BE JACHT OP EENE ERFENIS.
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.,
12e Jaargang:
Woensdag 26 September 1894.
ABONNEMENTSPRIJS:
ADVERTENTIËN:
STADSNIEUW 8.
BINNENLAND.
FEUILLETON
No. 3446
HAARLEMS DAG
Voor Haarlem per 3 maandenf 1,20.
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden 1,65.
Afzonderlijke nummers0,05.
Geïllustreerd Zondagsblad, per 3 maanden 0,30.
franco per post 0,37$.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureau: Kleine Houtstraat Haarlem. Telefoonnummer 122.
van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 Cents.
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cents per regel.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door
onze agenten en door alle boekhandelaren en courantier»,
Directeur-Uitgever J. C. PEESEBOOI.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangére G. L. DAUBE Co., JOHN F. JONES, Suce., Parijs 31 bis Faubourg Montmartre.
Haarlem25 Sept. 1894.
Bij de heden gehouden herstem
ming voor een lid van den Gemeente
raad, zijn opgekomen 1454 Kiezers.
Het aantal stemgerechtigden be
draagt 2776.
Bij de voormiddag godsdienstoefe
ning in de Janskerk van 1.1. Zondag
gedacht Ds. Barbas den dag waarop
hij voor vijf en twintig jaren te
Otterloo als Evangeliedienaar beves
tigd werd.
Z.Eerw. stond achtereenvolgens te
Amerongen, Delden, Doetinchem en
Haarlem.
Na het uitspreken van den zegen,
zong de Gemeente den Leeraar toe
het laatste vers van Psalm 121.
De inbraak oo het Molenpad.
Verkerk en Van Halst, onze wel
bekende rechercheurs, hebben zich
weer eens kranig gehouden.
De horloges, die gestolen waren hij
den inbraak bij den heer Van Garste
op het Molenpad, zijn reeds Maandag
middag door Verkerk en Van Halst
in beslag eenomen bij twee goud
smeden te Leiden. De man die ze
daar verkocht had, zekere Jan Boers,
22 jaar, iemand die al meer appeltjes
met de justitie te schillen heelt ge
had, is Maandagavond te elf uur
door dezelfde rechercheurs in een
café hier ter stede gearresteerd, ter
wijl hij rustig zat kaart te spelen.
Hoe ter wereld, zal men zeggen,
kwamen Verkerk en Van Halst op
het idee om de vreemde horloges juist
in Leiden te gaan zoeken
Toen de buren kwamen toesnellen
hoorde men in het Tuinlaantje
iemand hard wegloopen. Dat laantje
nu komt uit op het Geldeloozenpad.
Vandaar kwam natuurlijk de inbreker
op het Houtplein. Nu redeneerden
de rechercheurs zoo. Links zal hij
niet gegaan zijn want dan moest hij
het bureau van politie aan de Hout
poort voorbij, ergo zal hij wel rechts
zijn gegaan den Hout in waar hij
spoedig bescherming had van de
boomen en zoo vervolgens naar Leiden.
Maar hoe kwamen de rechercheurs
nu op de gedachte (toen ze eenmaal
de horloges hadden) dat hun man
naar Haarlem terug was gegaan?
Hij kon toch evengoed in Leiden
zijn gebleven. Deze conclusie trokken
Verkerk en Van Halst uit de kennis
die zij hebben van de methode van
werken van Boers. Hij is namelijk
gewoon om wanneer hij een slag
wil slaan, een paar dagen van te
voren uit de stad te verdwijnen. Ner
gens komt dan in de logementen
waar hij pleegt te huizen zijn naam
meer op de nachtlijsten voor. 'sAvonds
laat komt hij dan weer in de stad
terug, slaat zijn slag, verkoopt het
gestolene zoo gauw mogelijk en komt
dan weer rustig en kalmpjes in Haar
lem terug alsof er niets gebeurd is.
Daar de naam van Boers dan ook
op geen der nachtlijsten van Don
derdag en Vrijdag meer stond, had
den Verkerk en Van Halst toen de
inbraak bij Van Garste plaats had,
al dadelijk op hem vermoeden en
het was ook omdat ze zijn methode
kenden, dat zij na de inbeslagneming
van de horloges hem dadelijk in
Haarlem gingen opsporen.
Daartoe liepen zij alle kleine kof
fiehuizen en herbergen af en vonden
hem ten slotte, zooals wij hierboven
zeiden.
Natuurlijk werd Boers dadelijk in
verzekerde bewaring genomen. Hij
verklaarde van de zaak niets te weten
en pas van Amsterdam te zijn ge
komen, maar een kaartje van de
stoomtram LeidenHaarlem dat in
zijn zak werd gevonden, toont net
onware van die bewering aan.
Nog moet gemeld, dat het mes dat
Boers liet vallen in de slaapkamer
van het echtpaar Van Garste, niet uit
een tapperij in de Hagestraat geleend,
maar daaruit gestolen is.
De WelEerw. pater J. J. M. Lips
van de orde van de Minderbroeders,
sinds 1888 geplaatst als kapelaan in
de parochie van den H. Antonins
van Padna, herdenkt heden den dag
waarop hij voor 12% jaar tot priester
werd gewijd en ontving bij deze ge
legenheid vele, ook stoffelijke blij
ken van belangstelling van talrijke
parochianen en leden van de broe
derschap van den H. Kruisweg,
waarvan Z:Eerw. directeur is.
Bureau voor Vraag en Aanbod
voor den Arbeid.
Geopend: Zaterdagavond van 8% tot
9% uur.
Lokaal „Doelen", ingang Lnitensteeg.
is gelegenheid tot inschrijving van
werkloozen, die minstens 12 maan
den in Haarlem woonachtig zijn.
Na de vorige maand hebben zich
als zonder werk zijnde aangemeld
Wijnkoopersknechts, losse werklieden,
loopknechts, winkelbediende, tim
merlieden, houtdraaier, letterzetter,
hovenier, schilders, steenhouwer, bak
ker en een voor kantoorwerk bekend
met de moderne talen.
Heeren Werkgevers welke van deze
aanbieding wenschen gebruik te ma
ken, worden beleefd verzocht hunne
aanvragen in te zenden bij de leden
der Commissie of op den zitting
avond.
Namens de Commissie'.
J. HUIZING, Secret
Nu de werkzaamheden aan de
inundatie te Haarlemmermeer zoo
3d als geëindigd zijn, heeft men
thans een overzicht, wat in het tijds
verloop van 4 jaren is geschied. Een
dijk ligt over de grootste breedte dwars
door de Haarlemmermeer begrensd
door bevaarbare kanalen, welke uit-
wateren in de Ringvaart van Haar
lemmermeer, 13 bruggen, doorlaatslui-
zen, schutsluizen, welke laatste tegen
betaling eener zekere som, het eigen
dom worden van den Haarlemmer
meerpolder, aarden forten, aan de
N. en Z. zijde, benevens den bouw
van huizen vcor fortwachters en an
dere kleinere werken. Al die werk
zaamheden, die ongeveer 1% millioen
gekost hebben, verschaften in dat tijds
verloop aan honderden werklieden een
fiink stuk brood. In 't belang van den
werkman wenscht men algemeen dat
tot voltooiing der inundatie, spoedig
tot den verderen bouw van forten zal
worden overgegaan.
Nog altijd blijven de sluizen te
Haarlemmermeer ofschoon reeds lan
gen tijd voltooid, zeer ten ongerieve
voor 't publiek gesloten.
Algemeen hoopt men in 't belang
der lang gewachte communicatie, dat
het bestuur van den Haarlemmer
meerpolder spoedig moge besluiten,
de opening voor 't algemeen verkeer
vast te stellen.
De werkzaamheden aan het verdie
pen van het Hoofdkanaal, oostzijde
te Haarlemmermeer, zullen weldra tot
het a. s. voorjaar gestaakt worden.
Zeer te bejammeren is het, dat die
staking zoo vroegtijdig plaats heeft,
vooral wegens 't groot aantal werk
lieden, die thans rijkelijk hun brood
verdienen.
Het flinke loon dat uitbetaald wordt
tegenover het korten der dagen, zal
voor den aannemer wel van overwe
genden invloed zijn.
Ch. Rochussen. f
Ch. Rochussen, de vermaarde schil
der, is Maandagmorgen te Rotterdam
overleden op 80-jarigen leeftijd.
Hofbericht
Maandag dineerden ten Hove: de
Prinses van Wied en de Erfprins van
Wied, benevens het gevolg derPrin-
bestaande nitjonkvrouwe Van
Suchtelen van de Haare, hofdame,
en graaf Van Bylandt, kamerheer in
buitengewonen dienst van wijlen Z.
M. den Koning, hofmaarschalk van
den Prins van Wiedvoorts baron
von Walterskirchen, buitengewoon
gezant en gevolmechtigd minister van
Oosten rij k-Hongarijede heer Wes
tenberg, buitengewoon gezant en ge
volmachtigd minister der Koningin
in Italiëmevrouw Westenbergba
ron Gericke van Herwijnen,, buiten
gewoon gezant en gevolmachtigd minis
ter van H. M. in Spanje 7 mevrouw
de barones Gericke van Herwijnen
baron J. J. Taets van Amerongen,
kamerheer i. b. d. van wijlen den
Koning.
De Koninginnen vertrekken Zater-
ig 29 dezer uit de residentie naar
het Loo.
Het bezoek der Koninginnen
aan Alkmaar.
Omtrent het bezoek van HH. MM.
de Koninginnen te Alkmaar is thans
bepaald, dat de koninklijke trein zal
arriveeren te 10.02. en des avonds zal
vertrekken te 8 nnr. (Gr.)
Het besluit van Burg. en Weth.
om nergens toestemming te geven
voor versieringen, waarvoor het nood
zakelijk zon zijn steenen uit de stra
ten op te nemen, heeft hier en daar
wel verhindering gegeven om die
versieringen aan te brengen, die wel
licht het schoonst waren geweest.
Deze belemmering heeft echter een
animo, om de stad een feestelijk aan
zien te geven, niet uitgebluscht en
alles wordt daartoe dan ook in het
werk gesteld. Er worden groote eere-
bogen opgericht aan het station, de
Kennemerpoort, den Dijk, de Vlot
brug en in de Langestraat.
Des avonds zal de Mient schitte
rend worden verlicht en te negen
uur een [groot vuurwerk worden af
gestoken, natuurlijk op „het eiland
je" in het kanaal, de steeds daartoe
aangewezen plaats.
OraDjebond van Orde
Het hoofdbestuur van den „Oran-
jebond van Orde" is van plan zijn 3e
stichting van bescheiden heidegeluk
in de omstreken van Doetinchem te
vestigen. De Heer S. H. A. Begemann,
vroeger predikant in Ned. Indië, die
zich met 1 Oct. te Doetinchem gaat
vestigen, heeft zich welwillend bereid
verklaard
treden.
als administrateur op te
Lombok.
De brief van den vorst van Lom
bok van 10 Juli jl., 4 dagen na het
debarkement geschreven en door den
minister van koloniën in de zitting
van de Eerste Kamer der Staten-
Generaal van 19 September jl. voor
gelezen, luidt als volgt:
„Onze vriend deelt ons in zijn brief
van 4 Juli mede dat wij de eischen
niet hebben ingewilligd, w^lke onze
vriend, de resident van Bali en Lom
bok, namens Z.Ex. den Gouverneur-
Generaal van Ned.-Indië aan ons
heeft gesteld. Verder hebben wij alles
wat daarin vermeld staat volkomen
begrepen en zullen daarom niet ver
der daarover uitweiden, dan alleen
dat wij de tnsschenkomst van H. M.
de Koningin der Nederlanden, welke
tot ons heil zal strekken, zullen aan
nemen, opdat spoedig een einde mo
ge komen aan de onlusten in het
rijk van Salaparang. Voorts hopen
wij ten zeerste dat Z.Exc. de Gouver
neur-Generaal en H. M. de Koningin
ons vergiffenis mogen schenken voor
de tot dusver door ons aangenomen
verkeerde houding en gepleegde han
delingen.
„In de tweede 'pia&ts beloven vrij
voortaan de bevelen van ZJExc. den
Gouverneur-Generaal, welke tot ons
welzijn strekken, te zullen opvolgen.
„In de derde plaats zijn wij gene
gen de tnsschenxomst te aanvaarden
van onzen vriend, den resident van
Bali en [Lombok ten einde den ver
warden staat van zaken op Salaparang
te regelen en voorts den wil van H.
M. de Koningin, waardoor ons wel
zijn wordt bevorderd, te zullen op
volgen.
„In de vierde plaats zijn wij gene
gen het bestuur van Salaparang over
te geven aan H. M. de Koningin, op
dat dit bestuur namens Hare Majes
teit weder worde overgegeven aan
onzen zoon Ratoe Agoeng K'toet Ka-
rangasem.
„In de vijfde plaats zijn wij gene
gen een nieuw contract te sluiten,
dat tot ons welzijn strekt, overeen
komstig de inzichten van het Gou
vernement.
„In de zesde plaats zijn wij gene
gen alle kosten te betalen, welke door
het Gouvernement worden uitgege
ven om de troepen naar behooren te
onderhouden, welke ons behulpzaam
zijn om de verwikkelingen op Salapa
rang een einde te maken.
„In de zevende plaats, wat betreft
den inhoud van sub .3 der bijlagen
van den brief van onzen vriend, daar-
Naar het mgelsch
van PAUL H. GEBRARD.
76)
HOOFDSTUK XXVI.
Woorden in bloed geschreven.
Waar zij was wist zij niet, evenmin wist zij hoe lang zij
van haar kind geseheiden was. Wat haar nu te doen stond
was hare dochter te bevrijden.
Gesterkt door het voedsel, dat zij had gebruikt, stond zij
op van de bank, waarop zij had gezeten, en wierp een blik
over het landschap. In de verte zag zij een torenspits boven
de boomen uitBteken. Daarheen zou zij hare schreden rich
ten. Zij begaf zich op den grooten weg, en hare zwakheid
vergetende liep zij haastig voort.
Zij ontmoette een landbouwer, wien zij vroeg
„Hoe heet de stad, hier het dichtst in de buurt 7"
„Ware," gaf hij ten antwoord, zeer verbaasd over de ver
schijning dezer dame en haar vraag.
„En hoe ver ligt Ware van Londen
„Ongeveer twintig mijlen."
„En loopen er treinen heen
„Ja zeker; er is een spoorwegstation."
Zij vervolgde haar weg. Weldra ging de contessa zitten om
wat rust te nemen.
Wat zou zij doen?
Zij voelde, dat zij weer een aanval van duizeligheid in het
hoofd kreeg. Wat moest zij doen
Bij het regelen harer zaken ten tijde van haar vertrek van
Bidebank Lodge, had zij de hulp van Mellodew ingeroepen.
Zij herinnerde zich hem als een eerlijk, beleefd man, scherp
zinnig en edelmoedig. Zij herinnerde zich zijn adres niet,
maar kon het wel te weten komen. Onmiddellijk na haar
aankomst in Londen zou zij zich tot hem wenden. Van Mel
lodew zou zij gaan naar miss Barth en een beroep doen op
haar geldelijken steun en praktisch doorzicht om hare Na
talie te kunnen opsporen.
Zij vervolgde haar weg, en na het station te Ware binnen
getreden te zijn, ontdekte zij, dat de eerstvolgende trein naar
Londen eerst over een uur vertrok. Zij begat zich naar den
beambte aan het loket, trok haar ring van haar vinger en
zeide
„Ik heb mijn portemonnaie verloren en wilt n mij
een kaartje naar Londen geven voor dezen ring?"
„Wij nemen geen jnweelen aan," gat de beambte kortaf
ten antwoord.
De arme contessa wankelde en zocht weer eene zitplaats
op. Zij kon misschien iets koBtbaarders aanbieden. Zij voelde
naar haar horloge; dit was verdwenen.
Haar gelaat, waarop uitputting en wanhoop te lezen ston
den, haar deftige uiterlijk en houding, maakten toch indruk
op den niet zeer minzamen beambte. Hij keek en keek nog
eens, en trad vervolgens op haar toe.
„Mevrouw, ik kan n wel wat geld leenen voor een plaats
biljet."
„O, dank u, dank u I" mompelde de contessa. „En neem
als 't u blieft dezen ring, totdat ik er om schrijf."
Zij kocht vervolgens een kop thee, die haar wat opwekta
en zat spoedig in den trein, die op weg was naar Londen.
Zij was van plan om in het station te Londen een adres
boek te raadplegen en zich vervolgens naar Mellodew te
laten rijden. Terwijl de trein voortsnelde scheen het alBof
de wielen door de hersenen der contessa met hevige snelheid
rondwentelden. Zonderlinge lichten dansten voor hare
gloeiende oogen hare ademhaling ging moeielijk; een ste
kende pijn voelde zij in hare slapen; hare zelfbeheersehing
scheen zij te verliezen en nu dan ook haar bewustzijn. Zij
reisde in eene derde klasse coupé en meende, dat de men-
schen haar aanstaarden en haar kwaad wilden doen.
De trein stoomde het Iondensche station binnen. Allen
sprongen haastig op, alsof hun leven van hun spoed athing.
Ook de arme contessa verhief zich, en wankelde naar het
platform, voortgedreven in den stroom der passagiers.
Wordt vervolgd.')