NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
12e Jaargang
Zaterdag 18 Mei 1895.
No. 3643
ABONNEMENTSPRIJS:
ADVERTENTIËN:
J. C. PEEREBOOM,
STADSNIEUWS.
BINNENLAND,
FEUILLETON
DEN DOOD VOOR OOGEN.
HAARLEMS DAGBLAD
Voor Haarlem per 3 maandenf 1,20.
Franco door liet geheele Kijk, per 3 maanden 1,65.
Afzonderlijke nummers0,05.
Geïllustreerd Zondagsblad, per 3 maanden 0,30.
franco per post 0,37£.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureau: Kleine Houtstraat Haarlem. Telefoonnummer 122.
van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 Cents.
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cents per regel.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door
onze agenten en door alle boekhandelaren en courantiera.
Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOBL
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale dé Publicité Etrangère G. L. DAUBE CoJOHN F. JONES, SuceParijt 3\in* Faubourg Montmartre.
Het Bijvoegsel van het blad dat
Zaterdagavond verschijntzal bevatten
Het Huisje. Binnen- en Buiten-
landsche berichten. Varia. Ad
vertentiën.
N' ta's, Rekeningen, Wissels, Qui-
tantiën, Brievenhoofden, Memoranda
en alle overige Drukwerken, die op
kantoren voorkomenworden ter
Stoomdrukkerij van dit blad goed.
billijk en vlug gedrukt.
De Directeur- Uitgever
Haarlem17 Mei 1895.
Verplaatst zijn de commiezen der
posterijen 4de klasse G. J. van Mans-
velt van Haarlem ;naar Amsterdam
en F. F. F. Vries van Amsterdam
naar Haarlem.
Voor bet akte-examen lager onder
wijs zijn Donderdag te Amsterdam
geslaagd de dames P. J. E. Nier
mans en A. A. M. L. Riedel, beiden
alhier.
Bij de firma W. Voet Zonen in
de Anegang zijn op verzoek van den
heer H. J. Daudeij, kapitein van spuit
10, de medailles van deze spuit eenige
tentoongesteld.
Zaterdagmorgen ten 10% ure zal bet
stoffelijk overschot van den heer J.
A. Hoog naar zijn laatste rustplaats,
op het oude gedeelte van de begraaf
plaats aan den Schoterweg worden
vervoerd.
Ouze stadgenoot, de Heer W. A.
Borger is bij ministerieele beschikking
voor het tijdvak van 16 Mei31 De
cember benoemd tot onbezoldigd as
sistentvoor de botanie aan de Rijks
universiteit te Leiden.
De eerste nieuwe Aardappelen zijn
alhier ter markt gebracht, niet door
Gebr. Witkamp maar door Gebr. Van
Waard. De prijs was f32 per H.L.
Heden zijn alhier de eerste nieuwe
doperwten ter markt gebracht door
Govers en Baggerman.
Donderdag ie op de Gedempte Oude
Gracht, op nagenoeg de helft van een
boom, een tak, die tevens een gedeelte
van den hoofdstam heeft medegesleept,
door den storm afgewaaid. Ook is van
dien boom een gedeelte van den top
weggerukt. De toestand van den boom
eLcht, dat hij omgehakt zal worden,
dat dan ook vermoedelijk zal ge
schieden. Hij wordt dan door eenen
anderen boom vervangen. De boom
stond voor het perceel bewoond door
den heer Ickelsheimer.
Donderdagmiddag, omstreeks 5 uur
is Henriette van Iterson, oud negen
jaren, wonende in de Frans Hals
straat alhier, in de Damstraat aan
gereden door een onbekenden vracht
rijder. Het kind was voor het voer
tuig gevallen en kreeg een kleine
wonde aan het hoofd en eene ont
velling aan het linker scheenbeen.
Op het oogenblik is haar toestand
redelijk wel.
De intrede van den benoemden bur
gemeester van Hillegom, den heer D.
Wentholt, zal morgen (Zaterdag)
feestelijk geschieden. ZEd. Achtb. zal
gezeten in een met vier paarden be
spannen rijtuig door een optocht,
waaraan alle vakken deelnemen, wor
den ingehaald.
Illuminatie en vuurwerk zullen het
feest besluiten.
In de Schinkel vaart onder de ge
meente Sloten is de arbeider G. van
Haasdrecht van een door hem beva
ren praam gevallen en verdronken
hij laat eene vrouw en zes kinde
ren na.
Te Hillegom zijn de bloembollen
veilingen thans zoo goed als afgeloo-
pen; het aantal bollen ia dit jaar zeer
groot, doch .het gewas op zich zelf
nietover het algemeen werden geen
hooge prijzen besteed, zoodat ver
wacht kan worden dat in deze streken
de bollen dit jaar niet veel winst
zullen afwerpen.
Uit Rome schrijft men ons, dat
volgens bericht in de Italiaan sche
bladenbaron Du Tour van Bellin-
chave, bij de opening der wereldten
toonstelling te Amsterdam, den com
missaris der Italiaansche afdeeling
meegedeeld heeft, dat HH. MM. de
Koninginnen plan hadden eerlang
Italië te bezoeken. Hbld.
De reis der Koninginnen.
Donderdag brachten de Koningin
nen het tweede bezoek aan Brabants
hoofdstad.
Onder hevige windvlagen, nu en
dan afgewisseld met regenbuitjes,
kwamen des morgens de Koningin
nen aan en nam de rijtoer een aan
vang.
Van het station af werd dadelijk
de groote rijtoer ondernomen over
Hintham, Berlicum, Den Dungen en
St. Michielsgestel naar Vucht. De
Koninginnen lieten de kap van
het rijtuig open g-idurende den ge-
heelen rit.
Op verschillende plaatsen in de stad,
waar het overal zeer druk was, werd
stapvoets gereden, wat gedeeltelijk
door de nauwte der straten noodzake
lijk was, doch hetgeen ook geschiedde
met het oog op hen, die aan den weg
stonden geschaard.
Bij de de grens der gemeente Den
Bosch nam de eerewacht afscheid
om den stoet bij het inkomen aan
den Vuchteruitgang weer op te
wachten en werd de burgemeester
van Den Bosch vervangen door dien
van Rosmalen, den heer Nieuwen-
huisen.
Er hadden zich overal feestcommis
sies gevormd en er was gedaan wat mo
gelijk was om den dorpjes een vroolijk
aanzien te geven.
Op de meeste plaatsen werd de
algemeene pret nog lang gaande ge
houden nadat de stoet was doorgetrok
ken. Dan werden er optochten gehou
den van gilden met hunne 18de
eeuwsche vaandels, dan werden de
schoolkinderen getracteerd, dan werd
er ^wat vuurwerk afgestoken en heel de
gemeente vierde feest naar Brabant
sehen trant.
St. Michielsgestel was een hoofdpunt
in den tocht. Door hooge eerepoorten
kwam de stoet langs een prachtige
lindelaan, op de markt. Op 't bordes
van het raadhuis stonden de leden van
den Raad links en rechts van den weg
de studenten van het Seminarie, de
leerlingen van het opvoedingsgesticht
„Ruwenberg" en de kinderen der open
bare en bijzondere school.
Het dochtertje van den dokter en
een jongetje van „Ruwenberg" boden
bouquetten aan en door alle kinderen
werd gezongen, terwijl de Harmonie
van St. Oedenrode de plechtigheid
met muziek opluisterde.
Van St. Michielsgestel werd de tocht
naar het Doofstommen-instituut te
Herlaar ondernomen, waar ongeveer
150 kinderen verpleegd worden.
Het bezoek aan deze inrichting was
zeer treffend.
Met handgeklap werden de Ko
ninginnen door de kinderen verwel
komd en de oude, vriendelijke di
recteur, de heer Terwindt, leidde de
bezoeksters, na de commissie van be-
ztuur en het onderwijzend personeel
aan Hare Majesteiten voorgesteld te!
hebben, door het gebouw rond.
Bij de binnenkomst werden bloe
men vror de voeten van jbet Konink
lijk Paar gestrooid, terwijl door eenige
meisjes bouquetten werden aangebo
den.
Toen de overste der zusters werd
voorgesteld, informeerde de Regentes
belangstellend naar de wijze van ver
pleging en opvoeding, en alles wat
verder de inrichting betreft.
De burgemeester van St. Michiels
gestel begeleidde den stoet verder
naar de villa „Reeburg", waar door
Jhr. Van der Does de Willebois, bur
gemeester van Den Bosch, een dejeu
ner werd aangeboden.
De zoogenaamde serre was tot re
ceptiezaal ingerichtboven was de
dejeunerkamer en terwijl de Konin-
gin-Begentes een bezoek bracht aan
het krankzinnigen-gesticht „Voor
burg" te Vucht,bleef de j onge Koningin
op „Reeburg."
In het groote gesticht „Voorburg"
met zijn enorme vleugels, die elk 100
Meter lang zijn, werd de Regentes
ontvangen door dezelfde commissie
als in het Gasthuis in Den Bosch.
De stichting toch staat onder het
zelfde bestuur.
De Regentes bezocht vervolgens de
verschillende afdeelingen, geleid door
dr. Sweers. Met de mannenafdeeling
werd begonnen en met de vrouwen-
afdeeling eindigde de wandeling door
het gebouw.
Het bezoek had nog geen half uur
geduurd, waarna Hare Majesteit weer
naar „Reeburg" terugreed. De jonge
Koningin, die wegens het gure weer
niet in den tuin was gegaan, stapte
in het rijtuig en in flinken draf ging
het toen-naar Vucht en naar den Bosch
terug.
Van kwart over vieren tot kwart
over vijven werd audiëntie verleend
in hetGouvernemente-hotel aan dames.
Hiervan werd zeer druk gebruik ge
maakt.
Na afloop van de audiëntie werd
weer gereden naar het Stadhuis, waar
om half zeven het diner, door den
gemeenteraad aangeboden, zou be
ginnen.
Het Stadhuis was voor dit korte
oogenblik de hofmaaltijd duurt
gewoonlijk niet langer dan een uur
uiterst kostbaar versierd.
De gasten waren o.a. de volgende
de Commissaris der Koningin, de
burgemeester, mevrouw van Voorst
tot Voorst, mevrouw van der Does
de Willebois, de leden van Gedepu
teerde Staten met; den griffier, de
leden van den Gemeenteraad met
den gemeente-secretaris, mr. E. v.
Zinnicq Bergman, lid van de Eerste
Kamer enz.
De burgemeester hield aan het
diner een toespraak, die door H.M.
de Koningin-Regentes werd beant
woord.
Na het diner reden de Koninginnen
een deel der stad door. De Bossche
naars hadden wanhopige pogingen
gedaan om de vetkaarejes, lampjes en
wat dies meer zij te ontsteken. Maar
de regen viel gestadig.
Gelukkig brandde het feestvuur hier
en daar.
Toen de koninklijke stoet het sta
tion naderde, werd voorzichtigheids
halve met het slotnummer begonnen.
Het water scheen ;er geen vat op te
hebben. Het stuk brandde schitterend
en had groot succes.
Ondanks het druilig, ongunstig
weer was een zeer talrijk publiek op
de been. Waar de Koninginnen ver
schenen, juichten de natte Bossche
naars. Te kwart voor tien vertrok de
koninklijke trein. De regen plaste
neer. In de wachtkamer had de Re
gentes den gouverneur der provincie
en den burgemeester bedankt voor
de ontvangst, met het verzoek, hiervan
mededeeling te doen aan de bevol
king.
De Koningin-Regentes heeft be
noemd tot commandeur der Oranje-
Nassau-ordeden Commissaris der
Koningin van de provincie Noord-
Brabant, baron Van Voorst tot Voorst;
tot officier dier orde den-burgemeester
van 's Hertogenbosch, jhr. Van der
Does de Willebois, den kolonel van
de infanterie Van der Noorda, den
majoor der schutterij Rits en den
griffier der Staten van Noord-Brabant,
den heer P. T. A. Sprengers tot ridder
van de Oranje-Nassau-orde de beeren
Pompe, lid van de Provinciale Staten
van Noord-Brabant; dr. Kuyper, di
recteur van het groot Ziekengasthuis
en Hezen mans, architect der restau
ratie van de St. Janskerk, te 's Her
togenbosch A. B. van der Steen,
oudsten wethouder der gemeente
's Hertogenboschdr. Terwindt, direc
teur van het Doofstommen-Instituut
„Herlaar" te St. MichelsgestelL. van
de Westelaken, burgemeester van St.
MichelsgestslVan Leeuwen, burge
meester van VuchtDr. Sweers, eerste
geneesheer-directeur van het krank
zinnigengesticht te „Voorburg."
Tot ridder in de orde van denNe-
derlandschen Leeuw dr. Van der
Steen, oudste lid van Gedeputeerde
Staten van Noord-Brabant en mr. E.
H. J. M. van Zinnicq Bergmann, lid
der Eerste Kamer voor Noord-Bra
bant.
De Koningin-Regen tea vereerde aan
Naar het engelsch
RICHARD HENRY SAVAGE.
i)
HOOFDSTUK L
De mijn te La Hagua.
Het was slechts vrees voor rechtvaardige straf, die Adrian
Hope, nadat hij als onderofficier in het noordelijk leger
tijdens d6n opstand had gediend, deed vluchten naar Spaansch
Honduras, de wijkplaats van ontsnapte booswichten uit alle
landstreken.
Toen de vrijwilligers in 1865 werden afgedankt, begaf Hope
zich haastig naar Truxillo, terwijl zijn twee en twintig jarig-
verleden verduisterd werd door eene groote reeks ongestrafte
misdaden. Van goede geboorte zijnde had hij te New-York
eene zorgvuldige opvoeding ontvangen van de geestelijkheid der
kerk, die hij tot schande was. Deze onwaardige Amerikaan
was wetenschappelijk goed ontwikkeld op de hoogte der
moderne talen en bezat eene scherpzinnigheid en sluwheid,
die hem voor niets deden terugdeinzen.
Aangenaam in zijne manieren, tegen alle vermoeienissen
bestand, een dief en een leugenaar, bezat hij bovendien moed,
sluwheid, handigheid en een aangeboren duivelsch talent
voor het kwade.
De duizenden hulpmiddelen, die hem ten dienste stonden,
gevoegd bij zijne geestelijke talenten, deden hem, met zijn
zwart gemoed, lachen over de vruchtelooze pogingen om hem
te bestrijden en maakten van zijne loopbaan eene reeks van
misdaden. Hij was te lui en oneerlijk om nuttigen arbeid te
verrichten en voegde steeds meer misdaden bij de reeds ge
pleegde. Onder degenen, die bij het einde van den oorlog
werden ontslagen, bevonden zich verscheidenen, die de galeien
of de gevangenis meer dan verdienen. Alleen dank zij hun
aantal, braken deze schavuiten door de netten van het ge
recht. De grootste schavuit evenwel, die ooit in dienst was
onder de vlag, die hij onteerde, was Adrian Hope.
Als een goed stijlist, bekend met de practische wetenschap
pen en een hartstochtelijk lezer, bezat hij alle wapenen, die
de opvoeding en vroegrijpe ervaring iemand tot het volvoe
ren van miedaden in de handen kunnen geven. Gedurende
de vijf en twintig jaar volgende op den oorlog maakte hij,
de huichelachtige, zinnelijke, verraderlijke nietsdoener het
gebied tusschen den Stillen Cceaan en Europa tot het veld
zijner misdaden en oplichterijen. In 1865 had hij nog van
eeae eerlijke loopbaan kunnen droomen onder de eenvoudige
landbouwers in Honduras, maar bet nut, dat hij kon bewij
zen aan zeeroo7ers, smokkelaars, verdorven ambtenaren en
de donkerkleurige avonturiers van Honduras, deden hem
eindelooze schurkenstreken begaan.
Opgeschroefde plannen, denkbeeldige nederzettingen, zwen-
delarijen betreffende het gouvernement, persoonlijke oplich
terijen en andere duistere zaken slingerden hem heen en weer
over de woeste golven van het avontuurlijk leven in Spaansch
Honduras. Na eene iersche nederzetting te hebben misleid
door ze te voeren naar de onherbergzame, giftige rietstreken
van Honduras, verscheen hij in Parijs om daar in de vroo-
lijke hoofdstad zijn op zoo afschuwelijke wijze verkregen geld
op onwaardige wijze te verspillen.
Nadat de van honger gestorven en door koorts aangetaste
Ieren, door schoone voorspiegelingen verleid, reeds in het
stille graf lagen, keerde Adrian Hope naar Honduras terug,
verjaagd uit Europa door de hand der politie, die hem voor
zijne schurkenstreken ook daar gepleegd, gevoelig dreigde
te treffen.
Zijne meeste slachtoffers waren dood, de overigen hadden
zich verspreid en naar het uitvaagsel van dit land het
afschuwelijkste der wereld keerde hij terug. Dank zij zijne
pen, tong en goede opvoeding, wist hij in de vervallen ste
den van Honduras schandalen op te wekken, en zonk lang
zamerhand nog dieper door zich aan drank over te geven en
te midden van kleurlingen te leven. Op zeven en veertig»
jarigen leeftijd, in het jaar 1890, was Adrian Hope de ge
vaarlijkste schavuit van al de misdadigers uit alle oorden,
die in Honduras eene schuilplaats hadden gezocht Zonder
ling genoeg was het, maar zijne geestvermogens lieten hem
nooit in den steek. Als een inboorling kende hij de gemengde