Letteren en Kunst.
Politiek Overzicht.
Gemengd Nieuws.
P. van Eeghen, mr. J. N. van Hall,
G. Harkema, J. C. M. J. Knegt, J.
P. Korthals Altes, mr. L. J. G. van
Ogtrop, C. W. de Sauvage Nolting,
mr. W. M. F. Treub en Louis Rieber.
De feesten te Leiden.
In aiwijking van vorige jaren gat
de Leidsche studenten Roei-vereeni
ging „Njord" Donderdag eene matinee
op het feestterrein. Vroeger gaf dit
gezelschap, meer overeenkomende met
aijn aard, altijd een tocht met stoom-
booten, welke bijna altijd zeer koud
en vrij ongezellig was.
Het was dus eene goede gedachte
van het bestuur geweest van
oude gewoonte af te wijken en aan
de Leidsche burgers eene andere fees
telijkheid aan te bieden. Gretig was
dan ook van hare invitaties gebruik
gemaakt, er heerschte eene geze"*
drukte,waaraan de schoone sekse voor
al luister bij zette.
De kleuren in fraaie costumes der
edelen werden slechts noode gemist,
daar zij vooral aan een dergelijk feest
een eigenaardig vroolijk karakter ver-
leenen. Onder de tonen van het oude
Wilhelmus reed zijne Excellentie het
feestterrein binnen en werd met zijne
pages en den Gouverneur van Bergen
op Zoom, welke zijne excellentie ver
gezelde, aan de tafel genoodigd, waar
aan het bestuur van „Njord" zich had
gezet en welke met de zwaan van God
Njord was gesierd.
Zijne hoogheid volgde met belang
stelling het programma dat uitge
voerd werd; vooral de „Maskerade-
Marsch", door den heer Ellis van
Raalte gecomponeerd en gedirigeerd,
mocht zijne hooge goedkeuring weg
dragen.
Prins Maurits met zijnde volg deed
nog eene wandeling door het feest
terrein, waarbij een ieder met eerbied
voor hem boog, waarna hij weer door
zijn vierspan schimmels naar zijn
vorstelijk verblijf werd gevoerd. En
hiermede was ook de glans van het
feest verdwenen en begaf ieder zich
weer naar zijne woning, dankbaar
voor het genotene.
Een gasontploffing te Leiden.
Woensdagnacht heeft te Leiden eene
gasontploffing plaats gehad in een
woning buiten; de Zylpoort asn den
Lagen Rijndijk, bewoond door den
heer A. D. Assendelft de Coningh,
burgemeester van Leiderdorp, waar
schijnlijk doordien het kraantje van
de gaskroon in de vestibule niet
voldoende was afgesloten.
Deur en plafond werden zwaar
beschadigd en uiteengeslagen, een
aantal ruiten in voor- en achtergevel
verbrijzeld. De iknal werd op vrij
grooten afstand gehoord en deed menig
eerzaam dorpsbewoner in den naasten
omtrek verschrikt ontwaken.
De burgemeester zelf, die, juist
huiswaarts gekeerd, het licht in de
gang wilde ontsteken, bekwam aan
hoofd en handen eenig-^ kwetsuren,
welke echter naar vertrouwd wordt,
geene te zorgwekkende gevolgen zullen
hebben.
Neerbosch.
De weesinrichting te Neerbosch
vierde Woensdag haar 32e jaarfeest.
Den avond te voren werd het feest
voorbereid met een bidstond waarbij
de. Hoogenhuijze uit Nijmegen optrad.
Het feest werd met eene uitvoering
van het fanfarekorps der inrichting
geopend. Daarna bidstond, waarbij de
heer J. van 't Lindenhout, directeur,
voorging.
In de feestvergadering traden als
spreker op de voorz. van het bestuur
der inrichting (de heer Ipenburg uit
Arnhem), dr. Barger uit Amsterdam,
die de feestrede hield, en de heer van
't Lindenhout, door wien het jaarver
slag werd uitgebracht.
Daaruit bleek, dat de inrichting
evenals andere philanthropische in
stellingen met financieele moeielijk-
heden te kampen had, maar dat het
toch te Neerbosch aan niets had ont
broken dat geen nieuwe gebouwen
werden gesticht, doch de bestaande,
vooral wat de vloeren betreft, verbe
teringen hadden ondergaan, dat de
door een comité van dames gehouden
tombola f7000 opbracht, waarvoor
ameublement voor het ziekenhuis kon
worden aangeschaft; dat het groote
werk dit jaar washet overbrengen
van de drukkerij van Nijmegen naar
Neerbosch; dat de herziene statuten
de koninklijke goedkeuring verkregen
en een nieuw huishoudelijk reglement
werd ingevoerd.
Verder dankte de heer Van 't Lin
denhout bij zijn verslag allen, die der
instelling met offers hunne genegen
heid toonden, en herinnerde hij aan
het bezoek door de Koningin-Regen
tes aan de stichting gebracht.
In den namiddag vergaderde men
andermaal ter bespreking v.n de we
gen te volgen en de middelen aan te
wenden tot verbetering van het lot
der verwaarloosde weezen in het alge
meen.
Sprekers waren de heer Van 't Lin
denhout, directeur, Nieuwland uit
Hees, Pierson uit Zetten, Oggel uit
Grand Rapids en Reulkens uit Gra
ven hage.
De meeste bezoekers werden aange
bracht door den pleziertrein uit Fries
land en Groningen die ruim elf uur
te Nijmegen arriveerde.
Ook Woensdagavond is nog verga
derd ter behandeling van punten op
de weezenverpleging betrekking heb
bende.
Desjardin en Zola (die tevens voor
de eerste vacature candidaat was).
Donderdagmorgen ontstond te Rot
terdam brand in het houtmagazijn
van de tabaksfabriek van de firma
Kreyns aan de Delftschestraat nr. 53.
Een dichte rook vloog uit de ramen
van alle verdiepingen.
Door de werking van 4 handspui
ten was men den brand in een half
uur meester en in anderhalf uur was
hij geheel gebluscht; de schade, die
zeer aanzienlijk is, beperkt zich tot
het houtmagazijn en den zolder, waar
de pakken tabak geborgen zijn. Alles
is op Rotterdamsche beurspolis ver
zekerd.
Een der De Bie's, die wegens mein
eed, afgelegd in de zaak Hoekina",
tot 3 jaar gevangenisstraf is veroor
deeld, en die straf in de gevangenis
te Groningen ondergaat, is naar 's-Her-
togenbosch getransporteerd, om al
daar te worden gehoord in eene der
gelijke strafzaak, nog voorvloeiende
uit het proces-Hoekman, en ditmaal
zekeren J. van Deutekom betreffende,
welke laatste, na geruimen tijd in
het buitenland te hebben doorge
bracht, thans te 's-Hertogenbosch in
voorloopige hechtenis is.
Het O. M. bij dej rechtbank te
Utrecht heeft conclusie genomen in
de zaak van den heer C. Beijlholt
tegen de Ned. Rhijnspoorwegmaat-
schappij, die harerzijds den Staat der
Nederlanden in vrijwaring opgeroe
pen heeft, betreffende den eisch tot
betaling van eene som van f 349.10
die eischer meent te kunnen vorde
ren als houder van een der 800 in
1864 uitgegeven bewijzen van deel
gerechtigheid in de overwinst, die na
uitkeering van 5 pCt. dividend aan
de aandeelhouders in eenig jaar
ter verdeeling mocht overblijven. In
die kwaliteit vordert de eischer uit
keering van Vsoo van f299,286, zijnde
pCt. van de f5,587,720, die van
het aan de Maatschappij bij de over
dracht van haar bedrijf aan den
Staat als schadevergoeding wegens
vervroegde naasting uitgekeerd be
drag, na aftrek van de aan de leden
der directie en de ambtenaren toe
gekende vergoedingen, ter verdeeling
onder de aandeelhouders over zijn
gebleven.
De conclusie van het O. M. strekt,
dat aan den eischer zijne vordering
als onbewezen zal worden ontzegd,
Mocht echter de rechtbank de vor
dering voor toewijzing vatbaar ach
ten dan zal de vordering tegen den
Staat tot vrijwaring moeten worden
ontzegd, omdat de aansprakelijkheid
van den Staat in deze niet gebleken
is. Uitspraak 18 Sept. a. s.
Wanneer heeren studenten het ge
makkelijker vinden om in een vroo-
lijke bui een spoorreisje te maken in
het bagagenet in plaats van op de
gemakkelijke zetels eener tweede klas
coupé is dat een quaestie van smaak.
Maar wanneer in hunne pogingen om
uit dat net te geraken de noodrem
in werking wordt gesteld en de mede
reizigers door het plotseling stoppen
van den trein niet meer of minder
dan aan een ongeluk denken,dan komt
de wrekende arm der justitie tusschen
beide. De ambtenaar van het O. M.,
bij het Haagsche Kantongerecht voi-
derde Donderdag dan ook een geld
boete van f 2.tegen den jeugdigen
student, die de boven omschreven
overtreding pleegde in een 2e kl. coupé
der Holl. Spoorwegmaatschappij tus
schen Den Haag en Voorschoten.
Donderdag had de Académie Fran-
ijaise twee leden te verkiezen, een in
de plaats van wijlen Victor Duruy, en
een voor wijlen De Lesseps. In de
eerste vacature werd, met 21 stemmen
gekozen Jules Lemaitre; 9 stemmen
werden uitgebracht op Delafosse.
Voor de tweede plaats had er vier
malen herstemming plaats, en nog
kon niemand het vereischte aantal
stemmen bekomendeze verkiezing
moest daarom een half jaar worden
uitgesteld. Candidaten warenBar-
boux, Francis Charmes, de markies
Costa di Beauregard, Jean Aicard,
De Kongo-commissie uit de belgi-
sche Kamer vergaderde Donderdag
middag en behandelde het wetsont
werp betrekkelijk voorloopige maatre
gelen. Lorand (radicaal) stelde ver
geefs voor, de aflossing van de schuld
vordering van Browne de Tiége
hetgeen vóór 1 Juli moet gebeuren,
af te scheiden van het leenen van
vijf miliioen frank aan den spoorweg,
hetgeen minder spoed eischt. De
Lantsheere (katholiek) merkte op, dat
het werk gestaakt moest worden als
de leening niet binnen kort toege
staan werd. Verschillende socialisti
sche en radicale sprekers bestreden
de aflossing van Browne's schuldvor
dering en hielden vol, dat de verkoop
met recht tot wederinkoop in werke
lijkheid eene vermomde ieening is.
Woeste en De Lantsheere verklaar
den, dat zij voor de voorloopige
maatregelen zouden stemmen. Het
vervolg der beraadslaging werd tot
heden uitgesteld. Eene gunstige stem
ming van de rechterzijde tegen jde
linkerzijde is zeker.
Door koning Oscar van Zweden is den
heer Bonnevie opgedragen een coali
tie-kabinet voor Noorwegen samen te
stellen. Na bijna gereed te zijn hier
mee heeft de heer Bonnevie voor de
opdracht moeten bedanken, daar toch
ten slotte geen geschikte combinatie
was te verkrijgen. Het conservatieve
kabinet-Stang zal nu voorloopig aan
het bewind blijven.
Onmiddellijk nadat koning Oscar
van de mislukking op de hoogte ge
steld was, verliet hij Christiania. Men
is van oordeel, dat hij nu elke poging
tot eene schikking met Noorwegen
opgeeft.
Bij de drukte verbonden aan de
feestelij kheden bij de opening van het
Noord-Oostzeekanaal heeft keizer Wil
helm nog den tijd gevonden een eigen
handig schrijven te zenden aan den
minister Von Bötticher waarin hij
dezen vol erkentelijkheid dank zegt
voor zijne trouwe toewijding. Ten
teeken mijner waardeering, zegt de
Keizer, zend ik u mijn borstbeeld in
marmer, opdat bij het aanschouwen
daarvan u steeds voor den geest moge
staan welke warme dankbaarheid ik
jegens u gevoel wegens de diensten,
door u mij, mijnen grootvader, en
mijnen vader bewezen.
Op de turksch-bulgaarsche grens
heeft weer een incident plaats gehad
Nabij Pesj'tera is een groote troep
basjibozoeks over de bulgaarsche grens
gegaan om eene turksche sehapen-
kudde te heroveren, die door bul
gaarsche gendarmen in beslag was
genomen. Een groot aantal Bulgaren
werd gekwetst uij den aanval. Door
de bulgaarsche regeering is voldoe
ning geëischt.
De Hongaarsche Delezatie heeftin
volle vergadering de begrooting van
buitenlandsche zaken aangenomen.
Apponyi zeide dat men, met geheel
behoud der grondbeginselen van de
buitenlandsche politiek, zich er op
zal moeten toeleggen de autonomie
der Balkanstaten te handhaven.
In de Kamer van Afgevaardigden
heeft de voorzitter van den minis
terraad verklaard dat het nieuwe mi
nisterie vóór alles den geregelden
gang der financiën moet verzekeren.
De beraadslaging over de begrooting
moet bespoedigd worden. De minister
zou voor dat doel nog dien dag eene
voorloopige begrooting, gaande tot
einde Augustus, indienen.
Naar uit Kaïro aan de Times wordt
gemeld, is de Khedive opnieuw voor
nemens om naar Konstantinopel te
gaan, teneinde van den Sultan hulp
te krijgen tegenover zijn weinig mee
gaande familieleden en onderdanen
Een roerige geest is weer gevaren in
de bevolking van Kaïro en Alexan-
drië, waar de chauvinisten, gesteund
door den Khedive, bezig zijn, allerlei
verzoekschriften tegen de Engelschen
aan de Fransche regeering te richten.
Naar luid van een bericht uit
Zanzibar aan de Times hebben de
Engelschen die te Takaoengoe ont
scheept waren vijf dorpen verbrand
en de veldgewassen vernield. Het
verzet van de Arabieren is gering.
Uit Hongkong wordt aan de Times
gemeld dat de bevelhebber van de
Zwartvlaggen op Formosa geëischt
heeft dat de op het eiland aan wal
gegane tweehonderd Engelsche mari
niers zich onmiddellijk weer zouden
inschepen, hetgeen echter geweigerd
werd. De Engelschen verwachten een
aanval. De hitte is groot, er is gebrek
aan water.
Dynamiet.
Tusschen Spijk en Lobit liggen
nu weer zeven Bchepen met meer dan
300.000 pond dynamiet. Dat dyna
miet moet naar de Kaap de Goede
Hoop via Antwerpen, maar de zee
schepen, die het in genoemde haven
moeten inladen, zijn nog niet aan
wezig en zoolang moet het nu aan de
grens blijven liggen.
Dinsdag zoo meldt de Débats
wilde te Parijs een inspecteur van een
der grootste magazijnen aldaar eene
dame arresteeren,die hij op heeterdaad
had betrapt toen zij van een uitstalling
wat wegnam en met haar een jong
meisje dat een klein kind in de armen
hield. De twee vrouwen verzetten zieh
zóo luidruchtig, dac voor de deur de
menschen staan bleven en het publiek
weldra partij voor haar trok. Dit
maakte den inspecteur ongeduldig en
met een bruuske beweging ontdeed
hij de oudste dame van een langen
mantel, welke haar v tn de schouders
tot de voeten viel. En wat zag men
toende dame van onder tot boven
behangen met kant, met toiletarti
kelen, met waaiers, a zelfs met een
tweetal parasols. Dat had zij alles
gestolen en met zooveel behendigheid
aan haken van haar japon bevestigd,
dat iedereen begreep met een dievegge
van beroep te doen te hebben. Op
hetzelfde oogenblik barstte het jonge
meisje dat met haar was in weenen
uit en liet het lieve kind dat ze in
de armen droeg op de straatsteenen
vallen. Een kreet van ontzetting steeg
op uit de menigte. Snel bukten een
aantal meewarigen zich over de ge
vallen kleine maar deze bleek een
voortreffelijk nagemaakte pop met
wassen hoofdje te zijn, welker lange
kleeren ook alweer dienden tot berg
plaats van gestolen voorwerpen.
Volgens de Globe heeft de gedenk
dag van den slag bij Waterloo der
Patrie aanleiding gegeven tot eenige
merkwaardige opmerkingen. Volgens
dit gezaghebbend orgaan hadden de
Franschen een tiental sterkeren vijand
tegenover zich en was de overwinning
voornamelijk te danken aan het feit,
dat de Fransche soldaten doornat
waren tengevolge van den regen van
den vorigen dag. Blijkbaar waren de
geallieerden „waterproof."De veldtocht
moest eigenlijk bekend staan als „de
str -tegische fouten van den hertog van
Wellington". De slag bij Quatre-Bras
werd tegen zijn bevel geleverd, Blu-
cher was in het geheel niet tegen
woordig en de Franschen verloren
slechts 28.000, terwijl de verbondenen
i.OOO dooden op het slagveld achter
lieten.
Het verwondert ons," zegt de
Globe, „dat onder deze omstandig
heden de Patrie toegeeft, dat werke
lijk het Fransche leger de nederlaag
leed."
Een bezoek aan Kopen
hagen.
In het nummer van Dinsdag van
een Kopenhaagsch blad, Politiken, le
zen we, onder den titel„De Holland-
sche stoomboot"
„Eenigen tijd nadat de Tantallon
Castle was aangekomen, voer de vroe
ger vermelde Hollandsche stoomboot
Rotterdam de vrijhaven binnen en leg
de achter de ander aan.
„Zij had een vroolijk gezelschap
van tweehonderd toeristen aan boord,
die blij waren dat ze het land weer
naderden; de anders zoo flegmatieke
Hollanders namen het regenachtig
weer van den genoeglijken kant op,
lieten het orkest dat ze bij zich had
den op het dek plaats nemen en hiel
den een klein middagbal, dat echter
moest worden afgebroken, daar het
dek te nat en te glad was om op te
dansen.
„Daarom gingen de Hollanders aan
ga zoo aanstonds met miss Smith eene wandeling maken
langs de rivier. Zij vindt het hier nog al eentonig zoo
zonder vriendin."
„Zij heeft in ieder geval een -vriend Dick," zeide Evelyn,
terwijl zij uit den perenboom daalde en het verwijt voelde,
hoewel het niet haar eigen schuld was, dat zij met Clara
geen kennis had gemaakt.
„O natuurlijk ben ik verplicht om te doen wat ik kan,"
gal hij ten antwoord. „Morgen moet ik haar rondleiden in
„The Cedars". Zij wil het huiB, de portretten enz. zien. Wat
ik nog zeggen wiide, ik heb zooeven je vriend Burton ver
laten."
„Hoe gaarne zou ik willen weten wat het geheimzinnige
is, dat hem omringt," mompelde zij. „Ik weet dat er een
geheim achter schuilt. Moeder schijnt vreeselijk bekommerd
en somtijds denk ik, dat bij er de oorzaak van is. Dokter
Brodrick maakt zich ongerust over haar."
„Nu, ik kan niet langer blijven, anders verliezen wij het
beste gedeelte van den namiddag," zeide Dick en ging haas
tig heen.
Toen hij weg was en Evelyn hare eigen kamer had be
reikt, kon zij hare tranen tot dusverre met moeite bedwongen,
niet weerhouden. Zij vond het wreed, dat Clara hare plaats
had ingenomen. Den vorigen zomer was zij steeds met Dick
wandelingen langB de rivier gaan maken. Zij begreep Dick nu
evenmin als kapitein Burton. De woorden die hij den eersten
Juni had gesproken, toen zij hem in kennis stelde van het
financieel verlies, dat hare moeder had geleden, kon onge
twijfeld slechts ééne bedoeling hebben gehad. Niettemin
schonk hij nu al zijne aandacht aan die vreemde en liet
haar geheel aan haar lot over. En nooit had zij meer sym
pathie noodig dan juist op dit tijdstip. Hij had zich verwij
derd toen zij van de ziekte harer moeder sprak. Misschien
verveelde hem hare droefgeestigheid; ongetwijfeld toonde
Clara steeds een glimlachend gelaat. Maar hoe kon Evelyn
Dick opgewekt tegemoet treden, terwijl zij gekweld werd
door de gedachte hoe zij voortaan moesten leven en door
haar angst over den tegenwoordigen toestand van hare
moeder
Den volgenden dag verliet Evelyn te drie ure het huis,
Bloeg de laan in langs den tuin, liep het speelterrein van de
school over en bereikte aldus het jaagpad; aan haar rechter
hand de kortgemaaide weiden links de smalle stroom,
getooid met wilde rozen aan den kant. Langzaam gleed een
schuit stroomopwaarts, voortgetrokken door een traag slee-
pend paard, zoodat het touw slap hing. De zon scheen hel
der en warm; de geuren, die opstegen van het veld met
roode klaver waren vermengd met den zoeten geur van wilde
kamperfoelie.
Evelyns witte japon hing los om hare slanke, bevallige
gestalte; een stroohoed met breeden rand overschaduwde
haar gelaat, dat dezen dag tamelijk droevig stond; zij had
hare handschoenen uitgetrokken en haar parasol sleepte op
den grond.
Toen zij de tweede sluis van de stad af had bereikt, zag
zij Burton voor zich, leunende tegen den witten hefboom van
een der sluisdeuren en starende in het water voor hem.
„Een mooie middag," zeide hij en keek op toen zij naderde.
„Houdt u van eene wandeling langs de rivier? Ik ook. U
gaat toch zeker niet dikwijls alleen uit;" en hij plaatBte zijn
kalen, witten hoed weer onverschillig schuin op het hoofd.
„Mijne moeder gevoelde zich niet wel genoeg vandaag om
met mij te gaan," antwoordde Evelyn, verheugd dat zij nu
in de gelegenheid was hem over haar vader te spreken.
„Zij is niet meer zoo jeugdig als vroeger," zeide hij; „en
dan ook een zwak gezicht. Zij droeg vroeger nooit een bril."
„Neen, niet voor wij in Castlebridge zijn komen wonen-
Toen zijn hare oogen slecht geworden. U schijnt haar lang
geleden gekend te hebben. Hebt u mijn vader ook gekend?"
„Ja niemand beter dan ik," zeide hij kortaf.
„Waart u dan zijn vriend?" vroeg zij ernstig.
„Hm; dat weet ik nog zoo goed niet," gaf hij ten ant
woord. „Het valt te betwijfelen, zeer te betwijfelen."
„Maar als u hem zoo goed hebt gekend...."
„Ja, een mensch is een zonderling wezen," vervolgde hij
haar in de rede vallende. „Ik heb dikwijls gewenscht nog
eens mijn tijd te doorleven. Niet dat er veel veranderd zou
worden; de mensch verandert zichzelf nu eenmaal niet veel.
Toch, men kan het niet weten. Wij kunnen het verleden
niet veranderen en evenmin de dooden tot het leven terug
roepen.
Wordt vervolgd.)