Da door de bevrienden bezette wacht- >a
posten Gle-Broë, Koto Toekoe Rajoet
en Kak Bie werden in de eerste dagen Je
van de verslagmaaDd min of meer b
hevig beschoten en door onze bond-^e
genooten in den nacht van 4 op 5 re
Augustus verlaten, nadat zij 3 lioht Ir
gewonden hadden bekomen. Den 5en -o
en Gen d. a. v. werden deze verster
kingen echter weder door hen ver
overd, gedeeltelijk met T. Djohan en r(
den steun onzer artillerie. De vijand
moet gevoelige verliezen hebben ge-
ledeno. a. zouden Habib Lhong
door een randjoe en T. MoesaAnak,e
Baté en T. Rajoet door kogels gewond 0
zijn. Aan onze zijde werd één man
van T. Dj oh rns legioen licht ver-j
wond.
Den 13en en 14en Augustus werd^
uitvoering gegeven aan het reeds "T.
vroeger opgevatte plan om bovenge^
noemde versterkingen te slechten eu^
te vervangen door 4 blukhuizen,Ë(
waarvoor tevens andere punten wer-j_
den uitgekozen. Deze werkzaamheden L
werden niet door de kwaadwilligen L
bemoeielijkt.
Poeloe-Weh. Het grondwerk te L,
Sabang was bijna geëindigd en er i
werd een begin gemaakt met het
bouwen van een steiger. j(
Onderhoorigheden. Oostkust Op tj(
een half uur afstands van onze ves-
tiging te Edi werd door een Atjeher
een klewangaanval gedaan op de j
officieren van eenen van een oefe-
ningsmarsoh terugkeerenden troep. L
De aanvaller werd afgemaakt, waarbij
een Inlandsoh fuselier zeer licht ver- jr
wond raakte. l
Westkust. Naby Melaboeh werden
door eenige kwaadwilligen enkele
schoten gelost, welke eohter geen doel L
troffen. F
De weersgesteldheid was droog en
warm. Slechts enkele hevige wind-
plagen kwamen voor.
De gezondheidstoestand was gun-
stiger. Het gemiddelde ziektecijfer
bedroeg 17 legen 18 en dat van de L
berri-berri 6 tegen 5 gedurende den
vorigen verslagtijd. Het sterftecijfer L
was hooger.
Uit A jeh wordt onder datum van 11 L
Aug. ge:chreven aan De Loo.: |2
Ret uitrukken onzer bondgenooten,
gesteund door een compagnie infan- k
terie en vier vuurmonden, op den Gen I
dezer had een zeer gunstigen uitslag. j
De moslemin kregen door ons goed
geriohte artillerievuur in eeu oogen- I
blik tijds een twaalftal dooden en de
door hen bezette benting, die tenge
volge van htt étagevuur uit het ge- h
bergt door onze bondgenooten was
verlaten, werd door hen ontruimd. II
Uit eeoe tweede benting, Babi was
de naam, werden zij verdreven met 1
verlies van een paar dooden door 1i
het vuur uit een 7 oM. A., dat van
Biloel, waar men bemerkt had hoe 1
de zaken stonden, op hen gericht
werd.
Door deze verliezen, gevoegd bij 1
die te Senelop, nl. twee dooden en
drie zwaar gewonden, welke in den
morgen van den 3en Augustus door
den wd: controleur der XXII moekims
den eersten luitenant Vosmaer, die
er met een patrouille der bondgenoo
ten naar toeging, geconstateerd wer
den, zijn din djanatz flinke klappen
toegebracht, en weder is gebleken
dat ze door Djohans legioen, met
onzen steun, gemakkelijk te verdrijven
zijn. Wellicht zal daartoe weldra
worden overgegaan.
De van Lombok afkomstige kost
baarheden, die door de regeeringaan
het Batavisch Genootschap van Kunst
en en Wetenschappen n bewaring
zijn afgestaan, zijn 'hans in de goud-
kamer van het Museum op het Ko
ningsplein tentoongesteld.
Te kapitan (Lombok) is volgens de
Soer. Crt. de genie nu bezig het
definitief kampement te bouwen. Voor
da genie geeft dat heel wat drukte.
De benoodigde goederen worden
aangemaakt bij den artillerie - con-
structiew nkel, de marine, de staats
spoorwegen en de houthandelaars-
firma voorheen Landberg Zoon te
Soerabaja.
Harddraverij te Beverwijk.
In ons vorig nummer (2e editie)
deelden wij reeds kort den uitslag
dezer harddraverij mede. Hieromtrent
vermelden wij thans nog het vol-
Aan de harddraverij namen de
navolgende paarden deel:
1. „Mirka", eig. stal Jan Steen,
Den Haag, berijder A. C. v. d. Akker;
2. „Jonge Gravin", eig. J. Lijnkamp,
Halfweg, berijder eig.; 3.„AuroraII",
eig. v. d. Berg, Haarlem, berijder C.
Persoon; 4. „Bles", A. de Ridder, Gr.
IJpolder, eigenaar en berijder; 5.
„Nobel", J. G. [Matze, Mijdrecht, eige-
naar [en berijder; 6. „Renommee", v.
Wickevoort Crommelin, Heemstede
eigenaar en berijder; 7. „Fanny",
eig. A. de Goede Cz., Purmerend, ber.
S. Witteveen; 8. „Squaw", eigenaar
en berijder K. Del Court, Velzen; 9.
„Jonge Tabor II", eigenaar en be
rijder A. de Ridder, Gr. IJpolder10.
„Nenes", eigenaar en berijder J. Kos
ter, Heemstede 11. „Tabor" eig. A.
Kooij Dz., Beemster, berijder J. C.
Edel Kz.
De prijs zijnde f200 werd gewon
nen door „Mirka", de le premie f75
door „Fanny", en de 2e premie f25
door „Nobel".
De harddraverij werd opgeluisterd
door een muziekkorps, en niettegen
staande het minder gunBtige weder
was er vrij wat publiek. Van alle
huizen woei de driekleur, daar er op
denzelfden dag ook volksfeesten waren
georganiseerd, waartoe zich eene com
missie had gevormd. Het waren op
tochten van jongens, zoowel reclame
als costume-optochten, en een voor
versierde sportwagens. Velen namen
daaraan deel, en aan den optocht
door de gemeente namen verschillende
industrieelen op wagens hun bedrijf
voorstellende deeL
BINNENLAND,
lijk overleg de werkstaking te doen
eindigen.
De heer Van Gigch heeft zioh daar
toe bereid verklaard.
Het Hoofd-Comité vertrouwt dat
een bezadigd, kalm optreden van
een onpartijdig, buiten alle partijen
staand bemiddelaar tot het beoogde
doel zal kunnen leiden, terwijl, wan
neer onverhoopt de pogingen van
dien bemiddelaar mochten sohipbreuk
leiden, in elk geval het hoofdcomitó
zal bewezen hebben, dat het niets
liever wenscht dan op ordelievenden
weg, met handhaving der toever
trouwde belangen, een einde te ma
ken aan den strijd.
Nadat bovenstaande mededeeling
van het Hoofd-Comité was uitgegaan-
heeft het bestuur van de „Vereeni-
giDg van Eigenaren van Diamant,
slyperijen" ook zijnerzyds den heer
mr. L. W- van Gigch uitgenoodigd
als bemiddelaar op te treden.
Dientengevolge heeft mr. Van
Gigch een vergadering uitgeschreven
tegen Woensdag morgen lOVa uur,
in het gebouw „Eensgezindheid" aan
het Spui, op welke vergadering krach
tens bekomen toezegging zouden ver-
sohynen de besturen van
lo. De Algemeene Xederlandsche
Diamantbewerkers-Bond.
2o. De vereeniging van eigenaren
van diamantslijperijen.
3o. De vereeniging van Amster-
damsohe juweliers.
4o. De vereeniging van Amsterdam-
sohe roosjes-juweliers.
5o. De afd. diamantbewerkers van
het Nederlandsch werklieden-verbond
.Patrimonium".
60. De afd. diamantbewerkers „St.
Eduardus" van den R. K. Volksbond.
7o. De vereeniging eigenwerkma
kers (brillant).
Op den bepaalden tijd bijeenge
komen, werd in Eensgezindheid, on
der voorzitterschap van Mr. L. W.
v. Gigch vergaderd.
Deze bijeenkomst duurde vrij lang.
Na veel besprekingen en een pauze
deelde mr. van Gigch mede dat men
bij de ruggespraak gedurende de pauze
H. K. H. de prinses von Wied, de
erfprins en de jonge prinsesjes, ver-
lieten Woensdagochtend Schevenin-1 was uitgegaan van het denkbeeld
gen om met den trein van 8.50 naar eener algemeene vakorganisatie, tot
Neuwied terug te keeren. stand te brengen voor den lsten De-
Tal van dames en heeren, ook van cember as. De verwezenlijking van
de hofhouding, waren aan het station dit denkbeeld werd mogelijk geacht,
aanwezig, waaronder opgemerkt wer- Gelukte het plan, dan zou men op
den baronesse Sirtema van Grove-1 den ln December bondsfabrieken kun-
stine, die een bouquet aanbood, ver- nen openen onder reglementen dier
der de Duitsche zaakgelastigde met nieuwe organisatie,
zijne echtgenoote, graaf van Bylandt, De bestuursleden der vereeniging
09 Commissaris der Koning nio Zuid-1 van fabriekseigenaars deden de toe-
Holland, de burgemeester der resi-1 zegging dat zij de leden hunner ver-
öentie, de minister van buitenl. za-eeniging zouden voorstellen de fabrie
ken met zijne echtgenoote, baron van
Nagell van Ampsen, de gep. kolonel
oe Bas, de waarnemende administra
teur der eigendommen van H.K. H.,
de heer Dietz en de burgemeester
van Wassenaar.
Bij het vertrek van den trein wuifde
B. K. H. de op het perron vergader
den meermalen, toe, waarna het af
scheid was afgeloopen.
Het Uitvoerend Comité der Wereld
tentoonstelling te Amsterdam heeft
van de brandweer geen toestemming
kunnen verkrijgen om de hoofdge-
bonwen dee aYonds electrisch te ver- Gigch, mankte bet yerscnil tnsachea
de bondsfabrieken der eerste en der
tweede soort duidelijk. Komt de
ken op den ln December tot bonds
fabrieken der algemeene federatie te
doen zijn en, zich inmiddels te ver
binden, om zoo de nieuwe organisatie
door tegenwerking niet tot stand
mocht komen, op den ln December
den oorspronkelijken eisch der ge
zellen in te willigen en hunne fabrie
ken dan te maken tot bondsfabrieken
in den zin der eiechen van het oogen-
blik. Intusschen zouden de fabrieks
eigenaars de leden van het comité
de gelegenheid openen, de handhaving
der tarieven op de fabrieken zeiven
te controleeren. De voorzitter, mr. Van
lichten.
nieuwe vakorganisatie totstand, dan
zullen de fabrieken bondsfabrieken
zijn der algemeene federatie van werk-
jv.n. „0f. 1 gevers en werknemers, werkende vol-
In den toestand ia nog geen ver-jjen6 de Ieglementen dier federatie;
De diamantbewerkers te
Amsterdam.
betering gekomen.
Het Hoofd Comité van den A. N.
D. B. heeft het volgende ter kennis
gebraoht.
Het hoofdbestuur ziet met leedwe
zen, dat van de zijde der juweliers,
fabriekseigenaars en eigenwerkma
kers niet alleen de eischen der dia
mantbewerkers beslist worden afge
wezen, doch dat ook zelfs geen po
gingen zullen in het werk worden
gesteld, om de bestaande geschillen
tot oplossing te brengen.
Het comité, zich volkomen bewust
van zijne zware verantwoordelijkheid
tegenover a'le belanghebbenden bij
de Amsterdamsche Diamant-industrie,
is van oordeel, de bovengenoemde
vereenigingen op den door deze in
geslagen weg niet te mogen volgen,
dooh acht het zijn plicht, zijnerzijds
al het mogelijke te doen, om tot een
bevredigende oplossing te geraken.
Op grond van die overwegingen
heeft het hoofd-comité zici gewend
tot den heer mr. L. W. van Gigch,
advocaat en lid van den gemeenteraad
te Amsterdam, met het verzoek om te
willen tr ohten, door gemeenschappe-
mislukt het plan door tegenwerking
van de een of andere zijde, dan zul
len op 1 December de fa brieken bonds
fabrieken worden in dezen zin, dat
daar uitsluitend molens zullen worden
verhuurd aan leden van den diamant-
bewerkersbond of aan de aangesloten
vakvereenigingen.
Door het hoofdcomité van den bond
werd dit compromis in zooverre aan
vaard, dat het verklaarde dit voorstel
aan de bondsleden te zullen voor
leggen. De werkstaking zou dan aan
houden tot de overgroote meerder
heid uer fabriekseigenaars het com
promis met hunne handteekening
zou hebben bekrachtigd.
Het comité bleef echter protesteeren
tegen de inmenging der juweliers en
de eigenwerkmakers in deze quaestie,
die volgens het comité alleen de
fabriekseigenaars en de werklieden
betrof. De besturen van de afdeeling
van Patrimonium en van den R.K.
Volksbond namen dezelfde houding
aan als het hoofdcomité van den
Bond.
De heer Panhorst te Amsterdam,
die als rechercheur zooveel goede
diensten aan de justitie bewezen
heeft, is benoemd tot oonoierge by
de rechtbank aldaar. Panhorst was
in de laatste maanden sukkelend ten
gevolge van inwendige kneuzing by
een socialistisoh opstootje, waarbij hij
in het gedrang was gekomen, opge-
loopen- Dientengevolge heeft hij den
dienst bij de politie moeten ver
laten.
Da annexatie van Nieuwer-
Amstel.
Wij vernemen van versohillende
zyden dat het wetsontwerp op de
annexatie van N.-Amstel in de sec
tiën der Tweede Kamer een zóo slecht
onthaal heeft gevonden, dat de aan
neming van het voorstel zeer onwaar
schijnlijk is.
(Hdbl.)
De proefnemingen met de tele-
phoon tufschen België en Nederland
worden ijverig voortgezet, zegt de
Indépendance. Met Rotterdam slaagde
de proef volkomen, en ook het ge
sprek met Amsterdam gaf bevredi
gende resultaten, ofschoon de toe
stand der atmosfeer niet gunstig
was. Alleen liet de duidelijkheid van
het gesprokene te Brussel nog een
weinig te wensohen, maar in omge
keerde richting, van Brussel naar
Amsterdam, was het geluid zeer
duidelijk.
Men meldt uit Alkmaar aan de
N. R. Ct.
De aanvrage om definitieve conces-
a voor den aanleg der stoomtram
HaarlemAlkmaar, waarvan de aan
besteding der werken van de lijn
Haarlem -Beverwyk reeds heeftplaats
gehad, is thans bij de verschillende
gemeentebesturen, vergezeld van de
daartoe betrekkelijke plans, ingeko
men. Wordt deze concessie door die
gemeenten verleend, dan zal zeker
voor de streek, die de tram zal
doorloopen, eene belangrijke verbe
tering in het verkeer van personen en
goederen plaats grypen.
Het voornemen bestaat haar door
onze stad te doen aanleggen in aan
sluiting met het station van de Holl.
IJzeren Spoorweg-maatscoappij
De brand die Dinsdag te Boskoop
uitbrak was te elf uur geblusoht, met
acht spuiten. Er zijn vijf huizen, een
kerk en een toren verbrand.
Omtrent dezen brand verneemt het
N. v. d. D. dat deze ontsiund in een
timmermanswinkel, door het ontplof-
len van ten petroleummotor. De
vlammen namen zóó snel in hevigheid
toe, dat er aan bluseohen niet te den
ken viel; door het bespuiten van de
naaste perceelen hoopte men dezo
te behouden. Ook dit mislukte, en
een tweede perceel stond weldra in
lichterlaaie.
De in de nabijheid wonende per
sonen redden zjoveel moge.ijk van
hun inboedel en koopmansgoederen
en brachten dit in het kerkgebouw
der Ned. Herv. Gemeente.
De wind stak een weioig op, en
weldra had de brand zulk een omvang
gekregen, dat men voor het ernstigste
vreesde. Daar klonk hei door de
massa menschen heen: „De toren
staat in brand"! en het bleek maar
al te waar te zijn: de haan met h9t
kruis vielen spoedig naar beneden,
alsook de epits. Men hoopte nog, dat
het kerkgebouw bewaard zou worden,
maar alles tevergeefs. De toren en het
schoone en grootsche kerkgebouw der
Ned. Herv. Gemeente, met zijn
schoon orgel, brandden tot den grond
toe af.
Grootsch was het aanzien daarvan
de vlammen woedden steeds verder in
hst rond.
Van naburige gemeenten was door den
waarnemenden burgemeeester hulp
aangevraagd, en deze werd welwillend
verleend.
Des avond3 te 9 uur was men den
brand ongeveer meester. Er waren
t jen zes flinke perceelen tot den grond
toe afgebrand, alsmede de kerkende
toren, waarvan alleen de muren over
eind staan. Alle waren tegen brand
schade verzekerd, ook het kerkge
bouw.
Persoonlijke ongelukken kwamen
niet voor.
De Dinsdag jl. te Winschoten ge
arresteerde Harm N., beschuldigd
van diefstal van schapen uit de weide
heeft zich Woensdag in ce kazerne
der mareohaussée door middel van
een soheermes van het leven be
roofd. De brigadier, die hem had
gearresteerd, verzuimde N. te fouil-
leeren.
Te Wageningen is Dinsdagnaoht
in eene villa aan den Arnhemschen
straatweg inbraak gepleegd.
De dieven hebben zioh toegang
weten te versohaffen door een zij
deur en we! door verbuiging van een
ijzeren staaf en verder door het uit
snijden van eene ruit uit een deur
daar aohter. In de benedenvertrek
ken is alles doorzooht en zijn een
viertal kasten geopend met sleutels
en beitels. Allerlei voorwerpen Lgen
over den grond verspreid, dooh er
wordt niets anders vermist dan eenig
zilvergeld. De bewoners hadden niets
gehoord. De daders is men niet op
het spoor.
In de bnurt van Maesijck, teZep-
peran, is een 22-jarig oppassend land
bouwer, genaamd H. F., op verrader
lijke wijze vermoord.
De dader, zekere P. L., heeft de
vlucht genomen, waarsohynlyk op
ons grondgebied.
Te Breukelen is in arrest genomen
en ter beschikking van den offioier
van justitie te Utrecht gesteld een
zekere K. F., schilder uit Leeuwar
den. De man, die verklaard heeft
socialist te zyn, was dronken, uitte
beleedigende uitdrukkingen over het
koninklijke huis en de politie on
veroorloofde zioh handtastelijkheden
tegenover een burger.
Pers Overzicht.
Armoede.
De katholieke Noord Brabander
bevat een viertal artikelen over ar
moede.
De sohryver dezer artikelen-reeks
op den voorgrond stellende, dat, de
armoede onder het volk in onze da
gen schrikbarende verhoudingen aan
neemt, en dat er vroeger ook wel
armoede geleden werd, maar toch
dat het getal der armen niet zoo
ontzettend groot was als thans, en
niet zooals thans van jaar tot jaar
grooter werd, noemt vervolgens
redenen op, die naar zyne meening
de oorzaak ziju, dat de armoede in
onze dagen met den dag toeneemt.
Hoewel de sohryver de opeensta
peling van het kapitaal in enkele
handen en andere sooiale wanver
houdingen als hoofdoorzaken van de
armoede beschouwt, zijn er toch ook,
naar hij meent, eenige economische
fouten, die wij in het dagelijksch
leven van den werkenden en kleinen
gerstand waarnemen, en welke,
nauw verband staande met de
afwijkingen der maatschappij van de
Christel, grondbeginselen, een groot
deel der sohuld op haar rekening
krijgen.
Als eerste oorzaak van de ar
moede noemt hij de onwetendheid,
want:
,Wi§ grondige kennis bezit, vooral
van zyn beroep, zal niet licht ver
armenhij vindt spoedig werk en
zal in tyden van malaise niet het
eerst aan den dijk gezet worden; 't
geeft hem zelfs een betrekkelijke on
afhankelijkheid, daar zijn degelijke
arbeid een onontbeerlijke zaak is
voor den werkgever. Doch hij,
wien het aan kennis ontbreekt, zal
spoedig verarmen tn niets meer zijn
dan een zielloos werktuig, dat wer
ken moet geheel afhankelijk van den
beweger.
Een tweede, niet minder belang
rijke oorzaak der armoede, vinden
wij, volgens den sohryver, in eenige
groote gebreken in de opvoeding en
een derde in het aangaan van een
huwelijk op zeer jeugdigen leeftijd
bij niet voldoende verdiensten.
Dan is nog een groote oorzaak van
de armo-de de bevrediging van ge-
notzuoht, een punt van het allergroot
ste belang, omdat het een algemeen
kwaad is.
„Naast den geest van verkwisting,
ontstaan uit bevrediging der genot-
zuoht, staat ook de geest van hoog
moed, de zucht om meer te schijnt-n
don men is, om verre boven zyn
stand te gaan."
Aan het einde van de artikelen
merkt de schrijver op, dat nochtans
de voornaamste oorzaak der armoede
is de verontchristelykiDg der maat-
sohappij, waarop hij ze besluit met
te zeggen, dat geen hoop op verbe
tering van den benarden toestand is,
tenzij in den terugkeer van het zede
lijk oewustzyn.
Opbrengst van het personeel.
In het N. v. d. D. is de bekende
F1., weder eens aan het cijferen
weest,overde vermoedelykeopbrengst
van het personeel volgens het ontwerp
Sprenger van Eijk-
De minister van financiën had in
zyne memorie van toeliohting gezegd
„Dat de opbrengst der belasting
bij toepassing der ontworpen bepa
lingen groote vermindering zal on
dergaan, staat vast. Trouwens het
mag wel ondenkbaar worden geacht,
eene billyke regeling te maken zonder
opoffering van een deel van de op
brengst. Hoe groot de vermindering
zal zyn is voorsbands onmogelijk te
berekenen." Dit is ook zoo.
F. daarentegen is van oordeel, dat
de vermindering toch wel bij bena
dering is te ramen. Volgens hem zou
de vermindering voor het Rijk
f 3.070.650.50 bedragen.
Verder spreekt in het artikel de
sohryver als zyn oordeel uit: dat
het ontwerp zyn doel voorbystreeft;
het geeft te veel belasting prijs, zon
der er iets anders voor in de plaats
te stellen. Toch bevalt het hem, in
zijn geheel beschouwd, byzonder.
het neemt alduB besluit hy vele
leemten, vele hardheden en veelom
slag weg en verdient zeer zeker, dat
het zoo spoedig mogelijk tot wet
worde verheven.
Anti-monarchale demonstraties.
Door de afdeeling Hengeloo van
de sooiaal democratische vereeniging
is in een strooibiljet rekenschap ge
geven van haar optreden bij het bezoek
der Koninginnen aldaar, tengevolge
waarvan, naar zij zegt, een twintigtal
arbeiders aan verschillende fabrieken
oni slagen zijo.
In dit biljet wordt o. m. medege
deeld dat 'tdoel der werklieden niet
was, de vreugde van anderen te sto
ren, noch om de Koninginnen te
beleedigeD. Zij hebben zich willen
verklaren tegen een instelling, die
zooveel geld kost. maar zonder haat
tegen de Koningin of haar moeder,
eD willen protesieeren tegen het doen
van uitgaven uit de gemeentekas voor
versieringen, bouquetten enz.
De Middelb. Courantdie dit biljet
bespreekt, zegt, dat de afdeeliDg dit
zelf ie doel had kunnen bereiken door
vóór de feesten oen bezadigd woord
te richten tot het algemeen. Het had
dan wellioht eenig doel kunnen tref
fen. Toen alles gereed ,was, kon in
elk geval een dergelyke daad geen
enkel praktisch nut meer stichten.
En danbuiten dien strijd houde
men hen, die, zoolang ons land een
constitutioneele monarchie is, aange
wezen zijn als dragers of draagsters
van de kroon.
Het blad meent dat de aanhangers
der soc alistische leer in Vlissingen
beter handelden bij het bezoek der
Koninginnen aan Zeeland. Zij lieten
de Koninginnen in haar waarde; men
beweert zelfs dat er waren, die aan
de feesten hun bijdrage verleenden.
De Midd. Crt. besluit haar betoog
met op te merken dat het voor alles
gewenscht is, dat men de hoofden
van den Staat buiten alerlei politieke
geschillen la it; en te meer wanneer
zij, zooals onze Koningin-Regentes,
toonen het belang van het algemeen
naar plicht en met ernst te willen
behartigen.
Koloniën,
At jeh.
Aan het verBlag omtrent de voor
naamste gebeurtenissen in het gou
vernement Atjeh en Onderhoorigheden
loopende van 2 tot en met 17 Aug.
jl., wordt in de Jav. Ct. het volgende
ontleend
Groot-Atjeh. Gedurende den ver-
slagtijd werden onze tydelijke posten
Senelop, Kroeng Gloempang, Anak-
galoeng en Tjot Rang een enkele
maal lioht beschoten zoomede eene
patrouille.
Een Europeesch fuselier bekwam
buiten onze versterking Senelop een
schampschot.
heb gezien, zelfs nu, nadat er maanden zijn voorbijge
gaan, ben ik steeds er voor beangst te droomen van
die flauw verlichte grot, met de bruisende rivier in de
diepte, van het duivelachtig geschreeuw op den rand
en den rooden gloed der toortsen, die alles als met
bloed verfde.
Nogmaals heb ik Adam met mijne armen tegenge
houden; ik hoor het geluid van zijne slagen; ik zie
den man voor hem vallenik sla met al de kracht die
in mij is, en met vloeken en vreeselijke bedreigingen word
ik overstelpt. Opnieuw beef ik by de gedachte aan de
kleine kans op redding, die ons nog overbleef. Ik ves
tig mijn blik op die slachting van mannen ten doode
gedoemd door de woede en drift van hunne mak
kers.
Want wat ik nu in mijne droomen zie, zag ik toen
in werkelijkheid. Zooals ik gezegd heb werd doerden
hevigen aandrang Adam in myne armen teruggedron
gen. De aanvallers wisten niets van de brug en den
afgrond en naderden den rand in zoo groote getale,
dat zy met elkaar worsteldon om op de been te blijven.
Zij riepen de anderen toe terug te gaan, of ons met
hunne messen onschadelyk le maken en tuimelden dan
naar beneden in den afgrond of blevea aan den scher
pen rand hangen, waarbij de steen diep in hunne hand
drong en wy hen vervolgens met heftige slagen neer-
slingerden wanneer onze makkers van den anderen
kant hen niet reeds onschadelijk hadden gemaakt met
hunne kogels. Een afschuwelijk gezicht, die mannen
plotseling in de duisternis van den afgrond te zien
verdwijnen, anderen terugdeinzen voor de gapende
opening als voor de poorten der hel; en te midden
daarvan hoorde ik Adams stem weer en deze scheen
my nieuwe krachten te geven.
„Irwin," zeide hij en de adem ontbrak hem bijna
om deze woorden uit te spreken, daar hy worstelde
met een forsohen kerel die hem vasthield en ons bei
den naar den rand droDg j.sny my los van dezen
man
Ik zag dat hij in de armen van dezen vyand was om
sloten als in de armen van een reusaohtige inkt-
visoh.
Zoo groot was diens kracht, dat wij allen drie over
den rand heenrolden en had ik het touw niet gehad
om er mij aan vast te klemmen, stellig waren wij na^r
beneden gevallen. Maar den gordel had ik nog om mijn
middelmet mijne linkerhand hield ik het touw vast
en spande mijne uiterste krachten in om Adam met
mijne knieëa op den rand te houden, terwijl ik over
zijn schouder naar den man stat, die hem vasthield.
Twee, drie maal trof ik hem en na den derden slag
lieten de armen langzaam los. Hij viel op zijne knieën
en stortte daarna hals over kop naar beneden en men
kon zijne beenderen hooren kraken, terwijl hij neer
plofte op de rotsen in de diepte. Adam rolde echter
achterover in mijne armen en door de kracht van den
schok slingerde hij mij over den afgrond en onze mak
kers aan den anderen kant begonnen het touw op te
trekken.
Ik zag, dat ik hem in mijne armen had geklemd,
maar het was aiet aan te nemen, dat ik hem zoo zon
kunnen vasthouden, terwijl wij boven den vreeselijken
afgrond slingerden en draaiden. De gordel drong reeds
in mijn vleescn en het bloed steeg naar mijn hoold,
toen hij het touw boven ons beetp-.kte en zao hand
voor hand ons naar den anderea kant trot.
Toen de van woede huiiende menigte dat zag, be
gonnen eenigen hunner met hunne messen in het touw
te hakken, anderen wierpen met groote steenen naar
ons, terwijl oaze vrienden ons toeriepen terug te keeren,
daar het touw stellig zou breken. En dit was het ver
schrikkelijk de wat wij hoorden.
„O, om Godswil het touw breekt! Terug, terug!"
Aldus schreeuwden zy en vergaten in hun angst te
trekken en minuten schenen te verloopen terwijl wij
daar hingen, hun smeekten ons te helpen, de woeste
gedaanten aan den anderen kant aanschouwden en niet
zonder huivering neerkeken in den zwarten afgrond.
Iedere slag op het touw was een slag op ons lichaam
gelijk.
„Adam," zeide ik, toen ik eindelijk den gordel weer
voelde bewegen, „denk je dat het dit zal kunnen vol
houden?" Hij toonde mij een bleek, uitgeput, bebloed
gelaat en groote teederheid sprak uit zijne oogen.
„Voor een persoon wel, zeide hij en sprak met eene
kalmte, die niet was te te miskennen.
„God verhoede dat 1" zeide ik. „Wij hebben steeds
gezamenlijk alles doorstaan. Laat ons bij elkaar blijven."
Ik zag wat hij wilde doen en toen hy zyne beide
handen losliet wij waren nu niet meer dau twee
voet van den rand verwijderd greep ik zyn pols vast
en hield die stevig vast. Op hetzelfde oogenblik sohoot
het touw los en werden wij geslingerd tegen den rots
wand aan den kant waar onze vrienden stonden.
Met zulk een geweld sloeg hij tesea den rotswand
want hij hing onder my, dat de slag hem verdoof-
De offioier van gezondheid le klasse
S. Ujlaki d'e voor de uitreiking van
de militaire Willemsorde van zijn
woonplaats Buda-Pest raar den Haag
is gekomen, heefi volgens de Loc.
vergunning gekregen om voor die 1
reis overtochtsgelden en een daggel
de, en ik zag zijn hoofd op zijn schouder rusten, terwijl
zijne oogen gesloten waren. Zoo luid mogelijk riep ik
mijne makkers boven mij toe ons op te halen en duim
voor duim, voet voor voet trok men ons omhoog. Het
was mij alsof dit eene eeuwigheid duurde.
Wat een mensch kan doorstaan en lijden wistik toen
voor de eerste maal. Het waB alsof mijn arm, waaraan
het zware gewicht hing, zou worden losgetrokken van mijn
lichaam. Naar omlaag getrokken door de zwaarte van
zijn lichaam was het alsof ik met hoofd naar beneden
boven den afgrond hing. Doordat het bloed naar mijne
hersens drong scheen het mij alsof ik een waterval
hoorde ruischen en mijn doodsangst om in deze kloof
om te komen verdubbelde. Eene hevige duizeling
maakte zich van mij meester, zoo fat de wanden voor
mij begonnen te draaien en voor mijn verwarden geest
een aantal gezichten en rondwentelende toortsen zicht
baar waren. Ik hoorde geen kreten meer, en wenschte j
niets anders dan te weten of ik mijn bewustzijn zou
hebben verloren alvorens neer te ploffen op de rots-
punten beneden mij. En deze gedacite maakte plaats j
voor eene andere de gedachte aan mijn liet vrouwtje,
aan het eiland boven mij, waar ik zoo gelukkig ge
leefd had.
(JVordt vervolgd.
