NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. lie Jaargang. Dinsdag 15 Augustus Ï893. Mo. 3103, De Kennis-opstootjes. FEUILLETON HAARLEM'S DAGBLAD ABONNEMENTSPRIJS: Voor Haarlem per 3 maandenf 1,20. Franco door het geheele Kijk, per 3 maanden 1,65. Afzonderlijke nummers0,05. Geïllustreerd Zondagsblad, per 3 maanden 0,30. franco per post 0,37^. Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- Bureau: Kleine Houtstraat Ho. 9, Haarlem. Telefoonnummer 132. ADVEETENTIËN: van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 Cents. Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Keclames 20 Cents per regel. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze agenten en door alle boekhandelaren en courantiers, Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM, Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE Co., JOHN F. JONESSucc., Parijs 31 bis Faubourg Montmartre; l^Toen Zaterdagmorgen te ongeveer 'kwartier voor een de Burgemeester dezer gemeente, langs de kermis ging om te zien of alles wel behoorlijk was geslo ten, werd Z.E.A. gevolgd door een troep yin een honderd personen, waarbij op geschoten jongens en vrouwen, die nn en dan joelden en schreeuwden. Reeds dit op zichzelf onbeduidend feit toonde aae, dat er eenige gisting w*3 onder het publiek terzake vgn de vervroegde sluiting der kermis. Immers hij besluit van den 8sten Februari 1.1. heeft de Raad op voorstel van den heer Dr. H. D. Tjecnk Willink bepaald, dat ter voorkoming vaa de ongepaste too ngelen die sommigen meenen te hebben ivaargaaomen in den nacht van den twee den kermis Zondag, de kermis des Zaterdagmiddags te 12 uur definitief zou worden gesloten. Eenige verbittering tegen het Raads lid dat het voorstel had gedaan, was dan ook niet te miskennen. Vrijdag- avond kon men hier en daar hooren zingen „Slaan se oras morgen op ons kop, fër„D*n hangen we Tjeenk Willink op." welk barbasrsch voornemen echter zeker wel niet ten uitvoer gelegd zou worden daar de heer Tjeenk Willink de stad uit is. Met het oog op de gisting waren door den Burgemeester maatregelen gesomén, om het beslnit van den 8a Februari in zijn ganschen om vaag te does eerbiedigen. Door ZEA. was mondeling aan den garsizoenskommaEdant gevorderd de hulp van het krygsvolk (ingevolge art. 184 der gemeentewet) wegens stoornis der openbare orde. Evenwel sou de hulp van het garnizoen slechts strekken om ruimte te maken ea om geen ge weld te gebruiken das na dat ZEA. daartoe last had gegeven en de drie sommaties om uiteen te gaan door hem of door de politie zijn gedaan. Dientengevolge was het geheele gar- aixoen in de kazernes geconsigneerd. Nog andere maatregelen van voorzorg warea genomes. Zoo waren alle steen- hoopea bij ia aanbouw synde werken opgeruimd, was de geheele politiemacht te 7 uur gekommandeerd op het hoofd bureau van politie en waren alle gaten te de straten, teweeggebracht door af gebroken spellen en kramen, gedicht. Enkele eigenaars van poffertjeskramen hadden hier pakhuizen gehuurd, waarin lij; bleven voortbakkes. Zooals men weet hadden de direc teuren van den Schouwburg en van Felix Favore besloten, geene uitvoerin gen meer te geven. De sociëteit „de Kroon" evenwel beBloot gisteren (Vrij dag) om op Zaterdag, Zondag en Maan dag nog uitvoeringen te gevea ter her denking van het feit, dat voor tien jaren de heer Frits van Haarlem voor het eerst met zijn gezelschap hier ter stede optrad. Voor deze drie uitvoe ringen was gelegenheid tot introductie uitgebreid tot stadgenooten. Evenwel werd door den Burgemees ter dezer gemeente aan het Bestuur dezer Sociëteit heden eea schryvea gericht, waarby Z.E.A. meldde, dat by deze feesten beschouwde als publieke ver makelijkheden waartoe door hem de vergunning was geweigerd. Niettemin viog hedenavond te 8 uur de uitvoering op de gewone wijze aan. Alles ging zeer kalm in zijn werk. Reeds een uur van te voren waren de inspecteur van politie Baikeasteia en de adjunct-inspecteur Wolffram ia den gang van het gebouw gekomen om te con- troleerén of er ook geld ontvangen werd aan het loket. Toen nu het orkest eea marsch ge speeld had en het uit ongeveer 300 personen bestaande publiek op het aan vangen der voorstelling wachtte, trad de commissaris van politie de heer Van Goor, gevolgd door een inspecteur en ses agenten, de zaal binnes. De Commissaris wendde zich tot den president der sociëteit ea deelde dezen mede dat op last van den Burgemeester de voorstelliag niet kon doorgaan, daar er personen in de zaal aanwezig wares, die geen lid der sociëteit waren en in de stad woonachtig, dat voor dezen entrée was betaald, waar van de commissaris het bewijs had, en dat daardoor de voorstelling net karak ter had gekregen vaa eene publieke vermakelijkheid, die door dee Burge meester was verboden. De Commissaris verzocht derhalve aan den presi dent, de aanwezigen de zaal te doen ontruimen. Bij weigering zou de Com missaris daartoe zelf moeten overgaan. De president i verklaarde zich hier toe bereid, doch onder proteBt, ea verzocht om opgave van de nummers der agenten van politie, die den Com missaris vergezelden. De heer vaa Goor antwoordde, dat deze op het rapport zonden voorkomen en de president deze dan vernemen koi. Hierna begaf zich de] president op het tooneel en deelde aaa het publiek mede,dat op last van denBurgemeester de voorstelling niet mocht doorgaan. Spre ker verzocht, hoewel hij de handeling wederrechtelijk achtte, aan de aanwezi gen om kalm ea bedaard heen te gaan. „De introductiekaarten voor de vreemde lingen," zoo voegde de president er aan toe, „en de dameskaarten knanenZondag tusschen 10 en 12 uur teruggekregen worden." Ten slotte gaf de president fe kennen, dat het bestuur niet in de zaak zon be rusten. Deze mededeellng werd met applaus beantwoord. Er werd even gefloten. Overigens verliep de zaak zeer kalm, wat na de zeer gematigde toespraak wel niet anders kon. De aanwezigen verlieten langzaam, doch met groote kalmte, de zaal. Wel verdrongen zich tal van nieuwsgierigen voor de deur, dGch ongeregeldheden kwamen niet voor. Van dat oogenblik af groeide de menigte in de straten zichtbaar aan. Te 10 uur werd op de Nassaulaan gen troep jongens, die al zingende een deel der stad warea doorgetrokken, uiteengejaagd. Overal zag men tal van nieuwsgie rigen. Te elf uur zaten in de Sociëteit „Trou moet Blycken" aan de zijde der Spekstraat drie personen voor een open venster kaart te spelen. Dat dit niet zeer voorzichtig was, bleek toen een onbekende haad er een ruit in wierp. Een politiepatrouille, onmiddel lijk aanwezig, voorkwam erger. Hierna kwam er op dat puat ophoo ping. De hoadiag van sommigen werd brutaal. Er werd met steeaen geworpen. De adjunct-isspecteur van Asperen werd, doch niet ernstig, geraakt. Drie patrouilles tegelijk chargeerden en joegen na herhaalde pogingen het volk uiteer». Tosa nu gebleken was, dat de politie niet dan met moeite de orde kon hand haven en dat waarschijnlijk in de eerst volgende oogenblikken volstrekt niet meer zou kunnen doen, werden per telefoon huzaren ontboden. De infante rie stond in de kazerne geschaard om op het eerste sein uit fe rukken. Tegen 12 uur verschenen dan ook twee pe lotons huzaren onder de luitenants Van Oldeneel en Van Wrangel en vatten post op de Groote Markt. Wei wekte hunne onverwachte komst eenigen schrik, doch deze bleek slechts tijdelijk te zijn. De aanwezigen waren niet gezind het veld te ruimen. Wel wisten nu en dan de huzaren de Markt aan eene of an dere zijde schoon te maken door er kalm langs te ryden, doch weldra verzamelde het publiek zich weer. Om deze reden en om een einde aan de zaak te maken, richtte te half een de commissaris van politie, de heer Van Goor, de bij de wet voorgeschreven sommaties om uiteen te gaan tot de om en bij de Groote Markt verzamelde menigten en toen ook hierna nog tal van personen bleven staan, de den de huzaren naar alle kanten char ges met de blanke sabel, waarbij naar ons werd medegedeeld, enkele personen zijn verwond geraakt. Geen hunner is echter opgenomen behoeven te worden, Hierna verspreidde zich de menigte. De huzaren bleven nog eenigea tijd op en om de Groote Markt rondrijden en te ongeveer half twee rnkten zij, zoo wel ais de politie in, daar de rust we der was hersteld. Naar wij vernemen zijn ruiten inge worpen (behalve in „Trou moet Blijc- ken") bij den heer A. von der Möhlen op de Groote Markt, ia perceel Nieuwe- gracht 66 en in een enkele woning op de Kampervest en in de Koningstraat. Een achttal personen werden gear resteerd, doch later weder losgelaten. Zondagmorgen werd allerwege in de stad de volgende kennisgeving aangeplakt: nDe Burgemeester van Haarlem, let tende op de samenscholingen en daar» z/mede gepaard gaande balddadigheden, //Welke in den laatsten avond hebben //plaats gevonden //overwegende, dat de politie in hare //pogingen om de stoornis der openbare z/orde te keer te gaan, zeer belemmerd z/wordt door de vele nieuwsgierigen, die z/zich ter plaatse waar de orde verstoord z/wordt vertoonen „noodigt een ieder uit, zich verwy- z/derd te houden van de plaatsen waar //samenscholingen mochten voorkomeD, //verbiedt op de straffen gesteld bij art. z/443 Strafwetboek alle deelneming aan //volksoptochten en samenscholingen, zul- z/lende deze zoo noodig met geweld niteen //gedreven worden. j/De Burgemeester van Haarlem //(W. g.) BOREEL." Het concert in de sociëteit yTrou moet Blycken" in den Hout, dat dezer dagen was aangekondigd, ging Zondagavond door. Buitengewone maatregelen waren ntet genomen. Alleen was evenals Zater dag hef geheele garnizoen in de kazernes geconsigneerd, om op het eerste bevel uit te rukken. Noch in de sociëteit //Vereeniging", noch in //de Kroon" werden voorstellin gen gegeven. Zaterdagavond werden, be halve op de reeds bier voor genoemde plaatsen nog ruiten ingeworpen bij den heer Van der Vaart, Groote Houtstraat hoek Oude Gracht, by de firma Ferwerda en Tieman in de Groote Houtstraat en in hef lokaal van het Leger des Heils in de Schachelsfraat. Te halfacht stoof een troep jongens die een ketel by zich hadden en daarop sloegen, niteen by het zien van éen agent van politie. De adjunct inspecteur van Aspei joeg te half tien een troep van circa 80 personen op het Verwulft gemakkelyk niteen. De politie patrouilleerde twee aan twee door de stad. Ook zag men ryks- veldwachters. -$£9 Het publiek was blykbaar kalm ge stemd, hoewel er in den Hout by het concert en in de stad zeer vele menschen op de been waren. In café Brinkmaan was het den gan- schen avond door hef fraaie weer zeer vol, maar de bezoekers die op het trottoir zaten, werden slechts éen keer verjaagd, toen de politie daar een weinig belangrijke charge deed. Had men aanvankelijk nog kunnen denken, dat de gewone kermisbezoekers uit Amsterdam in weerwil der vervroeg de 8lniting Zondagavond toch wel ko men zonden, die veronderstelling is ge bleken onjuist te zijn. Er waren geen Amsterdammers te zien. De hoofdstraten hadden dan ook ge heel hetzelfde aanzien als op lederen zomer- Zondagavond. Weliswaar bleven op de Groote Markt velen eens staan rondkijken maar toen het wat later werd werd dit steeds minder en te halttwaalf was de Groote Markt nagenoeg geheel verlaten. Ook elders was alles rustig. De ambtenaren van het Stadhuis, die in dienst waren, ontvingen toen alles kalm bleef, verlof om heen te gaan, terwijl de huzaren die onder bevel van de luitenants Wifsea Elias en Meijer, se dert negen uur in hef Keaaupark ston den, gereed om op hef eerste sein, toe te snellen, weer konden inrukken. Hiermede mag men zeggen dat de kermis-opstootjes weder voorby zya. Gelukkig waren ze van weinig ernstigen aard. De politie heelt zich, in weerwil van de uittartingen en de beleedigingen waaraan zy vooral Zaterdagavond bloot stond, met gematigdheid gedragen. Dat wel eens iemand die onschuldig was, van de politie of van de huzaren een klap zal hebben gehad, zal wel zoo zyn, maar men vergete niet dat in een dichte volksmenigte met den besten wil ter wereld een slag noodwendig wel eens elders aan moet komen, dan daar waar bij bedoeld was. Voor ons staat het vast, dat een zeer groot gedeelte der burgerij tegen den maatregel tot kermis-iokrim ping is gestemd. Evenwel is het in gooien van ruiten de manier niet, om de intrekking van het besluit te ver- kiygen. Dit zou men enkel en alleen kunnen bewerken door het indienen van een monster-adres aan den Raad, voorzien van duizenden handfeeke- singen. Op een steenworp is het antwoord een sabelslag op een behoorlijk ge daan verzoek zal een behoorlijk ant woord zeer zeker worden gegeven. Heden is in de gemeente alles kalm. Wel hebben vele werklieden vryat, maar dezen voor zoover zy niet met hun gezin de stad uit zyn, geven geenerlei Uit het engelsch VAN EARNEST DE LANCET PIERSON. 16) HOOFDSTUK VI. Bijna eene bekentenis De drnk of liever de geruststellende aanraking van hare vin gers op myn arm, de vriendelyke blik nit hare oogen, doet my het bloed onstuimig door de aderen jagen. «Ik hoop, dat gy gelyk hebt," zeg ik met wat flauwe stem, want het kost my groote moeite om de woorden, die my op de lippen liggen, in te honden om niet aan hare voeten neer te vallen en te bekennen, dat zy zy alleen de engel myner droomen was. Ik had haar in myne armen willen nemen, en myn wang tegen den hare vleiende, een volle bekentenis van myn verleden willen afleggen en myn tot in haar handen willes stellen. Toen dit denk beeld by mij opkwam ontstelde ik echter plotseling. Iets zon ik haar nooit kunnen mededeelon. Wat ik namelijk heden had ge- üaan eene poging om de geestvermogen8 van den armen HeDley voor altijd te vernietigen. Zy zon het verleden met al zyne droeve schaduwen kunnen vergeten, en ook het bedrog van het heden, maar zy kon hef mij niet vergeven, dat ik dien hulpeloozen man, wiens eenige misdaad daarin bestond; dat hy my by het volvoeren van mijn plan in den weg stond, had getracht een levenden dood te bezorgen. Sedert ik met Sylvia had gesproken, sedert ik haar van liefde en Vergiffenis had hooren spreken, besefte ik, welk een nietswaar dig mensch ik was geworden. Hare vingers beroerden nu en dan de toetsen en droeve accoor- den steeds in mineur, deden zich hooren; weldra gingen deze acooorden als volgden zy myn gedachtenloop in een melodie over dat spookachtig gezang, dat ik maar niet uit myn geest kon verbannen. Zy zong het zooals hy het had gezongen zacht, droevig en toch duidelyk, //Ligt gy eenzaam in uw graf? Ligt gy koud in duisternis? Sta toch op, maak plaats voor my, Miserere Domine." Ik huiverde bij de gedachte aan de droevige verschijning van den man, dien ik deze woorden in dat half duistere vertrek had hooren zingen. Welke zonderlinge gril had Sylvia er toe gebracht om znlk eea lied te kiezen? Was het een deel van myn straf, dat ik deze vreeselijke melodie van tyd tot tyd moest hooren ats eene sombere herinnering aan myn misdaad? //Stemt myn zingen u droefgeestig?" vroeg Sylvia. //Herinnert gy n dit lied?" #Ik heb het wel meer gehoord," zeide ik zacht. z/Het was op een zelfde avond als nn. Ik bemerk, dat gy ha zyt vergeten. Den avond voor dat gy weggingt, zaten wy te Bar- rytown in de ontvangkamer; het was er niet zoo nieuwmodisch als hier, en de piano was oud en slecht van toon. Ik speelde toen dit lied, omdat gy weggingt, en gij uwe oogen vulden zich met tranen!" "Houd op houd op," riep ik uit en sprong op; *ik kan he zoo niet uithouden." Eenigszins verbaasd over mijne ontroering zag zy mij aan. Zjj begreep my verkeerd. Zij dacht, dat de herinnering uit het ver leden my zoo pijnlijk aandeed. z/Ja bet was verkeerd van mij om het verleden voor den geest terug te roepen. Het komt nooit terug. Dat was een vaarwel voor eeuwig. Laat ons het eene deel van het leven slechts voor oorgen honden en het andere vergeten. Zoo is het altjjd in de wereld," met een droeven weerklank in haar stem. Ik scheen te znllen stikken. De kamer draaide voor myne oogenj terwyl ik duizelend opstond. sik gevoel my vanavond niet goed in orde," stamelde ik. //Ik ben voor iedereen treurig gezelschap. Ik ga buiten eens wat wan delen; de frissche avondlucht zal mij goed doen." Alvorens ik wist wat ik deed, bukte ik en kaste haar op haar blooten arm. Het volgende oogenblik was ik byna voor haar neergeknield om eene bekentenis af te leggen, maar hiervoor was de tyd nog niet gekomen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1893 | | pagina 1