Voor oozo Vei®.
lil den Burgeroorlog in Amerita.
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
lie Jaargang:
WoensJag 6 Juni 1894.
No. 335Ö.
ABONNEMENTSPRIJS:
A DVERTENTIEN:
STADSNIEUWS.
De valsche Bankbiljetten.
FEUILLETON
HAARLEM'S DAGBLAD
Voor Haarlem per 3 maandenf 1,20.
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden l,Gö.
Afzonderlijke nummers0,05.
Geïllustreerd Zondagsblad, per 3 maanden 0,30.
franco per post 0,37 V
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureau: Kleine Houtstraat 1-4=, Haarlem. Telefoonnummer 122.
vnu 15 regels 50 Cents; iedero regel meer 10 Cents.
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cents per regel.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door
onie agenten en door alle boekhandelaren en courantiera,
Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangére G. L. DAUBE dr Co., JOHN F. JONES, Suce., Parij$ 31bis Faubourg Montmartr».
In de étalage voor de 'vensters van
het Bureau van dit Blad zijn de na
volgende afbeeldingen gelegd:
Hondengevecht in het noorden van
Frankrijk.
De uitdrukking van hetmenschelijk
;elaat: Verbazing Toorn.
De Kerk van het Heilige Hart
(Sacié Coeur) te Parijs in 8 afbeel
dingen.
Turpin, uitvinder van het meliniet.
De Horlepijp, gedanst door Schot-
Bche soldaten.
De Goeverneur van Jeruzalem.
Herdenking van de overwinning
der Russen op de Zweden, 14 Mei
1703.
De drie zoons van Keizer Wilhelm II.
Het dansen op wagens te Tokio in
Japan.
Revue over het japansche leger door
den Mikado.
Schipbreukelingen in de Noordzee.
Militaire Wielrijders in Britschlndië.
Prins Bismarck thuis.
Begrafenis van de groothertogin
Catharine Michaelovna van Rusland.
Politieke PlateD.
Uit „Eigen Haard."
De schilder H. W. Jansen en zijn
werk (Uit Elseviers Geïllustreerd
Maandschrift).
Haarlem5 Juni '94
Ter terechtzitting der Arrondisse-
ments Rechtbank alhier, van 5 Juni
1894, is de heer mr. F. A. Bijvoet
beëedigd als advocaat en procureur bij
deze rechtbank.
Op een Zondag te Rotterdam ge
houden korps-kegel wed strijd werd de
4e prijs, een zilveren medaille, ge
wonnen door de haarlem sche kegelclub
„Hard gaat ie".
Nijverheid.
i Maandagavond vergaderde het de
partement Haarlem van de Nederl.
Maats, ter bev. van Nijverheid, hoofd
zakelijk ter bespreking van de punten
van beschrijving voor de algemeene
vergadering op 10 en 11 Juli e. k.
De uitgevers van het orgaan der
Mpij. de Nijverheid vragen met het
oog op verzendkosten J 500 meer, of
willen bij 14 daagsche uitgave de
tegenwoordige kosten met 75 ver
minderen. Het departement was tegen
bet laatste, maar voor het denkbeeld
van Directeuren, om de bezorging
aan de leden, voortaan te doen ge
schieden door tusschenkomst derde-
partements-secretarissen
Aan de afgevaardigden zal worden
overgelaten hoe zij willen stemmen
inzake een voorstel van Directeuren
om (behoudens enkele wijzigingen)
aan de Tweede Kamer te verzoeken
de ontwerpen van wet betreffende de
veiligheid in fabrieken en werkplaat
sen en betreffende het toezicht op
het gebruik van stoomtoestellen aan
te nemen.
Het departement vereenigde zich
met een voorstel om een congres te
houden over de vakopleiding van
aanstaande Ambachtslieden. De heer
J. H. Krelage gaf daarbij in overwe
ging, dat, ter meerdere vruchtbaar
heid van het debat, de inleider zijn
rede vooraf zal inzenden en deze ge
drukt aan de deelnemers aan het
Congres zal worden gezonden.
Een voorstel van Amsterdam, om
ter plaatse te doen onderzoeken op
welke wijze de Leipziger organisatie
tot het verminderen van den rook van
tabrieksschoorsteenen werkt, en daar
voor 250 te verleenen, ontmoette de
opmerking van het Dep., dat men
wellicht een goedkooperen weg vol
gen kan.
De ontwerp-begrooting met een
post voor buitengewone en onvoorzie
ne uitgaven van ƒ588.73, werd goed
gekeurd. Dat genoemde post zoo hoog
is, komt daar vandaan, dat er onder
begrepen is een som van 500 welke
de Commissie, benoemd om patroons
en werklieden in de gelegenheid te
stellen proeven van bekwaamheid af
te leggen, opnieuw om ƒ500 subsidie
heeft gevraagd. Het Dep. was even
wel van oordeel, dat men het toege
zegde verslag dier Commissie eerst
eens afwachten en onderzoeken moet,
hoe de Vereen. Arti et Industriae
de Commissie subsidieert.
Tof afgevaardigden ter algemeene
vergadering, worden gekozen de hee-
ren Mrs. Joh. Enschedé en Z. W.
Straatman, tot plaatsvervangers de
heeren J. H. Krelage en Johs. Merens.
No. 4. S. I. Frank 1 uur 25 min. 2 sec.
Proces-verbaal.
Door de politie alhier is proces
verbaal opgemaakt tegen een bier
huishoudster, woonachtig in de Zui
derstraat ter zake het verkoopen van
sterken drank in het klein zonder
de daartoe vereischte vergunning, en
tegen een tapster, wonende Burgwal
hoek Hagestraat, wegens hetverkoo-
pen van sterken drank aan een kind
van 9 jaren.
De timmerman, die de vorige week
door een spoortrein, Waaronder hij
zich had willen werpenaan den
Jansweg is aangereden en daarvoor
in het St Elisabeths Gasthuis alhier
werd verpleegd, is daaruit als hersteld
ontslagen.
Postduiven-wedvlucht.
Zondag 9 Juni hield de postdui
venvereniging „Wilhelmina-Vlucht"
hare jongste wedvlucht van Antwer
pen. De duiven werden door de goede
zorgen van den stationschef te acht
uur opgelaten. Afstand 125 K.M.
De duiven werden als volgt getoond.
No. 1. L. v. Zonneveld, 10 uur 1
m, 50 s. prijs, kunstvoorwerp No. 2.
L. Jalink, 10 uur 44 min. 53 sec.,
zilveren medaille. No. 3. W. v. d.
Laan, 11 nur 10 min. 40 sec. 5.
Maandag werd de terechtzitting
voortgezet met de pleidooien van de
verdedigers der beklaaguen Sinnige,
Arnzt, Rempt, Keese en Löschke.
Mr. Taytelbaum, voor bekl. Sin
nige optredende, concludeerde tot
vrijspraak op grond dat het be
klaagde niet bekend was, dat de val
sche bankbiljetten, door hem van
Krausse ontvangen, valsch waren. De
getuigen hadden niets bewezen wat
Sinnige betrof, en waren bovendien
niet zeer betrouwbaar. Ook kon niet
te veel waarde worden gehecht aan
de verklaringen door Sinnige voor
den rechter van instructie afgelegd,
wij 1 hij neurasthenicus in hooge mate is.
Mr. L. M. Fredanus van Gelder,
concludeerde tot vrijspraak voor bekl.
Arnzt, subsidiair tot clementie der
rechtbank. De verklaringen der ge
tuigen waren niet bewezen, terwijl de
„nuda professio in jure" door geen
enkele aanwijzing was bevestigd.
Mr. C. J. M. de Wilde bepleitte
voor Rempt eene lichtere straf met
het oog op diens bekentenis en jeugd;
mr. Post concludeerde vrijspraak voor
Keese, op grond dat diens schuld niet
was bewezen.
Mr. Westendorp, voor bekl. Löschke
optredende, richtte nogmaals tot de
Rechtbank het verzoek dezen beklaag
de wegens zijn gezondheidstoestand
onmiddellijk in vrijheid te stellen, en
pleitte met volkomen overtuiging zijn
vrijspraak.
Hierna houdt mr. Regout als Op.
Min. repliek. Gegriefd is Z.E.A. door
de houding en den toon van den
verdediger van den 5den beklaagde
mr. Th. Heemskerkhij zal dan ook
diens toon niet volgen, al is hij ver
plicht ook hem te beantwoorden.
De geschiedenis van de behandeling
der „valschheid in geschriften" inde
Tweede Kamer, toont volgens mr. Re
gout aan, dat 't namaken van Neder-
landsche bankbiljetten gelijk wij
die tegenwoordig hebben, waarop geen
handteekening in den gewonen zin
voorkomt wel degelijk strafbaar
is. Wat betreft de bewering, dat de
uitgifte van biljetten met den naam
„Pierson", op het oogenblik dat deze
geen directeur meer was, niet straf
baar zou zijn, ook dit bestrijdt Z.E.A.
Uitvoering repliceert het Op. Min. op
hetgeen de verdediger van Suzanna
Toebaerts heeft aangevoerd.
Wij hebben gekregen zegt Z. E.
A. een bevestiging van hare be
kentenis en om tot het bewijs te ko
men, is slechts zeer weinig noodig
als bevestiging van de bekentenis.
Hij haalt o. m. verschillende uit
spraken van mr De Bosch Kemper
aan. Andere bewijsmiddelen dan de
bekentenis behoeven niet aanwezig
te zijnaanwijzingen kunnen vol
doende zijn om het bewijs van schuld
te completeeren dit is zoo algemeen
bekend, dat Z. E. A. niet had ge
meend, hierop zoo nadrukkelijk te
behoeven te wijzen.
Wat Thumm betreft, ook ten zijnen
opzichte houdt het O. M. vol, dat zij
ne bekentenis aliunde wordt beves
tigd. En wat aangaat de bekente
nissen, voor den rechter-commissaris
afgelegd en waarvan door dezen pro
ces-verbaal is opgemaakt, alamen
op deze verbalen niet kan afgaan,
kan men zegt Z. E. A. de reoh
ters-commissarissen wel afschaffen.
Om over te gaan tot den vierden
beklaagde Van Liemt deze heeft
een zeer gunstigen indruk gemaakt:
hij heeft volledig bekend; maar de
door hem gepleegde feiten zijn daar
tegenover zeer ernstig. Dat hij zoo
naïef zou zijn geweest om aan te ne
men, dat de valsche biljetten nie
mand nadeel zouden berokkenen, dit
kan het O. M. niet aannemen. Ten
aanzien van dezen bekl. refereert Z.
E. A. zich aan het oordeel der recht
bank.
De accepten van van Liemt en Frey
zijn weliswaar niet gevonden, maar
hieruit mag men niet afleiden dat zij er
niet zijn. Ze hebben bekend die accep
ten niet geschreven,maar wel ondertee
kend te hebben. Wat betreft de ver
dediging van bekl. Frey neemt spre
ker de uitdaging aan van mr. Heems
kerk; hij geeft toe, dat tegen Frey
geen bewijs zou bestaan, als hij niet
had bekend. Maar hij heeft bekend
en hierdoor, in verband met de aan
wijzingen, tegen hem bestaande, is het
bewijs tegen hem volledig geleverd.
Spr. geeft ook toe, dat Frey een fat
soenlijk man en niet onbemiddeld
was.
Z.E.A. eindigt met zich te ver
ontschuldigen over de uitvoerigheid
van zijne repliek. Maar daar hem
door de verdediging de kortheid van
zijn requisitoir was verweten, was hij
hiertoe wel verplicht. Hij wijst er
nogmaals op, hoe groot de gevolgen
zouden zijn geweest, indien eens de
toeleg van Krausse c. s. was gelukt.
Spr. is verweten, dat hij bijzonder
zware straffen heeft geëischt, maar
de straffen, vóór eenige jaren wegens
valsche munt door deze rechtbank
aan verschillende beklaagden opge
legd, waren betrekkelijk veel zwaar
der. Z.E.A. persisteert bij zijn requi
sitoir.
Hierna kwamen de verdedigers nog
maals aan het woord.
In een der uitstalkasten van de
firma Wed. J. A. van Zijl in de Korte
Veerstraat is een eikenhouten beeld
geëxposeerd, dat veler aandacht trekt.
Het stelt voor den H. Antonius met
het kindeke Jezus en is zeer fraai ge
beeldhouwd door onzen stadgenoot
den heer J. P. Maas.
Beter dan schriftelijke betoogen be
wijst dit beeld, dat de houtsnij
kunst in ons vaderland nog met
groot succes beoefend wordt en voor
al dat de heer Maas het in zijn moei
lijk vak tot een aanzienlijke hoogte
heeft gebracht.
Naar wij vernemen is het beeld
bestemd voor de R. K. kerk op het
Te Hillegom is in den ouderdom
van 67 jaar overleden de heer H.
Nieuwenhuis, sedert 34 jaar secreta
ris dier gemeentede overledene ge
noot de algemeene achting en was de
vraagbaak en raadsman voor velen.
Door de politie te Sloten is proces
verbaal opgemaakt tegen een meisje
aldaar, wegens diefstal van ƒ25 door
middel van binnenbraak.
Het uitgeven van een muntbiljet
ad ƒ10, bracht de politie op het
spoor.
Beroepen bij de Ned. Herv. Ge
meente te Zandvoort (toezegging) ds.
H. J. de Zwart te Ouderkerk a. d.
Amstel.
Maandag arriveerde te Zandvoort de
eerste ploeg Haarlemsche kinderen
het z. g. „Kinderhuisje" aan den
Hoogeweg.
Naar het engelsch
van HARRY ROCKWOOD.
27)
HOOFDSTUK XXIII.
Nog eens Harry Wallace
„Dan zal ik het n zeggen. Oscar West smeekte mij, u niet
e verraden waarom weet ik niet. Hij is een zonderlinge
knaap en schijnt een volbloed Geconfedereerde te zijn, maar
zou zijn leven voor u opofferen."
Dus alweer Oscar West. Leighton zag de bleeke, interes
sante trekken van den jongeling weer voor zich en vroeg
zich voor de honderste maal af, wat den jongen man toch
mocht bewegen hem steeds zoo te beschermen. Hij begreep
echter dat Wallace hem daarvan niets meer zou kunnen zeg-
;en en veranderde daarom van onderwerp.
„Ik moet nu dadelijk heengaan, mijn vriend," zei hij, „en
or is niets van te zeggen of wij elkander weer zullen ont
boeten en zoo ja wanneer en waar."
Wallace sloot een poos de oogen en keek daarna den
Unionist openhartig aan.
„Als wij elkaar weer ontmoeten," zeide hij zacht en vast
beraden, „dan zal het niet zijn als vijanden. Wanneer ik van
mijn wond herstel, dan zal ik geen slag meer toebrengen in
dezen treurigen oorlog, dan alleen in dienst van de Unie. Ik
heb ingezien dat uwe zaak beter is, dan die ik heb verde
digd. Van nu af aan, Leighton, ben ik Unionist."
Leighton reikte hem verheugd de hand, die hij warm
drukte en verliet daarop met een vriendelijken groet en zijne
beste wenschen den braven jongen man.
HOOFDSTUK XXIV.
In de strik.
Nu Harry Wallace bezweken was voor den aandrang, dien
zijn hart zoolang op hem uitgeoefend had, aarzelde Leighton
niet om hem te ondervragen naar de sterkte en den toestand
van de troepen der Geconfedereerden en daar de jonge man
ronduit de verlangde inlichtingen gaf, was het hoofddoel
van Leightons zending in deze streken bereikt.
Dien nacht kampeerde hij met zijne manschappen in de
nabijheid van de Edgeworth-plantage. De Geconfedereerden
hen houdende voor een voorpostenketen der Unionisten en
meenende, dat een groot leger der Unie hen op de hielen
volgde, vielen het troepje niet aan, maar verschansten en
versterkten hunne legerplaats om gereed te zijn voor den
grooten aanval, dien zij verwachtten. Hierdoor kwam het,
dat vijftig man de voorposten van een leger van 3000 onge
straft konden terugdrijven.
Vroeg in den morgen van den volgenden dag, toen Leigh
tons manschappen zich gereed maakten om op te breken,
gebeurde er iets dat hunne plannen scheen te zullen veran
deren. In groote ontsteltenis kwam een neger het kamp
binnensnellen. Hij was zestien jaar oud, naar schatting en
zwart als ebbenhout, terwijl blijkbaar hevige angst hem had
aangegrepen, want zijne tanden klapperden en zijne leden
beefden.
„God behoede ons," zei hij maar telkens, terwijl zijne oogen
zich van den een op den ander richtten.
„Wat scheelt je?" vroeg Leighton, terwijl hij den neger
bij de schouders greep en hem eens flink schudde.
„Ik ben weggeloopen en alle anderen ook, massa. God be
hoede onsriep de neger met gebaren die hoewel ze eenigs-
zins belachelijk waren, groote angst uitdrukten.
De manschappen maakten een kring om den verschrikten
zwarte, begeerig om de oorzaak van zijn angst te vernemen,
doch het duurde geruimen tijd eer men een duidelijk en
samenhangend antwoord krijgen kon.
„Er komt een groot gevecht, massariep hij eindelijk uit.
„Een gevecht en waar?" vroeg Leighton ongeloovig.
„Hier, denk ik. Er komen tweeduizend soldaten, die alles
voor zich uitdrijven. Mijn massa is gevlucht en de negers
ook en de heele plantage is verlaten."
Aldus ratelde de zwarte eenigen tijd voort, alsof hij in éen
adem al het nieuws dat hij had, wou uiten.