BINNENLAND Wedstrijden vergelijking is wat kras, waar het de overheid betreft) wakker te maken. De marktmeester van de Boter markt maakte aan het spel een einde, door het bevel openbaar te maken, om op deze wijze den verkoop van lucifers te staken. Eene door een der betrokkenen gewaagde poging, om de zaken, die bij eene verloting steeds 60 cents opbrachten, bij opbod te verkoopen, viel niet in den smaak. De hoogste der geboden prijzen bleef tot 32 cents beperkt. Het gevolg was, dat de heele rommel werd ingepakt en het loterij-lustige publiek naar huis toe keerde, onder het gemompel van de teleurgestelde kooplieden. Zwart konijn. In de duinen onder] Velsen is door den jachtopziener de Vries een geheel zwart konijn geschoten. Arbeidsbeurs te Beverwijk. Het bestuur der Doopsgezinde ge meente te Beverwijk heeft een stuk boschgrond, ongeveer twee bunder groot, gesteld ter beschikking der arbeidsbeurs aldaar, tegen een huur prijs van f100, benevens 4 percent der kosten, vereischt om den grond geschikt te maken voor den bouw van tienen, waardoor de arbeidsbeurs de industrie van manden maken te dier plaatse zal kunnen bevorderen. Te Castricum is eene afdeeling op gericht der algemeene vereeniging voor bloembollencultuur. Noordzeekanaal. Men schrijft ons Meermalen stond in de afgeloo- pen week in de groote bladen ver meld, dat de stoomvaart in het Noord zeekanaal ongehinderd plaats had. Enkele voorbeelden werden in ons blad vermeld, waaruit het tegendeel bleekondanks de nieuwe ijsbrekers ontstond er bij het passeeren van stoomschepen vertraging van 3 a 4 uur,waarom de bepalingwerd gemaakt dat dit passeeren in het kanaal niet meer mocht plaats hebben en de schepen dus elkaar te Amsterdam of IJmuiden moesten afwachten. Nog vermeenen wij dat in een win ter als van 1890/91 in een water als ons besloten Noordzeekanaal, de beide ijsbrekers moeite zouden hebben het kanaal bevaarbaar te houden. Marktberichten. Graan- en Zaadmarkt gehouden te Hoofddorp Haarlemmermeer 11 Ja nuari 1894. Roode wintertarwe f0.a 0. Jarige tarwe f0,a f0.Witte tarwe f5.50, a f 6.Zomer ristarwe 4.75, a f 5.Rogge f4.25, a f4.50, Haver f6.50, a 7.30, Chevaliergerst f5.a f 5.50, Wintergerst f0,a 0.Zomergerst f0.a f0.Dui ven boonen f5.75, a f6.Paarden- boonen f 5.25, a f 5.40, Bruine boo- nn-rt f0.a f0.Groene erwten f 5.50, a f 6.Grauwe erwten f 0. a f0.Capucijners f0.a 10. Kanariezaad f 0.a f0. De toestand op Atjeh. Uit Kotta Radja wordt door „Een officier" het volgende geschreven aan het Hbld. Het schrijven is gedateerd Decem ber 1893. Het is voor iemand die nimmer te Atjeh vertoefde, ja zelfs voor hem die dit land gedurende de laatste jaren niet heeft bezocht, zoo goed als on mogelijk zich eeii denkbeeld te vor men, van den leitelijken toestand in dit gewest. Schrijver dezes verkeerde in het laatste geval; n.l. dat hij, na eene langdurige afwezigheid en alleen voor gelicht door verschillende couranten artikelen, zich den staat van zaken hier had voorgesteld als dien van een feitelijken oorlogstoestand met een waasje vredesvernis bestreken. Maar uit eigen aanschouwing is hem thans gebleken, dat alles wat ons tot voorlichting, vooral in de Indische pers, werd gegeven, een slecht, soms geheel valsch beeld gaf van den feitelijken stand van zaken. Ieder zal zich nog goed de tijdingen herinneren, van de meestal nachte lijke gevechten binnen onze gecon centreerde linie tusschen de brigades marechaussees en de Atjehers; van het aanhoudend beschieten der posten in de geconcentreerde linie, van het beschieten en beschoten worden van gestelde hinderlagen, van het opbre ken of ondermijnen der rails van den stoomtram, van het bij massa's stelen van telephoondraden enz. enz. Die tijd ligt gelukkig sinds kort achter ons, en we willen de hoop voeden, dateen dergelijke toestand nimmer terugkeere. Door eene gelukkig gekozen poli tiek is het aan het tegenwoordig be stuur op Atjeh mogen gelukken een toestand te scheppen, dien wij sedert de laatste jaren van het bestuur van generaal Van der Heijden niet meer hebben gekend. Het terrein tusschen Kotta-Radja en de geconcentreerde linie is geheel veiligdagelijks loopt slechts in ééne richting eene kleine sector-patrouille van 40 man, en 's nachts wordt de le terreinstraat binnen de ge concentreerde linie bewaakt dooreen 45-tal marechaussees, maar van vij andelijke ontmoetingen is sinds lan< in deze linie geen sprake meer. Officieren doorsnijden met hun tweeën het geheele gebied, burgers in hunne dos a dos zonder eenig geleide. En ook buiten de geconcentreerde linie, naar de sedert een 4-tal maan den daar successievelijk opgerichte tijdelijke posten, begeeft men zich bijna zonder geleide. De wegen daar voornamelijk onder het bestuur van generaal Van der Heyden aangelegd, zijn in goeden staat door ons teruggevonden; zij worden echter schoon gemaakt en de zich er in bevindende bruggen ver nieuwd, een en ander door Chinee- sche werklieden, met zeer geringe dekking en zonder verliezen. Nu onze stelling ten gevolge van de oprichting dier niéuwe posten aanmerkelijk is uitgebreid, worden er weder opnemingen ge iaan, en nog geen enkel schot is op de opnemers gelost. Wel is waar hoort men nog van sneuvelen of verwonden onzer solda ten, die buiten de geconcentreerde linie de bewegingen steunen van den dapperen en energieken Toekoe Dja- han (vroeger Toekoe jOemar), maar het spreekwoord, „waar gehakt wordt vallen spaanders" worde hier vooral niet vergeten. En er wordt met een grove,bijl ge hakt, en dat de spaanders zoo wei nige zijn, moet ieder volmondig be kennen die niet blind is jvoor wat zijne oogen zien, of verteerd van ja loezie op hen die de beweging der laatste maanden besturen en uitvoe ren. Want waarlij k jaloezie, nijd, afgunst en betweterij, vooral van hen die nooit blijken gaven iets te hebben gewrocht, zijn ook hier meestal de redenen, dat het goede verkleind, het schoone ver minkt en het succes gesmoord wordt. Lezer, in een tijdsverloop van en kele maanden zijn de IV, VI, XXV, XXVI en een gedeelte der XXII Moekims op den vijand veroverd, zonder dat onze troepenmacht te Atjeh ook maar met één man is ver meerderd. Slechts ééns dreigde in de laatste maanden, het behaalde succes niet blijvend te zijn, toen nl. in October jl. tusschen de nieuwe posten Toeng- koep en Kroeng-Kali een vrij hevig gevecht plaats greep tusschen onze troepen en de Atjehsche strijders; maar de waarschijnlijke oorzaak, die tot dit gevecht aanleiding gaf, is sedert opgeheven, en zij, die ons be streden, zijn grootendeels in hunne kampongs teruggekeerd, en bebouwen weder hunne sawahs, blijde dat zij van den langdurigen oorlog eindelijk eens mogen uitrusten. En dat verlangen naar het einde van dezen krijg bij het grootste deel der bevolking, is geen kleine factor geweest in den voorspoedigen gang der laatste operaties. De Atjeher heeft uit de toeneming van welvaart zijner landgenooten, die sinds een achttal jaren binnen de ge concentreerde linie wonen, kunnen zien, dat het beter is, onder ons be stuur te leven, en zeer verstandig heeft het tegenwoordig bestuur ook die hoofden niet van zich vervreemd, maar geldelijk gesteund, van hun in vloed en macht gebruik gemaakt om de nog niet tot ons toegetreden be volking in Groot-Atjeh langzamer hand daartoe te bewegen of te dwin gen. Hoe het einde van de thans nog in gang zijnde operaties zal wezen, zal de tijd ons spoedig leerenwij voor ons hebben allen grond er het beste van te hopen. Maar laten wij, op wie geene ver antwoordelijkheid drukt, in elk geval trachten het goede te zien waar het niet te miskennen is, en laten wij ons in elk geval wachten, om door eene gemakkelijke betweterij de ge wichtige taak nog te verzwaren en bemoeielijken die het bestuur van dit gewest op de schouders is gelegd. Kotta Radja, Dec. 1893. Een officier. land ter wereld meer bestaat, be schikbaar stellen voor de hofberich ten, die men goedgunstig wil geven, maar die, als er eens wat te zien is en te beschrijven, zich de rangschik king beneden de 2e luitenants der schutterij voor hun redacteuren laten welgevallen. Het laatste hoffeest heeft niet wei nig voordeel aangebracht voor de Haagsche neringdoenden. Modisten, coiffeurs, huurkoetsiers hebben schat ten verdiend. En nu spreek ik nog niet van de hofleveranciers, die de rijk voorziene buffetten hadden te be dienen. Er waren gemonteerde scho tels ware kunstwerken van pastei bakkerskunst en eenige nougat- >ièces van zeldzame grootte en fraai- ïeid, o. a. een geheel Zwitsersch huis met omgeving. Deze prachtige stukken bleven on aangeroerd en naar ik hoor werden daags na het feest naar verschil lende zieken-inrichtingen gezonden (de diaconessen-instelling en het kinder ziekenhuis) voor de herstellende-pa- tienten. Zulk een lieve gedachte van de koningin-regen les kan mij weer geheel verzoenen met de achterstel- ing van de pers. Naar ik verneem, zal er in Februari weer een soirée ten Hove zijn en zullen zich dan ver moedelijk eenige solisten doen hooren. Hot-feesten. Over het jongste feest ten hove schrijft de Haagsche correspondent der N. Gr. Cthet volgende Er wordt nog druk gesproken over het jongste feest ten hove, 't Was er meer geanimeerd dan ooit te voren en indien men onze journalisten niet stelselmatig uitsloot van deze recep ties, waarbij alleen uniformen,worden toegelaten en de vraag wie er steekt bijzaak is, zou het zeker de moeite loonen er eens eene behoor lijke beschrijving van te geven. Thans moet het publiek zich te vreden stellen met de paar regelen, die de pers zieh bij wijze van com muniqué laat welgevallen. Bedrieg ik mij, of is dit werkelijk in strijd met een besluit, vroeger in de vergadering van dèn Ned. journalistenkring ge nomen, om geen melding te maken van festijnen, waarbij men de verte genwoordigers van de pers aan de deur zet? Mocht het zoo zijn, dan zou ik toch wel in overweging wil len geven om 't aangenomen begin sel .stelselmatiger toe te passen. Ik drong daarop vroeger reeds aan en moest toen 't verwijt hooren van te hunkeren naar toelating tot de hof- Van Emmenes en Treub. Zaterdag-avond had te Deventer het lang uitgestelde debat plaats tusschen A. van Emmenes van Arn hem en mr. M. W. F. Treub van Am sterdam. De aanleiding hiertoe was een vorige vergadering, waarin mr. Treub had verklaard liever een vol- maal over sociaal-democratie te willen spreken. De „Bond voor Alg. Kies- en Stem recht", afd. Deventer, had de vergj dering belegd in het koffiehuis van den heer J. van Houten. Het was een kleine z&al die met driehonderd personen meer dan vol wasvelen moesten dan ook worden afgewezen. De groote zalen van den schouwburg en de Buiten-Societeit had men niet kunnen krijgen, Van Emmenes begon het debat. Hij schetste het ontstaan der ellen dige toestanden, de werkloosheid, voortspruitende uit het privaat-bezit en stelde daartegenover de socialis tische maatschappij, verbetering bren gend in al deze euvelen. Mr. Treub was het wel eenigszins eens, waar zijn tegenstander de ellende schilderde, doch was het volstrekt oneens, waar hij de middelen ter ver betering had aangegeven. De sociaal democratische maatschappij zou z. i. alle ellende volstrekt niet opheffen. Met verbetering in de poBitie der ar beiders en aaneensluiting van die ar beiders zou men z. i. verder komen, dan met het aansturen op revolutie. Deze beweringen werden bij re- en dupliek nader uitgesponnen en bewe zen, waarbij vooral Van Emmenes zich mocht verheugen in den bijval van het publiek. erkentelijkheid uwe gift zal ontvan. ;en, als de door u te zenden broo- len in grootte en hoedanigheid gelijk zijn aan die welke wij in de inrich- ting op den Singel verbruiken. „Een brood doen wij u heden toe- komen." De firma heeft naar aanleiding van dit schrijven aan het bestuur het volgende geantwoord „In antwoord op uw schrijven dd. dezer diene, dat wij in dit bijzon dere geval aan uwe eischen zullen voldoen, hoe vreemd het anders ook klinkt om bij eene schenking condi- tiën te stellen. Wij hadden uwe Vereeniging toe bedacht 1000 kilo ongebuild brood, zooals ook de andere instellingen van ons ontvangen hebben; aangezien echter het monster ons door u toe gezonden belangrijk minder in kwa liteit is, noodzaakt u ons van onze gewoonte om slechts prima brood soorten te maken, af te wijken en voor ditmaal eene inferieure kwali teit te leveren, die ongeveer 10 pet, minder waard is. Wij willen echter die uitgewonnen kosten toch voor het goede doel af staan en zullen u daarom in plaats van 1000 kilo van ons brood, 1100 van het door u ons toegezonden monster doen toekomen. Wij veroorloven ons echter ook nu van onze zijde eene conditie te stel len en wel dat onpartijdige arbiters zullen benoemd worden om te con- stateeren, dat het door ons te leve ren brood minstens aan het van u ontvangen monster voldoet. Wij vernemen gaarne hoe de partij door u in ontvangst zal genomen worden." Dat was een onverdiend verwijt want ik geef van al die bekoorlijk heden van het métier gaarne mijn aandeel aan wie er lust in heeft. Wat ik met mijn zijdelingsche klacht be doelde is alleen een bescheiden pro test tegen de houding van onze dag bladen, die zich tegenover een ge ringschatting welke in geen ander Hongertocht. Het schijnt thans zoo goed als zeker te zijn, dat de veelbesproken „honger-optocht" naar Den dezen winter niet zal doorgaan. De brooden-kwestie. Eenigen tijd geleden bood firma te Amsterdam aan het bestuur van de vereeniging „Gratis brood" aldaar 1000 brooden aan. Het bestuur echter stelde zekere voorwaarden voor deze gift. En Don derdag schreef de heer Stieltjes, secre taris van het bestuur, eenen brief aan de firma, waarin hij zegt: „Ik heb het genoegen u mede te deelen, dat de commissie met groote Ongelukken Zaterdagochtend is in de plettenj van Enthoven in Den Haag een werk man achterover in een droogdok gevallen, dat op het terrein achter de fabriek pasklaar wordt gemaakt. Bo vendien kreeg hij nog eene ijzeren plaat op het hoofd. Hij was bijna onmiddellijk dood. Vrijdagavond bij binnenkomst te Venloo van trein 75, is de leerling machinist C. bij het uitkijken van de machine gegleden en overreden. Hij was onmiddellijk dood. Te Hoogkarspel liepen Zaterdag drie jongens over eene sloot. Alle drie, zakten door het ijs twee wisten ziek te redden, maar een derde, een knaap van 13 jaar, was onder het ijs ge schoten en verdronk. Vrijdagmiddag gingen de 15jarige zoon en de 14jarige dochter van S, van der Weide, te Giesendam, met| eene prikslee op weg met een pakje voor hunne zuster, die aan den Graafstroom dient. Niet ver van Wijs- gaarden vond men eenigen tijd daar na de prikslee met het pakje op kei ijs staan. Het vermoeden, dat beider verdronken waren, heeft zich beves-j tigd. Zaterdagochtend zijn de lij ken gevonden en huiswaarts gebracht. Wedstrijden te Davoaplatz Zaterdag zijn te Davos schaatsen- wedstrijden gehouden. Op de baan van 500 Meter waren overwinnaar; de heeren Seijler van Munchen in 51% sec., Ehrhorn van Hamburg in 51% sec. (De heer Rodenhuis, dit zou mededingen, was niet opgekomen, 'j De heer Ehrhorn was ook op de baar van 1500 Meter de eerstkomende iij 2 min. 39%. Zondag was in den beslissing; wedstrijd van 1500 M. de heer Ehi-j Terwijl de zwarte do i.ino de kamer uitging, dacht de prins over het avontuur na. In zijn ij delen trots scheen het hem volstrekt niet vreemd toe, dat een fransche vrouw op het eerste gezicht op hem verliefd was geraakt. Het volgende oogenblik verliet ook hij de kamer en, de trappen afdalende, stapte hij blootshoofds in een rijtuig, waarin de ander reeds had plaats genomen en dat nu dadelijk wegreed. Geen van beiden sprak. De officier trachtte door de ruiten van den fiacre naar buiten te zien, maar de glazen waren zóo beslagen dat daaraan geen denken was. Toen men on geveer een kwartier vrij hard gereden had, zei de Rus„Is het ver?" „Wanneer gij het te ver vindt, moet ik volgens mijn op dracht, u onmiddellijk naar het bal terugbrengen." „Mon ami," zei de prins," gij hebt gelijk." Het prikkelde hem, dat de schrijfster van den geheimzinnigen brief de gunst die zij hem bewees, zelve zoo hoog taxeerde. „Prins," zei de gewaande bediende na eenige minuten, „wij naderen het einddoel. Ik verzoek u, mij nu in alles te willen volgen. Als wij aanstonds uitstappen, gaat het rijtuig weg en moet ik u blinddoeken, daar mijne meesteres niet wil, dat gij ooit zult vernemen waar gij geweest zijt." „Het is wel," zeide prins Olesko en terwijl hij zijn domino vaster om zich heen trok, raakte zijn hand den dolk aan, dien hij altijd bij zich droeg en nu ook in een zak van zijn dolman had medegenomen naar het bal. Hij glimlachte er om: wie neemt nu een wapen mee wanneer hij naar eon bal gaat? Aanvankelijk was het rijtuig over asphalt heengerold, daarna had de prins het voelen schudden over de keien en nu, sinds enkele seconden, scheen het wel alsof men over een kleiweg reed. Althans het paard ging stapvoets en de wielen zakten diep in den grond. De illuminatie had men sinds eenige oogenblikken geheel achter de rughet eenig licht dat de prins zag was het flauwe schijnsel van flikke rende gaslantarens. Op eenmaal stond het rijtuig stil. De begeleider gaf den prins een teeken om uit te stappen. Deze gehoorzaamde en keek daarna instinctmatig om zich heen. Hij was in een donkere laan, met schuttingen aan weerskanten, zwak door enkele ver van elkaar verwijderde gasvlammen verlicht. Onmiddellijk reed de koetsier, die vooraf was betaald, weer weg. De bediende naderde den prins en bond hem een dikken zwarten doek voor de oogen, zoodat hij volstrekt niets kon zien. Op dit oogenblik kwam, alsof het eene ingeving was, weer de vage vrees voor een valstrik bij den prins op. Hij nam den doek van de oogen weg en vroeg „Wie zegt mij, dat ge mij niet bedriegt?" De ander stak den doek dadelijk in den zak. „Wanneer ge nog op uw besluit wilt terugkomen, zal ik dadelijk een rijtuig voor u halen en kunt u naar het bal terugkeeren." Helaas, de vrees om voor een lafaard door te gaan weer hield den prins om van de onderneming af te zien. Hij zeide kortaf. „Bind mij den doek weer voor." Toen dit geschied was, draaide de begeleider den prins] eenige malen rond als om hem de richting waarin hij ginR verborgen te houden en leidde hem daarop een aantal stap pen rechtuit. De prins telde ze en kwam tot de conclusie dat er hon derd zes en waren. Natuurlijkerwijze zette hij, overgelaten aai de willekeur van een vreemdeling, verhinderd om te zien, zijne ooren des te wijder open en luisterde scherp naar alle*] wat hij om zich heen vernam. Op eens hoorde hij een man nenstem die niet aan zijn geleider toebehoorde, iets fluisteren In een ondeelbaar oogenblik kwam zijn wantrouwen met ver dubbelde kracht weer boven, en zich losrukkende trok k, den doek van de oogen weg en stond met den dolk in vuist tegenover Loup Garou en Fifi die hem aangrepen. „Schurken schreeuwde hij, „ik dacht het wel En met meer kracht, dan men bij dezen verwijfden m*t zou hebben vermoed, slingerde hg Fifi van zich af en hielt Loup Garou den blinkenden dolk voor de oogen. De bandiet deinsde achteruit. De anarchist nam geen werkdadig aandeel in den aanval hij stond kalm tegen een boom geleund en keek toe. De prins kreeg dus nu een oogenblik verademing. Hi maakte daarvan gebruik door tegen een dikken boom w gaan staan, zoodat hij althans voor aanvallenjin den rug w# gedekt. Wordt vcrvoldg^)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1894 | | pagina 2