Bezienswaardig zijn voorts de
gobelins met schoone fantaisie voor
stellingen, ingezonden door het bis
schoppelijk museum alhier, jhr. Victor
de Stuers te Utrecht en den heer Th.
Fraenckel te Utrecht.
Merkwaardig is een bloemstuk op
70jarigen leeftijd vervaardigd door
mevr. de wed.j van Lennep, geb.van
Lennep, anno 1877.
Ook Indisch borduursel is aanwe
zig, op zwarten grond met goud door
werkt Perzisch borduursel op rooden
grond met gouden franje en met goud
en andere kleuren bewerkt en vele
andere borduurselen. Mevr. Cremer
zond nog in een prachtig Perzisch
borduursel op zwarten grond, ge
heel bezet met bloemen in allerlei
kleuren.
De heer Heshuijsen- zond o.a. in
een paar prachtige trouwjaponnen
van echt Brusselsche kant, de heer
Victor de Stuers chineesch borduur
sel en een zweedsch buisje, mevrouw
A. M. Gieshofl'haakwerk vervaardigd
door negerinnen te Cubinda in Z.W.
Afrika.
Voor den historieliefhebber of de lief
hebster zij nog vermeld, dat zich in deze
belangrijke expositie ook bevindt een
doopkleed, dat oorspronkelijk het
eigendom van Prins Maurits is
Oranje Nassau was en gebruikt is
bij den doop zijner kinderen, gespro
ten uit een geheim huwelijk met
liargaretha van Mechelen,daarna over
gegaan op het geslacht van de Graven
van Nassau-La Lecq en vervolgens
door huwelijk van Adriana Petronella,
gravin van Nassau in 1777, in het
geslacht Mubert.
Dit doopkleed is het laatst gebruikt
in de le helft dezer eeuw bij den doop
van een knaap, die in de 9e generatie
van Prins Maurits afstamde.
Op dit merkwaardig doopkleed zijn
in 't midden aan alle vier de zijden
een M. en een N. in elkaar gevlochten
met een kroonaan de hoeken een
bloemstuk, dat zich ook in 't midden
bevindt. Verder, dat ook te aanschou
wen is een damasten servet, behoord
hebbende tot een stel tafelgoed,
dat na den slag bij Nieuwpoort, door
de regeering der stad Haarlem, aan
Prins Maurits ten geschenke werd
gegeven.
Behalve hetgeen wij in boven
staande regelen van de tentoonstelling
van textiele kunst gemeld hebben,
is er nog veel meer te zien, dat de
moeite waard is; wij stipten slechts
een en ander aan.
der rechtbank zou 14 Juni jl. zijn ge
pleit, Ter elfder ure zag de raadsman
van B. echter van het pleidooi af, de
stukken zijn daarop in handen gesteld
van het Openbaar Ministerie bij het
Gerechtshof te Amsterdam, dat Vrijdag
bij monde van den advocaat-generaal
mr. A. J. E. Jolles concludeerde tot
bekrachtiging van het vonnis der
Haarlemsche rechtbank en alzoo tot
handhaving van het faillissement.
Het Hof zal op 5 September e, k.
bepalen, wanneer het in deze zaak
arrest zal wijzen. Dan istaat er nog
cassatie open, zoodat het nog zeer de
vraag is of de eindbeslissing nog wei
1895 zal vallen.
G. Ides, 21 jaren, los werkman, die
zekeren J. Kwast een slag met een
bierglas gaf zoodat deze een ernstige
wonde ontving, die zijn leven in ge
vaar brengt, is gisteren, Zondag, op
last van de Rechtbank in verzekerde
bewaring gebracht.
De toestand van Kwast is nog steeds
zorgelijk.
Weldadigheid naar Vermogen
Maandelijksch overzicht der uitga
ven van de vereeniging.
Aan behoeftigen werd in Nov., Dec,,
Jan., FebrMaart, April en Mei
na onderzoek uitgereikt:
Aan brood en levensmiddelen Nov.
'94 f 481,088, Dec. '94 f586,01, Jan.
'95 f677,05, Febr. '95 1660.69», Maart
f 539,83», April 191,20», Mei f210,28,
Juni f 217,78» totaal van 1 Nov. '94
tot 30 Juni '95 f3563,94.
Aan brandstoffen f62,98, f214,55
f 101,16, f299.65, f31,57, f0,61, en f 1.18
totaal f711,70.
Aan ligging en kleeding f68.77,
f94,82», f 130,928, f54.228, f35, f5,90,
12.20 en f6,—, totaal f391,85.
In geld f965,45, f 1057,91, 1176,65,
f 1156.70, f839,02», f484,45, f505,52» «orden,
en 1503,07», totaal f 1362.28.
Totaal in Nov. '94 1157S,29 in
Dec. '94 f1953,29», in Jan. '95
12085.788 in Febr. '95 f2171.27,
in Mrt. f 1445.43, in April '95 f 682.16»,
in Mei 1719,188, in Juni f726.86.
Totaal van 1 Nov. '94 tot 30 Juni
'95 f 11362,82.
Bovendien werd eene groote hoe
veelheid ten geschenke ontvangen
kleedingstukken, brandstoffen, enz.
uitgereikt.
den groentcooeren die uit de omlig
gende dorpen per hondekar tot ons
komen te verbieden op hun voertui
gen plaats te nemen. Het schijnt, dat
er een tijd was, waarin dat, bij pro
vinciale verordening, was verboden.
Het verbod bestaat niet meer en van
die gelegenheid maken de boertjes
gebruik om op hun lichte karren
menigmaal drie en meer personen over
een paar uren afstand te vervoeren.
Men beroept zich hier, en daarom
deel ik 't feit mede, vooral op den
Haarlemschen burgemeester, die naar
het schijnt, een bepaling heeft uitge
lokt of zal uitlokken waarbij gelast
wordt de honden onder de wagens te
spannen, zoodat het zitten op de kar
ren dan, op gevaar van omslaan, on
mogelijk wordt.
Nu houdt ik veel van honden,
maar nog meer van menschen. Mis-
scnien omdat er onder de menschen
ook nog al „honden" rondloopen, die
andere menschen kwaad doen. Zoo
veel is zeker, dat er in de maatschappij
heel wat menschen zijn, die niet
minder slecht behandeld worden dan
trekhonden.
Daar hebt ge bijv. de categorie
der candidaten voor gemeenteraads
zetels.
Kent ge nu een klasse van perso
nen waarmede meer wordt gesold?
Door den een hemelhoog verheven,
worden ze door den ander van hun
voetstuk gerukt en neergesmakt. Hun
personen, hun karakters, hun zaken,
nun gevoelens dat alles wordt op
den keper beschouwd en coram po-
puli blootgelegd. Ze worden, om zoo
te zeggen, uitgekleed.
Voorwaar, ik zeg maar, er hoort een
groote mate van ambitie ofte eer
zucht, nevens een niet minder groote
mate van zelfverloochening toe om
in een stad als de onze candidaat
voor den gemeenteraad te willen
Reuter,s die in zijn qualiteit van
secretaris der vereeniging voor Han
del, Nijverheid en Gemeentebelangen
getoond heeft voor de belangen der
gemeente en der gemeentenaren een
open oog te hebben. Ben ik wel in
gelicht, dan zou van Katholieke zqde
de aandacht worden gevestigd op
den heer Jacques Simons, rustend
koopman, directeur der 's Graven-
haagsche Woningmaatschappij, een
man die in woord, geschrift en daad
veel heeft gedaan om zijn denkbeel
den tot oplossing van het vraagstuk
der arbeiderswoningen te verwezen
lijken. Hij is een philantroop inden
meest gezonden zin des woords en in
tal van corporaties werkzaam. Van
zijn helderen blik en van ernstige
studie getuigden o.a. artikelen inder
tijd in het Sociaal Weekblad opgeno
men. Ook zijn verkiezing zou ten
zeerste zijn in het belang der gemeente.
Wie van deze beide Israëlitische can-
Wij lezen over de zaak contra Bud-
denborg
Deze bij uitstek langzaam voort
schrijdende zaak is Vrijdag weder
een stapje nader tot hare oplossing
gekomen.
Ter gemoetkoming van hen, wien
de loop dezer zaak niet helder meer
voor oogen staat,' herinneren wij er
aan, dat Buddenborg op 13 October
1893 ter requisitïe van het Openbaar
Ministerie bij de arr.-rechtbank te
Haarlem failliet werd verklaard, ter
wijl tegelijkertijd eene strafvervolging
tegen hem werd geopend wegens
frauduleus bankroet.
B. kwam echter in verzet tegen zijne
failli etverklaring, bewerende, dat deze
ten onrechte was uitgesproken. Na
eene aan incidenten rijke procedure
besliste de rechtbank eindelijk, bij
vonnis dd. 14 Augustus 1894, dat de
faillietverklaring wel en terecht was
uitgesproken. Tegen dit vonnis kwam
B. echter in hooger beroepdaar het
niet te voorzien was hoe lang het zou
duren eer er op dit hooger beroep
recht zou zijn gedaan, verzocht en
verkreeg de officier van Justitie
tijds de invrijheidstelling van B., die
op 20 Nov. 1893 door de Engelsche
Regeering was uitgeleverd.
In het hooger beroep van het vonnis
Dinsdagavond te 78 uur vergadert
de raad der gemeente Heemstede.
BINNENLAN D.
Haagsche Brieven.
xxv.
De leer, dat een mensch geen sui
kerboontje is wordt allerwege gehul
digd. En een bewijs, dat zij opgaat is
wel het feit, dat ik in staat ben u dit
schrijven toe te zenden. Ware ik toch
een suikerboontje geweest, dan zou ik
gesmolten zijn als sneeuw voor de
zon die ons in deze dagen met zui
delijken gloed bestraalt.
Met den Enkhuizer kalender (zali
ger gedachtenis) heb ik nooit op ver
trouwelijken voet gestaan en ik woei
dus niet of we al in de zg. hondsda
gen verkeeren. Maar dit is zeker, dat
we het er warm genoeg voor hebben.
Is het daarom misschien, dat er in
deze dagen een plotselinge beweging
is waar te nemen ten gunste van u-.-
honden, meer bepaaldelijk van de
trekhonden? Ik weet het niet, doch
het staat vast, dat de bladen hartroe
rende tafereelen bevatten omtrent ue
wijze waarop die honden na het
paard toch „la plus noble conquête de
l'homme (vergelijk Buffon), door hu:,
respectieve eigenaren worden beh&n
deld of liever mishandeld. Inzonder
heid openbaart zich een aandrang om
En toch zijn er nog altijd liefheb
bers bij de vleet. De vrijzinnige ver
eeniging ,,'s Gravenhage" bijv. had
niet de geringste moeite dubbeltallen
te vinden voor 13 plaatsen, dus 26
voorloopige candidaten en dan vie-
,en nog die personen af die ter ver-
godering minder dan 10 stemmen
hadden verkregen. Er zijn, zooals ik
zeide, 13 plaatsen te vervullen, terwijl
er drie vacaturen ontstaan doordien
de heeren du Tour (wethouder van
openbare werken) Evers (oud-wethou
der) en Hij mans van Wadenoyen
geen herkiezing verlangen, zooals ik,
meen ik, reeds schreef De omstan
digheid, dat de laatste bedankte,
schept voor de kiezers zekere moei
lijkheid. De heer Hijmans is nl. Is
raëliet en de traditie wil, dat dus
weder een zijner geloofsgenooten zijn
plaats iuneme. Hoewel nu in het
algemeen, denk ik, volstrekt niet
mag opgaan de leer dat een pro
testant, katholiek, luthersch of Is
raëlitisch lid steeds vervangen worde
door een geloofsgenoot omdat toch
de geschiktheid van den candidaat en
niet zijn geloof de keuze bepaalt en
omdat nfj gekozen wordt als vertegen
woordiger der burgerij en niet van
een bepaald kerklijke gemeente
Ib er luoh in deze traditie iets goeds.
Er is iets in dat aan het stelsel van
evenredige vertegenwoordiging her
innert en de traditie strekt boven
dien om de goede verstandhouding
tusschen alle deelen der bevolking te
bevorderen. Dat is een voordeel dat
niet te gering mag worden geacht.
Mijn bezwaar vervalt vooral nu,
wijl voor de open plaats zeer geschikte
mannen worden genoemd. Een uit
een pers-oogpunt merkwaardig en be
langrijk verschijnsel is, dat een der
candidaten een journalist is, nL de
heer S. Vas Dias, mede-directeur van
het overbekende correspondentiebu-
reel voor dagbladen (de Hollandsche
aahet werk te zetten en, indien het
da gelukte de boot in de geul te
brgen, de lading weder in te nemen
ene reis voort te zetten.
ndagnacht gelukte het de boot
vl te krijgen.
ver het nieuwe Kieswet?
ontwerp.
e N. R. Ct. is erg ingenomen met
h ontwerp-Van Houten. Wat men
n de behandeling van de wet-Tak,
rde toen ingediende amendemen-
t kon verwachten van deze regee-
Tg, heeft zij gegeven,
ïet blad ^prijst het ook, dat niet
in art. 3 van de wet-Tak ean al-
meen beginsel is vooropgezet. Daar-
jee krijgt men wel een groote meer-
rheid, doch bij de toepassing blijken
ch verschillende gevoelens te be-
aan.
Art. 1 besprekend, merkt het blad
didaten het pleit winnen zal, moetp, dat het aantal kiezers zeer aan-
de definitieve candidaatstelling der.enlijk zal worden. Goeman Borge-
kiesvereeniging uitmaken. Ik stel mijius raamde indertijd het getal kie-
geen partij. ers volgens het ontwerp-Tak op
Het is veel te warm, vind ik, omirca 600.000. Volgens de thans voor-
zich, over wat ook, warm te maken^estelde bepalingen zullen er, naar de
Dat heeft ook de Tweede KameiV. R. Ct., maar kiezers komen dan
begrepen. De heer Goeman Borgesiuivolgens Tak's ontwerp en voor een
is een best mensch en 'k ben hedeel van ander gehalte,
volstrekt niet eens met van Maurik'i De groote uitbreiding, die het kies-
loterijman, die hem Kwajeman Borreeht volgens het nieuwe ontwerp zal
gesius noemde. ondergaan, zal ongetwijfeld geenaan-
Maar dat hij in deze hitte de Kabeveling zijn in de oogen van hen,
mer wou laten arbeiden is toch wedie Tak's ontwerp bestreden, omdat
wat al te kras. zij een beperkt kiesrecht voorstonden.
H. A. GANUS Jr. De N. R. Ct. was het niet te doen
om eene groote uitbreiding van het
De terugkeer der koninginnODkiesrecht tegen te houden, integen-
Een talrijke menigte was Zater-^» «9. erkende deze als eisch des
dagmorgen tegenwoordig bij de aanhï^8Z1J had eene groote uitbreiding
komst van H.H. M.M. de Koninginvan deze regeenng verwacht en schenkt
nen op het Loo. er gaarne haar adhaesie aan.
De extra-trein voerde de Koningin ^ad wil de voorgestelde re-
_jn en het gevolg juist te acht uugelinS niet m bijzonderheden bespre-
aan het perron bij het Koninklij doch Seeti haar algemeenen
paleis, alwaar ter begroeting aanw< indruk.
zig waren de intendant van het Koi;^en 8^ott,e spreekt de-V. R. Ct. als
laleis en domein het Loo J. A. v.11^ gevoelen uit, dat het thans ïn-
óteiin, de opper■jagermeester v3 gediende wetsontwerp een geschikte
Gelderland jhr. mr, J. H. van HaePbaBiB v00r vruchtbare behandeling
ma de With, de rentmeester van h
kroon domein, rentambt het Loo,
E. H. Tutein Nolthenius, de burg
meester van Apeldoorn, mr. J.
van Hasselt, in ambtsgewaad, en
hof-medicus dr. Vlaanderentw
kleine meisjes boden ieder een bi-
quetje aan.
H.H. M.M. zagen er welvarendit
en waren zeer eenvoudig gekleed!.
M. de Koningin-regentes in et
zwart, en H. M. de Koninginin
blauwgrijs.
De Eerste Kamer zal 8 Juli bijin
komen.
De luitenant ter zee eerste klise,
jhr. J. A. G. Van der Staal, ifbe-
noemd tot adjudant van H. IV de
Koningin.
Wereldtentoonstelling.
Hedenmorgen is op de maillot
op het terrein eene werkstaking it-1
gebroken onder de kellners. Eehan
bleven hunne betrekking waarueien
en reeds zijn eenige nieuwe kellirs
in functie getreden.
De Koningin-Regentes Zaterdagor-
gen van Amsterdam vertrokken iet
bestemming voor Indië is in heaf-
gesloten IJ dicht bij de petrol* m-
haven aan den grond geraakt. Z'en
sleepbooten onder welke de Sison
en de Herkules beproefden teverpefs
het schip af te brengen, zoodat ion
zich eindelijk gedwongen zag docwen
gedeelte der lading te lossen, h te
lichten. Hiermede was men totaat
in den nacht bezig, met het voorn-a en
tegen 2 uur opnieuw de sleepb ten
van het kiesrechtvraagstuk oplevert.
Aan een overzicht van het ontwerp
voegt het N. v. d. D. de volgende op
merking toe:
„Zelfs bij eene oppervlakkige be
schouwing wordt het terstond du'de-
lijk, dat het nieuwe ontwerp zich op
een geheel ander terrein beweegt dan
h t vorige, en daaruit volgt, dat de
feitelijke uitkomsten wel geheel an
ders zullen zijn, dan ze zouden ge
weest zijn, wanneer het ontwerp-Tak
wet ware geworden. Een eigenaardig
gevolg van de gestelde eischen is, dat
omtrent de vermoedelijke uitkomsten
nietB met zekerheid te zeggen valt.
Bij het vorige ontwerp was het an
ders. Men wist dat er elfhonderd
duizend meerderjarige mannen waren
men kon nagaan, op grond van de
ervaringen bij de militie opgedaan,
dat zestig duizend hunner niet kon
den lezen of schrijven. Men wist on
geveer hoeveel bedeelden er waren,
die waren uitgesloten, enz. enz. en
zoo kwam men gemakkelijk tot het
besluit, dat de zeer doortastende
maatregel het getal kiezers wel
tot achthonderd duizend kon uitbrei
den.
„Zulke berekeningen kunnen we
thans niet maken. Bevreesd dat de
deur nu bepaald op een kier zal staan,
behoeft men daarom niet te wezen.
Om dit te bewijzen is de opmerking
voldoende, dat in de personeele be
lasting 561 duizend mannen in liet
jaar 1889 waren aangeslagen."
Het Haagsche Dagblad acht be
handeling der wet in Februari a. s.
noodig. Met het oog op een nauwgezette
overweging acht het blad Mei 1896
beter termijn.
Velen zullen, meent het blad, tegen
burn als ik, en ik zeg je, dat zij en Orler een prachtig stel
oplichters zijn."
„Bij God, je zult die woorden bewijzen of ze intrekken,"
riep Dick uit. „Die beschuldiging durf je in Orlers gelaat
niet herhalen."
„Niet durven 1" riep Burton uit terwijl hij ging staan en
doodsbleek werd. „Niet durven. Ga hem maar eens roepen.
Maar bedenk Forsyth, geef er mij de schuld niet van als er
moord dreigt."
Deze woorden had hij nog niet gesproken of Dick was
reeds het huis uit. Hij sprong over het ijzeren traliewerk,
opende de deur van Jessamine Villa en trad de zitkamer
binnen.
„Scheelt er iets aan lieve Dick?" vroeg Clara, terwijl zij
hem tegemoet trad. Zijne opgewondenheid scheen aansteke
lijk op haar te werkenhaar gelaat was even bleek als het
xijne en hare lippen trilden.
„Ik moet mijnheer Orler dadelijk spreken. Waar is hij
riep Dick en keek in de richting van zijn leegen stoel.
„Hij hij heeft korten tijd na jou den tuin verlaten."
gaf zij ten antwoord. „Scheelt er iets aan Dick?"
Met moeite wist hij een vloek te Bmoren, drukte zijne
lippen op de hare en na haar nogmaals goeden nacht te
hebben gewenscht, ijlde hij naar Burton terug.
„Welnu Forsyth?"
„Orler is niet thuis, maar...."
„Niet thuisNatuurlijk. Kijk maar naar het raam dat
open staat. Ik heb luid gesproken en hij heeft elk woord
gehoord."
„Het is een leugen 1" riep Dick in zijne opgewonden
heid uit.
„Forsyth," zeide Burton, knoopte zijne jas vast en nam
zijn valies ter hand, „ik heb geen tijd om met je te twisten.
Bovendien wil ik niet met je twisten. Vaarwel." Hij strekte
zijne har.d uit, maar Dick wilde ze niet aanraken. Hij zou
hem liever een slag in het gelaat hebben gegeven.
„Het is goed," vervolgde Burton en haalde zijne schou
ders op, „zooals je wilt. Ik kan terwille van jou of Orler
mijn trein niet missen. Maar dit zeg ik je toch nog: je hebt
beweerd, dat wa.t ik je heb verteld ik hem niet in zijn ge
zicht zou durven zeggen. Er is geen levend menschelijk
wezen, voor wien ik bevreesd ben. Wanneer ik hem ontmoet
zal ik het hem zeggen daar wil ik een eed op doen. Maar
dat zal mij wel niet gebeuren; daar zal hij wel voor zorgen.
Hij heeft ieder woord even duidelijk gehoord als jij. Adieu
Forsyth."
Hij verliet het huis, stak den weg over en sloeg het pad
naast mevrouw Gordons huis in. Toen hij het huis voorbij
liep vertraagde hij zijne schreden en keek op naar de ven
sters. Achter een daarvan brandde licht en hij vroeg zich af
of daar Evelyns kamer was.
Met iets als een bede voor haar welzijn, stak hij zijn kraag
op toer de re er begon te vallen, en ijlde over het donkere,
eenzame sportveld naar de rivier.
Intu-schen zat Clara Orlers terugkeer af te wachten. Ten
elf ur* g?r 7 ij sq het hek staan zonder zich om den regen
te bekommeren, aö nu overvloedig viel. De meid lag reeds
te bed, terwijl ido toen hij den regen voelde eene schuil
plaats ging zoeka.
Clara ging war in huis en wachtte vol spanning. Het
werd middernaclil en nog liet hij geen teeken van zich hoo-
ren. Den ganscton nacht hoorde zij de klok het uur slaan
en verscheidene nalen dacht zij er aan Dick te gaan roepen.
Maar ofschoon ij reeds eenmaal de deur had bereikt veran
derde zij van geachte en keerde terug om alleen te waken
ten prooi aan hirigen angst.
Toen zij weer de deur naderde zag zij de eerste scheme
ring van een nieuwen dag, draaide vervolgens het gas uit,
trok de gordijne op en keek uit het venster. Ongeveer ten
vijf ure ging zij in hare kamer een oogenblik liggen en viel
van uitputting a slaap.
Het was negm uur toen zij ontwaakte door Dicks stem
onder haar vaster. Hij vroeg de dienstbode naar Orler,.
Haastig trok zij andere kleeren aan, liet heur haar loshan
gen en zag er zer jeugdig en schoon uit ondanks haar angst,
toen zij naar hoeden liep, en hem tegemoet kwam, terwijl
zij in korte worden {mededeelde, dat Orler den geheelen
nacht niet thuii was geweest.
„Ik heb hem niet meer gezien nadat je waart weggegaan,"
zeide sij terwijl dj onmiddellijk een einde maakte aan Dicks
teederj begroeiing en in tranënjuitbarstte. „Wat kan er
met tem gebeud zijn?"
Wordt vervolgd.')