BE JACHT OP EENEERFENIS.
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
lie Jaargang: Zaterdag 7 Juli 1894. No. 3377
ABONNEMENTSPRIJS:
ADVERTENTIËN:
NABETRACHTING
Gemeenteraad.
STADSNIEUWS.
FEUILLETON.
DAGBLAD
Voor Haarlem per 3 maandenf 1,20.
Franco door het geheele Eijk, per 3 maanden 1,65.
Afzonderlijke nummers0,05.
Geïllustreerd Zondagsblad, per 3 maanden 0,30.
franco per post 0,37J.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureau: Kleine Houtstraat 14;, Haarlem. Telefoonnnnimer 122.
van 15 regela 50 Cents; iedere regel meer 10 Cents.
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cents per regel.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door
onze agenten en door alle boekhandelaren en courantien.
Directeur-Uitgever J. C. FEEREBOOM.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE dk CoJOHN F. JONESSuccParijs 31 bis Faubourg Montmartre:
'et Bijvoegsel van het blad dat
ltérdagavond verschijntzal bevatten
Wiel leven van een hoogen Hoed.
Wr lemmer Halletjes CC VIL Bin-
H e.n Buitenlandsche berichten.
EU Advertentien enz.
uit den
LXIII.
Dal de Raad dezen Woensdag het
iek van de adressanten om de
nrstellen in behandeling te ne-
heeft geweigerd, zal de meesten
|r ingezetenen niet hebben ver-
"erd. Na het besluit van het
e jaar waren er inderdaad geen
iwe gezichtspunten voorgekomen
|door adressanten ook niet ont-
:eld.
Uit den aard van de zaak was de
isdussie eenigszins verward. De Raad
ad alleen te beslissen of de voor
ellen der Imperial ditmaal al dan
et weer aan de orde zouden komen
it in aanmerking nemende, had
t genomen het debat enkel en
:n kunnen loopen over de motie
de vier Raadsleden. Al spoedig
:te de gedachtehwisseling even-
op zijpaden, vooral toen de heer
uk Willink mededeelingen deed
het nieuwe gas dat in Amerika
[ruikt wordt en de heer Figée ver
van de windmolens, waarmee
Maatschappij van Nijverheid elec-
|ch licht wjI gaan maken.
verzoeking om aldus op zij
;en te gaan wandelen, was dan
groot en ik dacht op een oogen
ic dat wij de principieele quaestie
ih nog zouden gaan bespreken. Het
s toen de heer Prins, op het ver-
jt dat hij geeue motieven gaf, aan-
)d om te bewijzen met de cijfers
t een gemeentelijke gasfabriek op
oogenblik niet meer rendeeren
Niet onvermakelijk was het, dat
heer Tjeenk Willink tot staving
a zijn gevoelen, eveneens op die
iers wees.
Iet zal de aandacht hebben ge
kken, dat de wethouders zich niet
het debat hebben gemengd. Ter-
1 ten vorigen jare juist dezewaar-
'heidsbekleeders de toenmalige mo-
waarbij de zaak van de baan
erd geschoven, eenparig bestreden,
eft ditmaal noch de heer Waller,
ch de heer de Haan, noch de heer
Kanter een woord over de zaak
het midden gebracht. Wellicht be-
epen zij, dat de Raad de motie
ch aannemen zou.
Wie het Raadsverslag met aandacht
left gelezen, zal eene zeer leer
zame uitdrukking hebben opgemerkt
uit den mond van den heer Bijvoet.
Ik bedoel dezen volzin, uitgesproken
nadat de heer Krol verklaard had,
bespreking van de zaak te willen.
„Gaat men hier," aldus zeide de
heer Bijvoet, „eene discussie openen
„over een zaak die volgens de meeste
„leden van den Raad tot geen resul
taat zal leiden, wat geeft dat?"
Mij dunkt, dat hieruit niets anders
kan gelezen worden dan dat de meeste
leden van den Raad niet geneigd zijn
de concessie van de „Imperial" te ver
lengen, althans op dit oogenblik niet.
En ik wijs er op, dat niemand den heer
Bijvoet het recht ontzegd heeft aldus
de meening van de meerderheid
over de hoofdzaak nit te spreken.
Waarom kon de heer Bijvoet dat
zoo boud verklaren? Waarom anders
dan omdat de leden van den Raad
de gasquaestie onder elkander al
hebben behandeld? Des Maandags
middags in de voorvergadering op het
Stadhuis wordt er dikwijls meer ge
zegd, dan in de publieke Raadsverga
dering; er worden wederzijds inlich
tingen gevraagd en gegeven en wie
wat te zeggen heeft, spreekt vrijuit
zonder dat er een Secretaris is die er
notulen van houdt, of een verslagge
ver, die er een verslag van maakt. Het
is daar dat de belangrijke zaken wor
den behandeld en voor het meeren
deel, ook afgedaan."
„Het gevolg zou zijn," aldus de
heer Bijvoet, „dat wij hier eene
discussie zouden voeren over een zaak,
die toch geen beslissing zal krijgen."
Het is duidelijk, dat de heer Bij
voet, die als geroutineerd Raadslid
zich waarlijk niet licht zal verspreken,
demeeningen zijner collega' wel kende.
Laat men daarom zijn boosheid over
het aannemen van de motie beteu
gelen. „Liebst Vaterland kannst ruhig
seinDe gasquaestie is door den
Raad behandeld! Niet in het open
baar, dat is zeker, maar meent men
dan, dat de Raad dat ooit zou heb
ben gedaan? Dat hij in het openbaar
een discussie zou hebben gehouden
over een zoo teere zaak als de gas
quaestie, waarbij niet de Raad maar
de aanbiedende Maatschappij door
hare kennis van het vak, de sterkste
partij is?
Men kan veilig gelooven, dat als
de Raad besloten had de aanbiedingen
der„Imperial"te behanpelen,dat hij ge
daan zou hebben in geheime zitting.
Nu heeft hij het blijkbaar gedaan in
de voorvergadering. Waar ligt het
verschil? Ik zie het niet.
Met genoegen hebben wij bemerkt,
dat de heer 't Hooft weer hersteld is.
Dit Raadslid schiep weer een loffe
lijk behagen in het zeggen van een
aardigheid. Aan het einde van de
discussie opperde met een zeer ern
stig gezicht de heer 't Hooft de vraag
of de Imperial na alles wat ze van
den Raad had gehoord over nieuw
gas en electriciteit, niet zeggen zou
ik durf het nu niet meer aan!"
De Raad schaterde het uit, de on
derstelling is er dan ook komiek ge
noeg voor. En ik maak van de ge
legenheid gebruik, om er nog eens
op te wijzen dat de „Imperial" niet
uit menschlievendheid de gemeente
Haarlem van gas wil blijven voor
zien en dat een bekwaam industrieel
als deze Maatschappij derhalve nog
wel kans ziet, ook in de toekomst
aan een gasfabriek met zeer verlaag
den gasprijs, nog een goed stuk geld
te verdienen.
rechtskundig adviseur aan den Ar
beidsraad te verbinden.
Haarlem5 Juli 1894.
Op de internationale tentoonstel
ling van bloemen te Antwerpen is
de heer J. Ruijsenaars alhier met den
eersten prijs bekroond voor een bal-
bouquet, en met dentweeden prijs voor
een spiegelversiering.
Particuliere Arbeidsraad.
Maandagavond j.l. hield de Arbeids
raad zijne maandelijksche vergadering.
Aan de orde was het concept-adres
aan den Gemeenteraad (betreffende
het opnemen van een minimum loon
en maximum werktijd in de bestek
ken, bij uitbestedingen) hetwelk door
een commissie van 3 leden was op
gemaakt; dit nu werd met algemeene
stemmen goedgekeurd en vastgesteld.
De begrooting voor dit jaar werd
door den penningmeester ingediend en
vastgesteld, zijnde in ontvangsten en
uitgaven 65.zoodat de bijdrage
voor iedere vereeniging 6.50 is.
De oprichtingskosten bedragen 48.
hiervoor is door de Vereeniging van
Industrieelen en Kooplieden ƒ25.-
en door de Afdeeling Haarlem v/d.
Mij. t. b. v. Bouwkunst ƒ15.toe-
segd, zoodat de overige 8 vereeni-
gingen ƒ1.hieraan hebben bij te
dragen.
Ingekomen was een schrijven van
de Afdeeling Haarlem van de Kalk
en Steenwerkers-vereeniging, om aan
gesloten te worden aan de contri-
bueerende vakvereenigingen, waardoor
de Arbeidsraad is opgericht. Besloten
werd dit schrijven in de^ eerstvol
gende algemeene vergadering te
handelen.
Hierna deelde de Voorzitter mede
dat de heer mr. Z.W. Straatman zich
bereid verklaard had om zich als
De nieuwe kathedraal.
Naar men ons mededeelt is door
Regenten van het St. Elisabeth's of
Groote Gasthuis te Haarlem verkocht
eene groote uitgebreidheid grond s ge
legen aan de Leidschevaart ten zuiden
van de Leidschestraat aldaar, op welk
terrein men zich voorstelt te doen
verrijzen een kathedraal bestemd als
feestgave aan den Bisschop van Haar
lem, bij gelegenheid van zijn 50jarig
priesterschap.
Do Turnfeesten.
Zaterdagavond nemen de feestelijk
heden bij gelegenheid van de gym-
nastiekuitvoeringen van het gewest
Noord-Holland hier ter stede, een
aanvang.
Naar wij van den secretaris der
Regelingscommissie vernamen, bege
ven zich de turners te 8 uur van de
gymnastiekzaal bij de Rijksleerachool
aan de Zijdgracht in optocht en met
de vaandels der verschillende aidee-
lingen naar het Stadhuis, alwaar het
bestuur van het gewest, de afgevaar
digden der vereenigingen en de rege
lingscommissie door Burgemeester en
Wethouders worden ontvangen.
Te kwartier over negen begint de
fakkeloptocht met muziek, die tot elf
uur duren mag. Met toestemming
van den secretaris der regelingscom
missie vermelden wij uit de feestgids
den weg dien de optocht, zal nemen
Sophiastraat, Wilsonsplein, Wilhel-
minastraat, Kinderhuisvest, Kenau
park, Parklaan, Jansweg, Jansbrug,
Nieuwe Gracht (zuidzijde), Kruis
straat, Barteljorisstraat, Groote Markt.
Koningstraat, Gierstraat,Groote Hout
straat naar de sociëteit „de Kroon".
Bij het passeeren der Nieuwe Gracht
worden de genoemde colleges ontvan
gen door den heer jhr. mr. J. W. M.
Schorer, eere-voorzitter der feestcom
missie.
Heden bezichtigen wij het terrein
dat voor de uitvoeringen in gereed
heid is gebracht, het daarvoor uitne
mend geschikte grasveld vóór het Pa
viljoen. Er is een stevige tribune ge
bouwd voor 800 personen, waarvan
het kleine middenvak is gereserveerd
voor de feestcommissie en voor de
regelingscommissie. Daarboven rechts
verrijst een schild met de letters N.
G. V., in hetmidden het Rijks wapen,
links een schild met de letters G. N.
Naast de tribune aan de Dreefzijde
is een muziektent opgeslagen.
De tribune, de muziektent en de
afrastering van hetterrein zijn versierd
met vlaggen en wimpels. Het „werk
terrein" is 53 bij 40 M., de dansvloer
meet 200 M2. Men ziet er 4 rekken,
6 barren, 6 bruggen, 2 paarden etc.
Naast het buffet, dat in handen is
van den heer Montagne, troffen wij
een tentje aan voor sigaren van den
heer J. van der Wiel, een voor bloe
men van de firma Zuurendouk en
een voor ijs, chocolade etc. van de
firma Uilenburg. Naast de muziek
tent is een kleine verhooging, waarop
amateur-fotografen opnamen zullen
maken.
Blijft het weer zooals het nu is dan
zullen de feestelijkheden zonder twijfel
goed slagen. Nog zij vermeld, dat de
uitreiking der prijzen op Maandag te
éen uur, de heer Jhr. Mr. Schorer
een toespraak zal honden en dat bij de
freules Boreel, de dochtertjes van den
burgemeester, de kransen zullen over
handigen.
Voor nadere bijzonderheden verwij
zen wij naar den feestgids, die voor
10 cents allerwege in de boekwinkels
voorhanden is.
Wilhelm ina-bron.
Onzen lezers wordt nogmaals in
herinnering gebracht, dat de inschrij
ving voor de ieening tot een bedrag
van ƒ164.000 der maatschappij tot
exploitatie van staal waterbronnen al
hier, morgen 7 Juli gesloten wordt.
Een dame schrijft ons:
„Hoe komt het toch, dat er zooveel
bedelende menschen in den Hout
ronddwalen Of, beter gezegd, hoe
komt het dat de politie die lieden
niet wegjaagt? Heuscb, het zou niet
overbodig zijn, want er zijn tronies
onder die men niet gaarne op een
eenzamen weg zon ontmoeten.
Ik meen mij te herinneren dat vroe
ger de Raad eens besloten heeft tot
bijzoniere bewaking van den Hout
en dat daarvoor niet agenten in uni
form, maar in burgerkleeding zouden
worden gebruikt.
Een soort van geheime agenten
dus. Ik vond het denkbeeld heel
verstandig, maar het komt mij zoo
voor, dat die geheimerigheid nu wel
wat overdreven wordt. De bewaking
van den Hout geschielt zóo iu 't ge
heim, dat het voor de wandelaars
een doorloopend geheim is waar de
bewakers zich bevinden.
Met het oog op de in onzen Hout
rondzwervende personen, die menige
dame, evenals ik niet zonder eenige
hartklopping passeert, is dat toch niet
goed. Dan maar liever de glimmende
helmen weer.
Naar het engelsch
van PAUL h. GERRARD.
HOOFDSTUK VI.
Eene afschuwelijke misdaad.
„Ik zoek naar een kind om het tot mij te nemen mijnheer,
ijn echtgenoot en ik zijn zoo ongelukkig geweest met onze
inderen. Een jongen nietwaar mijnheer en twintig pond
emie? Hoe oud iB hij mijnheer?"
„Twintig maanden."
„Ik wenschte wel dat het wat jonger was mijnheer. Ik
aud veel van kinderen, maar het meest van zeer jonge
pintig pond is ook wel wat weinig mijnheer!"
„Toch wel genoeg voor een veertigtal liefhebbers. Indien
j ernstige plannen hebt, geef mij dan uw adres op, dan
1 ik u morgen komen opzoeken. Hoe lang woont u reeds
i uw tegenwoordig verblijf?"
„Een maand mijnheer."
„En in uwe vorige woning zes weken
„Ja mijnheer."
„En in de woning daar voor?"
„Dat zal ongeveer drie maanden zijn geweest."
„Hebt u ooit ergens zes maanden achtereen gewoond?"
„Ja, eens mijnheer."
„Nu, geef mij uw adres maar. Als ik voldaan ben, dan
zult u morgen den jongen ontvangen. Natuurlijk wordt hij
goed behandeld?"
„Ik doe altijd mijn best," zeide de engeltjes-maakster
klagend.
„Hoeveel kinderen hebt u verloren?"
„Drie of meer mijnheer. Kwel eene moeder niet met pijn
lijke herinneringen."
Dokter Wrigley leerde uit dit onderhoud, dat hij hier te
doen had met eene vrouw, wier eenige bezigheid was het
„engeltjes maken", dat zij reeds verscheidene van de haar
toevertrouwde kinderen had verloren, ja zooveel verloren, dat
zij niet lang in dezelfde buurt durfde blijven wonen.
Een bezoek bij deze vrouw aan huis bevestigde deze ver
moedens. De buren zeiden, dat zij een aantal kleine kinde
ren bij zich had, die werden opgepast door de vrouw, haar
man en een meisje van veertien jaar. Het waren ziekelijke
kinderen, maar de vrouw verzorgde ze zoo goed mogelijk.
Den volgenden dag liet dokter Wrigley, die bij zijn bezoek
aan de engeltjesmaakster in Eastfield Street, Stepney, zich
goed had vermomd, den kleinen sir Rupert in deze nood
lottige omgeving achter.
Te midden van de magere, ziekelijke, schreiende kinderen,
langzaam stervende onder de koesterende zorg! van de en
geltjes-maakster blonk de kleine Bir Rupert uit als een groote
tuinroos bij ziekelijke kelderplantjes.
Dokter Wrigley had het inwendige van de woning niet
bekeken, evenmin de kinderen van de inrichting. De dokter
wenschte den gevaarlijken, dalenden weg, dien hij ingeslagen
was, niet nog gevaarlijker te maken, dan nu reeds het ge
val was. Hij kon evengoed overtuigd zijn, dat zijn kleine
neef een goed onderkomen had gevonden, en bovendien was
het armenhuis van Stepney dicht in de buurt, zoodat het
kind, wanneer „het er soms verkeerd mee ging," daarheen
kon worden gebracht.
De engeltjesmaakster had eene kamer en een alkoof, dat
tot slaapvertrek diende. In de kamer kookte zij, gaf zij haar
familie het voedsel, dat zij had, waschte en droogde daar de
kleeren, dis het allermeest dienden gewasschen te worden,
en hier 6liep zij met haar echtgenoot, een knaap van zes
jaar, wien het haar voordeel was te laten leven, en nog drie
zeer jonge kinderen.
De knaap en een der kinderen lagen op een krib, de twee
andere kinderen op een bed van stroo op den grond. In het
alkoof sliepen vier kinderen benevens haar nichtje, een half
idioot meisje van veertien jaar.
De atmosfeer in deze omgeving was verpest door kwade
dampen. Indien een der vensters niet twee ruiten had ge
mist en als de drempel voor de deur niet geheel was uitge
sleten, dan zou de geheele familie gestikt zijn in die atmos
feer. De kinderen sliepen in de kleertjes, die zij overdag