NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
De onneembare Stad.
13 Jaargang
Dinsdag 27 Angnstns 1895.
No. 3727
HAARLEM'S DAGBLAD
ABONNEMENTSPRIJS:
Voor Haarlem per 3 maandenf 1,20.
Franco door liet geheele Rij k, per 3 maanden 1,65.
Afzonderlijke nummers 0,05.
Geïllustreerd Zondagsblad, per 3 maanden 0,30.
franco per post 0,371.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureau: Kleine Houtstraat X4;, Haarlem. Telefoonnummer 122.
ADVERTENTIËN:
van 15 regels 50 Cents; iedere regel meer 10 Cents.
Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cents per regel.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door
oum agenten en door alle boekhandelaren en cour an tien,
Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOl
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale d» Publicité Etrangére G. L. DAUBE dt Co., JOEBK F. JONES, Sue*., Paryt 3 li** Faubourg Mentmarlroi
Nota's, Rekeningen, Wissels, Qui-
tantiën, Brievenhoofden, Memoranda
en alle overige Drukwerken, die op
kantoren voorkomenworden ter
Stoomdrukkerij van dit blad goed,
billijk en vlug gedrukt.
De Directeur-Uitgever,
J, c,
STADSNIEUWS.
Haarlem26 Augustus 1895.
Als gasten van een onzer ingezete
nen werd onze stad heden bezocht
door de heeren V. Lourties, lid van den
franBchen senaat, oud-minister van
koophandel, eere-voorzitter van de
fransche afdeeling (Ier wereldtentoon-
stélling te Amsterdam, A. Ancelot, pre
sident van genoemde aldeeling en
G. Bihourd fransch gezant bij ons
Hof. Ook bevond zich onder de gas
ten mej. M. Ancelot.
De fransohe gasten brachten een
bezoek aan het stadhuis en het ste
delijk museum, daarna aan den heer
jhr. rar. J. W. M. Scborer, commissa
ris der Koningin in deze provincie,
en de St. Bavo-kerk, waar het orgel
voor hen bespeeld werd. Ten huize
van den gastheer is hun een lunch
aangeboden. De beide eerstgenoemde
heeren vertrekken hedenavond naar
Parijs, terwijl de fransche gezant in
den namiddag naar de residentie te
rugkeerde.
Over de tentoonstelling te Amster
dam en de ontvangst hun ten deel
gevallen, lieten zij zich zeer gunstig
en met lof uit.
Tijdens de ouders afwezig waren is
door onvoorzichtigheid en wel het
spelen met lucifers door de kinderen,
begin van brand ontstaan ten huize
van J. G. Warmer, woonachtig aan
de Valkesteeg No. 8, waarbij een
meisje van 2 jaren deerlijk is verbrand
aan hootd, armen en beenen. Volgens
verklaring van den doctor is de toe
stand hopeloos. De brand is door de
14-jarige dochter gebluscht.
Tegen den bierhuishouder S., wo-
dende Saenredamstraat, is door de
politie procesverbaal opgemaakt ter
zake het verkoopen van sterken drank
in het klein zonder de daartoe ver-
eischte vergunning.
„Weldadigheid naar Vermogen".
Afdeeling: „Werkverschaffing"*
Van 1 Nov. tot 26 Aug. hebben
zich de volgende personen aangemeld
61 voor werkvrouw, 7 voor wasch-
vrouw, 9 voor naaister, 6 voor grond
werker, 22 voor loopwerk, 8 voor brei
werk, 17 voor loopknecht, 7 voor op
passer, 3 voor koffiehuisbediende, 2
voor schoenmaker, 4 voor schrijf
werk, 1 voor koetsier, 3 voor kan
toorbediende, 6 voor schilder, 13 voor
los werkman, 3 voor kleedermaker,
2 voor timmerman, 1 voor sigaren
maker, 2 voor licht werk, 1 voor
dames-laarzenmaker, 2 voor mangel-
werk, 1 voor bloemistknecht, 2 voor
baker, 1 voor broodbakkersknecht,
2 voor waakster, 1 voor strijkster, 1
voor noodhulp, 1 voor zadelmaker,
1 voor zieken-oppasser, 1 voor waker
1 voor vlechtwerk.
Particulieren en werkgevers, die
van bovenstaande aanbiedingen ge
bruik wenschen te maken, wordt
beleefd verzocht hunne aanvragen
schriftelijk tot het Bestuur te rich
ten. (Bus Doelen en Stadhuis.)
Inlichtingen kunnen dagelijks van
91 en van 3—5 uur verkregen wor
den bij den Administrateur, bureau
Doelen.
Vergadering van den Raad der
gemeente Heemstede op Dinsdag 27
Augustus, des namiddag te 7ys uur.
Ter gelegenheid van de op 11 Sep
tember a.s. te Lisse te houden ten
toonstelling van vee en voortbreng
en van land- en tuinbouw, zal
aldaar een wedstrijd in het schoon-
rijden, zoomede eene ringrijderij ge
houden worden.
Te Hillegom is eene adresbeweging
igonnen ten gunste van de verplaat
sing van het station Veenen burg naar
de Beek, waardoor een station Hille
gom op uur aistand van het dorp
zou worden ingesteld.
Het lijk van den in de Ringvaart
van Haarlemmermeer verdronken vis-
scher uit Haarlem, is te Hoofddorp
in het haarhuis gebracht en door de
familie herkend.
In eene buitengewone vergadering
van den gemeenteraad te Velsen is
heden met 6 tegen 5 Btemmen beslo
ten de kermiBviering weer te hand
haven. Zooals gemeld is staakten in
-ie vorige zitting de stemmen.
BINNENLAND,
Haagsche Brieven.
XXXIV.
Mynheer,
Aangezien mijnheer H. A. Ganus
Jr. uit de stad is, zoo neem ik thans
de pen op, om U het wekelijksch
schrijven uit de residentie te doen
geworden, uit vrees dat u bij niet-
ontvangst ongerust mocht wezen. U
moet weten, mijnheer, dat ik de loop
knecht ben. Ik ga driemaal daags
naar het postkantoor, breng de tele
grammen weg, zoek en sorteer Kamer
stukken en in mijn vrijen tijd ben
ik boekbinder. Maar door den omgang
met de heeren van de krant en met
de vele kranten, ben ik al aardig
op de hoogte gekomen van de manier
om in een krant te schrijven. U moet
niet denken, dat 't zoo'n kunst is.
In 20 jaren leer je het met gemak.
En ik heb ook de lagere school met
vrucht doorloopen, zooals u zien kan,
want ik schrijf, hoop ik, weinig fou
ten. Nu dacht ik ook kiezer te worden,
mijnheer, maar het schijnt, dat ik
eerst 50 gulden op een spaarbank
boekje moet hebben. En zoover heb
ik het in twintig jaren niet kunnen
brengen.
De reden dat mijnheer weg is, is
gelegen in de warmte. Het is hier
bar warm, mijnheer! Maar de vreem
delingen schijnen dat niet te gevoelen.
En terwijl ieder die 't maar eventjes
doen kan, wegloopt uit Den Haag,
komen zij er in stroomen aan om
zich lekker te laten blakeren. Ieder
zijn pleizïer!
Die warmte weet wat, mijnheer.
Ik heb in de krant gelezen, dat er
iemand den vacantietijd van de school
kinderen vervroegd wilde hebben,
omdat 't nu meestal regent als de
schapen vrijaf hebben. Maar denkt
U ook niet, mijnheer, dat dat verkeerd
zou wezen?
Ik zou eerder zeggen, dat de va-
canties van Juli naar Augustus moes
ten overgebracht worden. In de laat
ste jaren wordt 't telkens later zomer
en is Augustus eigenlijk de eenige
warme maand. Dat heeft mijn vader
zaliger altijd voorspeld „Jan," zei ie
vroeger, "Jan, je zult het beleven, dkt
'tnog in November warm wordt en
in Mei winter is." Dat kwam, wou
vader dan zeggen, omdat de Noord
pool dichter bij ons kwam. Vader
was wèl knap, maar ik denk toch,:
dat hij van die dingen niet veel ver
stand bad. Eüfin bij is dood.
Wat ik dan zeggen wilde, mijn
heer, je geeft de kinderen toch va-
cantie om ze uit de warme scholen
te houden. De bovenmeesters mogeD
hier in den Haag de scholen sluiten
als het tachtig graden is en dat
beurt in den vroegzomer toch veel
minder dan in Augustus, wat zegt u
Ik heb me laten vertellen, dat de
kindertjes in Midden-Afrika zoo dom
zijn, omdat daar de scholen bijna
alle dag gesloten moeten worden,
omdat het meer dan 80 graden ie
Begrijpt u de menschen nou? Ik
begrijp ze niet. Daar heb je nou hier
in den Haag de Israëlieten. Beste
menschen er onder, mijnheer, d&ar
niet van, maar zij kunnen toch ook
rare dingen doen. U moet dan weten
dat er verkiezing voor den Kerkeraad
was en er waren 5 aftredende en her
kiesbare leden. Tegen twee daarvan
scheen een deel der kiesgerechtig
den bezwaar te hebben* Dat kwam
daar van daan, dat die heeren een
voorstel hadden gedaan om de gemeen
te uit het verband der kerk te doen
treden, daar zij met de bestaande
toestanden geen vrede hadden, zoo
dat de joodsche gemeente in Den
Haag dan doleerend zou worden. De
Kuyper die dit voorstel deed heet
wel geen Abraham, maar Abrahams,
wat bijna op hetzelfde neerkomt.
Hij was de voorsteller en het andere
aftredende kerkeraadslid zette ook
zijn naam onder het voorstel. En
weet U nu wat gebeurd is De voor
steller is herkozen, de mede-onder
teekenaar niet. Die is nu de zondebok
geworden, in de woestijn gezonden
en van een berg neergeploft. Ik
vraag maar, waar blijft nu de recht
vaardigheid.
Daar hebt U nu bijv. onze Kamer
van Koophandel; knappe mensehen,
de leden, daar zal ik niets van zeggen.
Maar toen Burgemeester en Wethou
ders vroeger eens om raad roegen,
of zij, de Kamer, de aanstelling van
officieele makelaars kon goedvinden,
zooals in verschillende andere groote
plaatsen gebeurt, toen zei de Kamer:
„neen, tusschenpersonen maken de
waar duur en de spoeling dun. Blijf
ons met uw makelaars van het lijf.
Nu is er echter een heer uit Rotter
dam voor goed te Scbeveningen gaan
wonen, en die handelt te Rotterdam
als makelaar. Maar hij mag te Rotter
dam als makelaar niet optreden, of
hij moet als zoodanig benoemd zijn
in de plaats waar hij woont. Dus
vraagt hij nu die benoeming aan den
Haagechen Raad en B. en W. vragen
weer aan de K. v. K.hoe denken
de heeren er over? Wel, heeft de
Kamer gezegd, die man handelt in
Rotterdam en doet ons hier gee
kwaad. Benoem hem dus maar.
Maar nu vraag ik u, mijnheer, als
hij nu eenmaal officieel benoemd en
erkend, ook hier als makelaar wil
optreden, wie zal hem dat dan be
letten? Zoo wordt langs een omweg
in den Haag een instelling, die der
officieele makelaars, ingevoerd, waar
tegen men zich steeds heeft verzet.
En zoo ziet men, dat de voorzich
tigheid ook wel eens de wijsheid be
driegt.
Nu, mijnheer, moet ik ophouden.
Blijve na beleefde groete,
Uw dw. dr.
L. O. OPMAN,
p/o. H. A. GANUS Jr.
P.S. U zult de fouten wel verbe
teren.
Koninklijke Militaire
Academie.
Ten gevolge van den uitslag van
bet onlangs gehouden vergelijkend
examen der adspiranten, bedoeld bij
art. 25, onder II, der wet van 21
Juli 1890, voor toelating als cadet bij
de Koninklijke Militaire Academie te
Breda, komen, blijkens eene mede-
deeling van den minister van oorlog
in de Staatscourant van 25/26 Aug.,
voor eene plaatsing bij die inrichting,
tegen 17 September e.k. in aanmerking:
Infanterie bier te lande: C. A.Bik,
G. A. W, Massink, H. Drukker, I.
van Bel, C. J. Boogaert, H. Roose
boom, H. Jespers, H. M. Bernelot
Moens.
Cavalerie hier te landeP. H. B.
Beernink.
Artillerie hier te lande: L. de Rid
der, H. B. van den Oudendijk Pie-
terse, W. van Maanen, A. de Kat,
H. H. E. Deelken, H. W. Fangman,
F. H. Dolleman, J. van Zij verden.
Genie hier te lande: J. J. J. de
Bruyn.
Infanterie Ned.-Indië: B. W. van
Weideren baron Rengers,A. H.Treu,
J. A. Gratema, E. G. Miiller, J. P.
Jeltes, C. J. C. Janssen, B. J. Dekker,
F. de Boevé, J. M. Scheuer.
Cavalerie Ned.-Indië: M. A.C. Goe-
ster, G. van der Zoo de Jong.
Artillerie Ned.-Indië: C. M. van
Zijll de Jong, R. A. J. Savalle, Th.
G. A. Perelaer, A. J. Loekemeijer,
A. V* Snoek, C. D. Lagerwerff.
Genie Ned.-IndiëS. L. Langendijk,
C. L. Stennekes.
Internationaal congres van
diamantbewerkers te
Amsterdam.
Zaterdag werd te Amsterdam een
internationaal congres van diamant
bewerkers gehouden, dat geopend
FEUILLETON
Naar het engelsch
van
MAX PEMBERTON.
•21,
HOOFDSTUK XIH.
Mijne patiënte is erger.
„Ja I" zeide hij, „u maakt er zich vroolijk over, maar voor
mij was het erger dan de dood. Ik wist dat ik het hoofd
niet kon bieden aan eene samenzwering van schavuiten, die
mijn ondergang wilden, en ik verliet Engeland, mijn huis,
vrouw en kinderen en elfhonderd dozijn flesschen wijn. Er
was in het koninkrijk geen mooier kelder dan de mijne."
Hij kreunde luid bij de gedachte, maar plotseling helderde
zijn gelaat weer op.
„Wilt u mijn pols eens voelen dokter riep hij uit.
Ik voelde hemhet geleek de pols van een dokwerker.
„Is hij zeer gejaagd?" vroeg hij.
„Hij is zeer krachtig," zeide ik. „Wat u moet doen is een
week lang slechts op koud water en visch leven."
„Visch en koud water 1" hijgde hij. „Goede hemel, dat zou
mijn dood zijn. Visch en koud Denkt u, dat mijne lon
gen in orde zijn?"
„Wanneer u een vijftig pond in gewicht achteruit kondt
gaan dan zou ik in staat zijn ze te kunnen bekloppen,"
zeide ik. „Waarom begint u niet met voor het ontbijt tien
mijlen te wandelen?"
„Tien mijlen 1" riep hij uit. Tien dokter, ge wilt u
toch niet vermaken ten koste van een zieke Geef mij wat
medicijnen. Denkt u niet, dat ik zou beteren wanneer de
graal wat ouden portwijn uit Londen liet komen?"
Ik zeide hem dat het mogelijk was en begon
hand genoeg te krijgen van hem en zijne vermeende ziekte,
toen de bediende terugkeerde met het bericht dat Fortune
mij terstond wilde ontvangen. Ik stond nu op en zeide hem
dri ons gesprek hiermee een einde moest nemen.
„Dat begrijp ik," zeide hij, „maar het is jammer, want u
weet nog te weinig van mijn toestand. Wilt u mij vandaag
nog niet eens spreken
„Neen zeker niet," gaf ik ten antwoord.
„Maar schrijft u mij dan wat medieijnen voor?"
„Dat heb ik reeds gedaan. Visch en koud water. Kom
mij over eene week eens vertellen hoe gij er van houdt."
Toen ik hem verliet was hij sprakeloos van verbazing,
maar de herinnering aan het onderhoud dat mij wachtte,
deed mij aan geen medelijden denkenzonder zelfs een en
kelen blik achter mij te werpen ging ik heen en begaf mij
door de tuinen naar het andere huis. Ik vond Fortune ge
heel alleen, daar hare verpleegster zich niet in de kamer
bevond en toen ik binnentrad stond zij, met een bizonder
somberen blik op haar gelaat, voor een vaas met orchideeën.
Ik begr.ep dat zij door iets gekweld werd en trachtte het te
raden.
„Mag ik u vragen," zeide ik opgewekt en strekte mijne
handen daarbij naar haar uit, „of wij goed geslapen heb
ben
„Of wij goed geslapen hebben Hoe kan ik dat met eenige
mogelijkheid weten?" gaf zij ten antwoord, zonder een oogen-
blikken van hare bloemen op te zien.
„Kom," zeide ik, „wees niet boos op mij. U zijt vanmor
gen niet wel."
„Ik heb van nacht weer een aanval gehad, die tien uur
duurde. Het kan dus wel niet anders."
Dit was ernstig nieuws. Ik schoof een stoel bij de tafel,
waarop de bloemen stonden en greep hare handzij trok
die echter terug en vervolgde hare bezigVeid.
„Kom," zeide ik, „zouden wij geen vrienden zijn Vertel mij
eenB iets over dien aanval."
Het eerste oogenblik gaf zij geen antwoord, maar toen zij
sprak kwam er een stortvloed van woorden. En terwijl zij
sprak keerde zij mij den rug toe.
„Ik sliep," zeide zij haastig en met zachte stem, „toen
mijn vriend werd vermoord; maar ik hoorde de trom die
boven zijn graf werd geslagen en de stemmen van hen, die
het schouwspel van zijn dood gingen bijwonen.
„Toen dacht ik dat hij mij riep en mijne hersenen brand
den, ofschoon mijne ledematen verstijfd waren en ik geen