Arrondissements-Rechtbank
BINNENLAND.
Fiaancieele Mededeehngea,
Politiek Overzicht.
GEMENGD NIEUWS.
Van de koren verdienen nog bi-
zondere vermeldingStimmt an die
Saitenen de slotkoren van bet
tweede en het derde deel. Hier vooral
kwamen de eigenschappen waarvan
ik boven sprak in het helderste licht
en ook in andere opzichten zijn deze
nummers tot het beste gedeelte der
uitvoering te rekenen.
De begeleiding der verschillende
werken berustte bij ons Stedelijk Mu
ziekkorps. Veilig mag men aannemen,
dat het goed begeleiden van een om
vangrijk werk, waarbij Jvreemcle so
listen medewerken, tot de moeilijkste
opgaven behoort die men een orkest
kan stellen.
Bescheidenheid is hier een zeer
voorname, maar niet de voornaamste
deugd deze blijlt altijd muzikaliteit
in den meest omvattenden zin van
het woord. Dat wil zeggen, dat noch
aan de eischen van onderlinge sa-
menstemming, noch aan die ten op
zichte eener vrije, ongedwongen voor
dracht van koor en solisten, noch en
voornamelijk aan die van het muzi
kale leven in het voor te dragen
werk mag worden te kort gedaan.
En hoe moeielijk is het hier, aan het
een de aandacht te wijden zonder het
andere te verontachtzamen. Men zal
dan ook met mij het goede waardee-
ren dat het orkest opleverde en er
zich in verheugen, dat het alweer een
belangrijken stap heeft gezet op den
weg, die het tot volkomenheid moet
voeren.
Met groote voldoening mag de feest
commissie der R. C. Leesvereeniging
en niet het minst de heer Andriessen
op den welgeslaagden feestavond
terugzien. Deze gunstige uitkomst
zal hen voorzeker rijkelijk beloonen
voor de zorg en bemoeiing, welke aan
het tot stand brengen van een dergelijk
feest onvermijdelijk zijn verbonden.
PHILIP LOOTS.
dat Rooij akkers 14 dagen thuis ge
bleven is en onder zijn behandeling
was, de man zelf verklaart, dat hij vier
dagen na het geval weer naar Leiden
is gevaren, een bewijs tevens dat de,
wond niet zoo heel erg kan zijn
geweest.
In den afgeloopen nacht heeft het
dermate gevroren dat hedenmorgen
de slooten met een vliesje ijs bedekt
waren.
met de juffrouw niet eens kon wor
den, beloofde hij den volgenden dag
te zullen terugkomen als meneer
thuis was.
Dinsdag kwam hij echter niet,
maar wel Woensdagavond. Weer viel
zijn oog op hetzelfde 18 karaats sa-
vonnet-horloge en op de 14 karaats
ketting met een paardenkop ver
sierd.
De prijs was 92,75, wel wat duur
vond de man, meneer moest die 75
cent er nu maar aflatenhij was ook
maar een arme jongen.
Zij werden het eens over den prijs,
maar toen het op betalen aankwam,
zei de kooper:
„Nou mot ik u zeggen, dat ik geen
cent bij me heb. Ziet u ik ben zee
man, en als je dan centen op zak
Dank zij het gunstiger weder dei-
laatste dagen kan het delven en ver
voer van beetwortelen thans geregeld
plaats hebben. Aan de fabriek „Hol
land" te Halfweg is de aanvoer aan
zienlijk.
De pulp wordt als veevoeder meerj£^' ;ëh "dan ^"ze^rToo^auw
en meer gezocht; voor den aanvang cW Maar we|t uwe wat t u
der campagne was reeds alles verkocht. jm0t me mee naaJ. dau kan me
zuster het horloge ook nog eerst kij-
de firma's daar ter stede.
Natuurlijk bleven de buren tot in
den nacht vóór het gangetje staan,
met de agenten.
Dinsdagmorgen om 7 uur
stoomde de sleepboot Admiraal Nel
son met een drietal vaartuigen de
Noord door in de richting van Dor
drecht. Toen op de hoogte van het
veer te Papendrecht de 28-jarige
stuurman Eekhout, wonende te Rot
terdam, zich in eene roeiboot begaf
om het verschuldigde sleeploon van
een der vaartuigen in ontvangst te
nemen, schepte de boot water, viel
de stuurman uit de boot en zonk
spoedig in de diepte weg. Ofschoon
door de bemanning der sleepboot al
het mogelijke werd gedaan om hem
te redden, mocht zij daarin niet sla
gen. Het lijk van den omgekomene
is nog niet opgevischt.
Waar in den laatsten tijd hier ter
stede zoovele winkels zijn verbouwd
is de heer Koehorst met zijn maga
zijnen (de Linnenbaai) Kruisweg 52-54
niet achtergebleven. Het perceel No 52
heeft namelijk een groote verbetering
ondergaan. De winkel is zeer vergroot
en heeft in degelijkheid en het front
in sierlijkheid gewonnen.
Te Aalsmeer is eene cursus geopend
in het land- en tuinbouw-onderwijs_,
vanwege de Hollandsche Maatschappij
van Landbouw; het onderwijs is be
gonnen met 12 leerlingen.
sche gouvernement om de marine op
het hoogtepunt harer macht te hou-
den, onder herinnering hoe andere
landen voor de ontwikkeling] hunner
marine zorgdragen. Indien Home Ruk
aan Ierland gegeven werd, zou de
marine de Iersche kusten moeten
bewaken, waar onder zekere omstan- I
digheden de vijanden van Engeland
zouden worden toegelaten.
De italiaansche minister-president
G-iolitti, heeft Woensdag voor zijne
kiezers te Dronero eene rede gehou-
den. Hij verklaarde dat het een ge»
biedende plicht der regeering is
onverwijld het evenwicht op de be
grooting te herstellen. Hij kondigde
eene herziening van de wet op het
successierecht aan, de invoering van
progressieve belastingen en andere
hervormingen, bestemd om jaarlijks
40 millioen meer aan de schatkist op
Zitting van Donderdag 19 October.
De Rechtbank veroordeelde Jan
Willem Ubbachs, die diefstal heeft
gepleegd bij zijn gewezen baas, den
landbouwer Rademakers te Aalsmeer,
tot gevangenisstraf van 2 jaar en 6
maanden, d. i. 8 maanden meer, dan
door den ambtenaar van het O. M.
was gerequireerd.
Overigens leverde de zitting weinig
belangrijks op. Terecht stond o. a.
een visscher uit Alkemade, Leendert
Wortman, die den pottenschipper
Rooij akkers met een vaarboom ónder
den arm heeft gestoken.
Waarom? Hij weet het zelf niet.
Wortman voer des nachts tegen de
schuit van Rooijakkers aan, dat diens
potten rammelden en toen de potten
schipper, op dek komende, vroeg wat
dat moest beteekenen, gaf hij hem
den steek. Wortman weet er niets
meer vanhij was dronken en is van
een driftige natuur, wat hem vroeger
al een paar maal eene veroordeeling
wegens mishandeling op den hals
heeft gehaald.
De eisch is 10 weken gevangenisstraf.
Beklaagde wordt verdedigd door Mr.
Z. W. Straatman, die erop wijst dat
zeer waarschijnlijk de pottenschipper
toen beklaagde tegen zijn schuit aan
voer, wel aan het schelden zal zijn
gegaan en daardoor Wortmans drift
heeft opgewekt. Voorts doet spreker
opmerken, dat terwijl de dokter zegt
Mogen w ij d e aan dacht v est i-
gen, in het belang van onze officie
ren, op een voortreffelijk voorbeeld
dat de fransche regeering geeft.
Als de vertegenwoordigers van de
marine of het leger van een bevriend
volk een land of zijn koloniën be
zoeken, dan worden ze natuurlijk in
de eerste plaats welkom geheeten
door de officieren. Wanneer dit in
Frankrijk of zijn koloniën geschiedt,
dan draagt de fransche regeering zorg
dat de officieren met voldoende som
men uit de schatkist gesteund wor
den om hun plichten als gastheeren
waardig te vervullen.
Het is wellicht niet algemeen be
kend, dat niet alleofficierenjrijk genoeg
zij n om uit eigen beurs in naam van
hun land feesten te geven
Ook overweegt men niet genoeg
dat de staatsruif meer hooi dan haver
aanbiedt.
Niemand wenscht dat er op 's lands
kosten noodeloos „gefuifd" worde.
Maar niemand wenscht eveneens dat
een rijk in Indië b. v. beleefdheden
bewijze aan buitenlandsche oorlogs
schepen op kosten van zijn officieren.
Hbld.
Nu de vaart op Zaandam
meer en meer toeneemt, doet het ge
mis aan een engelsch en duitsch
vice-consulaat aldaar zich levendig
gevoelen. De matrozen moeten, om
hun gage te ontvangen, de gezagvoer
ders om af- an aan te monsteren
steeds naar het consulaat te Amster
dam, wat zeer tijdroovend is en met
veel moeite en kosten gepaard gaat.
Om den beperkten tijd zijn vele
kapiteins soms genoodzaakt hun
equipage onaangemonsterd in zee te
laten gaan, iets wat strijdt tegen hun
plicht. Daar van een terugkeeren daar
ter stede na het afmonsteren in den
regel geen sprake is, trekken de
ringdoenden daar hoegenaamd geen
voordeel. In 1892 kwamen de haven
185 vaartuigen binnen, waarvan 65
stoom- en 11 zeilschepen onder en-
gelsche en 38 stoom- en 2 zeilschepen
onder duitsche vlag. Tel.
Maandagmiddag kwam een
man in den goudsmidswinkel van
den heer Van den Broek, Oude Doe
lenstraat no 1, te Amsterdam, om een
gouden horloge met dito ketting uit
te zoeken.
De heer Van den Broek was niet
thuis en zijn vrouw, die den bezoe
ker bediende, vertrouwde hem niet
goed, zoodat zij hem niets in handen
gaf.
De man scheen bijzonder belust op
een bepaald stuk, maar toen hij het
ken en dan kan ik u meteen betalen."
Dat vond de heer V. d. Broek, uit
stekend en hij ging met onzen maat
mee, terwijl de goudsmid het étui
met het bewuste stuk in den zak
hield.
In de Noorderkerkstraat bleef de
zeeman staan voor no. 11, een donker
gangetje en
„Wacht uimaar," zei hij tot den hor
logemaker, „geeft u mij nou het hor
loge, dan kom ik dadelijk."
De winkelier ging echter meê het
gangetje in, doch plotseling rukte de
Voorgewende zeeman hem het étui
uit de hand, terwijl hij hem dreigend
gebood ook de quitantie te geven.
Dadelijk daarop vloog hij een nauw
portaaltje van het achterhuis in en
gooide hij de deur dicht.
Terstond kwam de heer V. cl. B,
terug met drie agenten van politie.
De deur was weer open, zoodat zij
boven konden gaan naar de kamer,
I die ook openstond.
De handige oplichter lag te bed,
zijn schoonzuster zekeren Jn. zat er bij.
Waar is dat horloge vroeg een
der agenten.
De man kwam uit bed en haalde
de gouden voorwerpen uit de latafel.
Hier is het, mooi hé? Ik zal 't
wel eens betalen, ha, ha
Daarop vertrokken de agenten met
den heer v. d. B.volgens de wet
stonden zij machteloos.
Een poosje daarna werd de voor
deur dicht gespijkerd, en het licht
in de woning opgestoken. Een groot
aantal agenten posteerden zich voor
het krot in het gangetje, om den
vogel te vangen, zoodra hij er zou
uitkomen.
Maar natuurlijk bleef hij binnen,
l op den koop toe schold hij de
politie uit door het sleutelgat.
De buren, die den flesschentrekker
even goed, (of liever slecht) kennen
ris de politie, vertelden nu, dat hij
door de goot weg kon komen over
cle daken door drie brandgangen op
de Lindengracht en ook door een
pakhuis van de firma Haak.
Eenige politie-agenten gingen nu
met lampen en lantaarntjes aan
zoeken, langen tijd, doch zij vonden
den oplichter niet. Alle uitgangen
werden vervolgens afgesloten.
De heer v. d. B. bleef met de agen
ten op post, in het smalle gangetje,
waar ook een lantaarn werd gehan-
gen en waar de politie steeds zat op'
den drempel van het vervallen huis
je, met de ooren tegen de deur ge
drukt en met de boeien gereed.
Maar de slimme vogel zat hoog en
droog.
Hij moet behooren tot een vrij be
kende flesschentrekkers-firma, die nu
eens optreedt onder den naam Janse,
dan weer onder den naam B. N. en
A. Eernink.
In korten tijd hebben zij tal van
oplichterijen gepleegd bij verschillen-
In het armenhuis te Green-Ue brengen. Op die wijze zal men het
wich zijn nu reeds 210 menschen j tekort en het stelsel van het sluiten
door de geheimzinnige kwaal
getast, maar sedert Zondag is
niemand meer overleden. De uit-'
komsten vanhet bacteriologisch onder
zoek doen vermoeden, dat men hier te
doen heeft met een soort van cholera,
en de patiënten worden dan ook be
handeld alsof de epidemie Aziatische
cholera ware. Alle aangetasten worden
streng van de overige bewoners ge
ïsoleerd.
In de Katendrechtsche haven
heeft in quarantaine gelegen de Co-
Ionia IIIeen Keulsche sleepboot,
daar een der machinisten aan Azia
tische cholera leed. De patiënt is
thans hersteld.
Te Tiendeveen (Dr.) is een per
soon plotseling overleden aan Azia
tische cholera. Maatregelen tegen be
smetting zijn genomen.
Woensdagmorgen is te Amster
dam het tweede geval van cholera
asiatica voorgekomen bij H. Hoek
man, schuitenvoerder, oud 46 jaar,
die des namiddags overleed.
Te Gouderak is een geval van
cholera asiatica geconstateerd bij eene
vrouw. De aangetaste is in den nacht
van 16 op 17 clezer overleden.
Het te Utrecht uitgevoerde on
derzoek der faecaliën van de ver
moedelijk aan cholera lijdende per
sonen te Srnilde heeft aan het licht
gebracht, dat men hier inderdaad
met gevallen van Aziatische cholera
te doen had.
van leeningen doen ophouden. De
®r| schatkist zou dan elk half jaar 120a
j 150 millioen aan het buitenland te
Het Weekblad van Broekman en
Honders bevat o. a.. de volgende op
gave van minder courante of incou
rante fondsen, in de week, tot den
datum van 17 October loopende, door
hun tusschenkomst verhandeld.
Aand. Nationale Hypoth.-
bank200
Ned. Mij. v. Zeker-
heidst. v. Ambtena
ren en Beambten105 pCt.
Droogdok-Maatsch.
Tandjong Priok 85
Oost-Java Cultuur-
Maatschappij 80
Oblig. Oost-Java Cultuur-
Maatschappij 97
Aand. Koninklijke Paket-
vaart—Maatscb appij
Opr.-Aand 60.
Ned. Stoombleekerij
te Nijver dal 115
Utrechts. Schouwb.
Mij81
betalen hebben.
Uit Buda-Pest wordt gemeld, dat
;de oostenrijksche regeering heeft he
lsloten Bosnië en de Herzegowina bij
|de monarchie in te lijven.
Volgens berichten uit Tanger heeft
de marokkaansche minister verklaard,
jdat de stammen, die te Melila vijan-
Jdelijkheden jegens de Spanjaarden
hebben gepleegd, gestraft zullen wor
den.
Aan de New York Herald wordt uit
Montevideo geseind: Admiraal Sal-
danha da Gana, een der kundigste
officieren der braziliaansche vloot,
heeft zich met het fort Villagaignon
bij De Mello aangesloten. Peixoto
heeft de verkiezingen voor het Con
gres vastgesteld op 30 dezer.
Aan de World wordt uit Buenos-
Ayres geseind De Uranodie Zondag
de baai van Rio de Janeiro trachtte
te verlaten, is door het fort Santa
Cruz in den grond geboord. Op de
Urano waren door het vuur velen
gedood of gewond. Plet fransche schip
Orenoque heeft de nog levend en gered,
De regeering rust een vloot van zes
pantserschepen uit en koopt er nog
meer. De opstandelingenschepen
Aquidaban en Traja/no hebben in de
laatste dagen door de bommen der
forten veel schade geleden.
Omtrent den strijd metLobengula
wordt gemeld, dat den 14en clezer
het hoofd der Khama's zich met 2000
man bij de Engelsch e colonne heeft
gevoegd op zes mijlen afstands van
Tati Tempo.
Uit Rio de Janeiro wordt dd. 18
dezer nog gemeld, dat het kanonvuur
tusschen de forten en de schepen der
opstandelingen heviger wordt. Som
mige schepen der opstandelingen zijn
zwaar beschadigd door het vuur van
het fort Santa Cruz. Twee kogels
kwamen Dinsdag in de stad neer en;
veroorzaakten veel schade. Het ont
breekt clen opstandelingen aan levens
middelen.
De zaken in de stad worden voort
gezet als naar gewoonte.
Na de mededeeling door de tele
graaf van een te Preston door lord
Salisbury gehouden rede voering,meldt
zij nu weer dat deze engelsche staats
man te Ormskirk eene rede heeft
uitgesproken, waarin hij de noodzake
lijkheid heeft betoogd voor het Engel-
Men vreest, dat de werk-
stakers in het noorden van Frank
rijk, zeer opgewonden door den lan
gen duur van het geschil en door
het uitzicht op het mislukken vair
de werkstaking, tot ernstige geweld
dadigheden zullen overgaan. Voor-
loopig bepalen zij zich tot het inwer
pen van ruiten en verzet tegen de
gendarmes en de troepen, die met
steenen geworpen wórden. Vooral in
Pas de Calais is de gisting groot.
Een 20 werkstakers zijn daar Maan
dag gevangen genomen.
beleedigen
Zij begaven zich op weg, de arme Jane zeer terneergesla
gen, haar vader even luchthartig als altijd.
„Uwe moeder beste Jane," zeide hij, „is de beminnens
waardigste vrouw, die ik ooit gekend heb, maar zij heeft
eene verre van verzoenende natuur. In plaats van die men
schen van hun besten kant te beschouwen, en op vriend-
schappelijken voet met hen te staan, wat voor haar van veel
waarde zou zijn, heeft zij u en die dwaze lady Constantia
aangemoedigd om op een voet van oorlog met hentestaan3
wat in da hoogste mate ondiplomatisch en belachelijk is. Ik
heb nu vernomen, dat een van de zoons James meen ik
dat hij heet zich bizonder voor u interesseert en dat gij
hem bovendien zeer genegen zijt."
„Papa!" riep de arme Jane pijnlijk uit.
Haar vader hief zijne hand echter op om haar het zwijgen
op te leggen.
„Nu mijn jkind, als dat zoo is en uwe afkeer voor Bran
son schijnt dit vermoeden te rechtvaardigen, wat zou aan
genamer zijn dan een huwelijk tusschen u en een huurder
van ons vroeger landgoed?"
„Alles is daartegen papa," antwoordde zijne dochter met
een nadruk, waarover hij zich verbaasde. „Gij begrijpt de
onderlinge verhouding niet; gij kunt niet inzien, wat een
vreeselijk ding het is om nu naar de Priory te gaan. Ik zeg
u, dat er van een huwelijk geen sprake is en dat ik er niets
van wil hooren. Papa, als gij mij meeneemt naar de Priory
dan zult gij dat diep zeer diep her om wen!"
Kapitein Hoad-Blean zag zijne dochter verbaasd aan. Zij
bedreigde hem inderdaad! Volkomen vertrouwende op zijne
macht, om zoowel zijne dochter te kunnen beheerschen als
vrede te sluiten met de bewoners van de Priory, stond hij
er echter op om zijn plan ten uitvoer te brengen, en bekom
merde zich niet om het onafgebroken stilzwijgen van Jane,
dat volgde op zijne beslissing.
Op het landgoed aangekomen, naderden zij langs het voet
pad het huis, toen hun oog viel op een jongen man, die lui
in een hangmat lag in de schaduw van het oudste gedeelte
van het gebouw. Uit den blos, die plotseling Jane's wangen
bedekte, terwijl zij haar blik in een andere richting vestigde,
begreep haar vader wie die jonge man was.
„Is dat James St. Rhadegund?" vroeg hij op allerrriende-
lijksten toon.
„Ja papa," antwoordde zij fluisterend.
Kapitein Hoad-Blean bleef onmiddellijk staan, en be
schouwde Jim met een wel willenden glimlach.
„Die jonge man ziet er knap uit! Ik bewonder uwe smaak
mijn kind. Ik wil wel kennis met hem maken. Kom, stel
mij maar aan hem voor."
Bemerkende dat Jane geen stap deed in de gewenschte
richting, legde haarvader zijne hand gebiedend op haar arm.
Op dat oogenblik viel Jims blik op Jane, en vermoedende,
wie de man was, die haar vergezelde, stapte hij uit de hang
mat, en trad met rood gelaat op hen toe.
„Het is dunkt mij bijna overbodig, dat mijne dochter ons
aan elkaar voorstelt," begon kapitein Hoad-Blean en stak
zijne hand uit. „Voor den vorm kan zij dit echter wel doen."
Hij keerde zich om naar Jane, zijne hand nog steeds naar
Jim uitgestrekt, welke deze dadelijk greep;gebruikmakende
van het oogenblik, dat hij haar losliet, had Jane hem even
wel den rug toegekeerd, en begaf zich alleen naar het huis,
HOOFDSTUK XVI.
Kapitein Hoad-Bleans toorn over den openlijken tegen
stand zijner dochter, was grenzeloos. Hij trad haar bij den
ingang van het huis op zijde, bevende van woede.
„Hebt gij niet gehoord wat ik zeide? Hebt gij mij niet
begrepen?" vroeg hij hijgend.
„Ja papa," was Jane's antwoord, terwijl haar blik kalm
dien van haar vader ontmoette, ofschoon zij trilde van het
hoofd tot de voeten.
„Dus gij verzet u tegen mij en tart mijn gezag als
vader openlijk?"
„Neen papa, dat doe ik niet; gij hebt echter iets gedaan
dat gij niet gedaan zoudt hebben als gij onze verhouding
hadt begrepen. Het is mij onmogelijk om hem nu te woord
te staan."
(Wordt vervolgd.)