Koloniën,
Financieele Mededeelangen.
.Rechtszaken,
Politiek Overzicht.
GEMENGD NIEUWS,
eeling te doen. Heeft de aanstaande
ridder niets strafwaardigs te zijnen
laste, geniet hij een goede reputatie
en heeft hij het brevet der orde niet
langs slinksche wegen verkregen, of
althans is het tegendeel niet duide
lijk te bewijzen, dan volgt althans
een hoffelijk antwoord van onze re
geering.
Thans doet het volgende schier
ongelooflijke verhaal de rondte. Een
bekwaam ambtenaar vierde eenigen
tijd geleden een ambtsfeest, en een
machtig vorst van een aangrenzenden
machtigen staat wenschte bij die
gelegenheid hem eene onderscheiding
toe te kennen voor de diensten in
zijne betrekking aan onderdanen van
dien vorst bewezen.
De ambtenaar, die jaren lang met
eere zijne betrekking vervult en te
'goeder naam en faam bekend staat,
heeft dat ordeteeken echter niet ge
kregen, omdat een ander ambtenaar,
die omtrent de mededeeling van den
vreemden souverein werd geb
uit persoonlijken tegenzin tegenover
den te decoreeren persoon, ongunstig
heeft geadviseerd, welk advies onbe
grijpelijkerwijs door den betrokken
minister is overgebracht aan den ge
zant, zoodat de ambtenaar niet alleen
is verongelijkt, maar ook verdacht
gemaakt. Door een toeval is de zaak
uitgelekt. Invloedrijke personen heb
ben zich den verongelijkte aange
trokken en zullen niet aarzelen het
goed recht van dezen aan te toonen
door de hoogste macht in den lande.
De heer M. R. Bruckprotes-
teert in de Amsterdamsche Courant
tegen de opmerking van de redactie,
dat haar, na mededeeling van de
door verschillende medici ontvangen
adviezen, de quaestie over de waarde
en de vertrouwbaarheid van de hyp
nose voor de instructie in strafzaken
voldoende ingelicht voorkomt.
„Ik zal mij niet aanmatigen
schrijft de heer B. over de com
petentie van sommige der speciali
teiten ten aanzien van de beoordee
ling van hypnose als hulpmiddel in
het strafproces een oordeel te vellen.
Alleen wil ik niet zwijgen over één
punt en wel, dat eenige dier specia
liteiten wederom de gelegenheid heb
ben aangegrepen om ook het hyp-
notiseeren van verdachten te recla
meeren als monopolie voor de medi
sche wetenschap'. Wanneer zal men
in ons land toch eindelijk de klein
zielige opvatting verlaten, door som
mige medici sterk gepropageerd, als
zoude het hypnotisme een onderdeel
uitmaken der medische wetenschap
En een eind verder zegt hij
„Het hypnotisme is en zal altijd
blijven een onderdeel der psychologie
en als zoodanig heeft het vele aan-
knoopingspiuiten weliswaar met de
medische, doch zeker niet minder
met de juridische wetenschap.
„Niet minder waar is het, dat
verreweg de meeste ongevallen, tot
heden in de practijk van het hypno
tisme voorgekomen, te wijten zijn
aan de onhandige of averechtsche aan
wending daarvan op zieken. De hyp
nose an und fur sich hierover zijn
alle geroutineerde hypnotiseurs, me
disch of niet-medisch gevormd, het
eens is absoluut ongevaarlijkZoo
als de beroemde specialiteit in Duitsch-
land, dr. Albert Moll, het uitdrukt
„er is geen enkele ziekte, waarin
hypnotisme geen verbetering kan
aanbrengen, zoo het door een niet
absoluut onbekwaam hypnotiseur
wordt toegepast; er zijn geen contra
indicatiesgelijk de medici het noe
men.
De heer B. eindigt zijn artikel met
de opmerking
„En zij, die maar steeds voortgaan
met het hypnotisme als een mono
polie van hunne wetenschap welke
dan ook te vindiceeren, zij verge
ten, dat de psychologie niet is onder
deel van deze of gene vak-studie, maar
beschouwd de 'sleutel tot alle
wetenschappen. Slechts in zeer be
grensden zin opgevat behoort de hyp
notische practijk in de therapie thuis,
nl. waar het geldt de behandeling
van zieken door middel van sugges
tie, Overigens handhaaf ik als jurist,
maar vooral als vijand van alle mo
nopoliseering op wetenschappelijk
gebied, de leus: „De psychologie aan
de psychologen, zij mogen dan medici,
litteratoren of juristen zijn
Het schijnt, dat het mis
lukken van de revue „De Ragebol"-
oorzaak was van de moeilijkheden in
den „Salon des Variétés". Volgens De
Echo werd den artisten over de maand
October geen gage uitbetaald en hen
voorgesteld voor of en partage te
rpelen: een van hen verzekerde in
eenige maanden geen honorarium
ontvangen te hebben. De vorige week
zei de heer Kreukniet tot den regis
seur „Laat mij niet alleen, anders
zou ik mijn hoofd verliezen" en aan
een getrouw schouwburgbezoeker moet
hij Donderdagavond zijn nood ge
klaagd hebben, dat de zaken zoo
slecht gingen. Die mededeeling was
in zóo pijnlijke bewoordingen vervat
en getuigde van zóo diepe verslagen
heid, dat de man, tot wien ze gericht
waren, na den heer K. nog moed in
gesproken te hebben, onmiddellijk
naar een der eigenaren aan het ge
bouw ging, om hem te vertellen, wat
hij gehoord had, waarop deze ant
woordde: „De man betaalt geregeld
zijn hum-, verder weet ik van niets".
Een politieagent moet den heer K.
dienzelfden nacht gezien hebben te
kwart vóór tweeën in de Utrechtsche-
straat, gaande in de richting van het
Frederiksplein. Ook is er omstreeks
dien tijd bij een in die straat wonend
artist luid gescheld. Wegens het late
uur werd niet opengedaan dit wordt
met de vermissing in verband ge
bracht. Dat de heer K. de stad zou
hebben verlaten, is niet waarschijn
lijk, daar een bekende persoonlijk
heid als hij, vooral bij een vertrek
op een ongelegen uur, terstond zou
worden opgemerkt. Vermoedelijk is
hem dus een ongeluk overkomen.
Voorloopig spelen de artisten van
den „Salon" en partage en zou Woens
dag een rechtspersoon als curator op
treden, om het bewind van den heer
Henri Van Kuijk over te nemen.
Naar men uit 's-Hertogen-
bosch verneemt, is Dinsdagavond
aldaar gearresteerd de oude Van
Berkum uit Oscb., wiens zoon Dinsdag
voor de rechtbank aldaar tegen zich
hoorde eischen een gevangenisstraf
van vijftien jaren, wegens medeplich
tigheid aan den moord op 26 Maart
jl. gepleegd op den wachtmeester der
kon. marechaussee G. Hoekman.
De oude Van Berkum, die in zijn
woonplaats bekend stond als „de
baron", omdat hij onder zijn makkers
de toonaangever was, week in Maart
naar Amerika uit met nog acht
anderen en betaalde hun reisgeld
met 2500, het bedrag van den ver
koop van zijn eigendommen.
Onverwacht is hij juist toen de zaak
voor was, te 's-Iiertogenbosch terug
gekeerd en aldaar gearresteerd, naar
men meldt intusschen, niet direct
in verhand met deze zaak.
Maar nu hij teruggekeerd is om
welke reden is nog een raadsel
zal thans in de zaak waarschijnlijk
meer licht komen.
De Bredasehe politie vond
in den nacht van Zondag op Maandag
in de Brugstraat een veld-artillerist
liggen, die, door bloedverlies ten ge
volge van messteken uitgeput, daar
was deêrgezegen. Op niet minder dan
8 plaatsen had men hem gera ikt.
De man werd naar het hospitaal ge
bracht en daar verbonden.De dader, een
burger, is onbekend.
Maandagnacht werd weder een sol
daat opgenomen in het hospitaal,
wegens een verwonding door een
messteek veroorzaakt. Hiervan is de
vermoedelij ke dader, op wien een met
bloed bevlekt mes is gevonden, bekend.
Bij eene te Oudwoude (Er.)
gehouden verhuring van landerijen
is het zeer woest en rumoerig toege
gaan. Naar des verhuurders oordeel
was de geboden huursom te laag,
zoodat hij de perceelen inhield. Nu
brak van alle kanten een storm van
verontwaardiging los, een vreeselijk
tumult ontstond, de aanwezigen eisch-
ten per persoon 25 cents schadever
goeding voor hunne komst.
Hieraan werd niet (voldaan, doch
toen de verhuurder zich even naar
buiten begaf, werd hij in het donker
onverhoeds door verscheidene perso
nen aangevallen en in zoo erge mate
mishandeld, dat, ware hij niet ont
zet, hij misschien niet levend uit
hunne handen was gekomen.
Er werd daarop ƒ10 in het gelag
geven, om het rumoerige publiek te
vreden te stellen, en verdere ongere
geldheden te voorkomen.
Naar men verneemt, zijn reeds ver
scheidene personen door den burge
meester in verhoor genomen, terwijl
de politie ijverig onderzoek doet.
Ook elders was het rustig.
De weersgesteldheid was droog en
warmin de laatste dagen viel er nu
en dan een weinig regen.
De gezondheidstoestand op de zee
posten was iets gunstiger dan in de
voorafgaande weken. In onze stelling
in Groot-Atjeh en op de posten
buiten de linie was de toestand gun
stiger. Het gemiddelde ziektecijfer
bedroeg 20 tegen 24, en dat van de
beri-beri 10 tegen 11 gedurende den
vorigen verslagtijd.
Het sterftecijfer was stationnair.
BATAVIA, 7—10 Oct.
Aan het verslag omtrent de voor
naamste gebeurtenissen in het gouver
nement Atjeh en Onderhoorigheden,
loopende van den 14den tot en met
den 26sten September jl., wordt het
volgende ontleend:
Groot-Atjeh. Onze versterking te
Lambaroe werd een paar malen uit
het voorterrein beschoten, zonder dat
ons eenig nadeel berokkend werd.
Onze tijdelijke posten Boekit Daroe
en Boeldt-Terin in de XXV Moe
kims, vooral laatstgenoemde, hadden
van 's vijands vuur uit de op een
afstand van respectievelijk pl.m. 1000
en 800 meter gelegen loopgraven
mede eenigen overlast, tengevolge
waarvan den 14den September een
inlandsch fuselier licht gewond werd.
Overigens was de toestand in de
XXV Moekims rustig en vorderden
de werkzaamheden tot verbetering der
verkeerswegen naar Boekit Daroe en
Boekit Seboem goed.
In de XXVI Moekims konden
onze bondgenooten slechts langzaam
voortrukken ten gevolge van de lijde
lijke houding van T. Tjoet Toengkoek.
Den 16den September werd Tjot
Prabae genomen en op verzoek der
bondgenooten door onze troepen be
zet, waardoor Oleh-Tjoet kon worden
ontruimd. Nabij Lamgoet echter
bleven de kwaadwilligen denzelfden
dag in het voordeel en waagden zij
den 20sten d. a. v. zelfs eenen aanval
op de stellingen van T. Tjoet, die
wel is waar zoodanig afgeslagen werd
dat de vijand genoodzaakt was op
Lamaga terug te trekken, doch eerst
nadat een drietal kamppongSj door
hem in de asch waren geLegd. De
bondgenooten trokken, gesteund door
het vuur uit onze versterkingen
Roempit en Boekit Karang den 21en
September naar Toengkoeb, welke
positie in den daaropvolgenden nacht
door den vijand werd ontruimd.
Onderhoorigheden. Oostkust. De poli
tieke toestand verbeterde gaandeweg.
Van de kwaadwilligen werd niets
vernomen.
Noordkust. Zoowel te Telok Semawé
als te Segli werd de rust niet verstoord.
In onze verhouding met
hoofden der kusstaatjes kwam geen
verandering.
Westkust. Zo.owel te Poeloe Raja als
tc Melaboeh was niets bijzonders voor-
Het Weekblad van Broekman en
Houders bevat o. a. de volgende op
gave van minder courante of incou
rante fondsen, in de week, tot den
datum van 7 November loopende, door
hun tusschenkomst verhandeld.
Aand. Amstel Hotel-Maat
schappij 90 pCt.
Maatsch. „Nederl."
tot expl. van onroe
rende goederen 100
Ned. Zuid-Afrik. Mij.
voor vaste goederen, ƒ40
Northwestern and
Pac. Hyp.-bank
serie C 250
Maatsch. tot expl.
van onroerende goe
deren 35
Rotterd. Hypotheek
bank voor Ned. 232
Billiton Maatsch. Ie
rubriek, te 's-Grav. ƒ2400.
Ned.-Ind. Gas-Maat-
schappij te Rotterd. 112
Ho 11. Stoomb.-Mij. 60
Kon. Ned. Locaai-
Spoorweg—Maatsch
te Apeldoorn 35
Westlands. Stoom
tramweg-Mij. 45
Brood- en Meelfabr.
te 's-Hage 80j£
Ned. Oliefabriek te
Delft105
Oblig. Ver. „Eigen PIulp,"
afd. Zekerheid voor
ambtenaren en be
ambten 102
Opricht. Aand. Naaml.
Venn, tot expl. van
de Holl. Manege. 25
Aand. Verzeker.--Maatsch.
„Flevo"35
De rechtbank te 's-Hertogenbosch
zal in de zaak van de vier verdachten
in zake den moord, op 26 Maart jl.
Osch op den wachtmeester Hoekman
gepleegd, uitspraak doen op Dinsdag
21 November a. s.
De volledige uitslag der verkiezingen
voor het pruisische Huis van afg
vaardigden heeft aangetoond dat de
overwinning der conservatieven groo-
ter was dan men aanvankelijk meende.
De protectionisten hebbeq eene
verpletterende meerderheid gekregen.
De correspondent van de Times te
Rome spreekt ten stelligste de praat
jes tegen over de beweerde Russisch-
Italiaansche toenadering, hiertoe
strekkende dat Italië van Ruslands
steun verzekerd zal zijn bij eventueele
nederlaag van den driebond. Italië
heeft geen speciale belangen voor of
tegen Rusland; ïtalië's staatsbeleid
streeft naar aansluiting aan Engeland,
indien Engeland Italië uitnoodigde
uit te treden uit den driebond en
daarvoor aanbood een Engelsch-Ita-
liaansch verbond tot handhaving van
het status quo in de Middellandsche
Zee zou Italië zoodra mogelijk den
driebond verlatenmaar Engeland
wenscht zoo iets niet.
Een gewichtige zaak namelijk de
verantwoordelijkheid van den werk
gever voor ongevallen den werkman
overkomen, is in het engelsche Lager
huis behandeld. De hem- Mac Laren
stelde een amendement voor, volgens
hetwelk de patroons en werklieden
een afzonderlijk contract kunnen
sluiten, dat den patroon ontheft van
het uitkeeren van vergoeding bil
ongelukken. Minister Asquith0 ver
klaarde dat dit voor de regeering
eene moeielijke kwestie is, maar na
een ernstig onderzoek moest hij ver
werping van het amendement vra-
gen.
De italiaansche minister van open
bare werken Genala is tengevolge
van eene beroerte overleden.
Een koerier, komende uit het kamp
van den sultan van Marokko, heeft
een brief van dezen aan de Spaansche
rogeering overgebracht, waarin de sul
tan zijn leedwezen te kennen geeft over
hetgeen bij Melilal is voorgevallen. Hij
belooft eene schadevergoeding en
kondigt het vertrek van een specialen
gemachtigde aan, die in last heeft
om de Kabylen van het Riff tot
hunnen plicht terug te brengen.
Een convooi is Dinsdagmorgen van
Meli la vertrokken, beschermd door
twee brigades, om de buitenforten
van levensmiddelen te voorzien.
De Kabylen zijn in massa in het
gebergte. Zij vielen het convooi niet
aan. De expeditie-kolonne is te Melilla
teruggekeerd zonder gemoeid te wor
den.
Bij de verkiezingen in de Ver.
Staten van Dinsdag hebben de demo
craten in New-York eene verpletteren
de nederlaag geleden, waar de repu-
blikeinsche candidaten voor alle
staatsambten gekozen zijn. De repu
blikeinen zijn ook verzekerd van de
meerderheid in de wetgevende ver
gadering van den staat, waar de
democraten in de vorige zitting eene
groote meerderheid hadden. De demo
craten zijn ook geslagen in New-Jer
sey. Mac Kinley is met eene meerder
heid van 60,000 stemmen totgoever-
neur van Ohio gekozen. Men gelooft
dat dit hem zijne benoeming tot can-
didaat naar het presidentschap in
1896 zal bezorgen. De republikeinen
hebben verder gewonnen in Pennsyl
vania, Massachusetts en Jowa; de
democraten in Virginia, Kentucky
en Maryland.
Uit Kaapstad wordt gemeld, dat
de kolonne van Raaf van Tuli den
2den November een gevecht heeft
gehad met de Matabelen, die met
groote verliezen werden teruggesla
gen De Engelschen hadden l8 doo-
den of gewonden. Men maakt zich
ongerust over het lot van kolonel
Coold _Adams, van wien men gerui-
men tijd niets heeft gehoord.
Er dreigt een breuk uit te barsten
tusschen de Zuid-Amerikaansche Sta"
ten Peru en Ecuador, betreffende een
grenslijn-geschil.
De Times verneemt uit Philadel
phia, dat agenten der Braziliaansche
regeering te New-York, voor de vloot
manschappen werven yoor een jaar.
Agenten van De Mello koopen schepen
om die van Peixoto te vernielen,zoodra
deze de Vereenigde Staten verlaten'
Ziet hier eene geschiede
nis, die ruimschoots stof oplevert niet
alleen voor rechtsgeleerden, maar ook
voor romanschrijvers uit de school
van Sue of Dumas.
In de gevangenis te Ferrara bevindt
zich een tot levenslange tuchthuis
straf veroordeelde wegens drie moor
den, onder verzwarende omstandighe-
zoek was."
Mevrouw Hoad-Blean liet een korten lach hooren.
„Pijnlijk!" viel zij hem in de rede. „De ontvangst van uw
vader was wreed en beleedigend, zoodat ik die nooit zal kun
nen vergeten. Niet tevreden met mij onbeschaamd toe te
spreken, sprak hij beleedigend over mijn dochters. Gelukkig
hebben mijne dochters geestkracht genoeg om jonge mannen
voor wier attenties zij een afschuw hebben, te behandelen
zooals zij verdienen!"
„Hoe kunnen door de woorden van mijn vader mijne atten
ties of die van mijn broer Jim afschuwwekkend worden
vroeg Dick eenvoudig. „Gij ontwijkt de hoofdzaak mevrouw.
Ik weet, dat gij mij zoo niet zoudt behandelen, alleen met
het oog op mijn vader. Welnu, wat hebt gij mij te zeggen?"
Hij zag haar recht in de oogen, terwijl zijne gewone be
slistheid nog meer nadruk legde aan zijne woorden.
Mevrouw Hoad-Blean was verbaasd over zulk eene onbe
schaamdheid.
„Wanneer uw geweten u niets zegt mijnheer St. Rhadegund,
dan heb ik u niets te zeggen."
„O, laat mijn geweten maar rusten! Gij hebt meen ik, iets
over eene vrouw hooren vertellen?"
Mevrouw Hoad-Blean verhief zich in hare volle lengte.
„Een vrouw en een kind. .Ja mijnheer St. Rhadegund,
dat heb ik."
„En Pamela heeft het natuurlijk ook gehoord?"
„Dat gaat u niets aan mijnheer St. Rhadegund."
„Neem mij niet kwalijk mevrouw wat Pamela weet of
niet weet, gelooft of niet gelooft, gaat mij meer aan dan
iemand anders. Zij heeft mij beloofd met mij te zullen trouwen."
Mevrouw Hoad-Blean kon nauwelijks spreken.
„Is het mogelijk," stamelde zij, „dat gij niet begrijpt, dat
er nu van eene verloving met mijne dochter volstrekt geen
sprake kan zijn?"
„Daarin verschillen wij van meening. Mag ik Pamela even
spreken
„Neen zeker niet."
„Nu, als ik haar dan niet spreek in uwe tegenwoordigheid
dan zal ik haar spreken als gij er niet bij zijt. Gij denkt
toch zeker niet, dat ik mij zoo maar in eens laat afwijzen?"
Mevrouw Hoad-Blean zag inderdaad in dat zij te ver ging.
„Gij zult toch zeker wel begrijpen, dat ik als Pamela's
moeder, het recht heb op eene verklaring van uw gedrag?"
Betreffende die vrouw?"
„Natuurlijk."
Dicks uitdrukking veranderde.
„Ik heb haar zooeven zien sterven," zeide hij ernstig.
Mevrouw Hoad-Blean werd weer ongeduldig.
„En ik veronderstel dus dat nu die arme vrouw dood is,
gij meent dat het er nu niets meer toe doet?"
„Het is misschien zoo ook maar het beste."
Mevrouw Hoad-Blean klemde de lippen op elkaar.
„Gij- neemt de zaak zeer koel op," zeide zij.
„Dat is niet waar, maar tot voor veertien dagen was die
vrouw mij geheel vreemd."
„Ongelukkig hebben wij echter een ander verhaal gehoord,"
zeide mevrouw Hoad-Blean ijskoud.
„Gij zult er ongetwijfeld praatjes genoeg over gehoord
hebben. Gij zult gehoord hebben, dat eene arme, hulpbehoe
vende vrouw met haar kind hier in het dorp is gekomen om
haar echtgenoot op te zoeken, maar mevrouw Hoad-Blean,
ik ben niet de eenige jonge man in het dorp."
Mevrouw Hoad-Blean maakte eene beweging in de richting
van de deur, alsof zij meende, dat het onderhoud met dezen
onbeschaamden jongeling nu maar moest eindigen.
„Mijnheer St. Rhadegund, uwe poging om de schuld op
iemand anders te werpen, doet u weinig eer aan!"
Hoe onvast hij ook op zijne beenen stond, Dick had het
eerst de deur bereikt. Zoo zij eens gemeend had, dat hij on.
beschaamd was, nu dacht zij ongetwijfeld nog slechter
van hem.
„Gij wilt mij dus niet gelooven, wanneer ik alle schuld
loochen. Dus gij denkt, dat ik mijne wettige vrouw en
mijn kind in den steek zou laten? Ik vrees, dat gij door
uwe mannelijke verwanten wat te laag op onze sekse neer
ziet mevrouw
Zoo deze uitval ietwat wreed was, hij werd uitgelokt, hoe
wel het Dick speet het gezegd te hebben. Zij beefde een
oogenblik en hield haar blik strak op de deur gevestigd. Hij
opende die en terwijl hij de kamer uitging, zeide hij
„Het spijt mij dat ik u meer heb gezegd dan wel goed was.
Mag ik Pamela nui niet even spreken? Ik zal de eerste dagen
niet in staat zijn om uit te gaan."
Wordt vervolgd.)