foor onze taters.
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
12 a rgp. a
Dinsdag .'3 November 1894.
No. 3487
ABONNEMENTSPRIJ S:
ADVERTENTIEN:
8T ADSNIED W 8.
HAARLEM'S DAGBLAD
Voor Haarlem per 3 maanden1,20.
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden 1,65.
Afzonderlijke nummers0,05.
Geïllustreerd Zondagsblad, per 3 maanden 0,30.
franco per post 0,37 J.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen,
Bureau: Kleine Houtstraat 14=, Haarlem. Telefoonnummer 122.
van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 Cents.
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cents per regel.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door
onie agenten en door alle boekhandelaren en courantiers,
Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM.
Hoofdagenten voor
het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE Co., JOHN F. JONESSuce., Pary» Blbie Faubourg Montmartre.
Bij dit nummer behoort een Bijvoegsel,
Nota's, Rekeningen, Wissels, Qui-
tantiën, Brievenhoofden, Memoranda
en alle overige Drukwerken, die op
kantoren voorkomenworden ter
Stoomdrukkerij van dit blad go<
billyk en vlug gedrukt.
De Directeur-Uitgever,
J, C PÏÏMBIM,
In de étalage voor de vensters van
bet Bureau van dit Blad zijn de na
volgende afbeeldingen gelegd
Czaar Nicolaas II.
De Czaar, de kroonprin» van Grie
kenland en de groothertog George.
Het personeel der russische ambas
sade te Parijs zweert den Czaar trouw.
Vóór het paleis Anitchkof.
St. Petersburg gedurende Czaar
Alexanders ziekte.
Si, De doodstijding te St. Petersburg
verspreid.
Fac simile van het doodsbulletin.
Generaal de Boisdeffre.
£.De Czarina en hare zuster de prin
ses vau Wales.
Tooneelen uit het leven van wijlen
Czaar Alexander
I. Intocht in Moskou vóór de kro
ning.
II. De keizerin bij den intocht.
III. Bijeenkomst der drie keizers te
Skiernievioe.
IV. De Czaar choleralijders
kende.
V. Gedachteniskerk te Borki.
VI. 's Keizers aankomst te Livadia.
Prins Adalbert, 3e zoon van keizer
Wilhelm.
De Burgemeester van Londen en de
twee sheriffs.
Op een mailboot. Wedstrijd in het
naaien.
Russische zeeofficieren op bezoek op
een engelsch oorlogsschip.
De nieuwe duitsche Rijkskanselier.
Dragers op Madagascar.
Overstrooming in 't noorden van
Frankrijk.
Engeische Zeilwedstrijd te Chefoo.
Bengaalsche Ruiterij een rivier over
trekkende.
Ontwerp van een Monument voor
ons Nederl. Indisch Leger.
Ongeluk of Misdaad.
Een partij degen in de lecuwenkooi.
Uit ons Geïll. Zondagsblad.
Een verschrikkelijke Val.
Politieke Platen en Portretten.
H ar'ent, 12 Nov. 1894.
Stukken van den Raad.
Het bestuur der afi. Haarlem van
den Neder]. Typografenbond verzoekt
aan den Raad, om bij de a. g. aan
besteding van drukwerk der gemeente,
dit alleen te gunnen aan de patroons
die hunnen werklieden een minimum
loon betalen van 20 ets per uur, bij
een maximum arbeidstijd van tien
uur daags.
Voorgesteld worden eenige aan
vullingen in het Reglement van
de Bank van LeeniDg. De belang
rijkste is, dat wanneer een pand
door een inbrenger of inbrengster
boven de werkelijke waarde is geschat,
aan hem of haar door de Bank slechts
wordt uitgekeerd wat de schatter van
de Bank de juiste taxatie meent te
zijn. Betreft het goederen waarvan de
werkelijke verkoopwaarde door den
schatter wordt geschat op minder
dan éen gulden, dan worden die niet
als onderpand van beleening in de
Bank aangenomen maar tegen re9U
in de Bank bewaard totdat debelee-
ners die opvorderen. In dat geval is
het den inbrenger of inbrengster uit
drukkelijk verboden eenige rente aan
de beleeners in rekening te brengen.
Tot de gedrukte stukken behoort
het bekende adres met bijlagen van
de heeren Van der Steur en van den
Arend over de quaestie van het Bron
gebouw. Een praeadvies van B. en W.
is daar niet bij.
Voorgesteld wordt eenlesuppl.
kohier der pi. dir. belasting, dienst
1894 ad f2221.215.
De heeren J.Keijzer, J. W. Hol-
terman en P. A. van Ek verzoeken
in koop of in huur een gedeelte ge
meentegrond gelegen langs de voor
zijde van de hun toebehoorende per-
ceelen aan de zuidzijde van den Zijl-
weg, voorbij den Spoorwegovergang.
B. en W. hebben bezwaar tegen het
verkoopen van dien grond en stellen
voor dien te verhuren 10 ets. per
Ms, waarbij zich de gemeente het
recht voorbehoudt, de huur ten allen
tijde na een opzeggingstermijn van
zes maanden te doen eindigen.
Geref. kerken alhier afd. Ged. Oude
gracht, KI. Heiligland en Ridder
straat, over de publieke vermakelijk
heden en het venten op Zondag, naar
aanleiding waarvan adressanten ver
zochten die maatregelen te nemen,
welke in overeenstemming zijn met
de waardigheid en den eerbied, die
voor den Zondag moet worden ge
koesterd.
B. en W. hoewel betreurende, dat
cr des Zondags veel voorvalt dat aller
minst met de bestemming van dien dag,
zoowel op godsdienstig also p sociaal
gebied overeenkomt, adviseeren het
naar hunne meening niet aangaat
alle ontspanningen op dien dag van
overheidswege te/en te gaan, temeer
niet, omdat voor velen juist de Zon
dag de eenige dag is, waarop door
hen eenige ontspanning kan worden
genomen zonder verzuim van werk,
dus verlies van loon te lijden.
Wilde men daartoe overgaan, dan
zou dit de tegenwoordige omstandig
heden in aanmerking genomen, naar
het gevoelen van B. en W. aanleiding
geven tot ernstiger tooneelen dan nu
voorkomen.
B. en W. geven aan den Raad in
overweging aan adressanten dienover
eenkomstig te berichten, met bijvoe
ging, dat de Raad echter bereid is
hare medewerking te verleenen om
die zaken, welke rechtmatige ergernis
kunnen opwekken, voor zooveel dit
op haren weg ligt en met het alge
meen belang overeenkomt, te beletten.
Zondagsontheiliging.
Indertijd hebben wij in extenso op
genomen een adres van de Raden der
Straatnamen*
Het Bestuur der coop. Bouwver-
eeniging „Ons Belang" verzoekt een
tweetal straten namen te geven en
wel Laurens Costerstraat en Schie-
veliusstraat, naar Theodorus Schre-
velius vervaardiger (15771649) van
de geschiedenis van Haarlem en rec-
toraan de latijnsche school alhier.
Dit verzoek wordt door de vereeni-
gingtot verfraaiing ondersteund.
B. en W. nemen den naam Cost er-
straat over, maar wenschen inplaats
Schreveliusstraat de straat te noemen
Ampzingstraat en voorts de navol-
de straten te betitelen als volgt
die ten noorden van de Ambachts
school tusschen de Kamper- en Camp-
huisstraten met den naam van De
Keij straat
die ten oosten van de Ambachts
school tusschen de Bakkerstraat en
de sub a. genoemde met den naam
van Tybautstraat
die in het verlengde der Esschilder-
of Kamperstraten met den naam van
Essehilderstraat
die ten westen van, en rechthoekig
op de Kennemerstraat met den naam
van Saenredamstraat
die tusschen de Oranjeboomstraat
en het verlengde der Assendelver-
laan met den naam van Rolland
straat;
die ten westen van het Molenpad,
bekend als Zijlweg A, met den naam
van Leeghwaterstraat
die ten oosten van den Schoterweg
met den naam van Regulierstraat;
die langs den Garenkokersvaart,
westelijk van de Pieter Kiesstraat,
met den naam van G^renkokers-
kade.
Door den minister van financiën i9
aan de dames J. C. en W. J. de
Jongh alhier medegedeeld, dat bij
Kon. besluit aan haar yergunning is
verleend nm seüe verloting te hou
den van eene sprei ten voordeele van
de hier gevestigde Vereeniging „Wel
dadigheid naar Vermogen".
De opening der Sociëteit
„Vereeniging."
Het was Zaterdag de dag, dat de
leden der sociteit „Vereeniging" in de
gelegenheid werden gebracht kennis
te maken met hunne nieuwe sociteit,
die van dezen dag al voor hen in ge
bruik is gesteld, en door hare inrich
ting, die ongetwijfeld aller verwach
tingen overtreft, hen ruimschoots
schadeloos stelt voor het zich behel
pen, wat de lokaliteit aangaat, gedu
rende de laatste acht maanden.
Ter eere van de feestelijke opening
wapperde Zaterdag zoowel van het
sociëteitsgebouw zelf als van de aan
grenzende huizen de driekleur. Reeds
is medegedeeld, waaruit deze feeste
lijkheid bestond. Den leden met hunne
dames werd in de concertzaal een
concert aangeboden, gegeven door het
Utrechtsche Muziekcorps, onder direc
tie van den heer Hütschenruyter, dat
de verschillende nummers van het
programma op artistieke wijze uit
voerde. Deze muzikale genietingen
werden voor de aanwezigen nog ver
hoogd door de medewerking van mevr.
NoordewierReddingius, die met de
Aria uit Messias" meer de geschoold
heid, en in de nummers na de pauze
meer den vollen, fraaien klank harer
stem deed bewonderen.
In de pauze verschenen op het po
dium het bestuur en de leden ge
committeerden der sociëteit, waarna
de president, de heer C. Prins Sz.,
eene openingsrede hield, waarin hij
velen herdacht in de eerste plaats
de drie leden, die reeds van de stich
ting in 1856 af lid zijn geweest, en
van wie er twee op dezen avond aan
wezig waven. Verder de gasten, onder
wie de heer jhr. mr. J. W. G. Boreel
van Hogelanden, burgemeester van
Haarlem. Ook richtte hij een woord
van dank tot de vier leden welke door
persoonlijke schenkingen er veel toe
hebben bijgedragen om het inwendige
van het gebouw nog te verfraaien.
Het zijn de heerenj dr. J. Coomans cle
Ruiter voor zijne plafondschilderin
gen in de lee3- en reslauratiezaal, de
heeren Kerrebijn en Veth, leden der
firma van Diesen Kerrebijn voor
hunne glasversiering in de conversa
tiezaal en de heer J. Krol Kz. voor
zijne tegelversiering (faïonce de Ro
zenburg) voor den schoorsteen in
laatstgenoemde zaal. Verder bracht
de ieer Prins nog een wooru 722
hulde aan de heeren architecten Roog
en Van den Ban en den bouwmees
ter den heer J. J. van Schijndel, die
het werk tot volle tevredenheid V&R
het bestuur hebben opgeleverd.
Na afloop van het concert werden
de aanwezigen verzocht het nieuwe
gebouw in oogenschouw te nemen.
Óndanks het groote aantal aanwezi
gen, dat ongeveer 1500 bedroeg, ge
schiedde dit zeer geregeld.
Van uit de concertzaal komt men
in de ruime biljartzaal, voorzien met
6 biljarten, waaraan grenst de kolf
baan. Aan deze zaal grenst de con-
vereatiezaal, die den westelijken
vleugel van het gebouw inneemt.
Van uit dezezaal komt men in de lees
zaal. Zooals wij reeds in een vroegere
beschrijving over de inrichting meld
den, bevinden zich op de eerste ver
dieping [twee in elkaar loopende res
tauratiezaaltjes en de kleine zaal,
voor vergaderingen enz.
De inrichting en de etcfiëering
der verschillende zalen zijn in
woordprachtig.
Men weet niet wat het meest te be
wonderen: de stemmige, deftigheid der
leeszaal door haar donker behangsel
en fraaie koperen staande lampen op
de groene tafels, de gezelligheid der
convereatiezaal met bare gemakke
lijke stoelen en crapeauds, hare
sierlijke gordijnen en gaskronen hare
fraaie tafeltjes enz, of de prachtige
ruimte van de biljartzaal met haar
uitzicht in de serre en den tuin.
Kortom de inrichting van de socië
teit „Vereeniging" is zoo volmaakt,
en er op berekend de gezelligheid te
bevorderen, dat wellicht menige huis
vrouw Zaterdagavond bij het doorwan
delen beseft zal hebben dat de socië
teit eene scherpe concurrente ie gewor
den van de huiselijke gezelligheid, die
zij echtgenoot of zoon in den huiselijken
kring heeft aan te bieden.
De rondgang door de verschillende
FEUILLETON
Iiiifiikiiïdikiigi.
Naar het engelsch
van CHARLES READE.
16)
HOOFDSTUK V.
Na eenige moeite had hg hem gevonden. Dit waai dig lid
der maatschappij verkeerde in benarde omstandigheden, zuo-
dat hij door de belofte van een goudstuk te rullen krijgen,
rich liet bewegen om juffrouw Mansell alles te vertellen wat
hij omtrent haar echtgenoot wist. De sluwe Varney wilde
Pinder niets vertellen alvorens deze het geld had getoond
en hij om een voorschot had gevraagd. Pinder weigerde dit
beslist en volstond met hem het geldstuk te laten zien.
Aldus elkaar wederkeerend wantrouwende besloten zij naar
Greenstreet te gaan. Toen Varney echter voor het huis
stond, herinnerde hij zich het gebeurde bij den inbraak en
de wanhoop van de vrouw; hij werd bevreesd en wilde terug-
keeren.
„Neen, neen," zeide Pinder, „ik neem alle verantwoorde,
iijkheid van dit bezoek op mij," en duwde hem bijna naar
binnen.
De twee zusters verkeerden nog in een toestand van op
gewondenheid, en Deborah hield hare zuster gezelschap in
den winkel. Ofschoon Sarah Varney slechts eenmaal had
gesproken, waren zijn gelaat en gestalte onuitwischbaar in
haar herinnering gegrift, en toen zij hem zag, uitte zij een
zwakken kreet, sloeg hare handen voor haar gelaat en wendde
haar hoofd af. „O, die man riep zjj uit. „Daar heb je het
al," zeide Varney, „zij kan mijn gezicht niet uitstaan en
geen wonder." Na deze opmerking de meest geloofwaar
dige, die hij in jaren had uitgesproken trachtte hij heen
te gaan. Pinder greep hem bij zijn kraag stevig vast en voor
de eerste maal in deze drie jaren richtte hij een verwijt tot
Sarah. „Is dat nu verstandig, om voor dezen man te vluch
ten, zoodat hij het beetje moed dat hij heeft nog geheel ver
liest en zijn mond houdt?"
„Neen, neen," zeide Deborah haastig. „Als u haar iets
kunt vertellen over haar man, wees er dan van verzekerd,
dat u welkom zijt. Laat het verleden voorbij zijn."
„Ik zal antwoorden op wat lij mij vraagt."
„En ik verplicht mij om je dit te geven als -je dat doet,"
zeide Pinder. „Deborah kan het intusschen vasthouden."
Hij overhandigde Deborah het goudstuk. Zij sloot het in
bare vingers weg, en het was duidelijk, dat zij het niet sou
weggeven vóórdat- Varney sijne belofte was nagekomen. In
dien tusschentijd had Sarah langzamerhand haar blik op
hem gevestigd, en nu keek zij hem zelfs doordringend aan.
„Zijt ge in New-York geweest?"
„Ja."
HOOFDSTUK VI.
„Hebt gij mijn man opgezocht?"
„Daar kunt u zeker van zijn, en het duurde zeer lang vóór
dat ik hem vond."
„Hem vond! Leeft hij nog?"
„Of hij nog leeft? Natuurlijk!"
„Gode zij dank
Zij was zoo ontroerd, dat Pinder en Deborah op haar toe
traden om haar te helpen, maar zij wees hen terug. „Neen,"
zeide zij, „vreugde zal mij geen kwaad doen. Leeft hij nog,
en is hij gezond?"
„Hij is nooit beter geweest."
„En gelukkig
„Zoo vroölijk mogelijk."
Sarahs vólgende vraag werd aarzelend en droevig uitge
sproken.
„Heeft hij nog naar ons gevraagd?"
„Zéker," zeide Varney. „Bet eerste woord dat hg zeide
wasHoe gaat het mét Sarah en het kind
„God ïègéfijfiieiriY' riep Sarah uit. „En wat hebt ge van
on. verteld?"
Ja, ik heb hem niéts anders kunnen vertellen dan wat
ik van alle'kanten heb géhoord, dat u zijn handel drijft zoo
wel ais 'dén uwen. Dat Joe Pinder uw rechterhand is, dat
gij rijk en dus ook geacht zijt."
„Hebt gij hem dat verteld vroeg Deborah met nadruk