NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
Eerste Hnlp bij Onplntten.
lie Jaargang.
Zaterdag 5 Augustus 1893.
No. 3095.
ABONNEMENTSPRIJS:
ADVERTENTIËN:
STADSNIEUWS,
BINNENLAND.
FEUILLETON.
HAARLEMS DAGBLAD
Voor Haarlem per 3 maandenf 1,20.
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden 1,65.
Afzonderlijke nummers0,05.
Geïllustreerd Zondagsblad, per 3 maanden .- 0,30.
franco per post 0,37 i.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureau: Kleine Houtstraat No, 9, Haarlem. Telefoonnummer 122.
van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 Cents.
Groote letters naar plaatsruimte^
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cents per regel.
Abonnementen en Advertentién worden aangenomen door
onze agenten en door alle boekhandelaren en courantiera.
Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOE
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE CoJOHN F. JONESSucc.Parijs 31 bis Faubourg Montmartre.
ff, Bet Bijvoegsel van het blad dat
Zaterdagavond verschijntzal bevatten'.
Eene Waarschuwing. In de Betuwe
(Slot). Prinses Von Bismarch.
Eene Amerikaansche idylle. Bin
nen- en Buitenlandsshe berichten'
Varia. Advertentién enz
Hairlhm; 4 Aug. <8^3.
Voor het extmen hooldic'e L. O. is
te Deventer op en 3 Angustus ge-
slssgd, de heer D. H. Engelberts alhier.
Wenken van eenpractiseerendGeneesheer,
IV.
De methode vbd Sylvester is niet de
©enige die wordt aangewend tot opwek
king van drenkelingen, en evenmin de
baste. Er zyn zeer verschillende wyzen
waarop men getracht heeft de ia- en
uitademing by verongelukten na te boot
sen ten einde de natuurlijke ademhaling
weer te heratellen. Het kan evenwel
mijn doel niet zyn die alle te beschrij
ven, daar vele lezers in plaats van een
goed denkbeeld te krygen van wat men
aan een drenkeling moet doen, daardoor
juist allicht van den koers zouden ge
raken.
Toch is het niet myn plan er geheel
over te zwygen, want het kan voorko
men dat de vroeger beschreven methode
niet kan worden uitgevoerd, omdat de
drenkeling b. v. tegelykertyd zyn arm
heeft gebroken of zyn schouder ont
wricht, of een vergroeiing heeft van zijn
schoudergewricht, of ook een geheelen
arm mist. In zulke gevallen moet men
naar een andere wel aan te wenden
operatiewyze omzien.
De methode van Pacini wordt
door velen voor de beste gehouden. Ze
ie evenwel eenigszins moeielyker uit te
voeren dan die van Sylvester, omdat er
eanige anatomische kennis by vereischt
wordt.
De houding is de gewone rugligging,
zonder sterk gebogen of gestrekt hoofd.
Men plaa'st zich aan het hoofdeneind en
omgrypt met krachtigen greep het boven
deel der bovenarmen, met den duim op
den hals van het opperarwbeen en de vier
overige vingers aan den achterkant. Dan
trekt men de schouders naar zich toe
CiT naar boven, waardoor het borstbeen
door de sleutelbeenderen die dit met het
schouderblad verbinden, tegelykertyd met
de ribben omhoogawordt getrokken de
borstkas wordt dus verruimd, er volfet
dus een inademing. De uitademing ge
schiedt door met trekken op te houden.
Het schynt soms by herhaling van deze
manoeuvre, zelfs al heeft men met een
lyk te doen, als of men een levend
wezen voor zich had, want men hoort
dan een ademhaling als van een levende,
en men krygt den indruk dat by aan
wezigheid van slechts één levensvonkje
dit ook weer stellig zou kunnen worden
aangeblazen.
Als men met een zwaar persoon te
doen heeft, kan men niet met elke hand
een schouder vasthouden en in beweging
brengen, en moeten twee personen dit
doen. Ook buitendien is deze methode ver
moeiender dan de voorgaande, menige
zweetdruppel wordt by zulk een poging
tot wederopwekking van een schijndoode
weggeveegd, maar niemand zal zich hier
over beklagen, zelfs al wordt ze niet met
een goeden uitslag bekroond, en des te
minder nog als een zucht of een geeuw
den terugkeer tot het leven aanduidt.
Als minder belangrijke behandelings-
wyzen die evenwel soms aangewezen zul
len zyn (zie boven) noemen wy de in
blazing met lucht met of zonder afwis
selende samendrukking van de borstkas, en
dit laatste alleen. Om het eerste toe te
passen wordt een pypje waaraan een
buis is verbonden in een der neusgaten
gebracht, de mond geslote» en de neus
dichtgeknepen. Men blaast dan door het
buisje lucht in de longen van den ver
ongelukte, en een helper oefent vervol
gens een druk uit op de borstkas.
Een nadeel van deze manier is dat
veel van de ingeblazen lucht den ver
keerden weg opgaat es in de maag
terecht komt, en ten tweede dat die
lucht niet zoo zuiver is als die in de
atmosfeer.
De eenvoudige samendrukking van de
borstkas wordt uitgevoerd door iemand,
die schrijlings over den schijndoode heen
op de knieön ligt en nu om de 8 of 4
seconden met alle kracht de ribben
naar elkaar toe en tegen den rug drukt,
terwijl laatstgenoemde met een kussen
in de lenden en de armen uitgespreid is
neergelegd. Door de veerkrachtigheid van
de ribben herstelt zich, als de druk heeft
opgehouden, de borstkas weer in haar
vroegeren vorm, en heeft hier dus de
inademing vanzelf plaats, in tegenstelling
van de Pacinische methode, Het spreekt
van zelf dat combinatie van deze twee de
uitwerking krachtiger zal maken.
Onnoodig is het nog te doen opmer
ken, dat welke manier men ook kiezen
mocht, altyd moet gezorgd worden voor
irissche lucht, warme wry vingen of an
dere huidprikkels en reinheid van neus
en mond, terwyl de tong nooit op de
keelopening mag drukken. In het tegen
overgestelde geval zouden alle pogingen
hoe krachtig en langdurig ook aangewend,
nutteloos zijn.
Hiermee genoeg over de behandeling
van een schyndooden drenkeling. Nog
zy opgemerkt dat het plaatsen van zoo
iemand op het hoofd zooals nu en dan
wel eens gedaan wordt, met het doel
het ingedrongen water weg te doen
loopen, een gevaarlijke, volkomen niet
aan het doel beantwoordende wyze van
handelen is, en dus moet worden nage
laten. P. W. P.
Het concert Donderdagavond in den
tuin der sociëteit „Vereenigiog* gege
ven door het Stedelyk Muziekkorps,
werd niet door den heer Kriens gedi
rigeerd, doordat hij by een klein inci
dent iets in het oog heeft gekregen,
waardoor dit zoo gevoelige lichaamsdeel
pijnlijk is getroffen. Voor den heer
Kriens en het Muziekkorps is het Se
hope», dat het oog spoedig zal zyn
genezen, en dit ongeval geen gevolgen
zal hebben.
Naar aanleiding van ziektegevallen,
die zich alhier bij kiaderen hebben
voorgedaan, zijn verschillende caout-
chouc-speenfcjcs door het lid van den
geneeskundigen* 'raad Vaa Ledden Hul-
sebosch onderzocht. Het is gebleken,
dat in een grijzen speen 27.34 pCt.
zink-oxyde aanwezig was.
Dr. Dozy, geneeskundig inspecteur
van N.-Holland, acht het dus van belang
het publiek te waarschuwen tegen het
gebruik van grijze caoutchcuc-spenen.
T.
Hedenmorgen ten n ure zijn de
glazenwasschers Rozenheek en Breet,
werkzaam aan den voorgevel van eene
woning aas de Paviljoenslaan, door het
breken van dea ladder van 26 sporten,
naar beneden getuimeld, laatstgenoemde
door een spiegelruit. Beiden hebben
zich weinig bezeerd.
By den veehouder C. van Beem te
Sloten zijn thans reeds acht runderen
aan miltvnur gestorven en op last van
den district-veearts verbrand.
De stoomschepen „Ariel" en „Mer
curius" zijn op het Noordzeekanaal met
elkaar in aanvaring geweest, waarby
laatstgenoemd stoomschip averij bekwam.
De tweede soireé van het Comité ter
bevordering van het gezellig verkeer
te Zaatvoort zal plaats hebben op Za
terdag fr Aug. e. k. in het hotel Kur-
zaal aldaar. Na afloop van het concert,
enz., zal er gelegenheid zijn tot dansen.
Werdonlangs in een der
bladen een kort woord teruggegeven
uit den Raad der gemeente Ouder-
Amstel, in de jongste vergadering ging
het er meer puntig en heftig naartoe;
0. a. zegt de heer De Grauw, dat tegen
het beweren in van den voorzitter, de
gespannen verhoudiag tusschen burge
meester en dokter nadeelig is voor de
gemeente, want alles wat de burge
meester voor de zieken-barak heeft aan
geschaft is veel te duur.
De voorzitter beweert, dat dit juist
het omgekeerde is en merkt voorts op,
dat de heer G. altijd spreekt van doctor,
doctorde man is geen doctor en nooit
geweesthy is maar arts.
De heer G. houdt zyn bewering vol
water, dat onderzocht is geworden door
tusscheakomst van den burgemeester,
kostte f 10; vanwege den dokter zou
dit slechts f 1 gekost hebben.
De arts kost zooveel geld, zegt de.
voorzitter en niet hij het zal goed zijn
als er een tweede geneesheer komt, dan
is het uit.
Nog beter zou het zyn, herneemt de
heer De G., dat er een andere burge
meester komt, dat is noodig 1
Een onweersbui met gewei-
dlgen stortregen veroorzaakte te Hilver
sum Woensdagnamiddag niet weinig on
verwachte drukte en beweging. Rijtuigen
van het station komende gingen op de
Groest tot aan de assen door het water
en zij die te voet kwamen konden niet
dan langs een omweg hunne woningen
aan de Veenstraat enz. bereiken. Op de
markt was het een algemeen redden
wat er te redden Iviel en menig arti
keltje is verloren geraakt of bedorven.
Aan het Achterom zijn keukens en kel
ders onder- en vol geloopen, gootbe-
dekkingen weggedreven. De afvoerbuis
onder den spoorweg door, bleek weder
geen voldoende capaciteit te hebben. De
verbazende watermassa steeg tot onge
veer een meter boven den bovenkant
der buis 1 't Is te hopen, dat het bij
den Raad aanhangig plan tot verbetering
van den waterafvoer spoedig tot uitvoe-
risg kome.
Wij vernemen van welinge-
lichte zijde:
Te Zaandam is dezer dagen bij een
inwoner een verdacht ziektegeval voor
gekomen, dat, na bacteriologisch onder
zoek, door den hoogleeraar Forster te
Amsterdam geconstateerd is te zijn „cho
lera asiatica". De patient is reeds hersteld,
en het geval blijkt geheel op zichzelf
te staan. Op geenerlei wij ze is gebleken,
dat of hoe de ziekte van elders zou
kunnen zijn aangevoerd. De officieel©
mededeeling van den burgemeester kan
elk oogenblik verwacht worden, zoo ze
niet reeds heeft plaats gehad. Tel
Het 4e Internationaal Ma
tigheid-Congres, tegen het misbruik van
sterke dranken, komt van 16-18 Au
gustus a. s. te 's-Gravenhage bijeen.
De volgende onderwerpen worden
door de daarbij aangegeven rapporteurs
ingeleid.
Physiologische werking der alcohol:
sir dr. Dyce Duckworth. Londendr.
C. P. Walburgh Schmidt, Amsterdam
dr. A. Schmitz, Bon en pi of. A. Forel,
Zurich.
Het lichamelijke en zedelijke bederf
door den handel in sterke drasken by
de onbeschaafde volkenrev. J. Grant
Mills. Londen.
De invloed van het het misbruik op
sterfte, misdaad on krankzinnigheid:
dr. A. Baer, Berlyndr. Cowan, Dor
drecht.
De invloed en werking der matig-
tigheids-genootschappen in verschillende
landen Eardley Wilmot, Londen; Lars
O. Jensen, Christiania; ds. Rochat, Ge-
nèveprof. A. Forel, Zurich en dr. P.
Spaiack, Apeldoorn.
De geheel-oathoudingDs. C. S.
Adams van Scheltema, Arnhemdr. H.
J. A. M. Schaepman, Driebergen.
De medewerking der kerk ia den
strijd tegen het alcoholisme: Eardley
Wilmot, Londen.
Het aandeel der vrouw in dien strijd:
Mej. Charlotte Gray, Londen Mevr. E.
Selmer, Kopenhagen.
De invloed der jpers ia dien atryd:
F. Sherlock, Londen en Dr. Belvaï,
Biuesel.
De drinkgewoonteProf. Valeton,
Ameifoort en Dr. Petithan, Luik.
De schooljeugd als bondgenoot in
den strijd tegen het alcoholismeDr.
Robijos, Hasselt en Charles Wakely,
Londen.
De behasdeling der dronkaards en
de dronkaardsasyls prof. J. P. T. van
der Lith, Utrecht en dr. A. de Jong,
's-Gravenhage.
De volkskoffiehuizendr. W. P.
Ruysch, 's-Gravenhage.
De bierbelz8ting en de belasting op
het gedistilleerd: H. E. Berner, Chiis-
tiania en G. H. van Soest, 's-Graven
hage.
Bestrijding van het alcoholisme in
het leger kapt. W. J. G. van der Veur,
Heilevoetsluis.
8)
Uit het engelsch
VAN
EARNEST DE LANCEY PIERSON.
HOOFDSTUK Hl.
Be verlorene
En loopt noordwaarts totdat gy komt.,.."
Op dat oogenblik wordt er een hand op mijn arm gelegd. Met
een uitroep vau toorn keer ik mij om en kijk in het gelaat van
Sylvia.
„Wel Jack, wie zou hebben kunnen denken, dat ik u hier zou
yinden t
Een oogenblik staar ik dat blozende gelaat en die glinsterende
©ogen aan, alsof ik ze nooit meer had gezien.
/rik vrees, dat ik n heb doen schrikken
;/J« ja»/y eindelyk heb ik myne stem weer. „Ik heb over den
brand staan praten. Ik haalde my weer eenige van die vreeselijke
tooneeltjes van dien verschrikkelyken nacht voor den geest, en
daardoor werd ik wat opgewonden."
„Gy moet het zoover zien te krijgen, dat gij denkt, dat het
in het geheel niet is gebeurd. Ga hier niet meer hèen Jack en
de toon, waarop zij spreekt, en de uitdrukking in hare oogen
doen het bloed weer naar myne bleeke wangen terugvloeien.
Voor de eerste maal na haar plotselinge komst kyk ik op en
zie dat zy niet alleen is. Een slank man, met het uiterlijk van
een militair, kijkt door zyn oogglas met lustelooze belangstelling
naar de puinhoopen.
„Wel majoor, ik vergat u geheel en al," zegt Sylvia lachend,
terwijl zy zich tot hem wendt.
„Ja, dat bemerk ik." Hy lacht niet. Terwijl zijne gryze oogen
op mij gericht zyn, fronst hy de wenkbrauwen.
„Majoor Carriston," zegt Sylvia, „myn neef Jack. Jack Henley,"
aldus stelt zy my voor.
„Het is my zeer aangenaam," zegt hij, en steekt mij drie licht-
gebandscboende vingers toe; het schynt naar zyn uiterlijk teoor-
deelen, hem volstrekt niet aangenaam te zyn.
„Wie drommels is die vent vragen wy beiden aan ons zeiven
af, terwyl onze argwanende blikken elkaar ontmoeten.
Ondanks de bekoring, die Sylvia's aanwezigheid voor my heeft,
had ik wel gewild, dat zy wat later ware gekomen. Ik moest
alles te weten komen betreffende den persoon, door Fogarty op
genomen.
Ik kyk om my heen maar de Ier is verdwenen.
„Ik hoop toch niet, dat wy u in uw gesprek hebben gestoord,"
zegt majoor Carriston met een sarcaatischen lach, die my volstrekt
niet bevalt.
Zyn gelaat bevalt my ook niet; deze man zal het my ongetwyfeld
lastig maken.
„Ik sprak slechts over de ongelukkigen, die by den brand zyn
gekwetst. Vooral een geval boezemde my belangstelling in. Ik
denk, dat ik zal trachten voor den armen man iets te kunnen
doea."
„Ah zoo! een philantropisch werk," vervolgde hy met den
zelfden verwenschten lach. „Gy moet my eens toonen, hoe men
aan de armen kan weldoen."
„Ik ben er zeker van, dat hij u niet zou kunnen leeren kwaad
te doen," zeide Sylvia en legde vertrouwelijk haar arm in den myne,
eene gemeenzaamheid, die de aandacht van den majoor trok, en die
hij met zyn blik afkeurde.
„Kom," riep zy uit, „nu zullen wy gaan dineeren, ik loop tus
schen u in, en dan kunt gy beiden my allerlei vertellen."
Zoo babbelde zy vroolijk door tot huis toe, maar de majoor en
ik hadden weinig of niets te zeggen. Ik weet, dat ik reeds be
sloten heb, hem te hateD.
Hoofdstuk IV.
Was hei eene waarschuwing P
Een verlegen meisje, dat aarzelend b$ den aanvang van het
seizoen haar debuut gaat maken, kon geen onrustiger trek op het
gelaat hebben, dan de persoon, die my dien avond in den spiege 1
aanstaarde.
Ik stond op het punt om in myne nieuwe rol voor het eerst
in het publiek te verschy nen, en ik was verbaasd over de spanning
waarin ik verkeerde, en de zenuwachtigheid, die bleek uit m\jna