NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
DE FAMILIE KING.
i2e Jaargans:
Donderdag 25 April 1895.
No. 3623
ABONNEMENTSPRIJS:
ADVERTENTIËN:
STADSNIEUWS.
BINNENLAND,
FEUILLETON
HAARLEM'S DAGBLAD
Voor Haarlem per 3 maandenf 1,20.
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden 1,65.
Afzonderlijke nummers0,05.
Geïllustreerd Zondagsblad, per 3 maanden 0,30.
franco per post 0,37 J.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en i
Bureau: Kleine Houtstraat X-2L, Haarlem. Telefoonnummer 122.
van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 Cents.
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cents per regel.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door
ome agenten en door alle boekhandelaren en courantier*.
Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE dk Co., JOHN F. JONESSwce., Paryt 3\bi» Faubourg Montmartrr.
Haarlem, 24 April 1895
Brandweer.
Door Burgemeester en Wethouders
is op verzoek bij het korps brand-
blusschers eervol ontslag verleend
als kapitein aan de heerenJ. J. van
Reijsen, J. van de Pavord Smits, H.
J. Nelissen, W. B. Vernout, J. G.
van den Arend en P. C. Hosals
8erste luitenant aan den heer E. W.
v. Broekhuijse en aan den heer N. Bak
ker als sergeant-majoor en zulks onder
dankbetuiging voor de vele aan de
gemeente bewezen diensten.
Voorts zijn bij gemeld korps be
noemd
tot kapitein de heeren L. W. Hom
mes, J. Erdtsieck, J. H. Daudeij, J.
0. Cramer, E. J. Pous en C. J. Cramer,
thans eerste luitenant.
tot eerste luitenant de heeren F.
W. Kar thans, D. van Hemert, A. van
der Laan, J. Krouwels, F. J. Visser,
J. van Duijn, H. J. Daudeij, G. J.
van der Most van Spijk thans tweede
luitenant en D. Bijleveld thans ser
geant-majoor.
tot tweede luitenant de heeren A.
F. Kerrebijn, P. G. Heems, S. C. J.
Bertram, J. P. van Thiel, J. F. Kim
man, J. H. W. de Bell, J.P. Daudeij,
thans sergeant-majoorB. J. Beeser
en G. A. van der Steur Jr. thans
sergeant.
Burgemeester en Wethouders van
Haarlem brengen ter openbare ken
nis, dat is ingekomen een verzoek
schrift van J. de Vos om vergunning
tot het verkoopen van sterken drank
het klein in het voorhuis van
het perceel aan de Noorderschoolsteeg
No. 6a.
Burgemeester en Wethouders van
Haarlem doen te weten, dat bij hunne
beschikking van 18 April j.l. aan E.
J. Conijn vergunning is verleend tot
oprichting van eene bakkerij in het
perceel aan de Bakenessergracht No.
27. Kad. Sectie D. No. 6917 C.
Voor het acte-examen lager onder
wijs zijn Dinsdag te 's Gravenhage
laagd de heeren G. B. van Schra-
vendijk, J. D. van Ramshorst en J.
Ott, allen alhier.
De heer M. Engelen alhier is ge
kozen tot lid van het bestuur van
den Zuiderpolder onder Haarlemmer-
liede c.a.
Heden zou zich mons. Boltemanne,
R. K. bisschop alhier, naar Rome
Het Bestuur van de Haarlemsche
Handelsvereeniging, de bekende ver-
eeniging van winkeliers en nering
doenden die thans tusschen de 550
en 600 leden telt, heelt in zijne ver
gadering van Dinsdagavond besloten
bij de leden een adres te doen circu-
leeren waarin aan Burgemeester en
Wethouders zal worden verzocht, als
nog aan het Brongebouw vergunning
te verleenen.
Daarna zal aan het publiek de ge
legenheid tot teekenen worden gege
ven.
Het Bestuur der H. H. V. is van
meening, dat in het belang der ge
meente en dat der neringdoenden,'het
wenschelijk is de vergunning te ver
leenen en dat hier wel degelijk eene
exceptie bestaat zooals door de wet
wordt bedoeld.
KaDtongerecht.
Gelijk men weet hebben wij voor
14 dagen gemeld, dat men den heer
Jhr. Pieter Teding van Berkhout,
wonende te Heemstede, ten laste
heelt gelegd van op 4 en 8 Januari
hoornen te hebben laten kappen op
den Vogelenzangschen straatweg,thans
geheeten Boekenroodenweg, zonder de
toestemming van B. en W. van Bloe-
mendaal. Het kantongerecht heden
in deze zaak uitspraak doende, ver
oordeelde hem tot eene boete van
110.subsidiair 2 dagen hechtenis.
De Moord op den Raamsingel.
Hoewel er nog volstrekt geen reden
is om victorie te kraaien, heeft de
justitie thans naar het schijnt ge
gronde aanleiding om te verwachten,
dat het than3 door haar ontdekte
spoor leiden zal tot de ontdekking
van den misdadiger, die drie jaar
geleden door een geheimzinnigen
moord op de twee stokoude gezusters
Van der Wensch, schrik en ont
steltenis in Haarlem heeft ver
spreid.
Elk weldenkend mensch zal met
ons hopen, dat ditmaal het ingeslagen
spoor het rechte moge zijn eensdeels
omdat het beleedigde rechtsgevoel de
bestraffing van den schuldige
eischt, anderdeels omdat het de kroon
zou zetten op den moeilijken en om
vangrijken arbeid, dien de justitie
zich getroost heeft om achter de
waarheid te komen. Zeer terecht zeide
onlangs de officier van justitie bij de
Alkmaarsche Rechtbank, Mr. Karse-
boom, dat de niet-ontdekte misdrijven
veel meer werk geven dan die welke
ontdekt worden. Het onderzoek wordt
langdradig en vermoeiendin de
instructie van den moord op den
Raamsingel is reeds een dossier van
meer dan duizend stukken.
Het officieel communiqué van den
heer officier van justitie, dat in
ons vorig Nr. is opgenomen, zegt
weinig en toch veel. Waar het wei
nig zegt, moet men bedenken dat
de instructie pas aan het begin is en
alle voorbarige publiciteit dus voor
de zaak noodlottig zou kunnen zijn.
Het zegt veel, wanneer men bedenkt
dat de Rechtbank voord e eerste maal
rechtsingang tegen een verdachte in
deze zaak heeft verleend en dat dit
besluit het uitvloeisel is van eene ge
heime correspondentie, doet te meer
op het goed succes van de zaak ho
pen. Immers waar briefwisseling ge
houden wordt over zulk een zaak, is
het duidelijk dat niet éen persoon
van de misdaad alles af weet, maar
meerdere ja, dat er wellicht van
de daders moet worden gesproken.
Meer dan ooit zal het thans zaak
zijn, geruchten en praatjes te wan
trouwen. De heer officier van justitie
heelt ons welwiüend toezegging ge
daan, dat Z.E.A. ons op de hoogte
zal houden van de belangrijke gebeur
tenissen, die zich in de zaak mochten
voordoen.
De verdachte Leenhard Geel is de
zoon van een weleer gezeten boer uit
Noord-Holland, die door allerlei oor
zaken tot verval is gekomen. Dat hij
(de zoon) in weerwil van zijn jeug
digen leeftijd reeds bij de justitie
slecht bekend staat, is den lezer uit
ons vorig Nr. bereids gebleken.
In het bericht over den afloop der
aanbesteding voor het bouwen van
een winkelhuis, perceel 29 aan de
Kleine Houtstraat is gemeld, dat de
heer B. Hagen had ingeschreven voor
f3810; dit moet zijn 13008.10. Hij is
daardoor laagste inschrijver.
„Cremer."
De letterlievende vereeniging J. J.
Cremer" gaf Dinsdagavond haar laat
ste tooneeluitvoering van dit seizoen
in den schouwburg. Bekend genoeg
is het, dat „Cremer" onder hare wer
kende leden zeer goede krachten telt,
wat toch evenwel niet wegneemt, dat
de bezwaren verbonden aan de vertol
king van sommige stukken door een ge
zelschap van dilettanten niet steeds bij
hare uitvoeringen kunnen worden uit
den weg geruimd. De vertolking van
„Het blauwe lint", blijspel in 5 bedrij
ven door Gerard Keiler, dat voor dezen
avond was gekozen had zeer veel
verdienstelijks maar dit nam toch niet
weg, dat de vertolkers niet bij machte
waren de gerektheid die sommige
tooneeltjes, vooral in de eerste twee
bedrijven, kenmerkten, minder te doen
opvallen.
De damesrollen werden over het
algemeen goed gespeeld. Vooral Cle
mentine voldeed zeer door haar leven
dig, ongedwongen spel. Het tooneeltje
in het 4de bedrijf tusschen juffrouw
de Vleugel en baron van Herstal
wenechen wij bizonder te vermelden
als een der best geslaagde. Machteld
en Egbert Kamrad, die elkaar „moe
ten hebben" en dank zij de welwil
lendheid van den auteur elkaar ook
„krijgen", maakten zich beiden aan
hetzelfde euvel schuldighunne be
wegingen en gebaren waren dikwerf
wat al te mechanisch. Toch had hun
spel veel goeds, evenals dat van het
echtpaar van Eerum.
De vertolking van de rol van baron
van Herstal geschiedde met de be
nijdenswaardige gemakkelijkheid, die
het spel van dit werkend lid van
„Cremer" kenmerkt. Somtijds scheen
hij ons echter toe niet geheel rolvast
te zijn.
De pauzen werden zooals gewoonlijk
aangenaam aangevuld door de muziek
van het strijkorkest van het Stedelijk
Muziekkorps, onder persoonlijke lei
ding van den heer Kriens.
Bij kon. besluit is aan M. W. de
Kat, op zijn daartoe gedaan verzoek,
eervol ontslag verleend als kanton-
rechter-plaatsvervanger in het kanton
Haarlemmermeer.
Dinsdagnamiddag had achter „Els-
wout" onder O verveen eene botsing
plaats tusschen twee bespannen voer
tuigen, welke noodlottig werd voor
het paard van den heer Posthuma
alhier, dat daarbij zijn poot brak,
zoodat het dier moest worden afge
maakt.
(Zie vervolg Stadsnieuws 2e pag
Men meldt aan het U. D. uit Am
sterdam
Naar wij vernemen, is de verwijde
ring tusschen de heeren dr. A. Kuij-
per en mr. A. F. de Savornin Loh-
man bijgelegd.
De Koninginnen zullen Vrijdag per
staatsspoor van Amsterdam over
Utrecht-Bokstel-Breda naar Vlissin-
gen vertrekken.
Na het bezoek aan Engeland kee
ren de Koninginnen per Hollandsche
spoor van Vlissingen naar de residen
tie terag.
De koninginnen te
Amsterdam.
Dinsdagmorgen verleende H.M. de
Koningin-Regents audiëntie aan par
ticulieren, welke drukker bezocht was
dan de vorige maal. Om 10 uur aan
gevangen, was de audiëntie omstreeks
halfeen geëindigd.
Kolonel Oliphant, leider van het
Leger des Heils in Nederland, werd
bij gelegenheid van de particuliere
audiëntie ten paleize allervriendelijkst
ontvangen door Hare Majesteit de
Regentes, die in de minzame woorden,
welke zij den kolonel toesprak de
duidelijkste blijken gaf niet alleen met
het maatschappelijk werk van het
Leger des Heils bekend, maar tevens
er mede ingenomen te zijn. De kolonel
overhandigde Hare Majesteit een ver
zoekschrift in verband met de te
stichten landkolonie.
In den middag reden de Vorstinnen
in open rijtuig la daumont bespan
nen, naar den circus Carré.
De directeur van den circus had als
gewoonlijk voor een der Vorstinnen
waardige ontvangst zorg gedragen. De
loge boven den ingang tot de manége
was weder in een fraaie gala-loge her
schapen.
In de manege was in wit zand een
kroon gemaakt, omgeven door een
reusachtige lauwerkrans en daaronder
twee gekruiste zweepen, waartusschen
een jockeypet.
In de sierlijk met bloemen en dra-
periewerk getooide vestibule werden
de Koninginnen door den heer Carré,
die al zijne ridderorden op de borst
droeg, ontvangen en boden zijn kin
deren, de heer Max. Carré en mej.
Katchen Carré bouquetten aan, die,
als steeds, welwillend werden aan
vaard.
De Koningin gaf Katchen Carré na
de ontvangst van den bouquet de
hand.
Het publiek dat geheel den circus
vulde, .verhief zich van de zetels en
begroette de vorstinnen met daverende
toejuichingen, terwijl de muziek de
volksliederen liet hooren. Eenige
oogenblikken later begon de voor
stelling; het programma, dat H.H.
M.M. in haar loge vonden, was met
gulden letteren op Atlas-zijde gedrukt.
H.H. M.M. bogen alvorens plaats te
nemen minzaam naar alle zijden. De
koningin droeg een crème-kleurig
kleedje met hoed en witten veerde
Regentes was in 't zwart, met kapot-
hoed, waarin lila-bioemen.
De stalmeesters, gestoken in hun
schitterende gala-kleeding met Oranje
kleurige tressen en linten, maakten
hun entrée en het eerste nummer
Nnahet engélgr.h
van P. L. Mc. DERMOTT
22}
HOOFDSTUK VIII.
Dreigende wolken.
Richard King scheen dien dag naar Londen te zijn ver
trokken, waardoor het Francis gemakkelijker viel Wilson,
den ouden tuinman, te spreken te krijgen; hij werd dan ook
op de pastorie ontboden. Gray sprak de dames niet over het
doel dat hij had betreffende dit onderzoek.
„Mevrouw," zeide de jonge man nadat zij thee hadden ge
dronken, „ik wilde nu gaarne dat u in uw geheugen terug-
riept den dag waarop mijnheer King naar Londen is gegaan
om de tweeduizend pond te betalen. Ik herinner mij alle
bizonderheden van hetgeen op den Hall is voorgevallen.
Herinnert u zich ook hoe mijnheer King gekleed was toen
hij zich naar Londen begaf?"
„Ja, zelfs tot de sokken, die hij droeg," gaf zij verbaasd
t«r antwoord. „Wat de kleeren betrett Frank, daar mijn
arme Charlie nooit meer dan twee stel kleeren had een
voor den Zondag en een voor de week kan ik mij ge
makkelijk herinneren welke hij droeg."
„Ik geloof, dat er een voorwerp was, wat mijnheer King
nooit droeg," zeide Gray„Ik bedoel een hoogen hoed."
„Neen, dien droeg hij nooit. Maar wat heeft dat te betee-
kenen Frank?"
„U weet wat laken is heeit hij ooit een lakensch pak
gedragen
„Nooitmaar Frank, wat zou dat
De arme vrouw werd bizonder zenuwachtig vergeet niet,
dat dit de eerste straal van hoop was, die in al die droevige
jaren hare toekomst verlichtte en zelfs Agnes drong bij
den jongen man om eene nadere verklaring aan.
„Ik vrees, dat ik het u niet mag vertellen," zeide hij, „tot
dat ik meer zekerheid heb."
„Je kunt het niet laten je moogt het niet laten Frank I
Agnes, zeg dat hij het je vertelt o, na al die jaren
Zij kon niet verder spreken, maar het meisje naderde hem,
legde hare beide handen op zijn schouder, met de smeekende
onschuld eener zuster, en zeide slechts, terwijl zij hem aan
zag, „Frank!"
„Het heeft zooveel niet te beduiden," gaf hij ten antwoord,
„en het kan valsche hoop verwekken. De persoon, die den
valschen wissel aan de bank heeft aangeboden, was gekleed
in een jas van laken en droeg een hoogen zijden hoed. Ik
ken den kassier, die beide cheques ontving, en hij heeft het
mij medegedeeld. Toen mijnheer King des morgens aan de
bank verscheen, droeg hij zijne gewone kleeding."
„Frank Frank God zegene je daarvoor 1" riep de arme
mevrouw King en barstte in tranen uit. „Nu zie ik werke
lijk licht in de duisternis I"
„Nog een paar vragen wilde ik tot u richten mevrouw.
Kunt u zich ook herinneren met welken trein hij dien dag
thuis kwam? Het kan best zijn, dat dit volstrekt niets ter
zake doet, maar indien u het zeker weet, is het maar beter
dat ik het ook weet."
Zij kon niet opgeven hoe laat zijn trein was aangekomen,
maar dit wist zij zeker, dat haar echtgenoot voor de thee
thuis was, die steeds om vier uur werd gedronken.
In de eerste oogenblikken van hare nieuwe hoop was het
eene teleurstelling voor mevrouw King, dat Gray dien avond
Yewle reeds moest verlaten. Maar het was noodzakelijk en
hij beloofde öf spoedig te zullen terugkeeren öf te schrijven
en haar te doen weten hoe de zaken stonden; hjj besefte dan
ook, dat het werkelijk wreed zou zijn om haar een uur lan
ger dan noodzakelijk was in spanning te laten.
Hij nam dus afscheid, en door Wilson vergezeld, begaf hij
zich naar de boerderij, waar hij zijn rijtuig had achtergela
ten. Onderweg deelde Wilson hem dezelide geschiedenis
mede, die hij van Stokes had gehoord.
Gray verklaarde den man welke ontdekking was gedaan
betredende dat tweede testament en Wilson stemde onmid
dellijk toe hem dadelijk naar Souchester te vergezellen.
Iedereen verfoeide den nieuwen squire.
(Wordt vervolgd.')