haarlemmer ralletjes.
De fraai van den Worstelaar.
binnenland.
Sen Episode uit het leven
van Skoheleff.
Onlangs hoeft men in Rusland den
tienden verjaardag van den sterfdag van
den beroemden generaal Skobeleff her
dacht.
Onder de verhalen over den witten
generaal" welke by die gelegenheid weer
zyn opgerakeld, vinden wij er een dat
zijn karakter teekent en tegelyk zijne
populariteit in het leger verklaart.
Mikhail Dmitrivich Skobeleff had een
bizonder prikkelbaar karakter. Wanneer
bö boos was, woog hij nimmer zyne
woorden noch berekende de kracht van
debeleedigingen, welke hij anderen naar
het hoofd slingerde. Daartegenover wist
ook niemand beter dan hij die toornige
opwellingen door vriendelijkheid weder te
doen vergeten.
In Januari 1881 hadden de verschan
singen van het russische leger de vesting
Geokteja als in een jjzeren ring beslo
ten. Men maakte zich gereed tot de be
storming, maar besloot eene nauwgezette
verkenning van de vesting daaraan te
doen voorafgaan. Esq jong officier, M.
genaamd, werd met deze gevaarlijke en
moeielyke taak belast.
Kolonel Kouropatkine, chef van den
staf, zeide tot den officier, terwijl hij
hem zijne orders gaf: //Denk er om,
dat gij bij het ontmoeten van den vijand
u niet in een gevecht begeven, maar
terugtrekken moet."
Het handjevol manschappen dat onder
M's bevel werd geplaatst, kon dan ook
aan een aanval niet denken, M. voerde
de hem gegeven bevelen naar de letter
nit. Zoodra de duisternis viel, begaf zich
zijn detachement onder zijne aanvoeling
voorzichtig en zonder gedruisch te maken
buiten de verschansing, eloop voort in de
richting van de vesting en kwam ook
weldra aan den voet van het vijandelijke
fort.
Nauwelijks waren zij echter met de
verkenning rondom de versterking be
gonnen, of de officier hoorde sïemmeo
en zag eene sterke vijandelijke patrouille
naderen. M. zich de uitdrukkelijke order
van den kolonel herinnnerende, gat bevel
tot den terugtocht, maar nauwelijks wa
ren zy eenige schreden achterwaarts ge
gaan, toen generaal Skobeleff voor hen
stond.
Waar komt gij vandaan vroeg hy
den officier.
//Van eene verkenning."
tfZyt gy geslaagd?"
//Neen generaal, wy trekken terug."
//Lafaard zeide Skobeleff met donde
rende stem en keerde den officier den
rug toe.
M. overbluft door dezen uitval, wilde
eene verklaring geven, maar de generaal
wilde niet luisteren en ging, zonder een
woord meer te zeggen, heen.
Weldra wi9t het gansche leger, dat
de dappere Skobeleff den officier voor
^lafaard" had uitgemaakt ea niemand
Een Zatsrdagavondpraatje.
CLXXII.
Onze burgemeester heeft een verstan
dige daad gedaan door te besluiten, dat
een aantal politieagenten van een rywiel
zullen worden voorzien.
't Wordt haast vervelend om het nog
eens te zeggen, zóo vaak heb ik het al
betoogd: het korps politieagenten hier is
volstrekt onvoldoende om op alle punten
waar dat noodig is, behoorlijk toezicht
te houden. Waar niet is, verliest zelfs
de keizer zyn recht en de vaste posten
slokken zooveel agenten op, dat er voor
de bewaking vooral van buitenwyken,
niet overschieten. Zet maar eens een
vuist als je geen hand hebt
Nu is het een feit, dat groote stads
wijken worden bewaakt dooréenhee-
len politieagent, die naiuuriyk nooit is
op het punt waar zyn tegenwoordigheid
noodig zou wezen, 't Spreekt vanzelf, dat
de jongens die toonbankladen willen
lichten of mi&der misdadig kattekwaad
willen uithalen, dat doen ala de agent
gepasseerd is, wel wetende dat ze hem
in een half uurtje niet terugzien
En dit is de toestand nog in het gun
stigste geval, dat namelyk de agent een
man is die zyn plicht doet. Maar neem
er nu eens een die lui is! Wel, zoo'n
sinjeur kan evengoed naar hnis gaan naar
moeder de vrouw, als zyn wyk rondwan
delen, want als er een adjunct-inspecteur
komt kyken of hij er wel is en hem niet
vindt, dan kan hy zich altyd redden door
te zeggen dat de wyk oök zoo groot is
en dat hij toen de adjunct kwam kyken,
op een ander punt van zyu wyk moet
zyn geweest.
Nu sommige agenten een fiets krygen,
wordt de toestand beter. Op een wiel
kunnen ze niet alleen een veel grooteren
afstand bewaken, maar ook de kwajon
gens die onze ruiten insmyten, dames
hinderen en dieren kwellen, achterhalen,
waar te voet geen sprake van kon wezen.
Nu eenmaal het besluit genomen is en
de burgemeester blyk heeft gegeven, niet
tegen het invoeren van een nieuwigheid
op te zien, nu zal de uitvoering zeker
wel praktisch wezen. Men zal om maar
iets te noemen, de bewielde agenten ze-
zich de moeite, de zaak goed te on
derzoeken. Van dien dag af zagen al
zyne kameraden, al zeiden zij het tiet,
in hem een lafaard en ook zyne positie
tegenover zyne soldaten werd onhoudbaar.
Op zekeren nacht, toen hy zich zou-
der den slaap te kannen vatten, op zijn
leger rondwentelde, kreeg de ongelukkige
officier een goeden inval. Zonder iemand
iets te zeggen, begaf by zich naar den
opperbevelhebber en zeide met bevende
stem
//Generaal, ik wil u toonen dat ik
geen lafaard ben. Stel my instaat om
dat te bewyzen 1"
Skobeleff keek hem strak aan en zei
z/Wilt gij met vrijwilligers het geblin-
deerdo fort daarginds trachten te vero
veren
„Ja, generaal."
Den volgenden morgen bij zonsopgang
trok M. met een klein getal vrijwilligers
op het geblindeerde fortje aan, waarvan
het bezit de bestorming van de groote
vestiüg gemakkelijker maken zou. Achter
hem zat Skobeleff te paard op een heu
vel je, te midden van zyn staf.
De aanval was zoo verwoed en M.
voerde zyn troepje zoo krachtig aan, dat
het fortje binen een kwartier tyds ge
nomen was. De vyand evenwel het wil
lende heroveren, zond eene afdeeling
Turco's tegen de overwinnaars af.
z/Trek terug, M riepen officieren
uit Skobeleffs nabijheid hem toe.
M. was gewond en bloedde hevig,
maar hy deed alsof hij het aanroepen
niet hoorde en verzamelde, nadat hy het
fortje vernield had, zyn handjevol man
schappen, om den talrijken vyand het
hoofd te bieden.
z/Trek terugriep men hem nog
maals toe.
z/Neen, dat zal M. niet doen I" zeide
Skobeleff en plotseling den henvel af
rennende, kwam hy M. te hulp, die
jnist een der Turco's doodgeschoten had
en zich nu tot drie anderen wendde die
hem besprongen. Het zou met hem ge
daan zyn geweest, wanneer niet de plot
selinge verschijning van den gevroesden
generaal den Tarco's zooveel angst had
aangejaagd, dat zy heil zochteu in een
overhaaste vlucht.
Toen de staf op het slagveld aankwam,
drukee Skobeleff M. de hand en zeide
eenige malen achter elkander vergeef
mij de beleediging die ik n heb aange
daan, ik schaam my daarover diep
MICHEL DELINES.
De gewone jaarlyksche kermis te
Brussel herionert een chroniqueur in een
der belgische bladen aan een verschrik
kelijke geschiedenis, die voorgevallen is
op de kermis in een dorp der Vogeezen.
Op de kermis was o.a. de tent van
een worstelaar, die reeds herhaalde ma
ker niet in nnitorm steken, miar hun
liever een fietsoostuum geven, zoodat de
boosdoeners hen niet van gewone wiel
rijders kunnen onderscheiden. Zoodra men
weer met glimmende knoopen gaat wer
ken komt er toch niets goeds van.
Wanneer na ook maar niet de boos
doeners zich rijwielen gaan aanschaffen!
Als dat gebearde, zou duchtige training
voor de politie noodig worden en men in
de straten van onze goede gemeente zoo
na en dan een geïmproviseerde race
kannen genieten, waar het publiek al
licht niet op gesteld zou wezen.
Wie weet, de fiets wordt langzamer
hand zóódanig het voertuig by uitnemend
heid Een inbreker per fiets, waarom
niet
Het gemeenteverslag over 1892 is ver
schenen, alweer lyviger dan zyn voor
ganger, wat aan den eenen kant pleit
voor de uitbreiding van de bevolking der
stad, maar ook voor den ijver van onzen
stadssecretaris.
Die bevolkingstoename is niet onbe
langrijk, ze bedraagt 1619 personen. Ge
deeltelijk is die vermeerdering te danken
aan meerdere geboorten, dan sterfgeval
len, maar het grootste aandeel hebben de
personen, die zich van elders hier zyn
komen vestigen niet minder dan 4170
personen. Dat by dit kloeke cyfer de
toename niet nog grooter is, komt door
dat 3161 personen uit Haarlem zyn ver
trokken.
Verbeeld u, meer dan drieduizend
personen in een jaar naar elders ver
trokken! Zou men niet denken dat alle
besmettelijke ziekten in 1892 te gelyk
in Haarlem hadden gewoed en dat uit
vrees daarvoor zoovelen zyn heengegaan?
En toch is de oorzaak natuurlijk, voor
zoover het althans natuurlijk heeten
mag, dat wy menschen tegenwoordig om
de minste kleinigheid verhuizen. Velen
die niet door ;ambt of bedrijf aan eene
gemeente gebonden zijn, springen als
eekhorens van den eenen tak op den
anderen en trekken ongeveer hun heele
leven door, van hier naar ginds en van
ginds naar elders.
ff O, wispelturige menschheid I" zou de
beroemde dichter ik weet niet meer
wie, uitroepen. En de man had gelyk.
Want in datzelfde gemeenteverslag wordt
gemeld, dat niet minder dan 9 echt
scheidingen in 1892 werden ingeschre
anderen had uitgedaagd om zich met
hem te meten. Steeds had hy, zoowel
op den korten stok als by het worstelen,
ieder die het aandurfde overwonnen, tot
dat op zekeren dag een soldaat zich aan
bood om mot hom op den korten stok
te vechten.
De twee kenden elkaar en schenen
elkaar geen goed hart toe te dragen.
Althans de wijze waarop zy tegenover
elkander optraden, gaf meer den indrnk
dat zij een twist wilden uitmaken, dan
wel nit aardigheid zich eens meten. Er
was dao ook veel publiek in de tent.
De worstelaar was tegen zyn tegen
stander niet opgewassen. Hij kreeg zulke
geduchte slagen met deD stok, dat hy
zich ten laatste wel overwonnen moest
verklaren.
Terwyl het publiek den soldaat leven
dig toejuichte, stond de worstelaar te
schuimbekken van woede en toen het
applaus bedaard was, zei hij met een
valschen lach
z/Nu myoe revanche. We zullen nu
worstelen
Zyn vroaw kwam hier echter tas-
schenbeide. Het was een slanke, don-
keroogige vroaw, precies een Zigeanerin.
//Worstel niet met hem!" riep zy den
soldaat vol angst toe, why is woedend,
hy zal u kwaad doen
De worstelaar dawde haar weg en zei
met een gryns: //Zij is bang dat ik je
breken zal. Ben je een flinke kerel
De soldaat was bleek geworden. Hij
was een lenige handige jongen, maar
scheen niet veel spierkracht te hebben.
Niettemin nam hy de uitdaging aaa en
trok zyn bovenkleederen uit.
De* ander wachtte, met een valschen
glimlach op de lippen eu de armen over
elkander geslagen.
Het volgende oogenblik grepen zy
elkander aan. Al dadelyk zag iedereen
dat ditmaal de soldaat het onderspit zou
delven. Weldra viel hij op den grond
en de worstelaar zette hem de knie op
de borst, greep zyn hoofd met beide
handen en draaide het om
Een akelig kraken deed zich hooreo,
de soldaat uitte een ontzettendeu gil. De
verwoeste worstelaar had hem de rug-
gegraat verbryzeld.
Een onbeschrijflijke verwarriDg volgde.
Sommigen snelden, de handen voor de
oogen houdende, de tent uit; de mees
ten bestormden het tooneel, om den af-
schuwelyken moordenaar te grijpen.
Des avonds was de kermis weder io
vollen gang, maar tusschen de verlichte
tenten, kramen en spellen was een groote
donkere massadat was de tent van
den worstelaar. Op de honten trap zat
eene ineengedoken gestalte. Het was de
Zigeunerin, die met het hoofd in haar
schort, heete tranen schreide over den
gevangene en over zyn ongelukkig
slachtoffer.
ven.
Negen In Frankryk of in Amerika,
waar men echtscheiding de gewoonste zaak
van de wereld vindt, zou dit een klein
getalletje lyken, maar in ons land waar
men (gelukkig) nog niet znlke geavan
ceerde theorieën aankleeft is negen voor
een gemeente een hoog cijfer.
Ia de Raadsvergadering van 6 April
1892 werd aan een ingezetene van Sant
poort op zijn verzoek concessie verleend
voor den aanleg van ,een paardentram
naar Beverwyk. Om zeker te zyn dat
de aanvrage ernstig was gemeend, stelde
de Raad als voorwaarde dat de aan
vrager in de gemeentekas een som zou
Btorten van ik meen ƒ200.
De aspirant-concessionaris deed dit,
maarheeft U al iets van die paar
dentram gezien, waarde lezer Niet
Na, ik ook niet. Onder vier oogen en
strikt confidentieel kan ik u wel vertel
len, dat er ook nog geen begin mee is
gemaakt. Iatusschen is de termyn ver-
loopen, de concessit vervallen en we zyn
net even ver als we in Maart 1892
waren. Alleen heeft de gemeentekas er
ƒ800.aaa verdiend.
Waarom, zoo zal men zeggen, waarom
ter wereld vraagt iemaud eene concessie
als hy nog niet zeker is, dat hij die zal
kunnen uitvoeren Lezer, ik weet het
niet, op m\jn woord ik vat het niet, ik
snap er niets van. Ik denk voor 't naast,
dat het 'm in de lucht zit. Er wordt
zoo onophoudelijk naar rechts en naar
links om concession gevraagd, dat al
licht de een of ander dien het op oen
paarhonderd galden niet aankomt, gaat
denken
z/Allo, ik vraag ook 'reis zoo'n ding,
dan voer ik minstens een jaar den titel
van concessionaris. Dat kleedt
Maar men vergeet dan toch, dat zoo'n
manier vau doen een ander die serieu-
ser is, dikwyls in den weg staat. Kort
nadat de concessie tram Haarlem
Beverwyk was gegeven, kwam er eene
aanvrage voor een stoomtram Haarlem—
Castricnm. Deze kon evenwel niet wor
den verleend omdat aan den eenen kant
de voorwaarden voor de gemeente te
bezwarend waren en tevens.... omdat er
reeds concessie was gegeven voor het
gedeelte HaarlemBeverwyk.
Als nu de concessionaris Castricnm zyn
voorwaarden wat billijker gemaakt had,
zou mê8<shien (ik zeg niet zeker) deze lyn
De heer F. J. A. Haeee, sedert
1 Jennen hoofdred.cteur ven de „Amster-
demsche Courant» en voordien oorres
pondent van de „Nieuwe Rotterdem-
scho Conrent» te Amsterdam, is Vriidee-
morgen na een langdurig ljjden, op
36-jangen leeftpd overleden.
Voor eeaige degen geven
de amsterdemsche bladen eene korte be-
schouwing over de kolossale massa's die
van het artikel cacao door nederlandsche
fabrieken worden uitgevoerd, en deelden
mede dat er weder drie hooggeladen
waggons gereed stondeo. Mee deelt ons
mede, dat bedoelde waggons hoogbeladen
waren met... t n r f s t r o o is e 1,
bedekt met dekkleeden die beschilderd
waren met de bekende reclame van ver
schillende chocoladefabrikanten.
N.R.Ct.
I°or het kantongerecht te
s Cravenhage stond Donderdag iemand
uit Loosdamen terocht wegens het ma
ken van nachtelijk ramoer, ter sake
waarvan tegen hom proces verbaal was
opgemaakt doer.... zjjn btoeder, die
politieageat is.
Als bizonderheid bij de
jongste verkiezing voor den gemeente
raad te Tilburg words gemeld, dat zich
het geval voordeed, dat een ingezetene,
die in twee Tilburgeche couranten door
„vele kiezers» werd aanbevolen, geen
enkele stem bekwam.
Op een dorp in Zuid-Holland
besloten do domteee en twee boeren
zuner gemeente, alle drie mannen in
bonis, om een belangrijke hoeveelheid
vlas te koopen en dat dan in den win
ter door de minder bevoorrechte gemeen-
teleden te loten bewerken. Zoo gezegd,
zoo gedaan het vlas werd voor gezamln
Igke rekening aaegekocht. Maar de prij
zen van het vlas begonnen in eene bui
tengewoon te stijgen. J8ap keek Maar
zin e° kmk JaaP bedenkelijk
„Kunnen we het op die manier hon-
den
„Neea, we mogen het niet houden 1»
Rn zonder deo dominee iets te zeggen,
verkoopen ze het vlas en brengen hem,
die meer phiUnthroop dan koopman
was, zyn rechtmatig aandeel in de winst.
De natuur ging bij de boeren boven de
leer.
I?lan.,80hrij't nit Breda aan
t/Ue Tyd"
Niet alleen in onze gemeente wordt
in den laataten tjjd veel geklaagd over
roofzucht, maar ook de landbouwers in
den omtrek klagen steen en been. Don
derdagavond kwamen drie-en-twintig boe
ren in den omtrek vzn den Emor (be-
nooreede onder Prinsenhage, doch als
het ware bjj Bredz aangebouwd) bijeen
om eenen veiligheidsdienst te organisee
ren. Geregeld zullen nu eiken nacht drie
boeren de ronde doen; een van hen had
zich zelfs met een geweer gewapend
tot sttnd zijn gekomen. Mazr omdat er
een andere concessie Haarlem—Be-
Verwijk was gegeven, kon dat niet
gebeuren.
A 'f.?6 £emeenteraad was(otrotsch
denkbeeld I) dan zou ik tot iedereen die
een concessie aanvroeg zeggen „Vriend,
waar is je kapitaal en wie zjjn je aan
deelhouders?» zei bjj dan „dat gaat je
met aan», dan zou ik antwoorden „heel
goed, maar dan kijjg je van mü ook
geen concessie.» En zei hjj: „hier is het
geld en daar zijn de mannen die mn
steunen», dan zou ik zeggen: „goed,
dan moet je ƒ500,waarborg storten
en binnen een halt jaar een vierde ge
deelte van het werk hebben voltooid.»
„Ja», zegt men, maar men moet het
een concessionaris niet te moeielnk ma
ken.» Maar lk vraag, of een ernstige
concessionaris zou opzien tegen een storting
van enkele honderde gntdens en of hij
niet bereid zal zjjn tot snelle uitvoering
van het eens ontworpen werk. De ama
teur-concessieaanvragers eu zjj die in con-
cession schacberen, zjj zullen wegblijven
Des te beter.
knellen wjj in het voertuig der ge
dachte, dat heel wat sneller is dan paar.
den- of stoomtram naar een ander pnnt
in het gemeenteverslag. Er wordt ge-
zegel, dat het aantal bedeelden ia 1892
geringer is geweest dan in 1891 en
daaruit de conclusie getrokken, dat de
toestand der laagste klasse vooruitgaat.
Gelukkig merkt de verslaggever
tevens op, dat Weldadigheid naar
Vermogen veel doet. Iederdaad is de
slotsom waartoe hjj komt, „1 te optimis-
tisch. Niet het cijler van de door het
burgerlyk armbestunr bedeelden is afge
nomen maar dat van hen die ondersten
rang krijgen van de kerkbesturen. Het
ligt dus voorde hand, dat sedert de oprich-
ting van „Weldadigheidnaar Vermogen»
verschillende personen om wellicht zeer
geldige redenen door kerkbesturen naar
genoemde Vereeniging worden verwezen.
Urn tot een goede conclusie te geraken
da" te weten 01 w- naar V.'
in i892 meer of minder personen heeft
ondersteuna d.n in 189X en ais ik mii
met zeer vergis, dan is dat cijfer in 1892
wel geklomen, mazr niet gedaald.
Een instelling die wel niet het arm
wezen, maar dan toch wel de armen
raakt, is de Bank van Beening. Het
batig saldo op hare rekening is ƒ2824 665,
wel wetende dat de wet op de wapens
op hem niet toegepast zou worden we
gens.... totale afwezigheid van veldwach
ters. Donderdagnacht werden vier perso
nen zwervende in de velden aangetroffen,'
doch gestolen is er niet. Den voorgaan-
den nacht had men nog by eenen land
bouwer de appelen van eenige hoornen
medegenomen.
Te Annen is een driejarig
kind bij het inhalen van het koren door
eene beladen kar overreden, tengevolge
waarvan het kort daarna overleed.
Een min vermogend am
bachtsman, in het bezit van eenig land,
te Z., was aan een koopman aldaar
eenig geld schuldig, dat hy wegens te
genspoeden niet terug kon geven. Hy
had evenwel eene koe op stal en deze
zou in beslag genomen worden. In het
bezit van het vonois, viel deo koopman
evenwel nog in, dat de wet de inbeslag
neming van eene eenige koe niet toe
laat en zoo kwam hy op de snuggere
gedachte, om door een derde eene geit
voor zeer billyken pry 8 aan zij oen
schuldenaar te laten aanbieden. Het
geitje wilde hy opofferen, om dan het
formeele recht te hebben, de koe te laten
verkoopen. Onze schuldenaar, die ook
nogal by de hand is, kocht de goed-
koope geit, en reed6 des anderen daags,
in de vroegte, is de schuldeischer m«t
een deurwaarder weder by zijne woning,
in het vertrouwen du de hand op de
koe te kunnen laten leggen. Toen zy
evenwel in de schuur kwamen, was
nergens eene geit meer te zien. Daar
naar gevraagd, kreeg de deurwaarder
ten antwoord, dat hy Donderdagavond
het geitje nog geslacht en met zijn tal
rijk gezin ook reeds gedeeltelyk opge
peuzeld had. Onder die omstandigheden
kon volgens de wet het beslag niet uit
gevoerd worden en trok de koopman
niet met de koe, maar met een langen
neus af, want hy kon nu bovendien
zyne geit nog nazien.
R ECHT S2AKËN-
Een paar vertegenwoordigers van het
gilde der Flesschentrekkers stonden Don
derdag en Vrydag terecht voor de vacan-
tiekamer der rechtbank te Amsterdam:
Zij hadden zich in den loop der maand
Mei aan een reeks van oplichteryea
schuldig gemaakt, door een groot aantal
kooplieden en handelsfirma's daar ter
stede schriftelyk of mondeling te bewe
gen, allerlei monsters papier, spy kers en
draadnagels, wagensmeer en zeven af te
zenden aan hst adres eener niet bestaande
Gooische Zuiveliorichting te Laren, direc«
tear G Rigberts, station restant Hilver
sum. Zy hadden, om dit doel te berei
ken, gebruik gemaakt van briefpapieren
adreskaarten, met het bovenstaande be
drukt, en de brieven, onderteekend #p.
o. G. Rigberts Co te Hilversum op de
post gedaan, ofschoon zij zelf te N.-Amstel
woonden.
dat door den verslaggever wordt genoemd
//slechts eene gering© vergoeding" voor
de derving van rente van het kapitaal dat
in de onderneming zit, n. 1. 56907,945.
Nu zal ik niet zeggen dat de winst
schitterend is, maar van een fringe
vergoeding" kan toch ook bezwaarlijk
worden gesproken, waar het eene inrich
ting geldt, gebaseerd op pbilantropie en
bedoelende den arme te houden uit de
klauwen van den woekeraar. Voor zulk
eene stichting is het voldoende, dat zy
behoorlyke rente van baar kapitaal
maakt en wat men noemt zichzeive
bedruipt. Dit is hier het ge val. Het
winstsaldo is ruim vier procent van het
kapitaal en ieder weet, dat onze ge
meente voor vier procent zeer gemak
kelijk geld kan krygen.
Ten slotte nog een paar opmerkingen.
Het rapport over de landbouw en vee
teelt, vroeger in het verslag voorkomende,
is nu achterwege moeten blyven, omdat
de deskundige die zich daarmee belastte,
er geen gelegenheid meer voor had.
De reden is goed, maar. was er,
ik vraag het met alle bescheidenheid,
niet een andere deskundige te vinden?
We doen in Haarlem wel niet veel aan
landbouw en veeteelt, maar zullen toch
wel meer deskundigen onder onze inge
zetenen tellen dan dien eenen
Evenwel, 'tis misschien heel ondank
baar van my, om zooiets te zeggen na
het verslag buitendien al met zooveel
zorg is bewerkt. Ik zou niet graag voor
een Nurks worden gehouden en toch
moet my nog iets van het hart. In het
verslag wordt medegedeeld, da*- er geen
aanleiding bestond om met Rijnland te
onderhandelen over veiversching van het
water, behalve in October toen er met
het oog op enkele gevallen van cholera
asiatica tweemaal verversching heeft
plaats gehad.
Nu wil ik daar verder niets van
zeggen, dan dat ik in den zomer wel
eens andere beschouwingen over de
wenschelijkheid van water/erversching
heb gehoord van bewoners der Nieuwe-
gracht, Bakenessergracht en Leidsche*
vaart. "6 Is ook de vraag, of men niet
beter doet om ia den zomer voor duch
tige wzterverversching te zorgen met het
oog op mogelijke cholera in het najaar,
dan den maatiegel te semen wanneer er
al cholera is.
FIDKLIO.