.Rechtszaken.
Politiek Overzicht.
ook lid der hoofdcommissie van on
derwijs in Ned.-Indië, terwijl hij ook
advies uitbracht omtrent de Indische
voorstellen tot verbetering der trak
tementen van de leden van de rech
terlijke macht.
Hedert 1861 was hij ridder in de
orde van den Nederlandschen Leeuw.
De ter-aarde-bestelling van het
stoffelijk overschot van den over
ledene zal plaats hebben te Leiden
op de begraafplaats aan de Groene-
steeg op Zaterdag a. s., des voor
middags te halfelf.
„Steeds Voorwaarts".
Naar aanleiding van de aanschrij
ving van den Raad van administratie
der H. IJ. S. M. aan haar personeel,
in zake het maken van propaganda
voor den Nederlandschen bond voor
spoor- en tramweg-personeel Steeds
Voorwaarts, zal Zondag 18 Februari
in Plancius te Amsterdam eene groote
protestmeeting worden gehouden,
waarin, volgens het strooibiljet, „ver
schillende sprekers het woord zullen
voeren om het recht van den vrijen
burger te verdedigen."
Fin de Siècle.
Eene dame te Amsterdam, die te
gen 1 Februari a.s. eene nieuwe
dienstbode had gehuurd, ontving de
zer dagen het volgende briefje„Me
vrouw, na gewonnen invormazien
moet ik u melden dat ik van de
dienst afziet.
„Mejuvrouw" (Handteekening).
Een ongeluk.
Dezer dagen kregen op den N -Z.
Voorburgwal te Amsterdam twee
broeders, vischkoopers, verschil met
een persoondeze ontving een duw,
gleed van den trottoirband af, en
viel. Hij moest naar het gasthuis
vervoerd worden, waar hij in den
loop van den avond overleed. Zeer
ontsteld over de gevolgen werden de
beide broeders gearresteerd. Zij staan
als oppassende lieden bekend.
Losgebroken leeuwen bij
Carré.
Woensdagavond zijn de vier leeu
wen uit hun kooi bij Carré ontsnapt.
Of ze het aankijken van de danse
serpentine moe waren,of dat ze beboette
hadden aan een beetje buitenlucht,
het valt niet te beslissen. Een feit is
het dat ongeveer halfzeven, anderhalf
uur vóór de voorstelling, de vier ko
ningen of koninginnen door het ge
bouw aan het wandelen waren. Uit
den luchtigea aanhef van dit relaas,
aldus meldt de Tel. zal men al reeds
kunnen opmaken, dat hun uitstapje
geen per.-oonlijke ongelukken heeft
veroorzaakt. Hoe de beesten 1<
komen zijn, weet niemand met zeker-
heid.De meest logische oplossing is,dat
het deurtje van de kooi „aan" stond.
Mag men de legende geiooven, dan
hebben een paar jongens met de
sluiting gespeeld en hebben de leeu
wen getoond, dat zij niet van derge
lijke grappen gediend zijn. Mag men
de legende verder navertellen, dan
kwam de gasfitter, over half zeven
binnen en stak bedaard de lichten op.
Toen hij een eindje gevorderd was,
rustte hij even uit, zooals gasfitters
meer doen, maar nog voor zijn poste-
riores met de zitplaats in aanraking
kwamen, sprong hij alweer met ang
stige snelheid op, want in de voorste
rij stalles zaten de vier leeuwtjes, de
beentjes gekruist, terwijl ze als dandy's
de snorren opstreken. Ze wouen de
voorstelling ook eens zien. 't Was
toch te mal om altijd voor clown te
spelen in dat kleine hok. Onze gas
fitter gunde zich een paar oogenblik-
ken tijds om te klappertanden, maar
toen de leeuwen door al dat geklap
eer omkeken, maakte de man dat
lij wegkwam.
Zoo bleven de leeuwen alleen en
vonden dat het gas van de „Conti
nental" Hauw brandde. Een geeuwde
en een ander geeuwde en toen gingen
ze op inspectie uit. Vóór was 't heele-
maai een gekke boel. De grootste
leeuw sprong op de causeuse, zag in
den spiegel en keek ailerverbluftst
naar zijn facie. Een andere ging een
beetje rollebollen op het tapijt, 't Bleef
vervelend. Daar kwam de melkboer.
Met zijn onvervalschten room wou-ie
naar het buffet gaan. Maar bij het
zien van de beestjes, liep hij nog
harder dan de gasfitter. „Da's nou 'n
melkboer", zei een van de leeuwen
en ze wandelden verder tot bij de
keuken, waar de meid biefsteack
bakte. Hongerig snoven de dieren.
Ze krabden aan de deur. De meid
open, deed de deur weer dicht
met een smak en viel toen in d'r
eentje, bij de biefsteack, die waar
schijnlijk aanbrandde flauw. In-
tusschen hadden de gasfitter en de
melkboer door hu naschreeuwen alarm
gemaakt. De artisten van het circus,
die er gedeeltelijk reeds waren, gin
gen voor een deel op de vlucht over
de daken en een ander deel naar
alle berekening het mannelijkwa
pende zich met messen, stokken,
hooivorken, parapluies, revolvers, be
zems, geweren enz. De heer Schuite
voerder zweefde op de vleugelen der
bereidwilligheid naar de cavalerie-
kazerne. Het oproer-signaal werd ge
blazen en een luitenant, een fourier
en vier manschappen vlogen in storm
pas met geladen karabijnen naar
Carré. Tegelijk buitelde een der clowns
uit het gebouw, holde naar „Artis"
en rende terug, geëscorteerd door den
heer Kasten, inspecteur der roofdie-
en door eenige oppassers, die
hokken en netten meenamen. Ook de
familie Carré was nu gewaarschuwd.
Max was de eerste om met een be
diende aan 't zoeken te gaan. Bene
den was niets meer te vinden. Maar
toen boven, de bediende een lucifer
afstreek, zag hij de leeuwen loopen
en de bediende vond het verstandig
hun voorbeeld te volgen.
Nu begon een formeele drijfjacht.
Aan de koelbloedigheid van den heer
F. A. Nimse, stalmeester van Carré,
heeft de directie veel te danken, want
deze heer sloot onmiddellijk de stal
len af. Waren de leeuwen hier bin
nengeslopen, dan zouden de kostbare
paarden er minder goed zijn afgeko
men, want men beweert, dat de roof
dieren ter wille van de „danse ser
pentine" niet al te best gevoed wa
ren.
De leeuwenjacht duurde vrij lang.
Huzaren, oppassers van „Artis", ar
tisten van Carré, brandweermannen,
alles liep met heldhaftig geschreeuw
door eikander. Maar de leeuwen von
den dat te aanstellerig en bleven ver
dekt opgesteld. Door het geheele cir
cus was een verschrikkelijk geril en
ff. De pachter der koffiekamer
hield zich in het buffet opgesloten
met een groote leverworst in de hand
om de beesten toch maar koest te
houden, als ze bij hem op visite
kwamen. Een glas Löwenbrau stond
ook al klaar.
De buffetjuffrouw van de andere
koffiekamer, verklaarde later dat ze
„van schrik niet gegeten had. 'k
Heb zitten bibberen Die lamzak
ken En terwijl binnen de heroï
sche strijd plaats had, verdrong zich
een nieuwsgierig publiek voor de
deuren. Niemand werd toegelaten.
Ook uw verslaggever niet, ofschoon
deze beweerde voldoende biologische
kracht in de oogen te hebben.
Revenons nos lions! De hond
van den heer Carré ging aan 't snuf
felen, ontdekte een der leeuwen, maar
kreeg een onzachten aai. De temmer
Woensdagmorgen te 11 uur kwam
m 't Gebouw voor Kunsten en We
tenschappen te Utrecht de commis-
;ie in zake het onderzoek van Neer
bosch bijeen, onder voorzitterschap
van mr. De Beaufort. De bijeenkomst
duurde tot ongeveer 5 uur en werd
Woensdagavond voortgezet.
De toezegging, welke naar luid van
sommige bladen gedaan zoude zijn
door den Off. v. Justitie te Arnhem
a^n den heer v. Deth dat de heer
v. 't Lindenhout zou vervolgd wor
den, is volkomen onjuist. Blijkens
persoonlijke mededeeling van den
Off. v. Just, te Arnhem aan den heer
mr. E. J. Korthals te Amsterdam,
moet dit geheel bezijden de waarheid
zijn.
werd er jbij gehaald, maar deze had
er „niets" geen schik inde bees
ten waren niet in „vrijheid" gedres
seerd. Eindelijk kreeg de heer Nimse,
wiens koelbloedigheid we straks reeds
prezen, een inval. De heer Carré riep:
Herr NimseNim.ze!" en de
stalmeester hield het dier een kar
bonade voor. Toen dacht het beest,
waarschijnlijk philosophisch'k
moet d'r toch weer in, 'kzal maar
nemen wat 'k krijgen kanen hij
(of zij) hapte bedaard toe, liet zich
inpakken en in het hokje brengen,
Dat was er eenHoeraMaar nu de
drie andere. Twee waren in de „za
delmakerij" gekropen. Men probeerde
ze in de hokken van „Artis" te lok
ken, maar ze toonden, dat niet alleen
ezels koppig kunnen zijn. Vleesch,
klontjes suiker, niets hielp. Ze grom
den nijdig, bekeken de uniformen der
huzaren en der brandweerlui, maar
verroerden zich niet. 't Was bij negen.
De heer Carré begreep, dat er een be
sluit genomen moest worden, daar
het publiek nog altijd buiten stond.
Hij gaf daarom order de „zadelma
kerij" te barricadeeren hetgeen ge
schiedde.
Wat was er intusschen van het
vierde leeuwtje geworden. Het beest
was naar boven geklommen en pro-
meneerde op en neer voor de kleed
kamers der artisten. Toen het echter
beneden al dat geschreeuw en wapen
gekletter hoorde, werd het, zooals
inenschelijk en „leeuwelij k" is zenuw
achtig. Een leeuw is ook aan natuur
wetten onderworpen en zoo gebeurde
het dit geheele verslag is zuiver
historisch dat de koning der die
ren' even de „artisten-retirade" bin
nenliep. Dat zag een huzaar en mis
bruik makend van den toestand van
het dier, trok hij de deur dicht.
Te kwart over negen begon einde
lijk de voorstelling in het circus en
terwijl de vroolijke muziek klonk,
zaten de „twee" in de zadelmakerij
en de ander op de W. C., bewaakt
door huzaren met geladen karabijnen.
Niet onvermakelijk was de raad,
die een dame aan een brandweerman
gaf„Setzen Sie die Schlange drauf...
vom Wasser sind sie bang
Het stoomschip „Samoa".
Hedennacht kwam te IJmuiden
het grootste schip aan, dat tot dus
ver daar ooit binnenliep.
De Samoa is 19353 MA groot, leng
te 445 Eng. voet en breedte 52 Eng.
voet. Is de kolossus geheel geladen,
dan is de diepgang 26 voet.
Omdat het aanmerkelijk langer is
dan de groote Noordzeesluis, moest
het schip met gelijk water geschut
worden. Hedenochtend zou de Samoa
welke van Bombay komt naar Am
sterdam opvaren, waar het kolossale
gevaarte zeker veel bekijks zal heb
ben.
Muur ingestort.
Dinsdagnamiddag stortte in ;het
slop van Willem Klein te 's-Graven-
waar men bezig is eenige oude
krotten op te ruimen voor de uit
breiding van de school aan het Kor-
tenbosch, een muur in. Twee knapen
die er juist voorbijliepen, werden
door de vallende steenen getroffen.
Een hunner werden beide beenen
gebroken, terwijl de ander zwaar aan
het hoofd verminkt van onder het
puin werd weggehaald. De eerste
werd naar het gem. ziekenhuis en de
tweede naar het R. K. ziekenhuis
overgebracht.
Neerbosch.
Aan de weesinrichting te Neerbosch
is door wijlen freule Sandberg, over
leden te Zwolle, gelegateerd de som
van 1000, vrij van successierechten.
Ook ontving de inrichting de afge-
loopen week eene anonieme gift van
ƒ500 uit Zalt-Bommel.
welk vonnis de off. van justitie ap.
pèlleerde.
Voor het gerechtshof te Leeuwar
den verklaarde de brugwachter, dat
J. de B. met staande zeil kwam aan.
varen en geen licht op had; terwijl
de schipper begeerde, bij de strijk-
paal reeds het zeil te hebben neer-
gelaten.
Na verder getuigenverhoor achtte
de adv.-gen., jhr. mr. F. v. Panhuijs
de schuld van beklaagde bewezen en
vorderde zijne veroordeeling tot 1
maand gevangenisstraf.
Uitspraak Zaterdag a.s.
Brandstichting.
Te Groningen is naar de gevange
nis overgebracht de chef eener elec-
tro-technische werkplaats, die door
middel van electrische toestellen zijn
magazijn getracht heeft in de asch
te leggen. De brand werd intijds
ontdekt. Uit een deskundig ondezoek
is de brandstichting gebleken. De
man heeft reeds bekend.
Den 30 Oct. 11. hebben een zoon en
schoonzoon van den landbouwer L,
de Vries door notaris Van Kleffens, te
Veen wouden, in de herberg van R.
de Vries onder Kollum, loste stuk
ken land laten verhuren. Eenige ar
beiders hadden echter een complot
gemaakt om slechts laag te bieden,
doch toen de verhuurders het land
zoo laag niet wilden verhuren, ont
stond er een algemeen tumult. De
vader van de verhuurders, L. de
Vries, was even naar buiten gegaan
en werd toen door iemand hij
zou zeggen door J. D. M., 39 jaren,
koopman en voerman te Oudwoude,
maar het was duister zoodat hij wei
nig .zien kon aangegrepen en in
de herberg gesleurd, .net een hard
voorwerp op het hoofd geslagen en
door een massa menschen als in een
kluwen door elkaar omsingeld en
;lagen; hij kreeg een gat in het
hoofd en aan het voorhoofd, en werd
in zijn arm gebeten.
J. D. M. hiervoor voor de recht
bank te Leeuwarden terechtstaande,
bekende L. de Vries beetgepakt en
in huis getrokken te hebbenmaar
ontkende hem te hebben geslagen.
De subst. off. van justitie, mr. H.
Th. Westenberg, wien jhet spijt dat
alleen deze beklaagde terechtstaat
stelt in het licht welk schandelijk
tooneel er dien avond is afgespeeld
en requireert dat bekl. tot 6 maanden
gevangenisstraf zal veroordeeld wor
den.
Uitspraak Zaterdag a. s.
Den 22sten September 1893 was het
des avonds stormachtig en buiïg weer,
een krachtige wind en een donkere
lucht. De schipper J. de B., van Wei-
ward, gem. Delfzijl, was met zijn
broer met hun schip op het Eems-
kanaal, en de brug no. 4 naderende,
begon hij van verre reeds den brug
wachter te roepen. Door het weer
hoorde deze dat niet, maar door een
ander gewaarschuwd, spoedde hij zich
om de brug af te draaien. Nauwe
lijks daarmee bezig, vloog het schip
tegen de brug; de ijzeren draaier,
waarmede hij de brug omdraaide,
sloeg snel in het rond en de stang
trof den arm van den brugwachter
waardoor de arm brak.
Hiervoor heeft J. de B. voor de
rechtbank te Groningen terechtge
staan, maar werd vrijgesproken, van
Bij de spreking van de aanstaande
verzoening tussschen keizer Wilhelm
en Bismarck, wordt overal met uit
zondering van weinige, meest radi
cale bladen, vreugde over dit feit aan
den dag gelegd.
Het nieuwe Servische kabinet met
Simitch als minister-president, is sa
mengesteld. Woensdag zou het in de
Skouptchina verschijnen, waarna de
zitting zou worden gesloten.
De „Politische Correspondenz" te
Weenen bericht dat de nieuwe minis
ter-president van Servië Simitch ia
de Skouptchina verklaren zou dat de
regeering de constitutie en de andere
wetten zal eerbiedigen en verzoenend
en welwillend jegens de drie staat
kundige groepen zal zijn. Zij zal
trachten door hare houding jegens
de mogendheden den binnen- en bui-
tenlanclschen vrede te verzokeren. Zij
rekent er op dat zij het vertrouwen
van de vertegenwoordigers en het
volk zal winnen. Zij heeft de sluiting
der zitting den Koning voorgesteld,
om zich op de hoogte te stellen van
de vereischte wets-ontwerpen.
Volgens eene andere mededeeling
zou de regeering in haar programma
te kennen geven, dat zij de consti
tutie eerbiedigen, den oeconomischen
toestand handhaven en de financieels
verbintenissen van den staat nako
men zal.
Garaschanine en het liberale comité
hebben het programma der radicaler
volledig goedgekeurd en nemen voor
het overige eene gereserveerde hou
ding aan.
De minister-president Simitch,
maakt eene circulaire aan Servië'*
diplomatieke agenten in het buiten-1
land gereed, waarin hij te kennen zal
geven dat Servië vriendschappelijke
betrekkingen met alle staten wenscht
te onderhouden, zich gedragen zal als,
een goede nabuur en in loyale relatie
met Oostenrijk wil blijven.
De diplomatieke vertegenwoordigers
van Spanje in het buitenland hebben
bericht ontvangen, dat de spaansche
regeering door maarschalk Martinez
Campos van Marokko eene oorlogs
vergoeding van 30 millioen pesetas
heeft geeischt. Deze betaling wil zij
gewaarborgd zien door tijdelijken al-
stand van de marokkaansche tolkan
toren tusschen Ceuta en de Moluya-
rivier, waar spaansche kommiezen
met eene gewapende macht de in
voerrechten zouden innen totdat de
oorlogskosten zijn afbetaald.
De Indépendance beige maakt onder
voorbehoud een bericht bekend, vol
gens hetwelk ook baron Dhanisgedood
is in den slag;bij Kassongo, die moord
dadiger is geweest dan eerst gedacht
werd. De troepen van den Kongo-
staat werden bestookt èn door het vuur
van het Arabische opperhoofd Ru-
maliza èn van achter door het vuur
van Lutété, die verraad geplei
heeft. Lutété is door de troepen van
de achterhoede, die hem p heeter-
daad betrapt hebben, gedood.
De berichten over den opstand in
Brazilië zijn over het algemeen zoo
tegenstrijdig, dat zij zelfs geen flauw
dat van oogenblik tot oogenblik voor al de passagiers den
dood wezen kon. Toen dan ook in een wissel de coupé
een harden ruk kreeg, kon Fifi zich niet weerhouden en uitte
hij een kreet van angst.
„Dat was een schok, hé?" zei de anarchist koeltjes. „Nog
éen zoo en we hebben veel kans om de lucht in te vliegen.
Gelukkig voor je gaat de trein nogal snel. Als het een lokaal-
trein was, zou ik niet durven zeggen dat we het verder dan
een paar stations zouden brengen, maar de snelheid van
dezen trein vermindert de schokken. Dat is een natuurkun
dig feit. Ik zal je eens vertellen, hoe dat komt
Hij begon hier een lange explicatie waarvan Fifi niets be
greep, omdat het hem niet mogelijk was er naar te luiste
ren. Hij tuurde maar voortdurend naar het zoo onschuldig
uitziend blikken keteltje, dat ieder oogenblik dood en ver
derf kon aanbrengen aan honderden. Op een oogenblik was
het hem, of het keteltje op de bank bewoog. Hij keek nauw
lettend toe en zag dat het voorwerp inderdaad langzaam van
de bank schoof door het Bchudden van den trein.
„Pas op, het valt er af!" gilde hij in doodsangst.
Juist op het oogenblik dat het keteltje op den grond zou
gevallen zijn, hield de anarchist het met zijn hand tegen en
zette het weer tegen den wand. „Dat scheelde maar een haar,
beste jongen. Let er maar goed op, want ik mocht het eens
vergeten. Je moogt het dan gerust zelf op zijn plaats zetten
als je wilt. Ik ga intusschen een klein dutje doen, ik heb
den geheelen nacht gewerkt en ben erg vermoeid."
Met deze woorden ging hij lui in den hoek liggen met de
voeten op de andere bank en sloot de oogen. Fifi zag dit
met vreugde, want er was een denkbeeld bij hem opgeko
men dat hij nu zou kunnen volvoeren. Hij wachtte een tijd
lang totdat de anarchist stil lag en zeer gelijkmatig adem
haalde. Toen stond hij langzaam van de bank op, deed
zachtjes een stap naar voren en strekte zijn hand reeds uit
naar het handvat van de noodrem aan de zoldering, toen
hij opeens met schrik zag, dat de anarchist hem met wijd
geopende oogen spottend aankeek.
Fifi trok zijn hand terug.
„Ei, ei," zei de anarchist, „we beginnen heusch wat over
leg te krijgen. Aan de noodrem trekken, he? den trein stil
staan en Fifitje met de diamantjes van prins Olesko het op
een loopen gezet Heel aardig bedacht, maar ik ben nu een
maal op je gezelschap gesteld en niet van plan je van het
mijne te ontslaan voor we te Parijs zijn."
„Hou je dus kalm, want ik geef je de verzekeringzoodra
je één poging doet om te ontkomen, werp ik Je mijn keteltje
achterna."
lifl viel in den hoek terug en zei geen woord. De flikke
rende oogen van den anarchist gaven reden om te vermoeden,
dat hij woord zou houden. Deze rekte zich eens genoeglijk
uit, sloot weer de oogen en viel nu werkelijk in slaap,
want spoedig hoorde Fifi hem op een natuurlijke manier
snorken.
Het was voor den jongen booswicht een verschrikkelijke
toestand. Overgelaten aan zijn eigen gedachten had hij niets
anders te doen, dan te turen naar de helsche machine op
de bank. Het koude zweet brak hem aan alle kanten uit. Op
het laatst scheen het, alsof het keteltje een soort van glim
mend dier was, met een paar oogen die hatelijk grijnsden
en een grooten mond die zich akelig vertrok. Bij dit nare
visioen kwam nog de angst dat het ding opnieuw in bewe
ging komen en van de bank schuiven zou, want daar de
anarchist nu sliep, moest hij dan wel tegen wil en dank het
vreeselijke voorwerp tegenhouden. Herhaaldelijk ging hij
met knikkende knieën erheen, meenende dat het keteltje
bewoog, maar telkens bleek dat het gezichtsbedrog was en
keerde Fifi met een gezicht van verlichting naar zijn hoekje
terug.
O, hoe gaarna zou hij al de diamanten die hij bij zich
had hebben gegeven, om maar weg te komen uit deze ver
schrikkelijke coupé. Maar er was geen middel tot ontvluch
ting, hij moest wel blijven waar hij was en ten einde toe
de vreeselijke kwellingen, die hij nu ondervond, blijven ver
duren.
Wordt joervolgd.)