NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. 12e iaargaag Donderdag 20 Jnni 1895. No. 3669 ABONNEMENTSPRIJS: ADVERTENTIËN: STADSNIEUWS. BINNENLAND, FEU1LLETQN- Wedderburns Testament. HAARLEM'S DAGBLAD Voor Haarlem per 3 maandenf 1,20. Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden 1,65. Afzonderlijke nummers0,05. Geïllustreerd Zondagsblad, per 3 maanden 0,30. franco per post 0,37 J. Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Bureau: Kleine Houtstraat Haarlem. Telefoonnummer 122. van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 Cents. Groote letters naar plaatsrnimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Reclames 20 Cents per regel. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onu agenten en door alle boekhandelaren en courantiers. Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAÜBE Co., JOHN F. JONES, Suee.Paryt 31b,. Faubourg Montmartra. Haarlem, 19 Juni 1815. Aan den gemeenteraad alhier, is door den heer J. A. van der Boom, alhier, leeraar in de gymnastiek, een adreB gezondeD, waarin hij den Raad verzoekt nog geene bepaalde beslis sing te nemen inzake een voorstel van de meerderheid van het college van B. en W. betreffende het gym- nastiek-onderwijB aan de Hoogere Burgerschool voor meisjes, omdat hij meent, dat bedoeld voorstel getuigt van weinig waardeering voor een op voedingsmiddel, dat door de meeste bekende hygiënisten van onzen tijd een noodzakelijk leervak werd en wordt aangeprezen. Plaatselijke inkomsten belasting. De percentage die over dit jaar van het belastbaar inkomen zal worden geheven, is evenals het vorige jaar 3.7. Met een bevolking op 1 Januari jl. van 59052 zielen bedraagt het aantal aanslagen 7796, het beschreven in komen 112,393,000, de vermindering van de laagste 19 klassen f4,404,746, het belastbaar inkomen derhalve f7,988,254 en de totale opbrengst daar van f295,565,60 Merkwaardig is bet dat ten vorigen jare met een bevolking op 1 Januari van 57461, d. i. dus ruim 1500 zielen minder dan thans, het beschreven inkomen f13,028,900 bedroeg, dus meer dan dit jaar. De verklaring wordt echter daarbij gegeven. De taxatie van de ingezetenen is toen blijkbaar zeer optimistisch geweest, althans tengevolge van juist gebleken bezwaarschriften is toenbetbelaBtbaar inkomen met niet minder dan 1744,948 d. i. bijkans 7X ton, verminderd moe ten worden, waardoor de totale opbrengst, geraamd op f323,728,78', met f 27,563,07 werd verlaagd. Dit is duidelijk. Minder helder is bet ons, hoe het komt, dat terwijl in 1894 het aantal aanslagen 7739 bedroeg, dit cijfer thans slechts 57 meer bedraagt, hoewel de bevolking met ruim 1500 zielen is toegenomen. Zelis wanneer men daarbij rekening houdt met een groot aantal geboorten meer dan sterfgevallen, lijkt deze vooruitgang in het aantal aanslagen te gering. De 80ste reünie der afgevaardigden van de Waalsche kerken zal op Don derdag 27 dezer alhier in de zaal der Provinciale Staten samenkomen om hare gewone werkzaamheden te vol brengen, onder leiding van den pre sident !der Waaleebe commissie, den heer M. A. Perk, predikant te Am sterdam. De samenkomst zal Maandag daaraanvolgende worden gesloten. Met het voorgaan in de openbare gods dienstoefening in de Waalsche kerk, tot inleiding van den arbeid te houden, is door de vorige reünie belast ge worden de hfer N. Nardi, pred. te Leiden. Bij de compagnie pantserfort-artil lerie alhier zijn Dinsdag, de met groot verlof zijnde miliciens van de lichting 1893 voor den tijd van vijf weken onder de wapenen gekomen, tot het houden van oefeningen op het fort bij IJmuiden. Den 14den Juli e.k. zal de Nederl. Drogistenbond hare jaarlijksche alge- meene vergadering houden in café Brinkmann alhier. Door de afdeeling Haarlem is ter behandeling op die vergadering het on derstaand voorstel ingezonden „De algemeene vergadering draagt het Hoofdbestuur op, zoo mogelijk in aansluiting met het Hoofdbestuur der Ned. maatschappij tot bevorde ring der Pharmacie, aan te dringen bij de regeering om van lijst C. Kon. besluit van 27 Sept. 1889 (Staatsblad No. 126) ter uitvoering van artikel 30 der Wet van 1 Jnni 1865 (Staats blad No. 61), het hoofd dier lijst te wijzigen, door te laten vervallen de woorden „onverschillig tot welk doel," zonder eene herziening der Wet of van het Kon. besluit in zijn geheel af te wachten." TOELICHTING. Het is van algemeene bekendheid, dat de lijst C. niet voldoet aan de beginselen in de geneeskundige wet ten van 1865 neergelegd. Bepaaldelijk geven enkele artikelen die voor technisch geDruik dienen aan leiding tot moeilijkheden bij den ver koop aan het publiek. Wij vii: den den invloed van deze woorden boven lijst C. zoo nadeelig,dat wij in overweging geven, om alleen daarom reeds tot partieele wijziging bij ministerieels beschikking over te gaan en in het hoofd dezer lijst te laten ver vallen de woorden: onverschillig tot welk doel. Na de algemeene vergadering ver- eenigt men zich aan een gemeen- schappelijken maaltijd, gevolgd door een rijtoer in den omtrek. De commissaris der Koningin in Zuid-Holland zal Vrijdag 21 Jnni te Hillegom audiëntie verleenen ten raadhuize. De liberale kiesvereeniging te Hout rijk en Polanen heeft tot candidaat voor den gemeenteraad gesteld den heerj. de Vries (vacat. A. v. Rossum.) Op Zondag 23 dezer heeft te Sant poort, op het buitenverblijf „Sparen- berg" van den heer Wüste de hand boogwedstrijd plaats van den Neder- landschen Handboogbond. Feestgevende afdeeling is devereeni- ging „Vooruitgang zij ons streven", aldaar. {Zie vervolg Stadsnieuws 3e pag De berichten omtrent voorgenomen bezoeken van Hare Majesteiten de Koninginnen aan fabrieken en scholen te Enschedé zijn onjuist, aangezien door H.H. M.M. nog niet is bepaald, wanneer, hoe lang en waar zij in En schedé zullen vertoeven. De Koninginnen hebben op 13 Juni incognito de militaire parade te Inns- biück bijgewoond. Fransch-Nederlandsch. Weet- Indiache Maatschappij. Naar ons wordt gemeld zijn de heeren Modderman en van Schelle, beiden leden van den Raad van Be heer van voornoemde Maatschappij, thans te Parijs, ten einde zich met de andere leden van den Raad van Be heer, te verstaan, over den aankoop van scheepsmaterieel en van de ar tikelen benoodigd voor de exploitatie, ten einde eene eerste expeditie uit te rusten, die ten spoedigste zal vertrek ken. Uit dit bericht aan het te Parijs verschijnend dagblad Politique Colo- niale dd. 15 Juni ontleend, xan men opmaken dat deze onderneming, waar voor eenige maanden geleden werk kapitaal was gevraagd, binnen kort haar werkkring Lal beginnen. Omstreeks half vijf Dinsdagmiddag zag men boven Amsterdam een lucht ballon drijven waarvan een lang touw afhing. In het schuitje zaten drie personen. Dadelijk verspreidde zich het verhaal, dat de balion captifvan de Wereldtentoonstelling was losge rukt en de drie liefhebbers van een hoog standpunt, nu tegen hun wil een luchtreisje moesten maken. Dit was echter niet het geval. Wel was de ballon, welke men zag, die van het tentoonstellingsterrein, doch hij was niet „losgebroken." Hij maakte eenvoudig eeu uitstapje op verlangen van den heer M. de Vries, die den ballon voor een reis had afgehuurd en met twee reizigers in het schuitje had plaats genomen. Wegens het minder gunstige we der zou de opstijging eerst niet door gaan; later op den middag evenwel werd de wind gunstiger geacht en de reis aanvaard. Dientengevolge kon de opstijging niet vooruit bekend ge maakt worden. De ballon dreef weg in de richting van Utrechtin de hoogere lucht lagen scheen echter de windrichting een andere te zijn. Te Heilo bij Alkmaar kwam de ballon des avonds behouden neer. Rbld. Inbraak te Amsterdam. In den nacht van Zondag op Maan dag is in de bovenwoning van den heer D. Pauwels in de Sarphatistraat ingebroken te Amsterdam. De heer Pauwels vertoefde te Ro- zendaal bij Velp, om uit te rusten van de vermoeienissen van den winter en ontving Maandag van den beneden- bewoner, den heer Van Praag, per telegram de mededeeling, dat bij hem was ingebroken. De heer Pauwels spoedde zich naar zijn huis en een treurig schouwspel deed zich aan hem voor. Alle kasten en de lessenaar, hem bij zijn feestvoorstelling in den Stadsschouwburg vereerd, waarin de heer Pauwels zijn kostbaarheden op geborgen had, zijn opengebroken en al wat zilver was of zilver toescheen, hebben de dieven medegenomeno. a. een prachtigen zilveren lauwerkrans, den heer Pauwels enkele jaren gele den vereerd, al het zilver, den heer Pauwels door zijn vrienden geschon ken, al het kostbare zilveren tafelge reedschap, stoppen van flacons, die men voor zilver hield, enz. enz. Met groote ruwheid zijn de dieven te werk gegaan, de opengebroken meubelen zijn vernield, alle papieren en brieven dooreengeworpen, meubelen moedwil lig beschadigd. Voor den heer Pauwels is het te hopen, dat de politie de dieven moge opsporen, doch het is vreezen dat de kostbaarheden al reeds in de smelt kroes zijn verdwenen. Men schrijft uit 's Gravenhage, dat op 5 of 6 Juli ek. door Hare Majes teit de Koningin de kruisen der Militaire Willemsorde aan de ge decoreerden van Lombok zullen wor den uitgereikt. De plechtigheid zal met groot militair vertoon en in tegenwoordigheid der hooge Staats colleges plaats hebben, vermoede lijk in het Willemspark. Tel De Lustrum-feeBten te Leiden. Het was Dinsdag de grootste dag der feestelijkheden de dag van den gekostumeerden optocht, die dank zij het fraaie weer, duizenden en duizen den naar Leiden had gelokt. Het was er dan ook reeds van den vroegen morgen af zeer vol. Alleen de Hol- landsche spoorwegmaatschappij had 80 extra-treinen van en naar Leiden laten loopen. Tegen twaalf uur werd een aanvang gemaakt met het opstellen van den historischen optocht, voorstellende „den intocht van prins Maurits bin nen Bergen-op-Zoom, op den 3en Oc tober 1622". Ongeveer tegen twee uur zette de stoet zich in beweging. Voorop de muziek van de haagsche huzaren, en dan de honderd en vijf deelnemers, waarvan 70 te paard, en tachtig ano nymi. Trompetters van de lijfwacht, een paar officieren, en een vendel pieke- niers, in eenvoudige buizen, allen te paard, openden den trein. Daarna volgde al aanstonds het Collegie van de Magistraet der stadt. Eerst Mijn Heere den Drossardt Brouchuin, te paard, in een gedoft kleed van zwart en zilver, met rooden mantel; dan de beide Borgemeesteren, in deftig zwart getabberd, met secretaris en schepenen. Vervolgens, na een vendel schutterij twee hellebaardiers der Staten Generael, in vroolijke kos tuums van veel rood en geelen achter hen vier Gecommitteerde Hee ren van wegen de Staten Generael (te voet), in mooie deftige kleedijen van stemmige doch onderscheiden kleuren. Daarna de gouverneur der stadt, Lowijs de la Kéthulle, in een rijk kostuum van witte zijde met goud, en rooden hoed en mantel; gevolgd door vijf zwieriggedoste edelen, onder wie Don Emanuel en twee Nassous; deze geheele groep te paard. Dan een vendel Hollandsche piekeniers in borstkurassen met drie officieren te paard, de vlag van oranje-blanje-bleu vervolgens, te paard, negen leden van den Crijgsraedt met hun auditeur, meest Francoysen of Engeischen(één „commanderende over de Fransche natie"), in frissche kleurige buizen met breede sjerpendaarachter twee ingenieurs en een commijs, te voet. Vier krijgsbevelhebbers te paard, met schitterende namen en kleedijen, werden gevolgd door een vendel berg* schotten te voet, die aandacht trok ken door hun grappige rokjens en harige tasschen en beveerde mutsen en bonte manteldoeken. De nu volgende hoofdgroep bracht den aantocht nader van „dien on- Na?r het i 10) van THOMAS CO BB. HOOFDSTUK VI. Van Londen naar Cattlebridge. „Lieve Clara," zeide Orler weldra, „de avond wordt koel. Het zou jammer zijn wanneer je den eersten dagje reeds eene koude op den hals haaldet. Ik wensch u goeden avond heeren." „Forsyth," fluisterde Burton, toen zij met hun beiden het paar het huiB zagen binnentreden, „dat is een drommels aardige vrouw. Het geluk is met u, mijn vriend." HOOFDSTUK VII. Orler verrast. Toen Dick den volgenden morgen een bezoek bracht aan het kantoor, vernam hij, dat Totton in Londen was en na den klerk te hebben meegedeeld, dat hij miss Smith had gevon den, keerde hij op zijne schreden terug. Hij was een jonge ling van opwellingen en kon nooit uitstel dulden. Het scheen toch ook vrij onnoodig Tottons terugkeer af te wach ten; hij kon slechts één ding doen: Orler op de hoogte stel len van den inhoud van Wedderburns testament en verder niet gaan. In Jessamine Villa stond het ontbijt nog op tafel en Orler stond uit een leuningstoel op, wierp een krant op den grond en legde zijn sigaar neer toen Dick binnentrad. „Dat noem ik vriendelijk van mijn buurman," riep hij uit en reikte hem de hand. „Clara, Clara...." „Ik kom," riep zij boven van de trap en het volgende oogenblik verscheen zij in de deur, van het hoofd tot de voeten in het wit gekleed, terwijl haar zwart haar los over haar middel hing. „Kom binnen, kom binnen mijn kind," zeide Orler, daar zij verlegen scheen. „Mijnheer Forsyth weet wel, dat het haar van een jonge vrouw niet in vlechten en Bierlijke krul len groeit." „Ik moet u mededeelen," stamelde Dick, die haar betoo- verender vond dan ooit, „dat ik u een paar minuten alleen wilde spreken. Ik...." „Dus ik kan gemist worden," zeide Clara en verdween, terwijl zij de deur achter zieh had gesloten nog vóór Dick haar had kunnen bereiken. „Mijne komst op dit uur zal u verwonderen," vervolgde Dick, toen Orler plaats nam, zijne korte beenen uitstrekte en het puntje van zijn sigaar aibeet. „En u zult nog meer verbaasd staan wanneer ik u eene vraag ga doen, die uwel zonderling zal toeschijnenhebt u niet in Charlotte Street gewoond „Ik schaam er mij volstrekt niet over mijnheer. Ik heb daar een hotel gehouden en mij nooit over mijne zaak ge schaamd." „En," vervolgde Dick haastig, „ik geloof, dat miss Smith juist geen bloedverwante van u is. U moet weten," voegde hij er bij, na te hebben opgemerkt, dat Orler de wenkbrau wen tronste, „dat ik groote belangstelling koester voor eene jonge dame, die haar naam draagt. Ik heb haar verblijf trachten te ontdekken en ben van meening, dat het mij ten slotte is gelukt." „Waarom denkt u dat?" vroeg Orler, eenigszins toornig, „Om te beginnen hebben wij overeenkomst van naam. Bovendien heb ik het spoor van den vader van miss Smith tot zijn verblijf in uw hotel kunnen volgen; hij schijnt daar in te zijn gestorven in 1871." „Hij is daar gestorven Clara's vader, mijnheer Forsyth," zeide Orler, sloeg zijne oogen wijd open en keek onthutst. „William Smith was een oud vriend van mij. Sedert jaren had ik hem uit het gezicht verloren. Hij huwde met eene dame eene dame van goede geboorte. In 1871 nam hij zijn intrek bij mij en Clara was bij hem; de arme Smith was meer dood dan levend." {Wordt vervolgd

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1895 | | pagina 1