoodat deze ten slotte nog eea
heenkomen moest zoeken.
Met betrekking tot de ont
werpen ter verandering van de grenzen
der gemeenten Leiderdorp, Oegstgeest
en Zoeterwoude en der gemeenten Lei
den, wordt in het provinciaal verslag yan
Zuid-Holland over 1892 meegedeeld, dat
het onderzoek, noodig om den minister
van binnenlandsche zaken de gevraagde
nadere inlichtingen te kunnen verstrek
ken, ten einde is gebracht. Ia den aan
vang van het nieuwe jaar werden de
ontwerpen met eene nadere toelichting
door Ged. Staten opnieuw aan den rai
nister van binnenlandsche zaken aange
boden.
Het eiland Schiermonnik®
oog wordt door den eigenaar mr. E. J0
Banck ïe 's-Gravenhage te koopaange»
boden voor f 350,000. Zoowel Belgen ah?
Duitschers reflecieeren daarop tot eea
bedrag van 240,000 tot ƒ310,000.
Een kerkbestuur hier te
lande kreeg onlangs afscurift van een
bepaling ia een testament voorkomende
en waarin gezegd werd dat do erflater
Verklaarde te legateeren
aan het kerkbestuur te X, on der voor
waarde om op de sterfdagen van den
erflater, van wylen diens overleden
vrouw en van zijn tegenwoordige vrouw
en op andere feestdagen op de ge-
bruikelyke wyze hem erflater en ge
noemde zijne echtgenooten te herdenken,
een som van.
BINNENLAND,
D e «N ed. Schildersbon d"
schrijft een wedstryd uit voor huisschil
ders (geen patroons), te houden by gele
genheid van de algemeene vergadering
Maar zoo erg was het niet, hei bericht
was onduidelijk en de bedoeling was, dat
in de ver&chihende klassen het belastbare
gedeelte van het vermogen verschillend
zal worden berekend. Dat lijkt me een heel
goed beginsel, want nu zal iemand als myn
neef zeker minder belasting moeten betalen,
dan zyn ryke overbuurman. Ik zeg dat
nou niet omdat het myn neef is, maar
zie je, als een menech een groot gezin
en een klein inkomen heeft, dan heeft
hy wel zooveel zorgen, dat de fiscus (heet
dat zoo niet het hem niet ai te moei
lijk maken moet.
Maar jongen jongen, meneer Fidelio,
nu mag het gemeentebestuur wel een
twaalfvoudige bril opzetten om goed uit
zijn oogen te kyken by het aanslaan
van de menschen, want dat zal een
heele toer wezen. Zoo'n gedachtenlezer
zooals je wel in de café chantants te Am
sterdam ziet, als je zoo'n vent eens kon
huren, dan was je klaar. Die keek den
belastingschuldige maar even aan en zei
dan«vriend, je hebt opgegeven dat je
inkomen 3000 gulden is, maar ik zie de
1000 gulden die je niet genoemd hebt,
aan je .geweten knagen. Edelachtba-e
Heeren, slaat dien man voor vierduizend
gulden aan!"
Maar, zóo kaap zyn die knappe ge-
dachtenlezers ook al niet en die heeren
van hef gemeentebestuur die over den
aanslag van de menschen moeten beslis
sen, zullen dus aan hunne «eigen rede
nen van wetenschap" zyn overgelaten.
Het is een goed werk, dat ze zullen
doen, maar veel plezier durf ik ze er
niet van te beloven, want de menschen
zijn nu eenmaal zoo dat ze denken«hy
doet het om me te plagen!"
Maar wat ik niet vatten kan, meneer
Eduard Wildtorster, 32 ja-
ren oud, huisknecht by J. Nellehoven.
«Hótel Royal" te 's Gravenhage, ie
voortvluchtig en wordt verdacht in dat
hotel ontvreemd te hebben een stalen
geldkistje, inhoudende eene schuldbeken
Fidelio, dat is dat het kohier niet publiek
zal worden, 't Staat wel niet uitdiukke-
lyk in het voorstel, maar er wordt zoo
streng geheimhouding opgelegd aan den
hoogsten eü aan den laagsten ambtenaar
die met de kohieren te maken heeft, dat
het zeker de bedoeling is die geheim te
houden. Mocht U soms eens een Raads
lid tegenkomen, zeg hem dan eens dat
dat toch nies goed is. Je krygt er aller
lei praatjes door en veel ontevredenheid
van allerlei menschen, die denken dat
hun te veel wordt afgevraagd in verge
lijking met wat hun buurman betaalt.
Eu dan ook is het altyd goed dat de
menschen weten wat zij betalen en wat
een ander bijdraagt. Wat i? er eigenlijk
tegen, dat de een dat vau den ander
weet? Niemendal en by de verterings
belasting is het kohier ook openbaar en
ik weet toch wel, dat daar heel wat
menschen in staan, die van lucht en water
schijnen te leven, zoo laag hebben ze
zich aangegeven.
Het voorstel zal nu wel gauw behan
deld moeten worden, zal het bij de aan
staande gemeente begrooting kunnen
dienen. Ik wensch u er heil en zegen
mee volmaakt zal het niet worden, maar
het zal er allieht toe meehelpen, dat veel
betaalt wie veel, weinig betaalt wie wei
nig en niets betaalt wie niets missen kan.
Zooals ik zeg heeft myn vader me niet
veel laten leeren, maar daar kan ik
toch met myn boerenverstand wel by.
Gegroet van
PIET VAN DER PAAL.
Voor kopy conform
FIDELIO.