lASPLAKBILJETTEN. Voor onze Yensters. EENE ERFTANTE. NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. ABONNEMENTSPRIJS: ADVERTENTIËN: FEUILLE TON 12e Jaargang Woensdag 6 Maart 1895. No. 3581 HAARLEMS DAGBLAD Voor Haarlem per 3 maandenf 1,20. Franco door het geheele Kijk, per 3 maanden 1,65. Afzonderlijke nummers0,05. Geïllustreerd Zondagsblad, per 3 maanden 0,30. franco per post 0,37^. Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Bureau: Kleine Houtstraat 14;. Haarlem. Telefoonnummer 122. van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 Cents. Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Reclames 20 Cents per regel. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze agenten en door alle boekhandelaren en courantiera. Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE Co., JOHN F. JONESSuce., Parijs 31 bi* Faubourg Montmartr*. BILJËTTËIV voor Veilingen en Aanbestedingen, voor Feestelijk heden, Concoursen etc. kan men ter StoomdrukkerU van dit Blad tot hoogst billijken prijs laten drukken. Sieuwste Lettersoorten. Spoe dige aflevering. De Directeur Uitgever J. a PEERKBOOM. In de étalage voor d© vensters van het Bureau van dit Blad zijn de na volgende afbeeldingen gelegd De vorst van Lombok. De Lomboksche Rijkigrooten. Uit Eigen Haard Javaansche Chris tenleeraar en inl. Christenvrouw. Winteroefeningen in de kazerne te Dyon. "De zegening der vieschersvloot te Paimpol. Het inwendige van een Semaphore. De Teutonic neemt de bemanning een er verongelukte visschuit aan boord. Ballet in het Olympia theater te Londen. Het Engelsche huis van afgevaar digden gedurende de diseussie over de katoenrechten in Indië. gDuitsche soldaten op sneeuwschoe- nen. Noorweegeche sneeuwschoenrace. Engelsche troepen in Britech Indië. De troepen nemen medicijnen in tegen scorbut. Huwelijk van de zuster van den Khedive. C Afvuren van een kanon op een japansch oorlogsschip. Wacht voor de fransche legatie te Peking. Groep soldaten van de wacht. Het japansche oorlogsschip Chokai Kwan, de kust langs varende tot nabij Port Arthur. Chineesche troepen op weg naar 3hefoo. De scheeve toren van Pisa. Nachtelijke zalmvisscherij. Na den storm. Geruïneerd. De vrouw van Kleophas. Tramway-oproer. Te veel vergunning. Politieke Platen en Portretten. STADSNIEUWS. Haarlem5 Maart 1895. Het Stuk van onzen Burge meester over Loon en Arbeidsduur. De bekende nota van den heer Boreel aan B. en W. ©ver bedoeld onderwerp heeft nog ander verzet dan van „de Opmerker" uitgelokt. De Libb. v. verbaast zich over de nota en acht de beweringen van den heer Boreel in strijd met het rapport der Utrechtsche Raadscom missie. Het Vad. vindt er strijd in met de officieele stukken van den Amster- damschen Raad. Immers de bedoeling was een verhooging van het dagloon met 18 ct. op f2.40, en een verhoo ging van het uurloon met 3 ct. op de 20 ct. Nergens ook blijkt uit die stukken de theorie, volgens welke een verhooging der inschrijvingssom men met 5 pCfc. werd verwacht. „De Haarlemsche burgemeester springt los om met practijk en theorie zegt het blad. „Als ergens de practijk iets leert, pbantaseert Z.E.A. een daarmeê strij dige theorie, ten einde te doen ge voelen dat „theorie" in deze aangele genheid onbetrouwbaar is. „Maar wanneer ergens een theorie verkondigd is, welke aan Z.E. A. te pas komt, dan beroept hij zich op haar." Dat de beweringen van den heer Boreel in strijd zijn met het betoog der Utrechtsche Raadscommissie kan o. i. even zeo goed ten nadeele van die Commissie worden uitgelegd. Het „Vaderland" beschuldigt den steller van los omspringen met theorie en practijk en van phanta teren,maar deze beschuldigingen had den naar het ons voorkomt, wel wat beter megen worden toegelicht. De bestrijding van de nota is niet zeer principieel en tot dusver is het belangrijkste bezwaar tegen 's Burge meesters redeneering o. i. de opmer king van den Opmerker, dat de aan nemers niet allen evenveel voor hunne bouwmaterialen betalen, maar dat dit alhangt van het bezit eener goede beurs en van bekendheid met de goede adreseen. den Arend te candideeren voor den gemeenteraad, voor de plaats van dr. D. de Haan. Zonderliüg bericht 1 Terwijl m9n nog wacht op de beslissing van den heer Van den Arend omtrent zijn al dan niet intrekken van zijn ontslag als commandant der brandweer, zou men hem lid van den Raad willen gaan maken en hein daardoor in elk geval aan onze brandweer ontnemen. Onzes inziens moet de heer Van den Arend er nu zelf mee in de war raken. „Eerst wordt er van alle kan ten bij mij op aangedrongen, dat ik als commandant der brandweer aan blijf en nu wil men weer dat ik lid van den Raad word en dus de brand weer den rug toekeer I" Dit zou de heer v. d. A. dezen al te ijverigen vereerders kunnen toe roepen. Pas de zèle. Dit is met iemand sollen. Wanneer de heer van den Arend bij zijn besluit blijft vol har de b, is het waarlijk nog tijd genoeg om te denken aan zijne candidaat- stelling voor den Raad in plaats van Dr de Haanop wiens graf de aarde nog zoo versch is. Overdrijving. Het „Nieuws van den Dag" weet te vertellen, dat men na het onlangs genomen Raadsbesluit waarbij hulde wordt gebracht aan den heer D. E. L. van den Arend, er in Haarlem ernstig over denkt om den heer Van Nijverheid. Onder voorzitterschap van den heer mr Joh Enschedé vergaderde Maan dag het departement Haarlem van de Ned. Maatsc tij. tot bevordering van Nijverheid, tot voortzetting der be spreking over het in de volgende maand te Amsterdam te houden congres voor Vakonderwijs. In de vergadering van 28 Januari werden de ©erste der te behandelen punten over dit onderwerp ter sprake gebracht na inleiding van den heer Elink Sterk, die op genoemd congres bet departement zal vertegenwoor digen. In zeer waardeerende woorden her dacht de voorzitter het overlijden van dr. D. de Haan, voorheen voor zitter van de Maatschappij. Eenige discussie ontspon zich over de waarde en de deugdelijkheid, te hechten aan het getuigschrift, uitge reikt aan den leerling, naafgeloopen schooltijd op de lagere school, die hierna de ambachtsschool wil bezoe ken. Een schrij ven hierover was door den heer P. H. v. d. Leij, die verhinderd was de vergadering bij te wonen, gezon den naar aanleiding van eene in de vorige vergadering door den heer G. L. van Lennep geuite opmerking, dat somtijds dergelijke getuigschriften niet te zeer vertrouwbaar zijn. De conclusie was dat die opmerking op een misverstand moest hebben berust. De heer Elink gterk leidde nu de verschillende vragen van punt b in, betreffende het middelbaar onderwijs (waartoe ook de ambachtschool be hoort) en het voortgezet lager onder wijs (burgeravondschool) in verband met het vakonderwijs. Hij geeft een kort overzicht van de conclusiën in het indertijd, betreffende het vakon derwijs, [door het departement uitge bracht rapport. De burgeravondschool werd door hem genoemd als niet geschikt om den schakel te vormen tusschen het lager onderwijs en het practische leven, in hoofdzaak te wijten aan een overvoerd programma. Een hoofd zaak dient vooral te zijn het teeke nen en leeren lezen van teekenin- gen. Nadat over dat onderwerp (teeke nen) de heer en dr. Bijieveld en E. von Saher het woord hebben gevoerd, wenscht de heer mr. van der Mersch de vraag te stellen, of waar eene ambachtsschool is met meer theoreti- schen avond-cursus de burgeravond school niet kan worden atgeschaft. De heer J. Merens merkt op dat de burgeravondschool meer geschikt is voor jongens, die niet in staat zijn de ambachtsschool te bezoeken, wijl zij geld moeten verdienen na het verlaten der lagere school. Hij wijst er echter op, dat de burgeravondschool te tweeslachtig is; het programma is te uitgebreid, velen doorloopen daardoor den cursus niet geheel. Vereenvoudiging is dus zeer gewenscht. De inleider, die de overgangsexamens nog als een nadeel aanstipt, is het met den vorigen spreker eens. Na eene opmerking van den heer jhr. Speelman, die van den inlei der vooral wenscht, dat hij aangeeft, hoe naar zijne meening het program ma voor de burgeravondschool be hoort te zijn, deelt de heer Elink Sterk mee, dat hij de natuurkunde en de fransche taal van het leerplan wenscht afgevoerd te zien en zou aandringen op herhalings lager onder wijs en op het teekenonder wijs, (het lezen van teekeningen en het maken van detailteekeningen). Den heer van der Mersch blijkt, dat er te veel onderwijs, op de school wordt gegeven. Indien dit te uitge breid is, in verband ook met hetgeen de wet te dien opzichte toestaat, dan is het onderwijs niet geschikt voor den aanstaanden ambachtsman. Dan moet de avondcursus der ambachts school dienst doen voor de jongens, die niet in de gelegenheid zijn aan de ambachtsschool zelve te kunnen worden opgeleid. De heer E. Von Saher die evenals de heer J. J. F. Beijnes tegen opheffing van de burgeravondschool is, be spreekt de wenschelijkheid van meer overeenstemming in beide scholen. De heer Beijnes wijst nog op het groote nut de leerlingen zoowel theo retisch als practisch goed te bekwa men, en op de wenschelijkheid van verplicht schoolbezoek tot den 14 jarigen leeftijd. De heer J. H. Krelage is ook voor die verplichting, daar die tengevolge zou hebben, dat voor het herhalings onder wijs verscheidene vakken over bodig werden. Spreker zou wenBchen dat er eene avondschool zou worden gehouden in alle gemeenten, daar voor in de termen vallende, met vak onderwijs, in overeenstemming met de plaatselijke toestanden. Op voorstel van den voorzitter wordt de discussie over dit onder werp gesloten, en wordt door hem geconcludeerd, dat het departement het met den inleider eens is, dat de inrichting der burgeravondscholen ver betering behoeft. Hierna komt ter sprakede oplei ding in de werkplaats vergeleken met die in de ambachtsschool, waarbij de inleider en de heer Vogel inlichtin gen verschaffen over de werking van het leerlingstelsel aan de werkplaats alhier der Holl. IJz. Spoorw. Maats. De inleider bepleitte de verkieslijk heid van het leerlingstelsel de op leiding in de werkplaats boven de opleiding op de school. De heer Beijnes noemt de bezwa ren en nadeelen vooral voor particu liere industrieële ondernemingen; tot het hebben van een leerlingschool. De conclusie is: dat aan de oplei ding in de werkplaats de voorkeur moet worden gegeven, maar dat de invoering in vele gevallen groote be zwaren zou hebben. Het laatste punt wordt verder niet behandeld en hoewel de agenda nog de behandeling der aangevraagde sub sidies vermeldt, wordt wegens het vergevorderd uur de vergadering ge sloten. Aanbesteding. Bij de heden op het bureau van de genie, aan de Kinderhuis vest, ge houden aanbesteding voor het doen van voorzieningen aan de infanterie- kazerne alhier, ten behoeve van de cadetten der koninklijk militaire aca demie, zijn zeven biljetten ingekomen. J. A. Jonker 1158. P. van Duuren 1213.—. D. A. Braakenburg 1235. D. H. van Leeuwen 1245. S. B. Peijra J. S. van Velthuijsen Allen alhier woonachtig. 1300.—. 1375.—. Naar het engelsch van A. B. ROMNEY. 18; HOOFDSTUK IX. Nellie trad het vertrek binnen. „Wil ik dat naar boven brengen?" vroeg zij. „Neen, dank je; ik zal hetzelve wel brengen," riep Amy op scherpen toon uit. „Ik heb al geluncht en kom niet be lleden vóórdat ik mij gekleed heb; niemand behoeft dus naar hoven te komen om te zien waar ik blijf." Na dit gezegd te hebben ging Amy met het presenteer blad vlug naar boven en klopte aan miss Hawkins deur. Squelsh deed open. „Squelsh," begon Amy, „hier is de lunch voor tante, en Squelsh wil je zoodra j© tijd hebt op mijne kamer komen en mij dat lieve werkje met den kruissteek, waaraan je gis teren bezig waart, eens laten zien? Zou je niet kunnen komen terwijl tante Hawkins haar lunch gebruikt?" „Ja miss, ik zal onmiddellijk komen, zoodra zij goed en wel aan haar lunch bezig is," antwoordde Squelsh, nam het blad van haar aan en deed de deur dicht. Amy begaf zich naar hare kamer en wachtte Squelsh vol ongeduld. „Wanneer zij niet wat haast maakt, dan hebben allen reeds bun lunch gebruikt en loopen hier en overal rond," riep zij verdrietig uit. Weldra trad Squelsh binnen met haar gewonen kal- men tred. „O, ben je daar eindelijk!" riep Amy uit. „Ga hier maar gemakkelijk zitten. Zou je denken, dat deze wel goed zou staan het is de eenige soort, die ik heb. Ze is voldoende om ze bij het leeren te gebruiken, niet?" „O ja, juffrouw, zeker," antwoordde Squelsh, nam de wol en begon te werken. „Smaakte tante Hawkins haar lunch?" vroeg Amy. „Ziet zij er ze r vermoeid uit „Ja juffrouw, zij is nogal vermoeid maar schijnt minder onrustig te zijn dan vanmorgen. De gedachte aan het testa ment drukte haar vermoedelijk te zwaar." „Heeft zij lang werk gehad met het testament? Mijnheer Sparker bleef niet zoo lang bij haar boven als ik wel ge dacht had," zeide Amy. „Inderdaad juffrouw?" antwoordde Squelsh. „Ben je al dien tijd in de kamer geweest?" vroeg Amy onverschillig. „Ja miss. Ik was een van de getuigen ik en de keu kenmeid." „Zoo," zeide Amy; na een tijd van stilzwijgen voegde zij er bij terwijl zij zeer rood in het gelaat werd„En je weet dus zeker wel aan wie zij al haar geld heeft nagelaten?" „Ja miss, dat weet ik," antwoordde Squelsh met een kuchje. „O Squelsh," riep Amy uit, „hoe gaarne wenschte ik in je plaats te zijnIk had er alles voor over om den inhoud te kennen." Squelsh antwoordde niet en Amy vervolgde haastig: „Squelsh, beste Squelsh, je bent altijd zoo vriendelijk en voorkomend, zou je er mij niet iets van kunnen mededee- len Ik zou het zoo geheel geheim houden Zou je niet alleen met je hoofd kunnen knikken wanneer zij alles aan mij heeft nagelaten? dan vertel je het immers niet." „O juffrouw, ik durf niet. Dat zou mij mijn betrekking kosten," zeide Squelsh, al haar aandacht op haar handwerkje vestigend. „O Squelsh goede Squelshsmeekte Amy, „niemand zou het ooit te weten komen, dat je het mij verteld hebt, en het zou mij zoo gelukkig makenIk zou er alles voor over heb ben alleen om het te weten." „Wat wilt u er voor geven?" „Ik zou je geven een halven kroon Squelsh; ja zelfs vijf shillings," zeide Amy. Squelsh schudde het hoofd en liet een korten, spottenden laoh hooren. „Nu ik zou tien shillings willen geven. Toe Squelsh?"

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1895 | | pagina 1