BINNENLAND. Rechtszaken. &e mengel Nieuw s Voor wielrijders. Ingezonden Mededeelingen Maison Hals, Kruisweg 45. KUNSTHANDEL. dredikbeurten der üeii, Herv. Kerken groote stukken stroomafwaarts. Soms veroorzaakten deze schollen, op en tegen elkander geschoven, eone ver sperring, die eindelijk, door den drang van achteren bezwijkend, met don derend geweld uit elkander spatte en ijs en water hoog deed opstuiven. Karl stond radeloos. Hij moest den stroom over; men zou hem zeker ver volgen en zijn voetspoor zou hem verraden. Hij rende den stroom langs, ten einde een punt te zoeken waar het drijlijs minder gevaarlijk was. Zij ne moeite was vergeefsch.Eindelijk be sloot hij, geen beter pad vindend, de ijsechotsen over te stekem Een boven- menscbelijk werk I Slechts zeer lang zaam kwam bij vooruit. De wind joeg hem de sneeuw in het gezicht, het zweet stroomde hem van het voor hoofd, zijne handen bloedden. Onge veer twee uren was hij op deze wijze aan het worstelen om over te komen en nog had hij den tegenovergelegen oever niet bereikt. Bij het ontbreken van elke aanwijzing hoe te handelen had hij steeds tegen den wind opge- worsteld, omdat hij meende, dat deze van den anderen oever kwam. Hij had zich misschien in de windrich ting vergist? Hij wanhoopte aan de mogelijkheid in de duisternis uit deze ijswoestijn te geraken en daar hij zijne krachten voelde verminderen, besloot hij den dag, die toch niet ver meer kon zijn, af te wachten en uit te rusten. Hij nam plaats achtereen opstaande schol, die hem eenigszins voor wind en koude beschutte, en dacht na over zijn toestand. Hoe ver was het met hem gekomen Zijne kindsheid kwam hem weder voor den geest. Als een vloek ligt op het levenspad der kinderen van de grenswachters in kleine plaatsen eene schaduw, die ontstaat door de ge spannen verhouding, welke er door gaans bestaat tusschen de beambten en de bewoners, en die maakt dat de kinderen der eersten door die der laatsten worden gemeden. Voor Karl was deze verhouding diep ongeluk kig geweest. Reeds als kind haakte hij naar gezelligheid en vriendschap; de kinderen van andere grenswach ters verschilden allen te veel met hem in leeftijd dan dat hij daarmede ka meraadschappelijk kon omgaan, en zijn vader was om zijne gestrengheid en zijn stipten dienstijver bij de meeBte dorpsbewoners gehaat. Zijn geheel vreugdeloos kinderleven trok den als een gevlucht misdadiger thans op de ijsechotsen zittenden jongeling voorbij en de gedachte daaraan vervulde hem nog op dit oogenblik met droefheid en wrevel. Al zijne pogingen om eene andere verhouding tusschen hem en de andere dorpskinderen te verkrij gen waren vruchteloos gebleven, en daar hij uit de schimpwoorden, die hij gedurig moest aanhooren, maar al te goed begreep wat van dit alles de oorzaak was, vervulde hem dit met een hevigen afkeer jegens het beroep zijns vaders. Eindelijk evenwel was er verande ring gekomen naar het scheen. Ernst en Anna Knewels hadden plotseling toenadering getoond en zich door de spotternijen, die zij van alle kanten moesten verduren, niet laten weer houden om den eenzamen en verbit terden knaap voor zich te winnen. De vreugde over deze verandering was evenwel bij Karl van korten duur. Spoedig toch bemerkte hij, dat de vriendschap, die broeder en zuster voor hem veinsden, slechts ten doel had op last hunner ouders van hem te weten te komen waar en op welke uren zijn vader dienst had. Aanvankelijk schrikte deze ontdek king hem af, maar de angst, bij te ruggetrokkenheid d;e zoo vurig ver langde kameraadschap weder te zullen verliezen, deed hem zijns ondanks de verrader van zijn vaders beroep wor den. Toen Karl evenwel na het verlaten der school in eene naburige stad in betrekking kwam, ontbrak het hem, innemend en voorkomend als hij was, spoedig niet meer aan vriend6chappe- lijken omgang en wellicht zou de om gang met de Knewels na korten tijd tot het verleden hebben behoord, ware niet plotseling een hartstochtelijke ge negenheid voor de zich tot een bloeiend schoon meisje ontwikkelende Anna Knewels bij hem ontstaan- Hare ou ders begunstigden blijkbaar deze gene genheid, doch het scheen Karl toe als dreel zij zelve dikwijls een gruw zaam spel met hem. Vóór eenige weken had Ernst hem het voorstel gedaan, met hem en zijn vader een smokkeltocht te onderne men. Verschrikt had hij dit voorstel van de hand gewezen, waarop hem Anna woedend had toegevoegdLaf aard, dan wil ik niets meer met je te maken hebben!" Gekrenkt was hij weggegaan en had zich in geen twee weken weder laten zien, doch einde lijk was het hartstochtelijk verlangen hem te sterk geworden hij had An na weder opgezooht, zich met haar verzoend en beloofd aan den tocht deel te nemen, en dit was nu het gevolg I Afgemat sloot Karl deoogen;eene eigenaardige trilling en tinteling ging hem door armen en beenen. De storm was gaan liggeniu dichte vlokken viel de sneeuw neder. En op en om den slapenden jongeling vorm den zij een dik, wit dek de sneeuw werd zijn doodskleed. Toen de mor genzon door de wolken brak, kuste zij het bleeke voorhoofd eens dooden. Grottkow genas spoedig van zijne ongevaarlijke, maar niettemin pijn lijke wond. Wie de drie smokkelaars waren geweest vernam men nimmer. Maar ook omtrent het lot van hun nen ongelukkigen zoon wiens lijk toen de voorjaarsstormen de ijsechot sen losbraken met deze naar zee dreef vernamen zij nooit iets. Tot hun dood wachtten zij op zijn terug keer. De Koninginnen te Alkmaar. Voor het verzoek van HH. MM. de Koninginnen te Alkmaar op 27 dezer is de volgende regeling getroffen. Bij aankomst te Alkmaar te 10i/2 uur begeven HH. MM. zich onmid dellijk naar de Cadettenschool, zullen daar een dejeuner gebruiken, dat door H. M. zelve wordt aangeboden en al waar ongeveer 900 kinderen een wel komstlied zullen zingen, gaan van daar te 27* uur een rijtoer door de stad maken, bezoeken de Ambachtsschool de Groote of St. Laurenekerk, het victoriebeeld, waarvan Z. M. koning Willem Hl in 1873 den eersten steen heeft gelegd, en komen te 47° uur op het Stadhuis, alwaar de raadsleden aan HH. MM. zullen worden voorge steld. Daarna begeven HH. MM. zich naar Heiloo, om van daar weder te 57s uur ongeveer, naar het spoorweg station te Alkmaar te gaan om den terugtocht te aanvaarden. De vorstin von Wied. H. K. H. de vorstin Von Wied, ge boren prinses Marie der Nederlanden, is Vrij dagvoormiddag met den erf prins en hare twee dochters te 10.12 minuten per Hollandsche spoor uit Middelburg iu de residentie aange komen. De familie werd door verschillende personen uit aanzienlijke kringen ver welkomd. Bij het verlaten van het spoorweg compartiment toonde de prinses groote blijdschap over het terugzien van zoo velen die de herinnering aan Hare vroegere woonplaats levendig houden en op de meest hartelijke wijze gaf zij aan deze vreugde uiting. Na zich een poos in de gereserveer de wachtkamer le kl. te hebben op gehouden, werd H. K. H. door den stationschef naar den hoofdingang van het station geleid, alwaar een hoflandauer door H. M. terf beschik king van Hare nicht gesteld, gereed stond, waarin de prinses met hare kinderen naar Scheveningen plaats nam. In de vestibule van het station drukte de vorstin met eenige vriende lijke woorden de hand der trouwe hofbeambten van wijlen Prins Fre- derik. Het vorstelijk gezin denkt slechts eenige dagen te Scheveningen te ver blijven. Mr. E. J. Asser, f De nestor der Amsterdamsche rechts geleerden, mr. E. J. Asser, is over- Hij was op 19 October 1809 te Amsterdam geboren, en is dus bijna 85 jaar oud geworden. Tentoonstelling betreffende het hotelwezen. Het is thans zeker, dat de ten toonstelling betreffende het hotelwe zen te Amsterdam zal doorgaan en daaraan verbonden zal worden de na bootsing van het Oude Zandplein. Een oproer op den Dam. De deur van 't bureau werd open geworpen, zoodat de breede matglazen ruit zenuwachtig trilde en bijna was bezweken onder de heftige aanrakin- van een der lendenen van een in haar goede dagen een boe kenkast, thans geroepen om binnen haar vier wanden oude couranten zorgvuldig te bewaren. Een man komt naar binnen schieten, bijna twee Me ter lang, met rood gelaat, waar de zweetdruppels langs glijden en zich verschuilen in den zwarten knevel. Hij 6chiet op een der redacteuren af als een snoek op een voorntje; ieder dacht dat het hoofd van den ongelukkigen redacteur binnen twee minuten verkeerd op den romp zou staanmen greep ter zelfverdediging naar het wapen dat het dichtst bij de hand lag de een stak een schaar voor zich uiteen ander tracht te zijn borst te beschermen met een lange kalken pijp. Het redactie-bureau kreeg een vree- selijk aanzien. Zoo iets van een moor- denaarshol uit een Engelsch „Politie nieuwe". Wij wachtten allen in a ng- stige spanning, of het redacteurshoofd, hetwelk zoo dicht in de nabijheid van den arm van den binnenstormen de was, door de kamer zou suizen. Wij wachtten doch het hoofd bleef waar het was. Alleen vernam men hoe de vreem deling met op en neergaande borst en bevende lippen de woorden hijgde: Ben ik de eerste, meneer? Wat blief? Wacht even, meneer laat me asjeblieft even uitblazen. De man richtte zich op, wischte het zweet van het gelaat en hijgde eens flink uit. Ben ik de eerste? Maar wat bedoel je Wat heb je? 'n Berichtje, meneer Zeg dan in Hemelsnaam wat het is De redacteur zag hem ongeduldig aan. De bezoeker vermoedde zeker dat het thans een kritiek oogenblik voor hem was en met een angstigen blik naar de deur, alsof hij bang was dat iemand binnen zou komen van wien hij alles te vreezen had, stiet hij uit: „Oproer op den Dam, meneer Werkloozen plunderen het magazijn Nederland Het was er [uit en de man werd daardoor zichtbaar kalmer. Doch veel tijd om kalm te worden werd hem overigens niet gelaten. Scharen rin kelden op den lessenaar; de pijp zweefde in de lucht en uit louter ver bazing kwam de kop op den vloer juist naast de stoel te liggen. „Wat zeg je? Oproer op den Dam?" „Op den hoek van den Nieuwendijk en Dam, ja meneer. Zwart van 'tvolkl" Het reportersbloed moet iemand al tot den laatsten druppel zijn afgetapt, om bij het wcord „Oproer!" niet naar zijn vestzak te grijpen, waar het be wijs zich bevindt, dat alle cordons van politieagenten ontsluit, en dan naar zijn hoed. Ik tolde de gang door; rolde de ijzeren trap af en vond me zelf weer in het nauwe straatje, vlak voor het HoL Ik blijf even staan ademhalen een tuimeling van een steile ijzeren trap werkt steeds eenigszins zonder ling op mijn gevoel. Ik luisterde iu de omgeving doodsche stilte, geen schreeuw weerklonk in de Sint-Nico- laasstraat een zeldzaamheid En een goed teeken allen zijn na tuurlijk naar den Dam gestormd Den hoek om met den neus te gen een lange ladder, waarop een glazenwasscher kalm een ruit stond te wasschen en juist een nap water tegen het venster wierp het water spatte terug, net op mijn hoed. Dat hinderde niet. Ik slingerde nog tus schen een paar ladders door, die mij in den weg stonden, struikelde over een steen, liep tegen een dikke buur vrouw, die mij naschreeuwde. Ik maakte mij daarover niet boos ik had het al te druk om het touwtje van mijn bouton door het knoopgat te stexen 'tging niet. Op den hoek van het Bleaustraatje en Gravenstraat bleef ik even staan; schoot toen weer vooruit tegen een paardenkop. De paardenkop was het eigendom van een paard dat voor een wagen stond, waarop twee lange zware ijzeren balken. Ik schrok op, want ik kan niet te gen een botsing met een paardenkop mijn oog viel op den koetsier, die op het bankje van het rijtuig zat te dommelen. Natuurlijk moest die man iets van 't oproer weten, want een Amsterdammer is met aile standjes bekend. „Is 't erg riep ik hem in 't voor bijgaan toe, terwijl ik naar mijn voor hoofd voelde want een paardenkop is hard. „Weet ik veul," antwoordde de koetsier lachend. „Jai zal 'm wel ge voeld hebben Of ik 't gevoeld hadIk heb nog een buil aan mijn voorhoofd'nre- porters-eereteeken, waarmee men zich tevreden mag stellen, want het eenige knoopsgat dat een verslaggever, be zit moet voor zijn bouton bewaard blijven. Op den hoek van den Dam blij fik staan om mij te oriënteeren. Vlak voor 't Paleis staat een politie-agent, met de handen op den rug en het gezicht gekeerd naar den hoek van den Nienwendijk. Dat is een goed teeken Duch net volgende oogenblik brengt een ontmoediging! Achter den agent, op de kleine steentjes drentelt de schildwacht on verschillig op en neer; het overige deel der wacht ligt op de bank, tegen den muur van 't Paleis geplaatst. Doch ik troost mij met de gedachte, dat hoogst waarschijnlijk de mobilisatie plannen nog niet in orde zijn. Ik houd mij aan de richting van den blik der politie-sgenten, maak een halve wen ding naar links en daar is 't oproer. Een dichte menigte verdrong zich voor het magazijn „Nederland"; er gingen luide kreten op, natuurlijk vloeken, angstkreten, kreten van woe de, gerekte. Boven alles uit glinster den een paar helmen. Ik dring naar voren en schuif een paar jnffers in bonte jakjes en zwarte rokken -op zij. „Hei, hoed hou je handen thuis." Ik dring verder. „Slaot 'm in z'n hoed. Hei, Pie- ter, geef 'm 'n douw Ik dring maar verder, krijg een stomp, daarna iets wat op een schop gelijkt, kom tot de ontdekking dat plotseling mijn hoed te groot is ge worden, maar ik sluip verder, mij zelf pijnigende met de gedachte dat ik misschien te laat ben gekomen. Nog eenmaal gedoken ik sta vlak voor twee helmen, houd hen mijn bouton voor. Al afgeloopen? Ook gewonden? De agenten staren mij verbluft aan. Bij 't oproer bedoel ik De gezichten der agenten teekenen nog meer verbazing. Er is hier toch een oproer ge weest winkel bestormd zijn ze binnen Het maximum van verbazing. „De werkloozen bedoel ik". Een schaterlach twee schater lachen. „Daar bedoelt u? Die daarbinnen zijn? Dat zijn de Roodhuiden van Pawnee-Bill Twee minuten later zat ik weer op 't bureau. Maar hoe?" Nat, bont en blauw[met pijn overal en zonder oproer Tel Diefstal van horloges. Donderdag in den nanacht zijn bij den horlogemaker A. Meijer, aan den Zuiddijk, te Zaandam, door middel van het inslaan van eene spiegelruit 20 zilveren horloges ontvreemd. De bewoners van het perceel heb ben niets verdachts gehoord. De politie is ijverig in de weer. Een zakdoek is gevonden, waarin een steen, waarmede vermoedelijk de ruit is stukgeslagen en waardoor het te verklaren is dat de inbraak zonder veel gedruisch plaats had. Do moord te Nijmegen. De instructie in de zaak van den moord heelt Donderdag tot tien uur in den avond geduurd. De beide vrouwen zijn op vrije voeten gesteld en Stelbrink is Vrij dag ochtend gevankelijk naar Arnhem gebracht. Het schijnt, dat hij de eenige dader is. Het lijk van Konst is Vrijdag be graven. Van andere zijde wordt nog gemeld: In het verdachte huis moet twist zijn ontstaan tusschen den weesvader en Stelbrink. De laatste heeft toen aan den weesvader een slag gegeven, waarvan een schedelbreuk het gevolg was. Kort daarna moet de ernstig verwonde zijn bezweken. Van Heens vrijgesproken. De rechtbank te Amsterdam heeft Vrijdag uitspraak gedaan in het ge ding tegen Abraham Mozes van Reens tegen wien eene vervolging was in gesteld wegens overtreding ^an art. 1S4 Wetboek van Strafrecht, door opzettelijke belemmering van een ambtenaar in de uitoefening van diens ambt, in casu executoriale verkoop van roerende goederen wegens schuld van huishuur. Het O. M. had de aanklacht wet tig en overtuigend bewezen geacht en 3 maanden gevangenisstraf geëischt. De rechtbank achtte de feiten wel bewezen, maar art. 184 W. v. S. in deze niet toepasselijk, en ontsloeg be klaagde van rechtsvervolging. Niet aanvaard. Voor de Rechtbank teHeerenveen stonden Donderdag zes „companijs- ters" terecht, bewoners van eene be ruchte veenstreek. Zij hadden en corps den rijksveldwachter V. Diest mishandeld, toen deze hen uit een herberg wilde zetten. Zoowel de vrouwen als de mannen verzetten zich daartegen, zoodatV. Diest tot zelf verdediging zijn sabel moest trekken. Met behulp van burgers bleef de po litieagent eindelijk de baas. Het O. M. eischte tegen drie lj aar, tegen twee 9 maanden en tegen een 3 maanden gevangenisstraf. Daarop antwoordden de „companijsters"dat ze die straf niet aannamen De wielrijderswereld is in opschud ding gebracht door het Boudard-gear, waarvoor de uitvinder in Engeland octrooi heeft gevraagd. Met het nieuwe gear kan, heet het, een rijder zijn snelheid .vergrooten zonder extra in spanning. 't Klinkt eenigzins als het „perpetuum mobile", maar Frank Shorland en anderen die het toestel voor Humber Co. beproefd hebben, verklaren dat bet uitstekend voldoet. Trouwens Bouhours sloeg er dezer da gen te Parijs met gemak het uur record mede. Het „gear" is de versnelling, bere kend naar het aantal tanden der tw3e raderen waarom de ketting loopt. Een duel. Twee officieren van het Duitsche leger duelleerden Woensdag aan de Zwitsersch-Fransche grens. Baron De- lachais werd gedood. ZonderliDge advertentiën. De Louisville Gazette behelsde on langs de volgende advertentie Mary Alien-Green geeft met diepe droef heid kennis van het overlijden van haar geliefden echtgenoot Fred Allen- Green. Door dit ontijdig afsterven wordt de jeugdige en ontroostbare weduwe erfgename van een flinke „farm" en een vermogen van 38,000 dollar." Nog brutaler is de volgende ad vertentie, in de Jamestown Advertiser „Na een ongelukkig huwelijk van twee jaren is mijn echtgenoot er toe overgegaan zich op te hangen. Daar ik onmogelijk alleen mijn groote „farm" kan besturen en over mijn tweehonderd zeven-en-vijftig werk lieden het toezicht houden, zoek ik een echtgenoot, die zich niet laat af schrikken door het voorbeeld van zijn voorganger. May Grevey, Jack sonville". Een stierengevecht. De millionair Max Lebaudy heeft op zijn buiten te Maisons-Lafitte op nieuw het schouwspel van een echt Spaansch stierengevecht gegeven, waaraan duizenden genoodigden zich verlustigd hebben, onder anderen de maire te Maisons-Lafitte, wien eene eereplaats was gegund. Twee stieren werden gedood. De opgetogenheid was groot onder de toeschouwers. Restaurateur van Schilderijen. De Expositie dagelijks behalve Zondag geopend. Vrij entree bij introductie. Directie VOS ZOON. op ZONDAG 24 Sept TE HAARLEM. Groote Kerk. Voorm. 10 ure, Hoog. 's Avonds 8 ure, Moe ton. iVwtrae Kier». Voorm. 10 ure, Swaan. Jam-Kerk. Voorm, 10 ure, Barbas. Woensdagavond 7 ure, Knotteubelt. Bakeneaer Xe-M. (Voor do Kinderen.) Voorm. 10 ure, J. W. Hillobrander, Eglitts Wallonm. Dix heures, Bresson, pasteur a Rotterdam. Christelijk Gereformeerd* Gemsms» Gedampt* Oude Gracnt. Voorm. 10 ure, av. 5 ure. Mulder. Kie;L Heiligland. Voorm. 10 ure, 's av. 5'^ ure, Brouwer, van Amsterdam. Luther tche Kerft. Voorm. 10 ure. Poolman. Kerft dar frersanigde Dooptguwde. Voorm. 10 ure Crsandijk, Kemonjtrantzehe Kerk. Voorm. 10 ure, Heering, te 's Gravenhage. Ktrk der Broedergemeenten. Voorm. 10 ure. Weiss. Noorder kerk Bidder straat.J Voorm. 10 ure, 's av. 8 ura. Langkout. Woensdagavond 8 ure, Mulder. Bijbellezing. Nedard. Herv. Kerk., HeBaebro«k Voorm. 10 ure, Gerth vaa Wijk Jï, Beverir()k. Voorm. 10 ure, Boon. Nam, 1 ure, geen Zondagschool. vangt Lutherss tie Kerk. Voorm. 10 ure, K. A. Goniag. Doovtgezinde Kerk. Voorm. 10 ure, J. Sepp. BXoemendftfel. Voorm. 10 ure. BouviH, van Alkmaar. Nam. 2 ure, geen dienst. &2eeia§le-de. Voorm. 10 ore, J. Kuylman. Houtrtfb én Polanen. Voorm. 10 ure, van Lennsp. pred. te Haarlem. !ttani§?OOjrt. Voorm. 10 ure, J. van Loencn Martinet. Voorm. 10 ure, Hoog. V é?sem. Voorm. 10 ure, Moetou. 'savonds 7 ure Bijbeiiezin.', iu 't lokaai voor chr. telang. SanidTcoy t, Voorm. 10 uro, Peaux, pred. te Wijk aan Zee.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1894 | | pagina 7