BINNENLAND. Letteren en Kunst. Rechtszaken. lemmer was, welke vraag hij beves- straat. In de maand October van het vorig jaar was dit getal 52 dus 15 meer. tigencl beantwoordde, eene introduc- kaart ontvingdat bij daarna in den gang komende, aan een heer, die bem te kennen gaf, dat bij één gulden moest betalen voor de introductie- kaart, een gulden beeft betaalddat hij daarna weder de Sociëteit beeft verlaten, doch kort daarop is terug gekeerd, en in de zaal gekomen, beeft gehoord, dat een aldaar aanwezig or kest een marsch speelde, en gezien, dat verscheidene personen aldaar aan wezig waren 2o door J. H. v. H. dat bem door de beklaagden, als bestuurders der Sociëteit „de Kroon," is opgedragen, om o. a. op 12 Augustus 11. eene uit voering te doen geven door bet onder zijne directie staande specialiteiten- gezelschap, en dat bij aan die op dracht in den avond van genoemden dag beeft voldaan; o., dat door de voormelde verkla ring van de beklaagden, voor zooveel ieder hunner betreft, bevestigd dooi de verklaring van bovengenoemde ge tuigen, bet overtuigend bewijs is ge leverd, dat de beklaagden in hunne hoedanigheid van leden van bet be stuur der Sociëteit „de Kroon" in den namiddag van 12 Augustus 11., omstreeks 8 uur, in een der lokalen dier Sociëteit, gelegen aan de Groote Markt te Haarlem, een feest of ver makelijkheid hebben gegeven of doen geven, terwijl daarvoor de vergunning van den burgemeester van Haarlem niet was gegeven o., dat thans nog dient te worden onderzocht-, of tot dat feest, of die veraifikelijkhejd, aan bet publiek te gen betaling toegang werd verleend, gelijk zulks mede bij de dagvaarding is gesteld o., dat onder de in art. 11 bbis dei- verordening, inhoudende o. a. wijzi ging van de algemeene politieveror dening voor Haarlem dd. 9 Juli 1890 voorkomende woorden „toegang ver- leenen aan bet publiek" in het alge meen niet anders kan worden verstaan, dan dat een iederf zonder onderscheid van rang of stand, die zich tot bij woning van. een te geven feest onge- noodigd aanmeldt, tot dat feest wordt toegelaten o., dat bij eene bij koninklijk be sluit erkende Sociëteit of Vereeniging over dit onderwerp bij huishoudelijk reglement regels kunnen worden ge steld of bepalingen gemaakt, doch dat in dergelijk geval de desbetref fende regels of bepalingen stiptelijk behooren te worden gevolgd,terwijl in elk geval aan den rechter overblijft te beslissen, of die bepalingen al dan niet met de toe te passen verorde ning in strijd zijn; o., dat door de verklaringen van vijf gehoorde getuigen in onderling verband beschouwd, en in verband met den inhoud van het ambtseedig proces-verbaal van L. A. M. Wolffram, overtuigend is bewezen, dat tot het bedoelde feest een ieder, die zich slechts aanmeldde, tegen betaling werd toe gelaten en mitsdien dat tot dat feest aan het publiek tegen betaling toe gang werd verleend, en dat hiertegen niet met grond kan worden aange voerd, dat die bedoelde personen door het bestuur of door de leden geïntro duceerd waren, daar het evenzeer uit die verklaring is geblekendat die introductie niet heeft plaats gevon den overeenkomstig de bepalingen van de artikelen 87 alinea 1, en 38 aan het namens de beklaagden over gelegde en met het ten processe aan wezige geheel overeenkomende huis houdelijke reglement der Sociëteit „De Kroon." O. H. Ct Uit Heemstede wordt gemeld Uit de Leidsche Vaart is opgehaald zekere Schrama, te huis beJioorende in he}, gesticht van Johannes de Deo te Haarlem. Daar hij nog eenige teekenen van ie ven gaf, werden duor dr. Prins pogingen aangewend om door een doelmatige behandeling de verflauwende levensgeesten weder op te wekken, doch te vergeefs. De on- ;elukkige gaf spoedig den geest. vliet" te Haarlemmermeer, groot 40 H.A., is verkocht voor 3550Q gulden. Het volgende is ontleend aan het advies Donderdag in de Prov. Staten van Noord-Hólland uitgebracht door mr. W. S. J. v. Waterschoot v. d. Gracht, over de suppletoire begrooting van ƒ50,452 voor buitengewone wer ken aan het gesticht Meerenberg. Het was te voorzien, dat ander maal de hulp der provincie voor het gesticht zou worden ingeroepen, doch de commissie betreurt het, dat niet tevens is voldaan aan het voornemen, om in deze najaarszitting een voor dracht te doen van alle verbeteringen die noodzakelijk worden geacht. De. tegenwoordige voordracht toch omvat slechts een gedeelte van de werken die daartoe zullen moeten worden uitgevoerd; dit büjkt uit het bege leidend schrij ven van heeren Ged. Staten waar zij mededeelen, dat nog geen voldoende opgave is verkregen, zoodat zij tot hun leedwezen nog niet in staat zijn, door de Staten een voordracht te doen betreffende al de benoodigde uitgaven en dit bleek dei- commissie ook verder bij het bezoek, dat zij aan het gesticht Meerenber Graan- en Zaadmarkt gehouden te HöofddorpHaarlemmermeer 9 Novem ber 1893. Roode wintertarwe f 0.a 0.- Jarige tarwe f0,a f0.Witte tarwe f5.75, a f 6.30, Zomer ristarwe 5.a f 5.50, Rogge f4.60, a f 4.90, Haver f7.85, a 8.Chevaliergerst f 0.a f 0.Wintergerst f 0,a 0.Zomergerst f0.a f0.Dui ven bóonen f6.25, a f6.50, Paarden- boonen f 5.50, a f 5.90, Bruine boo- nen f'O.a f0.Groene erwten f5.75, a f7.Grauwe erwten f0. a f0.Capucijners f0.a 10. Kanariezaad f 6.50, a f 7.Kar wei zaad f 14.50 a f 15. Ten overstaan van den notaris L. F. J. Dumoulin is, onder voorbehoud van latere koninklijke bewilliging, de akte verleden voor de oprichting der Naamlooze Vennoot schap „Maatschappij tot Exploitatie van Limburgsche steenkolen", geves tigd te Heerlen. Zij stelt zich ten doel het ont ginnen van steenkolen en andere delfstoffen uit het in Limburg ge legen mijnveld „Oranje-Nassau". Het kapitaal bedraagt ƒ1.500.000. De aandeeien zijn alle geplaatst. Niettegenstaande het scherpe politietoezicht is en büjft de O. Z. Armsteeg te Amsterdam zeer onveilig, zoó onveilig zelfs, dat het den wandelaar niet geraden is in het broches, 2 medaillons, 3 ringen, 1 oorbel, 2 horloges, 1 ketting, 1 ko- raalsnoer met gouden slot, 2 zilveren broches, 2 voeten van glaasjes, 1 doosje en 1 pijpenporder. Voorts 279, zegge 279 parapluies, 146 wandelstok ken, 104 koffers, benevens nog ver schillende andere zaken. Deze voorwerpen worden 15 Dec. a. s. te Utrecht publiek verkocht. Te Sneek heeft 't tusschen Dinsdag en Woensdag zoo gevroren, dat de jeugd aldaar zich 's ochtends reeds op 't ijs der landslooten ver maakte. Het huisje aan denMarolle- put onder Oostburg, waar de drie vrouwen vermoord zijn, is in het openbaar verkocht. Zeker wegens het schrikkelij k drama, dat in deze woning werd afgespeeld, wilde niemand dit huisje koopen en werd het voor af braak verkocht voor de som van vijf gulden. Volgens ontvangen, telegram van den heer A. Prey er, generaal mana ger der Hollandsche afdeeling Schoone Kunsten op de Tentoonstelling te Chicago, zijn in het gebeel op de ten toonstelling verkocht: 53 schilderijen en 43 teekeningen, tot een gezamen lijk bedrag van ƒ115,000. Dit cijfer werd nog nooit op eenige tentoon stelling in de atdeeling Schoone Kunsten door Nederland bereikt. nachtelij k uur door die straten te bracht en uit de inlichtingen, die zij j loopen. Niet alleen worden de men- daarbij van den voorzitter der Comm. van Toezicht en van den geneesheer directeur mocht ontvangen. schen in de herbergen en andere j krotten bestolen, maar ook op straat hebben aanrandingen plaatsmen Het bleek der Commissie bij haar wordt er van zijn sieraden en geld Gedurende de afgeloopen maand zijn door de politie alhier 37 personen vervolgd wegens dronkenschap op bezoek, dat o. m. de ventilatie van het gesticht op veel plaatsen zeer ge brekkig was en ook voor een goede huisvesting der verpleegsters en ver plegers nog wel iets meer zal moeten worden gedaan. Het streven naar verbetering in de verpleging kan ze ker niet genoeg worden toegejuicht, doch dit brengt natuurlijk ook andere eischen voor de huisvesting van ver pleegsters en verplegers medeein delijk werd aan de commissie ook nog medegedeeld, dat ter voorziening de behoefte aan voldoende goed duinwater wellicht nog vrij kostbare werken noodig zullen blijken. Behalve deze boven aangegeven zaken, zullen zich nog vele andere voordoen, die hier niet alle bespro ken kunnen worden, doch dit een en ander geeft der commissie aanleiding om den wensch uit te spreken, dat, voordat weder opnieuw een provin ciale bijdrage wordt gevraagd, een zoo volledig mogelijke opgave worde gedaan van alle verbeteringen, die in het gesticht noodzakelijk worden ge acht, al wenscht men ook de uitvoe ring daarvan over eenige jaren te verdoelen. Een duidelijke opgaat'van wat wenschelijk en wat noodzakelijk is, wordt derhalve aanbevolen. Bank van Leening te Utrecht. Haarlem-Zandvoort Spoorweg-Maat schappij gedurende de maand Juli 1893. Opbrengst reizigers 9037.3SJ£. idem goederen 757.20&. idem diversen 102.22- Per Te zamen 9896.81. en per kilometer ƒ37.56. Op de markt te Hoofddorp 9 No vember waren aangevoerd: 26 paarden, 8 hitten, 12 koeien, 5 schapen en 17 De kapitale boerderij „Cats Zorg- beroofd. Zelfs overdag is het er niet altijd pluis. Toen een onzer verslag gevers (zoo deelt het Hbld mede) Woensdagavond, eens een kijkje wilde nemen, de Warmoesstraat uitkomende de O. Z. Armsteeg wilde inslaan, leg de een agent van politie plotseling de hand op zijn schouder, zeggende „Mijnheer, ga deze straat niet in, want het is voor eenen vreemdeling hier gevaarlijk." Toen onze verslag gever opmerkte, dat hij zoo heel bang niet was, waarschuwde de agent nog maals, en zeide „zeifs niet voor zijn leven te kunnen instaan als hij zijnen raad niet opvolgde." Zulke toestan den vindt men nog in Amsterdam, en zooals wij zeiden de politie schijnt er weinig of niets aan te kun nen doen. Bijna dagelijks hoort pien van aanrandingen en menschen, die bestolen-zijn, terwijl de bevolking voor eene vechtpartij ook niet bang is. Een spoorweg-arbeider geraakte Dinsdag op het rangeerter rein van het Centraal-station te Am sterdam tusschen de buffers van eenen rangeertrein, met het gevolg, dat hij voor dood naar het gasthuis werd vervoerd. Donderdagmiddag 12 uur ontstond te Zaandam brand in de timmermanswerkplaats van L. Mole naar, Schapenpad aldaar, die zich spoedig uitbreidde 'tot de belendende perceeien, bewoond ter rechterzijde door Klokkemeijer en ter linker door mejuffï. Dill. De drie gebouwen zijn geheel eene prooi der vlammen ge worden. Als een be wij s, dat ondanks de z.g. slechte tijden toch nog vele menschen zeer nonchalant zijn in het bewaren van hunne eigendommen, blijkt uit de opgave der Staatsspoor wegen van de alleen op het Midden- net gedurende het tijdvak van Jan. 1892 tot Dec. van datzelfde jaar ge vonden goederen, zooals 2 gouden preventief gevangen moesten blijven Soms heeft men onder de verschil-' lende ontdekte feiten maar een greep moeten doen. Wat is gebleken uit het onderzoek? Dat bekl., vooral de eerste, herhaal delijk gelden hebben genomen uit de kas van de inrichting of liever daar aan onttrokken. Bij het lossen van panden kwamen de gelden daarvoor ontvangen niet in de kas van de in richting maar in de zakken van bekl. om te dienen tot dekking van parti culiere schuld. Om te bedekken, werden valsche staten gevormd voor den president- comm. waarin de beleende panden en de ontvangen gelden te hoog waren aangeteekend. Toen ook dat niet meer hielp, heeft de eerste beklaagde uit de bank een groot aantal panden weggenomen en die hetzij te Utrecht verkocht of in Amsterdam beleend. Het opmaken van de valsche sta ten en het daarin te hoog opgeven Vein 't getal beleeningen, bracht eigen lij k zijn eigen straf mede als het voortging, want dan werden de eerste te hoog. Daaraan moest dus een einde komen en toen is men overgegaan tot het verduisteren van pandend Een ander middel om aan geld te komen was dit. Bij de publieke ver- koopingen van verstane panden ge niet de directeur 5 pCt. van de op brengst. Om van zooveel mogelijk verkochte goederen die 5 pCt. in re kening te kunnen brengen werd bij onderscheiden personen aanzoek ge daan om voorwerpen te doen verkoo- pen te gelijk met den verkoop van verstane panden der bank. De goede ren werden vooraf gebracht in de bank en als nieuwe panden beleend. Werden ze alleen ingestoken inde verkoopen met permissie vau komm., dan kon men zien dat 't geen ver stane panden waren, en dan was het doel niet bereikt van denverkooper, die meende meer winst te zullen krij gen als ze als verstane panden wer den verkocht. De bekl. beweert tot dat alles toestemming gekregen te hebben van den comm.-administra- teur. Dit kon, helaasniet onderzocht worden, omdat mr. Waller door een zeer ernstige ziekte belet wordt om zijn woning te verlaten, waarschijnlijk gedurende den geheelen winter. Daar om heeft men de mondelinge toe lichting van mr. Waller, die van veel belang zou zijn geweest, helaas moe ten missen, ook omtrent dit punt, dat trouwens niet ten last is gelegd. Nog een ander middel was er om aan geld te komen. Dit kon hoogst zelden aangewend worden, maar is Donderdag voormiddag is de behan deling van de Bank van Leeningzaak hervat. De ambtenaar van het O. M. mr S. J. van Geuns, officier van justitie, neemt het woord tot toelichting van zijn requisitoir. Het is, zoo vangt hij aan, een zeer treurige zaak, die thans wordt be handeld. Beiden beklaagden waren mannen op wier verleden niets te zeggen was. Beiden hadden een goede, goed be zoldigde betrekking in de bank van leening. De le beklaagde had laatst 2600 met vrije woning en aandeel in de winst, 2e bekl. ƒ1400 en aan deel in de winst. De eerste was door den gemeente raad benoemd tot directeur en als zoodanig ondergeschikt aan commis sarissen, de tweede was gedurende eene lange reeks van jaren werkzaam ais.klerk en later 81s boekhüuder. vïumB11 Beiden hadden ten tijde der ontdek- j van veei bedenkelijker aard. NI. wa king van de ieiten een goede betrek- - king en waren ter goeder naam en faam bekend ze genoten het vertrou wen en de achting van hun mede burgers, in 't bijzonder van de com missarissen, onder wie zij werkzaam waren. Plotseling, op 15 Mei jl. bleek, dat ze van het groot vertrouwen van com missarissen misbruik gemaakt had den, gedurende eenige jaren reeds ach tereenvolgens. Ze hadden zicb goede ren toegeëigend en om dat te bedek ken, hadden zij valschheid gepleegd in de staten en panden verkocht of elders beleend. Het is gebleken dat die feiten ge pleegd waren over de laatste acht jaren. Men heeft getracht, heil daarvoor terecht te stellen. Maar een onderzoek van al die feiten bleek een onbegon nen werk te zijn. Het zou veel om slag en moeite vorderen en men heeft ten slotie zich moeten vergenoegen met het gebeurde gedurende het laatste haltjaar. Zelfs dit onderzoek heeft langen tijd gevorderd, waarom beide bekl. gedurende genoemden tijd an- ii eer er nieuwe beambten moesten wor den aangesteld, verzocht de le bekl. dezen een borg te stellen aan hem. Na de storting van die som gaf hij gunstige aanbevelingen aan commis sarissen. Die borgtocht, eenmaal in zijne hand, kwam er zelden ol nooit uit. Een getuige heeft ƒ100, een ander niets teruggekregen. Dat echter wordt hier niet aan bekl. ten laste gelegd. Hoe zijn beklaagden tot deverval- sching van staten en verduistering van panden gekomen Niet op eens. Maar telkens en voortdurend hebben zij zich kleine sommen toegeëigend. Die worden hoe langer hoe grooter, en daarom groeide het te kort aan, totdat ten slotte de bank niet meer werken kon. Dat werd den 14 of 15 Mei aan den comm.-administrateur gemeld, wat tot aangifte bij de poli tie heeft geleid. En welke particuliere schulden moesten worden gedekt. Beklaagde was geen verkwister, maar in het algemeen heeft hij te veel uitgegeven in vergelijking met zijne inkomsten. „ik wil haar niet zien!" „Ah zoo!" zeide Dick. Alfred maakte zich gereed om uit te stappen. „Gij kunt mij toch zoo niet aan mijn lot overlaten?" Alfred zag hem in het gelaat, en uit dien blik las Dick iets. dat hem aanmoedigde. „Luister eens wees manIk denk, dat gij het wel kunt. Het is uwe vrouw en maar gij weet er alles van. Zij is zwaar ziek voor eenige weken hier gekomen met een kind uw kind. Zij sprak mij aan op den weg tusschen hier en Rylstone, en vroeg mij geld om dien nacht onder dak te kunnen komen. Een paar vragen brachten mij voldoende op de hoogte; zij dacht niet, dat zij zoo dicht bij haar echtge noot was, die haar snood in kommer en gebrek had achter gelaten en te laf was om aan zijne ouders te bekennen, dat hij eene vrouw getrouwd had uit den minderen stand. Om een plotseling schandaal te vermijden liet ik haar naar een aangrenzend dorp gaan. Daarna werd zij ziek, naar ik ver onderstel, want ik hoorde niets meer van haar, totdat zij mij vandaag dringend liet ontbieden, daar ik de eenige persoon was, dien zij kende. Natuurlijk ben ik er heengegaan. Ik heb haar zien sterven." Alfred ontstelde. „Zij was toch immers uwe wettige vrouw?" „Ja," zeide Alfred. „Dan hebt gij u verachtelijk aangesteld. Zijt gij dat niet met mij eens Alfred weersprak het niet, maar voerde verschillende onbe- teekenende verontschuldigingen aan,terwijl hij de schuld wierp op zijne overleden vrouw. Dick viel hem kortaf in de rede. ,^Gij zijt de vader van dat kind!" Alfred stemde dit toe. „Dan hadt gij voor dat kind moeten zorgdragen vooral wanneer het niet in goede handen was. Wat zult gij nu doen „Daar heb ik nog niet over gedacht." „Gij moet er toch over denken. Neem mijn raad aan geef dat kind openlijk voor het uwe uit en neem het mee naar huis." „Onzin! Waarom...." „Neem het mee naar huis!" herhaalde Dick. „Gij zijt nu een vrij man gij kunt weer trouwen, maar gij zijt voor uw kind verantwoordelijk en moogt het niet verborgen hou den. Beken alles openhartig. Uwe moeder aanbidt u. Wan neer gij de koe bij de horens pakt, dan zal de moeielijkheid in een oogenblik voorbij zijn; doet gij het niet, dan wordt uw levensgeluk vergald door het geheim, dat de moeite niet waard is om het voor u te houden, en dat toch den een of anderen dag aan het licht komt. Wilt gij mij nu naar het huis vergezellen?" Alfred, wiens geestelijke zwakheid den steun ontving van dezen on ver wachten vriend, stemde toe. Hij begaf zich naar het huisje, waar zijne overleden vrouw lag, zag en erkende het kind als het zijne, gaf de vrouw des huizes geld voor de begrafenis en zeide het kind den volgenden dag te zulleü laten halen. Alfred had een zwak karakter en was iemand zonder beginselen, maar wat dit ongelukkig huwelijk betrol droeg hij niet alleen de schuld, en zoo slecht was hij niet om alle sympathie onwaardig te zijn. „Drommels," zeide hij, toen hij weer plaats nam in de dogCart naast Dick, „als iemand mij gisteravond had ver teld, dat ik zou doen wat ik zooeven heb gedaan, dan zou ik hem voor gek hebben uitgekreten! Maar vergeet niet, dal ik misschien op het laatste oogenblik nog van gedachte ver ander en mijn mond houd." „Neen, dat zult gij niet!" zeide Dick. „Alles is zoo vluj in zijn werk gegaan, dat het u gemakkelijk zal vallen in de opgewondenheid van het oogenblik de geheele zaak achtei elkaar af te maken. En gij hebt dus om Pamela Blean heen- gedraaid en daardoor anderen op een afstand van haar ge houden, terwijl gij wist, dat gij toch niet met haar zoudl kunnen huwen?" riep hij plotseling met scherpte uit. Alfred antwoordde zeer kalm: „U heb ik in ieder geval niet op een afstand gehouden waarde vriend! Ik bedenk hier, dat ik van mijne vrijheid gebruik zal maken om een paar woorden met Pamela t< spreken Zij hadden nu den hoek van de straat bereikt, waar d< Hoad-Bleans woonden. Alvorens Dick er zich tegen kon ver zetten, had Alfred hem de teugels toegeworpen, deed het paard stilstaan, sprong uit het rijtuig en snelde zoohaastij mogelijk naar het huis, dat zij nog kort geleden te zamel hadden verlaten. Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1893 | | pagina 2