Siroop de Punch,
li. VAN EDEN,
UERDE ISLAH
HAVE ill Co.
He sluwe bandier.
ADVERTENTIEN.
KA. KUIKEN,
Oogen-, Kinder-, Toilet-, Bad-,
Rijtuig- an Glazen-
Damstraat 20.
BEHOORENDE BIJ
haarlem's dagblad.
VAN
Maandag 20 Nov. 1893.
Uit de Gedenkschriften van Andrew
Lansdowne, voormalig detective-
inspecteur te Londen.
GezochtPersonen genaamd Brown
of Browne, die hun stamboom kun
nen aantoonen gedurende drie
slachten, wordt verzocht zich schrifte-
telijk aan te melden tot Havem Co.
agenten voor buitenlandsche huizen,
„Red Tape Bow, Londen W. C."
Deze advertentie trok op zekeren
morgen mijn aandacht, vooral ook
omdat ik die ettelijke malen ook in
andere dagbladen van Londen had
gezien. Bij onderzoek bleek dat ze
ook herhaaldelijk werd geplaatst in
provinciale couranten en ik vermoed
de onmiddellijk, dat hier bedrog ach
ter zat. Maar welk bedrog? Toen ik
mijn chef er over sprak, droeg hij
mij op de zaak te onderzoeken, stil
letjes en zonder argwaan te verwekken,
Intusschen trof het mij, dat de ad
vertentie nu en dan werd gewijzigd.
In plaats van Brown riep men som
tijds Jones' of van Robinsons op
die zooals men weet in Engeland
even talrijk zijn als de Browns. Nu
en dan moesten de brieven op die
annonces niet gericht worden aan
Havem Co. maar aan een welbe
kend advententiebureau in de City.
Het leek mij een moeielijk geval.
Er was geen bewijs, dat er verband
bestond tusschen cle verschillende an
nonces, evenmin dat de advertentie
met den naam van het advertentie
bureau erin, geplaatst was door Ha
vem Co. Ik besloot met het adver
tentiebureau te bewaken.
Bewaken is altijd een vervelend
werk en vereischt het geduld van een
Micawber en den vasten wil om te sla
gen. Als dag na dag geen resultaat
komt wordt de taaiste ontmoedigd
en het is waarlijk niet de geringste
eigenschap van een detectivedat
hij gewoon is aan eentonigheid,
Na twee dagen hoorde ik een jon
gen, die den winkel inging, vragen
naar brieven voor Havem Co. Een
pakket waarin er naar schatting ze
ker 150 aanwezig waren, werd hem
overhandigd en toen de jongen den
winkel uitging volgde ik hem, ver
moedende dat hij naar Red Tape
Row zou gaan. Dit geschiedde ook
en in die straat verdween hij achter
een groote deur, waarop een groote
koperen naamplaat Havem Co,
was bevestigd.
Ik wachtte een minuut of tien en
ging er toen binnen. De firma had
vier kamers en suite in gebruik en
hadden drie klerken in dienst, bene
vens een aantal jongens. Naar het
scheen waren zij overstelpt met cor
respondentie. De vloerde schrijf-
bureaux, tafels stoelen en al de hoe
ken waren bezaaid met brieven
zooals ik opmerkte, copieën van ge
boorte- huwelijks- en overlijdensacten.
Ik verzocht de patroons te spreken.
„Is u op dit uur bescheiden?''
vroeg de klerk.
„Neen."
„Is het over zaken?"
Ik antwoordde, dat ik kwam over
de advertentie en een lid van de firma
wenschte te zien-
„Dat gaat niet," zeide de klerk.
„Gij moet eerst schrijven!"
„Maar ik kom van buiten en kan
niet lang hier blijven. Wilt gij mij
aandienen
„Hoe is uw naam?"
„Browne met een e."
De klerk zag mij scherp aan, maar
hij zeide niets en verdween in een
binnenkamer.
Bijna dadelijk daarop keerde hij
terug met de boodschap, dat de fir
ma niemand over de Brownezaak
kon spreken, daar zij te druk bezij
was in het rangschikken van de aan
spraken der verschillende personen.
Terwijl hij mij dit vertelde, werd de
deur van het kantoor der principa
len geopend en gluurde twee scherpe
vrouwenoogen door een kier naar mij
Vreezen de dat ik herkend zou wor
den, zeide ik tot den klerk met lui
der stem„Ik ben Browne, scherm
meester in het kamp te Aldershot.
Ik kan niet dikwijls in de stad ko
men en zal dus maar schrijven,
Goeden morgen
Ik meende, dat deze list hen had
gerustgesteld, maar nauwelijks
ik weer op straat of ik gevoelde a..
bet ware instinctmatig dat ik achter
volgd werd. Inwending lachte ik
deze poging om mij zelf detective
aldus te verschalken. Een oogenblik
stond ik stil voor een grooten winkel
en zag in de spiegelruiten duidelijk
bet gezicht van een der klerken
Havem Cos. kantoor.
Onbezorgd en slenterend als
buitenman die in de stad komt,
wandelde ik verder, nu en dan naai
den weg vragende, totdat ik aan
Waterloo Station kwam. De bediende
was toen niet ver af en ik vroeg aan
den portier zoo luid als ik kon: „Wan
neer gaat de volgende trein naar Al
dershot?"
„Vier uur dertig," antwoordde de
portier en daarop ging ik in de derde
wachtkamer en zette mij in
een hoekje neer, rustig een courant
lezende. De klerk liep eenige malen
langs de wachtkamer en verdween
toen klaarblijkelijk (om aan zijn pa
troons te gaan vertellen dat ik wel
zijn zou voor wien ik mij
uitgaf.
Toen ik dacht dat hij wel uit het
geziekt zou zijn, ging ik naar het
jureau en schreef daar een brief aan
de firma Havem Co., dien ik aan
de politie te Aldershot zond, met
verzoek hem daar op de post te doen
en antwoorden aan Browne, scherm
meester Aldershot, aan mij op te
zenden. Geen drie dagen daarna ont
ving ik een gelithografeerden brief.
Er stond in, dat een heer die Browne
heette, eenigen tijd geleden in Brazilië
was gestorven en behalve legaten
aan anderen een kolossale som gelds
had vermaakt aan personen genaamd
Brown of Browne, die deze zouden
deelen wanneer zij hunne afstamming
gedurende drie geslachten konden
aantoonen.
Blijkbaar was de erflater vol ver
trouwen op de firma Havem Co. Aan
haar toch was de uitvoering van het
testament opgedragen. Niet dat zij
die moeielijke taak uit menschen-
liefde verrichtten, o neenOnder aan
den gelithografeerden brief stond de
volgende zinsnede te lezen
Op ontvangst van een postwissel
van 10 shillings 6.zal onze firma.
een afschrift van het testament
zenden en ten uwen behoeve werkzaam
zijn door de noodige acten te verkrij
gen. Tot betaling van de kosten daar
van is een bedrag van 10 shillings
slechts even voldoende.
En alsof men dit aas nog niet vol
doende achtte, was het volgende post
scriptum aan den brief toegevoegd
„Wij verzoeken u om spoedig ant
woord, daar de zaak binnen weinige
dagen geheel moet zijn afgewikkeld
en daarna komende brieven niet meer
voor een aandeel van het legaat in
aanmerking kunnen worden gebracht.'
Had ik nog eenige twijfel gekoesterd
omtrent het ware karakter van de
zaak, die de firma Havem dreef
dit document deed dien geheel ver
dwijnen. Ik verlangde er naar de chefs
eens te zien en met dit doel bracht ik
een tweede bezoek aan het kantoor
in Red Tape Row.
Het gelukte mij evenwel niet mij
doel te bereiken want ik werd ont
vangen met dezelfde verontschuldi
ging door de bedienden en ook door
den heer die na mijn eerste bezoek
beleefd was geweest om er zich
van te overtuigen, dat ik goed en
wel aan het Waterloo Railway Sta
tion was angekomen. Ik veinsde mijn
geduld te verliezen en riep tenslotte
uit:
„Dit is het eerste handelskantoor,
waar naar ik ooit heb gehoord,
firmanten weigeren een cliënt te ont
vangen. Goeden dag!"
In plaats van de deur te openen
die op de gang uitkwam, opende ik
in mijn geveinsden toestand van op
gewondenheid met opzet de deur van
het afzonderlijk vertrek.
De bediende greep mij haastig bij
den arm en zeide
„De andere deur als 't u blieft,
mijnheer."
„O, neem het mij niet kwalijk,
zeide ik, en vertrok na deze veront
schuldiging.
Evenwel niet alvorens ik mijn doel
had bereikt. Ik had de firma „Messrs.
Havem Co" gezien.
Hevem zelf boezemde mij geen be
langstelling in; des te meer cle „Co,"
Deze was geen man maar eene dame,
Met een oogopslag had ik haar her
kend; ik kende hare antecedenten,
Het is voor den detective onmisbai
dat hij goed verschillende gezichten
kan onthouden. Gelukkig kende de
„Co." mij niet, anders had ik haar
niet meer gezien. Nu ik het bewijs
had dat zij in deze zaak betrokken
was, moest ik nog een positief bewijs
leveren, dat de uitvoering dezer zaken
bij de wet was verboden. Op dat tijd
stip kwamen er op Scotland Yar1
evenwel overvloedig klachten in. Zij
werden ingeleverd door personen, die
Browne heetten en groote sommen
hadden uitgegeven om hunne rechten
te kunnen bewijzen, en die meenden
tot de eerste „dertig" te behooren.
Weldra bemerkten wij dat de ad
vertentie werd veranderd en dat niet
langer de familie Browne werd ver
zocht hare rechten op het legaat te
doen gelden, maar dat het nu de
beurt was aan de familie Jones."
Een lid van de firma Jones verschafte
ons een copie van het document be
treffende het legaat uit Brazilië, hem
I verschaft door de firma Havem Co.,
|en eene korte vergelijking bewees dat
20.
het testament van Browne geheel'
hetzelfde was als dat van Jones. Het
was te veel van iemands lichtgeloovig-
heid geëiseht om hem te willen doen
gelooven dat een Browne en een Jones
beiden in Brazilië zouden zijn gestor
ven, letterlijk hetzelfde testament zou
den hebben achtergelaten en dit had
den toevertrouwd aan eene en dezelfde
firma, waarvan de „Co." een vreemd
soortige persoon was.
Steunende op de verkregen gegevens
en bekende feiten viel het niet moeilijk
om een bevel tot in hechtenisneming
te verkrijgen, en met deze wettelijke
volmacht gewapend, begaf ik mij
weldra nog eens naar Red Tape Row.
door een assistent vergezeld.
Deze assistent liet ik beneden aan
de trap wachten, terwijl ik het kantoor
binnentrad en mij onmiddellijk naar
het aparte vertrek begaf, waar ik mijne
boodschap mededeelde.
Het was goed, dat ik de noodige
voorzorgen had genomen, want toen
ik het kantoor binnentrad, zag ik de
„Co." door eene andere deur verdwij
nen, maar beneden aan de trap werd
zij netjes opgewacht door mijn helper,
die haar spoedig terugbracht.
Intusschen riep de andere firmant,
schijnbaar zeer verontwaardigd„Wat
voor den drommel heeft dat te betee-
kenen? Gij hebt u vergist mijnheer,
en het zal u berouwen. De wet mijn
heer, de wet zal mij beschermen. Er
is nog eene rechtbank mijn vriend,
en acties voor schadevergoeding zijn
onaangename dingen voor de ver
liezende partij. Dit is eene ernstige
zaak voor u, het zal u berouwen. Gij
hebt eene vergissing eene domheid
eene kostelijke domheid begaan,
zooals gij zult bespeuren. Ik zou wel
eens willen weten welke bewijzen gij
hebt. Laat uwe bewijzen zien. Ik tart
u om het te doen!"
Al dien tijd was hij bezig te trachten
een grooten tasch weg te moffelen,
jevuld met brieven met de post van
den morgen aangebracht, waarvan de
meesten tien shillings bevatten en
gezonden waren door personen, die
Jones of Browne heetten, hetgeen ik
later ontdekte.
Natuurlijk liet ik mij niet van mij
stuk brengen door zijne poging om
mij te overbluffen. Ik had den man
of liever de vrouw beet. Verscheidene
malen werd de aandacht van het ge
recht voor deze zaak ingeroepen, en
in den loop van de behandeling bleek
dat het aantal personen, die op de
advertentie hadden geschreven zeer
groot was en zonderling moge het
schijnen, maar twee belanghebbenden
hadden ten koste van zeer veel geld
en tijd zich al de noodige documenten
verschaft, die hun stamboom van voor
drie geslachten aanwezen.
In de meeste gevallen hadden de
vliegen, die in het net verward waren
geraakt, de noodige documenten in
hun bezit, maar was het hun niet
gelukt eene der belangrijkste aan wij
zingen te leveren, waardoor hun na
tuurlijk het recht op de erfenis werd
onthouden, zoodat cle firma geruimen
tijd haar spel veilig had kunnen spe
len. Met groote sluwheid hadden cle
oplichters het zoo aangelegd, dat nie
mand een onderzoek kon instellen
naar de echtheid van het testament,
want ik kwam tot de ontdekking dat
er in Brazilië meer dan dertig plaatsen
met denzelfden naam waren. Het tes
tament was dan ook een denkbeeldi[
document; er was met goed gevolg
gespeculeerd op de zoo dikwerf'aan
gehaalde lichtgeloovigheicl der Engel-
schen.
De Calabriër Michaël Pezza, Fra
Diavolo, (broeder cle duivel) bijge
naamd, was op het einde der voor
gaande eeuwen een der beruchtste
personen van geheel Italië. Aan het
hoofcl eener talrijke, onversaagde roo-
versbende vervulde hij het konink
rijk Napels met schrik voor zijn
naam en was om zijn wandaden vo
gelvrij verklaard.
Toen later de Franschen het
koninkrijk bemachtigden en Fra
Diavolo met de zijnen voor den ver
dreven Ferdinand I partij koos, schon
ken hem de aanhangers der oude
regeering genade en benoemden hem
zelfs tot hoofdman eener afdeeling
koninklijke troepen. De oud-bandiet
voerde thans tegen de vijanden van
zijn land een guerillakrijg en bracht
hun in menige schermutseling ge
voelige verliezen toe. Daarenboven
verstond hij meesterlijk de kunst, de
bevolking van Calabrië in voortdu
rend en staat van oproerigheid te
houden.
Toen echter tengevolge der voor
deden door het Fransche leger be
haald, de laatste troepen van den
Napelschen koning naar Sicilië vlucht
ten, keerde Fra Diavolo tot zijn
vroeger handwerk terug en plunderde
en moordde met nog heviger woede
dan te voren.
Om het ongelukkige land zoo spoe
dig mogelijk van dien geesel te be
vrijden, loofde de fransche regeering
,000 dukaten uit voor zijn hoofd.
Bovendien werd een sterke afcloeling
troepen, de vliegende bende genaamd,
tegen hem in 'tveld gezonden.
Fra Diavolo, wiens manschappen
tot een klein aantal waren samenge
smolten, wilde met deze weinigen een
gemakkelijk te verdedigen bergpas
betrekken, die, naar hij meende, aan
hem alleen bekend was. Deerlijk had
hij zich vergist, want bij zijn nade
ring ontdekte hij spoedig, dat de
Franschen hem voor waren geweest
en deze sterkte krachtig bezet hielden.
Wat stond hem te doen? Terugkee-
en was hem even onmogelijk als
voorttrekken, want van alle zijden
versperden tal van bajonetten hem
den weg.
Nog een redmiddel blijft ons over,"
sprak Fra Diavolo tot de zijnen, „mis
schien laten de Franschen er zich door
verschalken! Ketent mijn handen en
voeten als hadt gij mij gevangen ge
nomen bindt mij daarna op een paard
en voert mij tot den franschen overste.
Mijn plaatsbekleeder zal voor het
overige zorgen; naar hem hebt ge
in daden en woorden te richten."
Het was hoog tijd, want een afdee-
lii:g fransche troepen uit 600 man
bestaande, was niet ver meer van de
bencle verwijderd. Fra Diavolo's man-
ichappen, gewoon de bevelen van hun
hoofdman terstond op te volgen,had
den in een oogwenk den roover ge
boeid en bonden hem op een paard.
Daarna trokken zij met hun gevan
gene in het midden, het fransche
krijgsvolk tegemoet.
Toen de commandant de gewapende
Italianen zag naderen, stelde hij zijn
soldaten in 't gelid en maakte zich
gereed een gevecht op leven en dood
aan te gaan. Weldra echter zag hij
de nutteloosheid van zijn maatregel in.
Op honderd passen afstands der
Franschen maakten de bandieten halt
en Fra Diavolo's plaatsvervanger, als
een eenvoudige boer gekleed, trad uit
hun midden en ging alleen naar den
commandant.
„Wat wilt gij," vroeg deze, „en wie
is de geboeide man, dien ge met u
voert
„Die geboeide," antwoordde de roo
ver, „is de beruchte Fra Diavolo, dien
wij het geluk hadden gevangen te
nemen. Wij eischen de 20,000 duca-
ten, door de regeering op zijn hoofd
gesteld
Deze mededeeling verwekte een ge
voel van huivering bij alle soldaten.
„Gij hebt dus Fra Diavolo gevan
gen genomen?" vroeg wederom de
commandant, wien de woorden van
den boer haast ongelooflijk toesche
nen.
Ja en tot bewijs leveren wij hem
thans aan het gerecht over
De oogen van den gevangene roo
ver schoten, vonken.
Op de vra2g van den franschen
hoofdman hoe zij zich van Fra Diavolo
hadden meester gemaakt, gaf de ge
waande boer een verzonnen geschie
denis ten beste. Hij verhaalde n.l. dat
de bandiet, door langdurige achter
volging uitgeput, tot een dorp, dat
hij aan zich verknocht waande, zijn
toevlucht had genomen. Hier werd
hij in den slaap overvallen en geboeid,
Wijl men echter met recht zijn
kracht en die zijner manschappen
vreesde, hadden alle weerbare mannen
van het dorp den gevangene willen
vergezellen tot hij aan den naastbij
zij nden militairen post zou zijn over
geleverd.
„Schurken, ellendige verraders
riep Fra Diavolo met van woede be
vende stem.
De Fransche commandant hechtte
volkomen geloof aan het verdichte
verhaal. Hij herkende Fra Diavolo,
door de beschrijving die hem van den
roover was gegeven, en zoo werd alle
wantrouwen bij hem en de zijnen weg
genomen.
„Welaan," zeide hij, „levert mij den
bandiet over
„Goed," antwoordde Fra Diavolo1
plaatsvervanger, „maar mogen wij
verzoeken ons te voren de beloofde
20.000 dukaten uit te betalen I"
„Denkt gij, dat ik die som in mijn
portefeuille heb?"
„Welnu, krijgen wij geen geld, zoo
leveren wij u ook Fra Diavolo niet
over
„Dat zullen wij eens zien."
„O, ik ben overtuigd, dat gij met
uw lieden sterker zijt dan wij en ons
kunt dwingen den gevangene af te
staan, maar gij weet dat, als wij onze
prooi overgeven, er veel kans bestaat,
dat ons nimmer door de regeering
de beloofde 20.000 dukaten zullen ter
hand gesteld worden en wij hierdoor
een verdiende belooning voor onze
opoffering en onze getrouwheid zul
len missen."
De commandant, die deze redenee
ring niet overstandig vond en een
man was bij wien de rechtvaardigheid
voor alles gold, antwoordde
„Welnu, voert zelf uw gevangene
naar het hoofdkwartierik zal u hon
derd man van mijn bataljon mede
geven om u tegen de handlangers
van den bandiet te beschermen."
Fra Diavolio en zijn plaatsvervan
ger wisselden ongemerkt een veelbe-
teekenenden blik en verborgen slechts
met moeite de vreugde, die zij over
het welslagen hunner plannen ge
voelden.
De gewaande Calabrische boeren,
250 in getal, en hun geleide, be
staande uit 100 Fransche infanteris
ten, braken op naar het hoofdkwar
tier, dat ongeveer zes uur van hun
ontmoetingsplaats verwijderd was.
Zoodra echter de bende in een af
gelegen dal was aangekomen, wierpen
de roovers zich plotseling op de sol
daten, vermoordden allen en verbor
gen zich daarna wederom in de berg
passen.
Nog langen tijd was Fra Diavolo
de schrik van geheel de landstreek,
die hij door plundering, brand en
moord in opschudding bracht.
Eindelijk werd hij door verraad bij
an Severino gegrepen en voor den
jestelden prijs aan de Franschen over
geleverd.
Het gerecht veroordeelde hem tot
den strop, ofschoon hij in hoedanig
heid van oud hoofdman der napelsche
troepen op den kogel meende aan
spraak te kunnen maken.
In November 1806 werd het vonnis
op de markt te Napels voltrokken.
VARIA.
Een bedelaar zocht onlangs een rijk
heer in Amsterdam en zeide
Ik ben heelemaal uit Utrecht
komen loopen omdat ik daar gehoord
heb, dat u zoo'n goed mensch is.
Zoo, zei de rijke heer, en
ga je weer terug naar Utrecht?
Ja, mijnheer.
Nu, dan kan je daar vertellen,
dat het niet waar is.
Hoe kom jij er bij, het huis,
waar je in woont, te koopen?
Omdat ik de huur niet betalen
kon, maar wel hypotheek kon krijgen.
Een sprekende hond. In een café
te Amsterdam zat een bezoeker aan
een tafeltje een halven biefstuk met
aardappelen te eten. Op eenen stoel
naast hem zat zijn hond, een gemoe
delijke Ulmerdog.
Telkens als de baas een stukje
vleesch in zijn mond stak, klonk het
uit den mond van den hond, terwijl
hij zijne tanden liet zien„Baas, geef
me ook een stukje!"
De baas „Koest 1"
De hond: „Toe nauw!"
De baas: „Koest!"
De hond: „Eet nu niet alles al
leen op l"
De baas „Wil je je mond houden
Een meneer, in de nabijheid geze
ten en niet wetende met een volleer
den buikspreker te doen te hebben,
zat met verbazing den sprekenden
hond aan te staren.
Zich niet langer kunnende bedwin
gen ging hij naar den eigenaar van den
rond en vroeg: „Meneer, hoe is dat
mogelijk, dat heb ik nog nooit gezien."
„Ja," was het antwoord, „maar dat
heeft ook moeite gekost."
Meneer„Wil u dien hond verkoo-
pen
De hond„Niet doen, baas I"
De baas„Neen, meneer, ik verkoop
'm niet."
Meneer„Ik geef je honderd gul
den."
De hond: „Niet doen, baasl"
De baas„KoestNeen, meneer,
ik verkoop 'm niet."
Meneer: Twee honderd gulden!"
De hond„Baas, verkoop me niet 1"
De baas „Koest
Meneer„Drie honderd gulden
De hond,JNiet doen, baas 1"
De baas: „Koest! Nou dat is
geen kleinigheid. Top je hebt 'm."
De hond „Dan doe 'k geen bek
meer open!"
Tableau
De hond heeft woord gehouden.
f 1,25 per fleaeh.
Slijterij en Uier handel
16, GOBTMSTEEG 16
in lste kwal., bij