Tweede Editie NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. De stem van het geweten. y FEUILLETON. g 13e Jaargang Zaterdag 19 October 1895. No. 3173 BLAD -A.ZBO^ZKTIEMElsrTSIE'IRJICrS: Voor Haarlem per 3 maandenf 1.20 Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente), per 3 maanden„1.30 Franco door liet geheele Kijkper 3 maanden1.65 Afzonderlijke nummers0.05 Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.30 de omstreken en franco per post0.371/2 i 1—5 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Reclames 20 Cent per regel. Abonnementen en Advertentiön worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Bureaux: Kleine Houtstraat 14, Haarlem. Telefoonnummer 122. Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangere G. L. DAUBE Co. JOHN F. JONES. Sua:., Parijs 3Ibis Faubourg Mont mar tee. Agenten voor dit Blad in den otitrek zijn: Bloemendaal Santpoort en Schoten, P. v. d. RAADT, San i poortj Heemstede, J. LEUVEN, bij de Tol; Haarlemmermeer, C. DOEKES; Spaarndam, C. HARTEN DORP; Zandvoort, J. ZWEMMER; Vel-sen, L. VENUS; IJmuiden, J. -J. T.TADEN; BeverwijkH. JUNGERIE, Koningstraat. Genoemde Agenten nemen Abonnementen en Advertentiën aan. Nota's, Rekeningen, Wissels, Qui- antiën, Brievenhoofden, Memoranda alle overige Drukwerken, die op antoren voorkomenworden ter toomdrukkerij van dit blad goed, en vlug gedrukt. De Directeur-Uitgever V J, C. He Bijvoegsel van het blad dat ij Zaterdag avond verschijnt, zal bevatten Het Avontuur van een Handelsrei Haarlemmer Halletjes CCL V. 8f— Binnen en Bui'.enlandsche berich m. Varia. Advertenti'èn enz. Officiëele Berichten. 3 0 Burgemeester en Wethouders van Haarlem, doen te weten, dat van af jeden op alle werkdagen, van des woormiddags 10 tot des namiddags 4 uur, tot 31 Oct. e.k. 's namiddags 3jJ ure, ter gemeente-secretarie ter zijn nedergelegd, de ingekomen met de bijlagen van P le J. Booij om vergunning tot op lichting van eene slachterij en roo- ^kerij achter het perceel aan do Bar- örevoetesteeg 17; 2e. A. van Dam om vergunning tot van eene slachterij en in het perceel aan de Oran- jeboomstraat 133, en 1 3e. A. Bosman om vergunning tot '•oprichting van eene slachterij in het j|>erceel aan de Spaarnewouderst. 48, dat op den veertienden dag na dheden, zijode 31 Oct. e.k., en wel des ..namiddags ten 2 uur op het Raad der gemeente de gelegenheid 0pal worden gegeven, om ten over staan van het gemeente-bestuur of een of meer zijner leden, bezwaren Hegen het oprichten der inrichtingen ïn te brengen. 1 Haarlem, 17 Oct. 1895. Burgemeester en Wethouders voornoemd BOREEL. Üj de Secretaris, ;J C. M. RASCH. NABETRACHTING I uit den GEMEENTERAAD. XXXLV. De heer Evelein bezit een stukje [grond in het verlengde vandeVoor- t zorgstraat, groot ongeveer 200 M-' gd 'dat in een jaren geleden opgemaakt 'plan van bebouwing voor straat is Dat nietige stukje grond ligt vlak bij de terreinen van den heer Roo- zen, die door de bouwvereeniging Recht en Plicht" zijn aangekocht om daar 72 woningen op te zetten. Wilde men daar nu behoorlijke rio- leering en bestrating maken, dan was het bedoelde stukje grond on ontbeerlijk, vandaar dat „Recht en Plicht" aan den hoer Evelein ver zocht, dat stukje te verkoopen. Welk stukje? De heer Evelein was zich aanvankelijk van het be staan van het stukje niet bewust, maar later schoot het hem toch weer te binnen. Of hij het verkoopen wou Welzeker, als men de kleinigheid van f 1600 maar gaf. Daar kwam het bestuur van „Recht en Plicht" niet in, ze hadden gedaoht dat 'tal wel was wanneer ze dat ongelukkige stukje betaalden met fl.per vier kanten meter. „Dan komt er niets van" zei de heer Evelein. 's Avonds konden de Recht-en-Plichters daar toe door een mild man instaat ge steld, vijfhonderd gulden bieden en intusschen was deheerEveleingedaald tot f1200omdat het voor den werkman was. De werkman ev-vnwel zag, hoe ondankbaar toch nietwaar, den omvang van de weldaad niet in en liet voorloopig den heer Evelein bezitter van het lapje gronds, dat, kort te voren niet eens in zyn ge heugen gebleven, nu op eenmaal zulk een kostbaar terrein geworden scheen. De quaestie kwam Woensdag in den gemeenteraad ter sprake. De meeningen in den Raad verschilden, de eene strooming, met den burge meester aan 't hoofd, wilde het bouw plan van Recht en Plicht goedkeuren zonder het bewuste stukje, in de verwachting dat de heer Evelein het dan zelf wel zou aanbieden de andere strooming, geleid door den wethouder 'de Breuk, paste voor deze proefneming en wilde R. en P. nood zaken, eerst het stukj e aan de gemeente over te dragen. De laatste strooming was de sterkste en wierp daardoor het bouwplan van R. en P., dat toch al zooveel moeite heeft gehad om overeind te komen, weer omver. Derhalve zal Recht en Plicht, wil zij bouwen, het stukj e moeten koopen. Dat de huizen daardoor meer moeten kosten, spreekt van zelf, evenzeer dat het verschil niet onbelangrijk is, ook al zou de heer Evelein niet, zoo als de burgemeester vreesde, naar aanleiding van de discussie in den gemeenteraad zijn prijs weer ver- hoogen." Ik vind dat de heer Leupen er goed aan gedaan beeft met voor te stellen, dat de gemeente niet meer dan de helft in de kosten van de brug over de Ringvaart zou betalen. Dat de ingezetenen van Haarlemmermeer veel geld in Haarlem brengen, zal wel waar wezen, maar de Haarlem mermeerdere hebben de haarlemsche neringdoenden ook noodig. En daar voor moeten beide partijen de helft in de kosten voor de snelste commu nicatie over hebben. En, wil of kan de polder die helft niet geheel beta len, laat dan de gemeente Haarlem mermeer maar eens in den buidel tasten. „En wil ze dat niet, goed dan heffen 1 we tol op de brug." Zoo zeiden een paar, Raadsleden. Maar hoe, is dat de communicatie bevorderen Gy bouwt een brug om ze te gerieven en zoudt daarby een tol gaan heffen, die hen plaagt? Dat is een „centen"- politiek, die te klein is voor een groote gemeente. „'tls niet meer dan billijk.", zei de heer 't Hooft, „dat er een zekere retributie betaald wordt voor zaken, waar wel velen, maar niet allen van profiteered" Wanneer dat beginsel wordt gehuldigd, voorzie ik binnen kort een tol aan de brug bij do Pieter Kie88traat en een bij de brug aan 't Nassauplein. Missohien krijgen wy dan de duiten, die deze twee over bodige bruggen gekost hebben, op den langen duur wel weer terug. En wanneer we dan nog een tol instellen bij het bruggetje op de begraafplaats aan den Schoterweg (ook een bruggetje waar wel velen, maar niet allen van profiteeren) dan halen we daar misschien na heel langen tijd de kosten van ons mooie Mausoleum uit, dat in den volksmond al „het Brouwershofje bu.ten de Nieuwpoort" wordt genoemd. De firma Beijnes heeft aan den Raad gevraagd haren voorgevel aan het Stationsplein een meter vooruit te mogen brengen, in verband met een plan tot uitbreiding der fabriek aan den kant van en op den Jans- w eg. De heer Tjeenk Willink trok daar tegen van leer, hoewel hij zeide zyn buurman Beijnes gaarne het beste te wenschen en de heer Hijmans had er ook geen zin in, hoewel hij de industrie het beste toewensohte en de heer Van Weel was er ook tegen maar vlakaf zonder heilwensoh. Dit Raadslid wou dea bcnoodigden grond in erfpacht geven en toen verklaarde de heer De Kanter met een diepzin nig gezicht, dat men den grond zou kunnen verkoopen onder voorwaarde, dat de grond kosteloos aan de ge meente Terugkeert, wanneer hij niet meer voor fabriek wordt gebruikt. Dat is me nog eens een aardig wassen neusje, een lachend, jolig wassen wipneusjeWie onzer zal dat wel beleven, dat een groote fabriek, die bloeit als deze, die een artikel fabriceert, dat nooit uit de mode raakt en steeds meer gevraagd zal worden dat die fabriek ruimte zou kunnen missen? De heer Beijnes dacht blijk baar ook„daar kunnen zelfs mijn kindskinderen geen kwaad mee" en zei, dat hij dat denkbeeld van den heer de Kanter wel accepteeren wou. Maar de Raad had er geen trek in en renvoyeerde de zaak naor B. en W. om nader met de aanvragers te overleggen. Wat daar nu moet worden overlegd is niet duidelijk, misschien de vraaghoe men den gevel een meter vooruit kan brengen zonder het plein te versmallen. Enfin de Raad is van de moeilijkheid af, B. en W. moeten maar zien hoe ze 't redden. Met al die discussies was 't laat geworden en te vier uur stiken som mige leden den brand er in, voor de ingewijden een teeken, dat we dit maal de regeling vaD de onderwy- zerstraktementen niet zouden behan delen. Dit teeken werd vervuld. Kwartier over vieren stelde de Burgemeester voor, wegens het vergevorderde uur de zaak uit te stellen tot de volgende vergadering en trokken een aantal onderwijzers, die van half twee af gewacht hadden, onverriohterzake af. Politiek OvBrarjIit Eenige berlijnsche bladen vermel den als geruoht dat de staatsminister von Bötticher zijn ontslag zou hebben ingediend. In gezaghebbende kringen moet hiervan echter niets bekend zijn. Waarschijnlijk staat dit gerucht in verband met de bekende mede deel ingen van de Vorwürts over het Welfenfonds, waarbij von Bötticher en Bismarck zyn betrokken. Dit orgaan der socialisten deelt mede, dat uit genoemd fonds indertyd ongeveer een millioen is genomen om een bloedver want van Von Bötticher uit financiëele moeielijkheden te redden. Dez- mededeeling komt niet uit Friedricnsruh, integendeel zij heeft daar volgens het socialistische blad grooten schrik veroorzaakt. „Men vreesde daar, dat de hooggeplaatste schutter, uit wiens koker de pijl was gekomen, nog van plan zou zijn, nog meer uit de school te klappen. Eerst toen men in dit opzicht zekerheid had, werd de zaak gebruikt om den heer Von Bötticher een poets te bakken, in ruil voor heigeen deze heeft gedaan om Bismarck ton val te brengen. Deze houdt den heer Von Bötticher naa-t den gezantschapsraad Von Holstein, den heer Theodoor Kayser en enkele hofplaneten voor den hoofdschuldige," schrijft de Vor- wilrts. De Hamb. Nachr. merkt op, dat het tooh wel zeer onwaarschijnlijk is, dat Bismarck den ouden keizer be wogen zou hebben zulke groote som men beschikbaar te stollen, wanneer alleen maar de eer van een bank directeur te Stralsund op het spel stond. De voorspelling, dat de turksche sultan het stuk, bekrachtigende de wet tot invoering van hervormingen in Armenië, Donderdag zou teekenen, bewaarheid geworden. Donderdag avond is het verschenen. Volgens bericht uit Konstantinopel aan de Times worden de gedrukt heid van de beurs te Londen en de algemeene moedeloosheid geweten aan de vastgewortelde overtuiging dat de ontevredenheid onder de Ma- hommedanen eerlang tot een uitbar sting zal komen. Vele moslems ge- looven dat een crisis nadert, die den geheelen stand van zaken kan omkeeren en de dynastie van den Sultan ten val brengen. De Turksche regeering schijnt die vrees te deelen, want ofschoon de oplossing van het Armeensohe vraagstuk ophanden heet te zijn, worden vele moslems gevat om hun houding en oproerige taal, terwijl de Porte koortsachtig voort gaat met zich te wapenen. Het garni zoen van Stamboel is met driedui zend man versterkt en men ver wacht dat er nog een tienduizend man bij zullen komen. Nieuwe batte rijen van zwaar geschut verryzen by Dardanos en op Namazigia (aan de Dardanellen). Een koortsige opwin ding heersoht op de forten aan de Dardanellen en in de werkplaatsen te Stamboel, die legerbehoeften ver vaardigen voor rekening van de Porte. De berichten uit Cuba blij ven steeds veel van elkaar versohillen, wat hier van afhangt of ze ons via de Ver- eenigde Staten of via Madrid berei ken. Aan de laatste soort de meer officieele is uit den aard der zaak het meeste vertrouwen te hechten. De hnparcial maakt nu weer me'- ding van eene overwinning der Span jaarden op S00 opstandelingen, die met 24 gesneuvelden en een groot aantal gekwetsten werden teruggesla gen, terwijl de Spanjaarden onbetee- kenende verliezen hadden. Officieel wordt echter volstrekt geen melding gemaakt van eene ernstige neder laag, die de Spanjaarden zouden heb ben geleden, alweer volgens ameri- kaansche bladen. De verwikkeling ontstaan door de terechtstelling in den Congo-staat van den Engelschman Lothaire, zal waarschijnlijk in eene geldquaestie worden opgelost. De familie Stokes eischt een millioen francs schade vergoeding. De belgische kapitein Lothaire. die Stokes heeft laten op hangen, zal te Boma voor een krijgs raad tereoht staan. De toestand in Goa schijnt voor Portugal zeer ernstig te zijn. Een afdeeling Portugeesche troepen op marsch naar San Queliin is om singeld door 1500 opstandelingen. De troepen verweerden zich zoo goed als ze konden, doch vele soldaten werden gevangen genomen. Te Panzin moet men algemeen van meening zijn, dat de Portugeezen niet de macht hebben de muiterij te onder drukken. De gouverneur van Goa is terug geroepen, kapitein Rafael d' Anarada is in zijn plaats benoemd. De Tribuna heeft uit Massowah be richt ontvangen, dat generaal Arci- Dondi, ras Mangaeja vervolgende, bij de versterking Alagi een mitrail leuse heeft gevonden, die in Frank rijk was gemaakt en een kist met kruit die een merk had waaruit bleek dat het te Obok was aangevoerd. Opnieuw hebben zich eenige hoofden in het district Trige aan de ItalianeD onder worpen. STADSNIEUWS eerstetweede en derde pagina. Haarlem18 October. Bij het Donderdag alhier gehouden examen voor vrije- en ordeoefeningen slaagden de heeren T. Hellinga, W. F. hilarius en J. J. Hoornstra, allen alhier en J. A. van den Houten te Naarden. Wij ontvangen een klacht van een bewoner van het stadsgedeelte aan de overzyde van den spoorweg, be treffende de afsluiting van de over wegen aan den Jansweg en den Kruisweg, waarover reeds meer is geklaagd. De bewoners van dit gedeelte der stad, van de straten rondom het Frans Halsplein, Schotersingel, Sta- tenbolwerk, enz. ondervinden door deze afsluiting voortdurend vertraging in hunne dagelyksche bezigheden ook al gaan ze niet dagelijks per trein de stad uit. De klager is van meening dat de bewoners van bovengemeld stadsge deelte het best zullen doen, zich in deze zaak te wenden tot de Directie van de Holl. IJz. Spoorweg-Maatsob., of gemeenschappelijk per request tot Zijn Excellentie den minister van Waterstaat, Handel en Nijverheid met het verzoek om den aanleg van een tunnelfof een overbrugging van éen der beide overwegen. Onze lezers kennen onze opinie over deze quaestie wel. Overbrugging is een halve maatregel, die het tot stand komen van afdoende verbetering misschien voor altijd, zou beletten en wat een adres aan de Holl. Spoor betreft, uit de door de gemeente met haar gevoerde onderhandelingen is voldoende gebleken, dat van die zijde niets te verwachten is. ZéZNZ Misschien zou de Ministervan Waterstaat eenige pressie op de Maatschappij kunnen uitoefenen, maar het komt ons voor, dat het verzoek daartoe dan van den Gemeenteraad en niet van eenige particulieren zou moeten uitgaan. Wil men dus iets doen, dan wende men zich allereerst tot den Raad. T TentoonstelliDgsklachten. In een ciroulaire wordt ons ver zocht, mede te werken tot het we reldkundig maken van grieven van exposanten op de Wereldtentoonstel ling tegen het Uitvoerend Comité en wel ditmaal wegens de maatregelen door dat Comité genomen voor de aanstaande sluiting. lo. Het vervoer van de goederen zal, wederom vanwege het Comité worden bezorgd. Hebben de goederen geen voldoende gewioht, dan zullen ze naar afmeting betalen. 2o. Goederen die op primo Decem ber niet ter expeditie gereed zijn, betalen per M-. f3 per dag. 3o. Werklieden moeten na de sluiting 25 ct. entreegeld per dag betalen. Wegens een en ander wil deze c'rculaire een gemeenschappelijk op treden van de exposanten tegen het Comité. Bij de zeer krasse termen waarin de circulaire is gesteld, moet het wel verwondering wekken, dat ze niet is geteekend. Zelfs het verzoek tot plaatsing aan de Redactie niet. Daarom kunnen de klachten wel juist zijn, maar een mannelijk optre den is het toch niet. In den afgeloopen nscht omstreeks 12)1 ure is door het springen van de petroleumhanglarap brand ontstaan in het hulpbureau van politie aan de Keijstraat, dat, geheel van hout, in eenige oogenblikken in lichte laaie stond en dan ook geheel is afgebrand. De agent van politie van Baren, die zich in het hulpbureau bevond, heeft Naar het fransch van ETIENNE ENAULT. HOOFDSTUK I. Het behangsel, de tapijten en de sofa's gaven niet den in druk van overdreven weelde of van iets origineels en toch was het britsche strenge karakter niet zuiver bewaard. In de hoekeu van het vertrek bevonden zich vier étagères, beladen met kostbare bibelots, die het artistieke instinct en de fantaissie verraadden, den Franschen zoo eigen Kerven voelde zijne angst en onrust verminderen. Na leen onrustigen blik om zioh heen te hebben geworpen, zeide hij zoo vriendelijk mogelijk: „Drommels heeren, u woont uitstekend." „Vindt ge?" zeide de Manfred achteloos en strekte zich op de kussens van eene so'a uit. „Hier ontbreekt geheel bevalligheid en afwisseling. Het i3 te eentonig." „De vroolijkheid is minder te vinden in de dingen, die ons omringen dan in ons zeiven 1" riep zijn kame raad vroolijk uit. „Niet het meubilair is eentonig en vervelend, maar jij bent het, mijn waarde William." „Wat zal ik je zeggen? Ik ben droefgeestig omdat ik geen millionair ben." „Geduld, je zult het worden, als men ons voor dien tijd niet heeft opgehangen." Lachend werd dit antwoord uitgesproken. Vervolgens noodigde de opgewekte bandiet Philip Kerven uit plaats te nemen bij eene tafel, waarop hij nauwkeurig het zakje onderzocht, dat den Bretagner tot beurs diende. Zonderling verschijnseldeze bezigheid, waarin laatst genoemde veel belang had moeten stellen, scheen geen oogenblik zijne aandacht te trekken. Met buitengewone, wellicht gevaarlijke volharding sloeg hij zijne twee zonderlinge gastheeren beurtelings gade en sprak bin nensmonds geheimzinnige woorden. Hij was zoo in zyne aanschouwing verdiept, dat hij niet eens zag, dat zijne beurs, veel platter geworden, voor hem weru neer gelegd. Hy lette er niet op vóórdat de oudste zonder ling zeide: „Daar hebt ge juist het derde deel van de som, hon derd l'rancs." „Dank u, dat is voor mij voldoende om naar Frank rijk te kunnen terugkeeren." „Gaat u spoedig terug „Ja morgen." „Dan wenschen wij u goede reis. U ziet dat wij eer lijk en als goede landgenooten tegenover u handelen. Ik reken er op, dat u er ons geen berouw over zult doen hebben. Bovendien waarschuw ik u, dat als gij ons aangeeft, een van ons beiden stellig aan de klau wen der politie zal ontenappen, en gij spoedig iets van hem zult hooien, heizij hier in Engeland, in Frankrijk, of desnoods aan het andere einde van de werel 1. Daarop geel ik u de hand." Terwijl hij deze woorden sprak keek Philip Kerven hem aan, zonder hem schijnbaar te begrypen. Eens klaps sloeg hij zich voor het voorhoofd en j iep uit „Neen I ik vergis mij niet, gij zijtRichard Larmor, en dat is uw broeder, William Lirmor." De twee schelmen waren een en al verbazing. „Ja, nu herken ik u," vervolgde de Br6tagner. „Gij komt evenals ik uit Morlaix. Uw vader, mijn oude vriend was kamerdienaar bij graaf Kergarouet. Hij was een aardige kerel, uw vader, zeer geestig, moedig en ondernemend. Ik herinner mij dat hij de gewoonte had nu en dan de secretaire van den graaf open te bre ken ongelukkig werd hij op heeterdaad betrapt en tot tien jaar gevangenisstraf veroordeeld. Toen hij zijn straftijd had uitgediend, verveelde het hem spoedig on der toezicht van de politie le staan; hij ging er van door en te Fir.ietère vormde hij eene bende „le- Ródeurs de nuit", waarvan hij tot hoofd werd benoemd. Ik ont moette hem op zekeren dag, ik had geen betrekking, was zonder hulp en volgde hem. Op dat tijdstip waart gij beiden bij nem. Gij, Richard, waart toen achttien jaar en gij William, nauwelijks dertien. Ondanks uwe jeugd rekende men u reeds onder de moedigste mak kers-" Richard en Williaoi vielen hem gelijktijdig in derede door u t te roepen „Uw naam is Philip Kerven." „Gij waart boschwachter op het landgoed bij het kasteel, waarop mijn vader in dienst was,'1 veryolged William. „Men zond u weg, onder voorwendsel, dat ge dikwijls aan den kant van het water gingt slapen na wat gedronken te hebben, terwijl de stroopers op hun gemak het wild wegkaapten." „Ik heb mij gebsterd; sedert tien jaar drink ik bijna niet meer." „A bahriep R chard Larmor en barstte in lachen uit. „Het komt mij toch voor, dat toen wij u ont moetten op den Blacklriars-brug „Spreek daarover niet," haastte zich Kerven te ant woordenik heb mij toevallig vergeten, terwijl ik mijne hersens pijnigde met een idee te zoeken en het ge volg was dat ik te veel dronk." „Bij Bacchus! er schuilt geen kwaad bijEn wacht» gij herinnert mij nu, dat wij nog een glas op uwe ge zondheid moeten drinken." Na dit gezegd te hebben trok de oudste Larmor aan een schelkoord. De neger verscheen weer. Op een hem gegeven bevel, bracht hij een blad binnen en verdween daarna. „Ik moet eerlijk verklaren," antwoordde de beminne lijke bandiet terwijl hij de glazen inschonk, „dat ik volstrekt niet verwachtte beiennacht een collega yan vroeger in het struikrooven te ontmoeten. Dat zijn nu de toevalligheden van het leven Maar wat komt ge in Londen toch doen, wa«.rde vriend „Inlichtingen inwinnen over eene familie, waarvoor mijn meester groote belangstelling koestert." „Uw meester herhaalde William grinnekend. „Zoo, zoo, zijt ge dan in betrekking?" Men doet wat men kan. Voor het oogenblik ben ik de factotum, de vertrouwde van een millionair."

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1895 | | pagina 1