BINNENLAND,
Letteren en Kunst
Rechtszaken.
Politiek Overzicht.
In het begin van de maand September
a.8. zullen in de omstreken van het
fort bij Aalsmeer en den Haarlem-
mermeerpolder oefeningen op groote
schaal in den vesting-oorlog worden
gehouden. Aan deze oefeningen zal
o.m. worden {deelgenomen door e6n
detachement van het korps ponton
niers.
Parlementaire praatjes,
„Nog een stuk of tien sprekers in
geschreven mijnheer,"zeide de bode mij
van ochtend (Dinsdag).
Waarachtig, het wordt vervelend,
dat debat over de motieDobbelman
tot invoering van beschermende rech
ten.
De heer De Beaufort uit Amster
dam was eerlijk genoeg om te erken
nen, dat het „te groote uitgebreid
heid" had gekregen, wat in parle
mentaire taal wil zeggen, dat het
vervelend is.
Zelfs een zoo knap man als deze
afgevaardigde wist in een rede van een
uur lang betrekkelijk weinig nieuwe
argumenten tegen de motie aan te
voeren. Toch was de rede merkwaar
dig. In 't kort waren de argumenten
van den heer de Beaufort tegen be
schermende rechten in het algemeen
deze: dat zij niet doen voorzien welke
belangen kunnen geschaad worden
dat stelselmatig doorgedreven pro
tectie leidt tot algemeene verarming
dat het nadeelig is voor een klein
land, omdat de concurrentie wordt
gedood, monopoliën worden gescha
pen en de nationale zelfstandigheid
bedreigd, daar men zal streven naar
aansluiting bij een groot beschermd
gebied. Meer bepaaldelijk de graan
rechten bestrijdende, merkte spr. op
dat in de protectionistische landen
de landbouw desondanks niet loo
nend is dat de voordeelen van graan
rechten komen in de zakken van den
grondeigenaar: dat daardoor, blijkens
de geschiedenis der graanrechten in
ons land, nooit stabiliteit van de
graanprijzen is te verkrijgen. Hij wei
gerde dan ook de verantwoordelijk
heid tot invoering van protectie te
hebben medegewerkt. Niet het minst
om het bezwaar, dat de graanrechten
grootendeels zouden moeten betaald
worden door de armen, door den wer
kenden stand.
Dit punt was tevoren zeer uitvoe
rig behandeld door den heer Heldt,
die o. m. had berekend hoe bij een
recht van f2.50 per Hectoliter een
arbeidersgezin f36.per jaar aan be
lasting, in den vorm van duurder
brood en andere levensmiddelen zou
hebben op te brengen. De heer Heldt
bestreed ten sterkste dat bescherming
zou leiden tot loonsverheffing en hij
weigerde beslist zijn stem aan de
motie te geven, vooral waar de werk
lieden, de armen, zelfs de bedeelden,
al de nadeelen van graanrechten zou
den ondervinden en de welgestelden
daarin nauwelijks voor l/z van het
totaal bedrag zouden betrokken zijn.
De heer van Dedem, die de motie
verdedigde, stelde op den voorgrond
dat hij eigenlijk vrijhandelaar was,
maar bescherming onmisbaar achtte
waar ons land èn wat zijn handels
politiek èn wat zijn muntstelsel be
trof, op een geisoleerd standpunt
stond, omringd door landen die hun
nijverheid en landbouw beschermden
en in een toestand van steeds die
per gaande malaise. Alleen weder
invoering van den dubbelen muntstan-
daard zou, naar zijn opvatting, pro
tectionisme onnoodig maken.
Dat herstel van de waardeverhou
ding tusschen goud en zilver een
belangrijk voordeel zou zijn, gaf de
heer Cremer toe. Maar hij deed
uitdrukkelijk uitkomen dat de indus
trie gegrond is op concurrentie en
wilde [zij op de wereldmarkt kunnen
concurreeren dan moesten de prijzen
laag zijn. Aan de geschiedenis onzer
industrie ontleende hij een krachtig
argument tegen protectie, waar hij
er op wees, dat onze industrie vrij
algemeen bloeit en door studie en
energie wankelende bedrijven tot een
groote hoogte zijn opgevoerd. Zijn
conclusie was dan ook dat de indus
trie behoefte heeft aan bescherming...
tegen protectie.
Aan de zijde der tegenstanders van
de motie schaarden zich noch de hee-
ren Roessingh, Zyp en de Lange. Een
uitlating van den laatste verdient
nog vermelding. Er zijn, zeide hij ook
werklieden, die om protectie vragen,
meenende, dat zij meer werk zullen
vinden. Kun zou hij willen vragen:
zult gij dan het kapitaal, dat gij be
strijdt, kunstmatige voordeelen bezor
gen? De Amerikaansche werklieden
hadden het beter ingezien en protectie
veroordeeld als een product van
klasse-wetgeving.
Men zegt, dat morgen (Woensdag
ochtend) de Minister-president de rij
der spreker zal onderbreken en men
fluistert iets van een motie tot slui
ting van het debat. Oefl
G. Jr.
gen. Het tijdstip van de uitreiking
zal nader worden bepaald, waarmede
vermoedelijk nog eenigen tijd zal ver-
loopen met het oog op de afwezig
heid van generaal Vetter en den te
rugkeer uit Oost Indië van verschil
lende officieren van het Ned. Indi
sche leger en andere omstandigheden
zoodat de plechtigheid eerst in het
laatst van Juni of begin van Juli
zal kunnen plaats hebben.'
H.H. MM. de Koninginnen hebben
het voornemen in de laatste helft
van de maand April, na het gewone
bezoek aan Amsterdam, een bezoek
van tien veertien dagen te brengen
aan Londen, ter bezichtiging van deze
wereldstad.
Hare Majesteiten zullen van deze
reis weder naar de residentie terug-
keeren en van daar in den namiddag
van 14 Mei naar Nijmegen ver
trekken tot het brengen van het be
zoek aan de provincie Noord-Brabant.
Uit de Staatscourant.
Bij Kon. Besl. is met ingang van
den laten April a. s.
lo. dej kapitein ter zee G. H. van
Steyn eervol ontheven van de be
trekkingen van chef der afdeeling
„Personeel" bij het Departement van
Marine en lid der commissie tot het
examineeren van zeeofficitren en
adelborsten
2o. de benoemde kapitein ter zee
A. G. Ellis eervol ontheven van de
betrekkingen van inspecteur van den
marine-torpedodien6t, tevens lid van
genoemde commissie en aan hem
opgedragen de betrekking van chef'
der afdeeling „Personeel" bij het
Departement van Marine;
3o. de waarneming der betrekking
van inspecteur ran den marine-tor-
pedodienst, tevens lid van meerge
melde commissie, tijdelijk opgedragen
aan den luitenant ter zee late klasse
H. Herman;
4o. aan den kapitein-luitenant ter
zee G. A. van der Mieden, stafofficier
der zeemacht in de stelling Amster
dam, opgedragen de betrexking van
lid der commissie tot het examineeren
van zeeofficieren en adelborsten.
De „cliipsmakers" te
Amsterdam.
De „chipsmakers" hebben Dinsdag
met groote meerderheid besloten geen
arbeid meer aan te nemen dan tegen
het tijdens de werkstaking vastgestelde
minimum-tarief. Zij vergaderden Dins
dag weder in „Plancius", benoemden
eene commissie van honderd leden
om op de 50 slijperijen van de vak-
genooten der andere branches en de
chipsmakers wien het minimum loon
uitbetaald wordt, geld in te zamelen
tot stijving der weerstandskas, en
ondernamen da.irna als van ouds eene
wandeling om chip3makers die nog
beneden het loon werken, te overre
den eveneens het werk neer te leggen
laden, nadat het ongeveer vier weken
geleden, toen de rivier met ijs was
bedekt in een loods aan de overzijde
der rivier was opgesla.en, deed zieh
om half zes, toen men begonnen
was met de lading van het derde
schip een hevige ontploffing hooren.
Bijna onmiddellijk volgde een nog
heviger knal.
De huizen waggelden op hun grond
vesten en toen men de straat opvloog,
zag men een reusachtige dampkolom
boven de ligplaats der dynamiet-
schepen opstijgen. Nadat deze w:j
opgetrokken, bleken er twee schepen,
beladen met ongeveer 1600 kisten in
de lucht te zijn gevlogen. Een derde
schip stond in brand, doch gelukkig
bleek dit nog geen lading aan boord
te hebben. Intusschen is dit schip
door het vuur vernield. De andere
nabijgelegen vaartuigen moeten be
trekkelijk weinig geleden hebben.
De ramp is niet op Nederlandsch
dooh op Pruisisch grondgebied voor
gevallen. Met zekerheid is niet bekend
hoeveel personen zijn omgekomen,
doch men vermoedt een twaalftal. De
schade te Lobit zelf is gering, alleen
zijn er een groot aantal ruiten vernield.
Te Spijck en in tal van andere
dorpen in den omtrek zijn vele huizen
ernstig geteisterd. Ook te Elten en
Emmerik heeft de ontploffing schade
veroorzaakt en in den ganschen ach
terhoek van Gelderland heeft
dreunende slag heel wat ontsteltenis
verwekt.
Hof berichte a.
Op de soirée littéraire, Maandag
avond ten hove voor H.M. de Ko
ningin-Regentes gehouden, was tot
onderwerp hunner voordrachten ge
kozen door prof. Chantepie de la
Saussaye het Bhoeddisme en door den
gewezen luit. ter zee Werumeus
Buning: een marineschets. De beide
voordrachten waren van korten duur.
Op dezen kunstavond waren een 150-
tal personen genoodigd, meerendeels
dames en heeren uit de hofkringen
en de residentie. Onder het auditorium
werden opgemerktde oud-ministers
Mackay, Hartsen, generaal Bergan-
sius, Havelaarde presidenten der
Eerste en der Tweede Kamer, de
gouverneur der residentie en de oud
burgemeester Patijn. In een der ne
venzalen waren aquarellen uit de
collectie van Hare Majesteit ter be
zichtiging gesteld.
Bij de Koninginnen bestaat het
voornemen, aan de officieren, onder
officieren en minderen, die zich, het
zij op Lombok of in Atjeh zoodanig
hebben onderscheiden dat zy de Mili
taire Willemsorde hebben verdiend,
en aan wie het ridderkruis daarvoor
nog niet is uitgereikt, die onderschei,
dingsteekenen zeiven te overhand!
Met een der spoorbooten werd van
uit Enkhuizen Maandag een proeftocht
gedaan naar Stavoren. Aanvankelijk
was de zee ruimalleen dreef eenig
drijfijs rond, dat echter, naarmate
men de Friesche kust naderde in hoe
veelheid en zwaarte toenamzelfs
ontmoette men nog ijsheuvels, die
circa 4 Meter boven het water uitsta
ken zoodat men meermalen genood
zaakt was, om het ijs heen te stoo-
men. Toch ging de heenreis vrij voor
spoedig en na ruim anderhalf uur
bereikte men de haven van Stavo
ren minder snel ging de terugtocht,
waarmede bijna 3 uren gemoeid wa
ren. Hoewel de proeftocht dus niet
erg meegevallen is, zal toch naar alle
waarschijnlijkheid nog deze week de
veerdienst worden geopend.
pliehting volgt om uit te keeren wat
ten onrechte in zijn bezit gekomen
De eisch tot teruggave der ver
schenen rente werd afgewezen, omdat
niets gebleken was van een bezit te
kwader trouw.
De Utrechteche Tooneelvereeniging
Apollo" heeft uitgeschreven een
wedstrijd in voordrachten, monologen
en fragmenten op 16 April 1895 in
het park Tivoii.
De uit te loven prijzen zijn
Voor dramatische voordrachten, 2
prijzen, een verguld zilveren, en zily,
med.
Voor komische voordrachten,
prijzen, een verg. zilv., en zilv. med, I
Groote ontploffing.
Te Lobit is Dinsdagnamiddag te 5
uur 30 een dynamietschip in de lucht
gevlogen. Een ander schip geraakte
in brand. Er is veel schade toege
bracht aan omliggende huizen. Het
is nog onbekend, ot er menschen-
levens bij dit onheil verloren zijn
gegaan.
Nader wordt geseind
Te Salm Orth (bij Spyck) is Dins-
tg het schip Elisabethschipper
Reymers, met de geheele lading be
staande uit 1000 kisten dynamiet, in
houdende 20.000 K.G., in de lucht
gesprongen. Het aantal dooden be
draagt 13, dat der gekwetsten ver
moedelijk 5, terwijl éen krankzinnig
is geworden. Het schip De Hoopschip
per Gerritsen, is verbrand, andere
schepen ernstig beschadigd. Op de
plaats des onheils is de verwoesting
verschrikkelij k.
Nader meldt men: Een vreese-
lijke ramp heeft D.nsdagavond nabij
Lobit plaats gehad. Terwijl men bezig
was een transport dynamiet van
ongeveer 9000 kisten, of ruim 22,500
K.G. en verdeeld over 6 schepen,
bestemd voor Maassluis weder in te
doek af, zette ze op zijn neus en zeide
„Wijlen miss Hawkins heeft mij opgedragen om dezen
briet vóór het testament te lezen. Daarin verklaart zij de
redenen waarom zij haar geld vermaakt aan de persoon, die
zij het geschiktst acht als erfgenaam. Zooals u kunt zien,
vermeldt zij op de enveloppe, dat hij aan hare familieleden
moet worden voorgelezen op dezen dag, den len Januari 1893.
Met uwe toestemming zal ik er nu toe overgaan."
Sparkes verbrak het zegel en vouwde het ingesloten papier
open. Daarna schraapte hij zijn keel en las het volgende:
Brief van miss Hawkins.
„Aan mijne zeer dierbare en naaste bloedverwanten, die
als een vlucht op buit azende raven zich hebben verzameld,
om wat 7an mij overbleef buit te maken. Ik, Henrietta
Hawkins, schrijf dezen brief om u mede te deelen wat mij
er toe dreef het testament te maken zooals het nu is.
„In mijn laatste testament, door mijnheer Sparkes opge
steld, herroep ik al mijne vroegere testamenten. Ik herroep
het testament gedateerd 17 September 1880, waarin ik al
mijne bezittingen vermaakte aan mijn kleinzoon, Samuel
Dudley, dien ik op dat tijdstip voor den schijnheiligsten
schelm hield, dien ik ooit ontmoette."
Samuel kreunde luid en werd zeer rood in zijn gelaat.
„Ik herroep het testament, gedateerd 11 Januari 1885,
waarin ik het grootste gedeelte van mijn geld vermaak aan
Robert Parry, als de grootste oplichter, dien ik het genoe
gen had onder mijne familie eden te tellen, maar daar hij
naderhand dom genoeg was om een bankroet te maken, ver
anderde ik van gedachte en maakte een ander testament,
waarin ik al mijn geld aan mevrouw Samuel Dudley naliet,
omdat ik haar als de laagste, gierigste vrouw beschouwde,
die ik ooit had ontmoet. Ook dit testament vernietigde ik,
en ik maakte er een, gedateerd 1 April 1888, waarin ik
20.000 pd. st. naliet aan Squelsh, mijne ondergeschikte, als
blijk van waardeering over de bizonder kranige wijze, waarop
zij mij vier mijner schoonste ringen heeft ontstolen."
„Dat ontken ik," snikte Squelsh met zachte stem bij de
deur. „Dat ontken ik len stelligste 1"
Dit testament is ook door mij vernietigd, en ik maakte
er een, gedateerd 29 October 1889, waarin ik al mijn geld
beschikbaar stelde voor de stichting in mijne geboorteplaats
van een Tehuis voor Katten en Honden."
Sparkes wachtte een oogeblik om zijn neus te snuiten en
aan groote verbazing ten prooi wachtten de aanwezigen.
„Dit testament heb ik vernietigd," vervolgde Sparkes.
Een zucht van verlichting welde op uit aller borst
„Dat is in ieder geval een geluk," merkte Crum op.
„Stil, stil 1" zeide de majoor. „Ga als 't u blieft voort
mqnheer."
„Ook dit testament heb ik vernietigd, want ik herinnerde
mij, dat er eene familie was, die ook tot mijne bloedver
wanten behoorde, die mij nooit had lastig gevallen of vervolgd.
Ik besloot met mijne eigen oogen eens te gaan zien wat de
oorzaak was van hunne ongewone houding. Zij moesten in
De diaconiën der Hervormde ge
meenten te Amsterdam en te Haar
lem zijn Dinsdag voor de rechtbank
alhier veroordeeld tot terugbetaling
eener som van ongeveer f80.000. De
zaak betreft het volgende
Den lln Juli 1890 overleed te Am
sterdam zonder testament na te laten
de heer H. W. B. en werd zijn erfe
nis verdeeld tusschen de erfgenamen
van vaders- en moederszijde. De eenige
erfgename van moederszijde, mejuf
frouw H. K., overleed den 23sten De
cember 1893 en stelde tot erfgenamen
aan de diaconiën der Nederlandsch
Hervormde gemeente te Amsterdam
en te Haarlem. Bij onderzoek bleek
toen aan voormelde erfgenamen van
vaderszijde, dat de moeder van mej
H. K. een natuurlijk, niet erkend kind
was geweest, mej. H. K. geenerlei
recht had gehad op de erfenis van
den heer H. W. B. en zij niet als bloed-
verwan te-erfgename van moeders zijde
had mogen optreden, maar dat
lie erfenis had moeten verdeeld zijn
alleen tusschen de twee erfgenamen
van vaders-zgde. Dientengevolge werd
onder handen en beheer van den door
mej. K. benoemden executeur conser
vatoir arrest gelegd op alle gelden,
effecten, enz. welke deze in zijne qua-
liteit onder zich had en daarna de
diaconieën gedagvaard tot afgifte
van de gelden, enz. die mej. K. inder
tijd geërfd had van den heer H. W. B.
met de daarop verschenen rente.
Van de zijde der diaconiëa werd
deze vordering tegengesproken onder
andere op grond, dat niet bewezen
was dat de moeder van de erflaatster
een natuurlijk niet erkend kind ge
weest was en omdat het recht om
tegen de boedelscheiding op te komen,
verjaard was.
De rechtbank stelde de eischersin
het gelijk. Overwogen werd, dat door
de overgelegde akten voldoende be
wezen was, dat de moeder een na
tuurlijk niet erkend kind was, dat
mej. H. K. dus ten onrechte als bloed
verwante van moederszijde opgetre
den was; dat zoo bij de boedelschei
ding, door iemand die de hoedanig
heid van erfgenaam mist, is medege
werkt, die boedelscheiding nietig is.
waaruit voor dien persoon de ver
De commissie uit den duitschen I
Rijksdag voor de Umsturz-Vorlagt
zou heden een aanvang genomen I
hebben met de tweede Vehandeling I
van het wetsontwerp, maar deze be
spreking is tot den 27sten de
uitgesteld, daar de onderhandelingen I
over eeae schikking, te houden door
de nationaal-liberalen, conservatieven I
en clericalen nog tot geen resultaat
hebben geleid.
De voorzitter van den duitschen I
Rijksdag, de heer Von Levetzow, I
heeft aan alle leden van den Rijksdag I
eene uitnoodiging gezonden tot deel-1
neming aan een reis naar Friedrichs-1
ruhe op 25 Maart, ten einde daar op I
dien dag eene manifestatie te houden
ter eere van prins Bismarck.
De spaansche kabinetscrisis is nogl
niet tot eene oplossing gekomen. De I
koningin-regentes heeft o. a. geraad-f
pleegd den heer Canovas de Castillo I
den leider der conservatieven, Mocht I
deze eventueel aan het bewind komen, I
dan wordt eene Kamerontbinding I
tegemoet gezien, daar de conservatie-1
ven niet over eene meerderheid kun-|
nen beschikken. De kans dat het
evenwel nog tot eene schikking komt I
tusschen de voornaamste elementen I
van het afgetreden Kabinet, is evenwel
niet buitengesloten.
Spanje heeft op de nota der Ame-I
rikaansche regeering over het geval I
met de Alltanga nog niet geantwoord. I
In de Vereenigde Staten verlangt del
publieke opinie een krachtig optreden I
der regeeriug.
De Standard verneemt uit Kon-I
stantinopel, dat de Porte het verzoek!
der groote mogendheden om e"_
tolken bij de commissie tot onderzoek I
der Armenische gruwelen te mogen I
aanstellen ten slotte toegestaan
heeft.
De Anglo-Armenische vereeniging I
te Londen heeft eene gift van 10001
ontvangen van de Armeniërs teMoskou
voor propaganda.
In het engelsche Lagerhuis heeft I
Buxton Dinsdag verklaard, dat sirI
Henry Loch van oordeel was, dat alle I
uitzicht bestaat op een vreedzaam I
aanvaarden van de conventie door de I
Swazis. Met tact, oordeel en omzich-l
tigheid moeten Joubert en zijn ge vol
hunne zending hebben uitgevoerd.
De Engelsche Staats-Courant bevat I
een bevelschrift van het departement
van landbouw, verbiedende het ont
schepen van vee uit bijna alle Euro-
peesche landen, Nederland ingesloten.
In de conferentie, welke de Hon-
gaarsche bisschoppen Dinsdag hebben
gehouden, werd besloten, zich te ver
zetten tegen de beide kerkelijke wet
ten, die heden in de Magnaten-Kamer
in behandeling komen.
Toch gelooft de regeering, dat del
beide wetsontwerpen zullen worden
aangenomen, hoewel met geringe I
meerderheid.
Volgens berichten uit Sjanghai zijn
daar geruchten in omloop over eene
derdaad wel rijk zijn, wanneer een som van meer dan 20.000
pd. st. voor hen niet telde. Ik begaf mij dus naar de Dudleys
om de reden te weten van hun onverklaarbaar gedrag, en
werd ontvangen met vriendelijkheid, de gewone, gehui
chelde vriendelijkheid, die ik gewend was te vinden bij ieder
een, die wist, dat ik wat na te laten had. Ik bemerkte, dat
zij arm waren en besloot om hen allen op de proef te stel
len, ofschoon ik sedert lang alle geloof had verloren in het
bestaan van eene onbaatzuchtige genegenheid.
„Ik ontdekte wat ik verwacht had dat majoor Dud
ley de gewone type van een baatzuchtig, zorgeloos, goed ge
humeurd officier was; zijne vrouw een zwak, zacht schep
seltje, met eene liefde voor haar huis en hare kinderen zoo
als een kat die heeft; Hubert een luie nietsdoener."
„Inderdaad!" riep Hubert zachtjes uit. „Zeer verplicht!"
„De meisjes, ongevoelige zottinnen, met uitzondering van
Nellie's, wier onschuld en onbaatzuchtigheid op het eerste
gezieht mijn ongeloof aan menschelijk goedheid en oprecht
heid aan het wankelen bracht. Ik besloot haar geheel op
den proef te stellen. Eiken dag bracht hare zachtheid mij
meer en meer in {bekoring. Ik begon het voor mogelijk te
houden dat ik ten laatste in haar een wezen had gevonden,
dat mij kon liefhebben terwille van mijzelf. Ik besloot haar
bij mij te laten wonen, haar lief te hebben en haar door
verschillende banden aan mij te binden.
(Slot volgt