den inhoud van hettuinbouwvoorstel nog wel zou weten. Misschien is het wensehelijk ook ter bekorting van een overigens weinig interessante discussie even mede te deelen waarop de zaak neerkomt. Men heeft hier eigenlijk te doen met een reorganisatie der Rijksland bouwschool, die aldus ingericht wordtallereerst de afdeeling A van de landbouwschool, wier driejarige cursus veranderd wordt in een twee jarige met een voorbereidingsklasse en daarnevens de rij kstuinbouwsohool, eveneens met tweejarigen cursus, beide toegang verschaffende tot een Indische klasse voor hen, die bij een der Indisohe cultures hun geluk wil len gaan beproeven. Dit laatste is echter slechts een bijkomstig doel der rijkstuinbouwschool, die zich noodza kelijk ten doei stelt, eenigezins weten schappelijk geschoolde kweekers af te leveren en tevens voor hen, die een meer wetenschappelijke vakstudie wenechen, den toegang verschaft tot de Hoogere Tuinbouwschoolmettwee- jarigen cursus. Dan komt de afdee- ling B der rijkslandbouwschool ter vorming van wetenschappelijke land bouwkundigen, die nu voortaan zal worden gesplitst in een Nederland- sche en een Indische afdeeling en Hoogere Landbouwschool zal heeten. Men zal daar dus hebben een landbouwschool nevens een hoogere landbouwschool evenals thans, en op dezellde wijze een tuinbouwschool nevens een hoogere tuinbouwschool en een Indisohe klasse nevens de hoogere Indische afdeeliog. Een en ander onder ééa gemeen schappelijk administratief verband, met het oog op de wet, die geen afzonderlijke tuinbouwschool kent. Vandaar, gelijk bekend, de grief van den heer Viruly Verbrugge, than3 belichaamd in een amendement waar van de bedoeling is enkel en alleen de Kamer te doen verklaren dat zij Nadat de „Gorinchem" ongeveer een zelfstandige Rijkstuinbouwschool anderhalf etmaal gepompt had, kon i zonder administratieve banden met men stoppen, want toen stond er|de Rijkslandbouwschool, wenscht in reeds bijna 4 M. water in de vis- j hét leven te roepen, schershaven. Nu stond er voldoende j Iq de plaats van vestiging der druk tegen den muur om met hetRijkstuïnbouwscbool blijft de regee- aanaarden te beginnentegen den ring door dit amendement volkomen muur van 430 M. lang. 7.30 M. I vrij. hcog en 2.50 M. a 3 20 dik. waaraan Ia het bedrsg der aangevraagde behalve eenige honderden M3. bazalt geldsommen wordt geene verandering 6.00Q.G0O metselsteenen zijn gebruikt gebracht. en die van boven gedekt is over een J Dit amendement kwam nu Donder- meter breedte met stukken graniet dag mede in debat, van 25 c.M. dikte. In den muur zijn nog getracht de vlammen te blusschen en heeft daarbij zijn rechterhand, aangezicht en haar gebrand. Het gebouwtje, zijnde gemeente eigendom, is verzekerd by de Brand- verz. Maatschappij '„Nederland" ge vestigd te Zutphen. De politie met haar slangenwagen heeft den brand geblusoht. De brandweer was aanwezig. „Weldadigheid naar Vermogen". Afdeeling„Werkverschaffing." Van 1 Nov. tot 17 Oct. hebben 2ich de volgende personen aangemeld 1 voor bloemistknecht, 1 vior da mes-laarzenmaker, 6 voor Fchilder, 15 voor los workman, 4 voor kleeder maker, 2 voor baker, 62 voor werk vrouw, 7 voor waschvrouw, 10 voor naaister, 1 voor strijkster, 1 voor vlechtwerk, 2 voor waakster, 1 voor kookster, 1 voor noodhulp, 2 voor mangelwerk, 7 voor grondwerker, 27 voor loopwerk, 3 voor breiwerk, 22 voer loopknecht. 10 voor oppasser, 3 voor koffiehuisbediende. 3 voi-r schoenmaker, 4 voor schrijfwerk, 1 voor koetsier, 3 voor kantoorbediende 2 voor timmerman. 1 voor sigaren maker, 3 voor lichtwerk. 1 voor broodbakkersknecht, 1 voor zadel maker, 1 voor ziekenoppasser, 1 voor waker, 1 voor tafelbediende, 1 voor huisknecht, 1 voor tuinman. Particulieren en werkgevers die van bovenstaande aanbiedingen gebru k wenschen te maken, wordt b-leefd verzocht hunne aanvragen schriftelij k tot het Bestuur te richten, bus D .elen of Stadhuis. Inlichtingen kunnen dagelijks van 9-1 en van 3 5 uur verkregen worden bij den Administrateur, bureau Doelen. De Tischliavea te IJmuiden. 15 trappen met granieten treden aam gebracht. Zoodra de dam doorgegra ven is zullen stoom zandzuigers het overtollige zand uit de haven ver wijderen en wanneer men zoo flink blijft vorderen met het werk als tot heden, zal IJmuiden spoedig een ha ven hebben en de aannemers zullen wellicht een 100 dagen premie kun nen opstrijken, omdat zij binnen den gestelden termijn het werk zullen kunnen opleveren. Bij Kon. besl is op zijn verzoek, met 1 November, eervol ontslag Minister Van Houten voerde voor het ontwerp aan, dat het geenszins de invoering van hooger landbouw onderwijs bedoelde, ten bewijze waar van hij mededeelde, dat inderdaad aan een universitair landbouwonder wijs en een doctoraat voor landbouw- vakken werd gedacht. Wat men van Wageningen dacht te maken was een landbouw-politechnicum, immers het verband tusschen land- en tuin bouw was zoo nauw. (De Min. wees daarbij op de bloembollencultuur; de grond daarvoor wordt van tijd tot tijd met andere landbouwproduc ten bebouwd) Verder verdedigde verleend aan B. Th! A. Westerouen I hijden administratieven band (om van Meeteren als burgemeester van de zuinigheid), het administratief toe- Zand voort. kanaal zoodanig aan den grond geva- zicht van den hoofddirecteur ook op de tuinbouwscholen, de vestiging te Wageningen (waarin de Reg. door het behoud van de H B. S. met 3 dat men lot lïchteÖ is moeten j, o kortom de geheeie nieuwe orga- msatie, terwyl hij de Indische belan- overgaan. De torpedo-schietoefeningen zijkanaal F zijn voor dit jaar gestaakt gen ter verdediging overliet aan zijn ambtgenoot van Kol. die zich daarvan kostelijk kweet. Vooral tegenover den heer Cremer deed de Min. het naar ons wordt gemeld zijn ^met hej;riUl- van yjet Ind. landbouwonderwijs, f ^QOr dezen gering geschat, uitkomen. En daarna vingen de replieken aan die ik, om niet in herhalingen te komen, den leier besparen kan. Het amend, ondervond van de regeericgs^afel bestrijding op grond dat hetgeen daarin werd gevraagd niet met dezelfde gelden was uit te voeren, het werd met 58 tegen 10 verworpen. Het voorstel aangenomen, met 50 tegen 14 stemmen. Vrijdag te half twee behandelt de Kamer de conclusie op het adres der coöp. vereeniging „de Hoop" - - waarbij de quaestie ter sprake komt van het besteden van hun vrijen tijd door ambtenaren. De heer van Limburg Stirum zal op een nader te bepalen dag den min. van Waterstaat interpelleeien over den opslag van dynamiet op het eiland Rozenburg. G. Jr. oog op uitbreiding der schietoefenin_ geD, vergrootingen der inschietplaats" gebouwen enz. te verwachten. 1 Bij de Wc ensdag te Haarlemmer meer (Hoofddorp) gehouden vee- en paardenmarkt waren aangevoerd 8 vaarzen, 2 graskalveren, 453 paar den en veulens en 16 hitten. Handel vlug en vele Duitsche kooplie !en waren aanwezig. Najaarsveemarkt te Sloten. Aangevoerd 352 runderen; in vare koeien vlugge handel, in vette minder prijzen van f 150 tot en met f230. BINNENLAND. Parlementaire Praatjes. Bij mijn verslag van de zittiDg van Woensdag ging ik van de onderstel ing uit, dat de belangstellende lezer Reg eer in gsa n t woord Indische begrooting. Zeer snel heeft de Min. van Kol- geantwoord op het Voorl. Versl. der Kamer, zoodat het bericht als zou de begrooting reeds spoediger dan ge woonlijk, vóór het gebruikelijk reces, aan de orde komen, aan waarschijn lijkheid wint. De Min. deelt allereerst mede, dat hij niet in staat was vollediger in lichtingen te geven omtrent de proef met de opium regie en met het bij slagstelsel voor de koffioultuur. Hij acht de politieke omstandig heden niet gunstig voor ingrijpende hervormingen en aoht daarover ver schil van meening mogelijk, wat hij bewijst door de meening, dat hij Indië niet of nog niet rijp acht voor decentralisatie in het algemeen en gewestelijke decentralisatio in het bij zonder. Aan een herziening van het regeeringsreglement wordt gewerkt. Over den toestand der financiën denkt de Min. niet zoo erg ongunstig, maar hij aoht tooh versterking der middelen noodig, waarom hij dan ook de voorgestelde tariefverhooging hand haaft. Staatsexploitatie van mijnen en petroleumbronnen acht de Min. niet gewenscht. Ten opzichte van Atjeh is de Mi nister van oordeel dat de in den laatsten tijd gevolgde taktiek niet moet worden veranderd. Noch ver dere uitbreiding, nooh inkrimping van de bezetting is wensehelijk. De marechaussee kan medewerken, ook in het onze linie omringende vrien- dengebied tot handhaving der veilig heidspolitie. Gezorgd zal worden dat zij de noodige karabijnen spoedig krijgt. De gouv. van Aijeh heeft, binnen de grenzen der in overleg met den G. G. vastgestelde politieke gedragslijn, tot het nemen van de maatregelen die ter bereiking van het beoogde doel bevorderlijk kunnen zijn. De nieuwe legercommandant zal Atjeh bezoeken en den gouverneur raadplegen betreffende de verder te volgen politieke en militaire gedrags lijn die op de consolidatie van het sedert 1893 verkregene zijn gericht. Aan een militair optreden op groote schaal in de XXII Moekims wordt niet gedacht. Van uitgifte van gronden op Lom bok kan geen sprake zijn, alvorens de rechten der inlanders op den grond vaststaan. Een ontwerp-wetboek van strafrecht voor Europeanen is in onderzoek. De circulatie van duiten moet worden toegestaande opium regie evenwel houdt de ontvangen duiten in en men vervangt die door wettige koperen munt. De aanmaak van duiten wordt tegengegaan, even als de invoer van nagemaakte stand penningen. Op uitbreiding van het spoorwegnet is de Reg. bedacht; voorstellen daartoe zullen worden gedaan. Voor de uitvoering van het defensie plan, dat nog wordt voorbereid in Indië, zal de Regeering geen geld beschikbaar stellen zonder overleg met de volksvertegenwoord'ging. Ia handen van den Gouv. Generaal is thans ter onderzoek in handen gesteld de door den minister van marine ontworpen formatie der oor logsmarine in den Indischen Archipel die eene vermindering van de sterkte j der Indische militaire marine en eene uttbreiding van het atixiliair eskader beoogt. De vermindering in de winst der Billitonmaatschappij is bijna uitslui tend het gevolg van de daling der tinprijzen. Bij nota van wijziging is nog voor gesteld uit het slot der rekening van 18S9 een som van f400,000 bestemd voor uitgaven in het belang van de inlandsche bevolking op Java en Madura tegenover het excedent van het hoofdgeld van heerendienstplioh- tigen. Hiermede is van het Regeerings- antwoord het voornaamste gezegd. Het debat kan beginnen. Ik vrees met groote vreeze, dat het zeer laDgdurig zal zijn nu de heeren zooveel meer tijd hebben dan gewoonlijk. G. Jr. De diamantbewerkers te Amsterdam, In den strijd tusschen fabriekseige I naren en werklieden beginnen de laatsten langzaam aan terrein te win- j nen. Donderdag hebben 5 fabrieks- eigenaars het hoofd in den schoot gelegd en hunne fabrieken tot bonds 'fabrieken gemaakt. Deze 5 nieuwe bendsfabrieken zijn die der firma's Disselkoen, LangebleekeispadBer- keij, Overtoom; Konz. Tuinpad; Jaake, aan den Voorweg, en Zieken oppasser, Paardenstraat. In het ge heel kan het bondscomité nu op ne gen bondsfabrieken wijzeD, waarvan de eigenaren zich verbonden hebben voor elke overtreding van het con tract een boete van f 500 te betalen. Des morgens meldden zich slechts 5 werklieden aan bij de firma Kampf- rath. Ook deze echter legden spoe dig den arbeid weder neer. Ruim 200 diamantbewerkers zijn thans naar Antwerpen verhuisd, waar de be schikbare molens, zoo te zeggen, door het Amsterdamsche comité in huur zijn genomen. De bovengenoem de vier fabriekseigenaars hebben zich in de vergadering hunner vereeni ging van 14 dezer „als mannen van eer en goede trouw" verbonden „n et toe te steramen in den hun gestelden of nog te stellen eisch, dat zij op hunne fabrieken uitsluitend leden van den A. N. D. B. en aangesloten vakvereenigingen toelaten." De „Ver eeniging van fabriekseigenaren" ver spreidde Donderdag een manifest, waarin deze vier heeren als „wooi d- brekers" worden gesignaleerd. In eene buitengewone raadsverga dering te Alkmaar is de gemeente ontvanger aldaar in zijne betrekking gesohorst. Aan B. en W. is een verder onderzoek der boeken en kas opge dragen. De heer G. G. Vonk is voor- loopig imt de waarneming dier be trekking belast. De stoomtram heeft Woensdagmid dag tusschen Sneek en IJsbreehtum een 25jarigen boerenzoon uit Ooster zee. bij Lommer, overreden en terstond gedood. Het paard, dat de man aan den teugel leidde, schrok voor het voer tuig, begon te steigeren, trok zijn geleider op de rails eu geen twee seconden daarna was het hoofd van den ongelukkige bijna van den romp escheiden. Pers Overzicht. Kamers van Arbeid. Ook het dagblad de Écho wijdde aan dit onderwerp twee artikelen, waarin het in het kort uiteenzet, wat aan het thans bij de Regeering inge diende wetsvoorstel voorafgegaan is en daarna een overzicht van het wets voorstel geeft, daarbij het tevens besprekende. Het blad merkt o. a. op: „Menig geschil tussohen patroons en arbeiders zou niet zulken grooten omvang hebben aangenomen, menige werkstaking zou niet zijn uitgebroken, zou althans spoediger en met beter gevolg geëindigd zijn, zoo er gelegen heid had bestaan om naar grieven en klachten een onderzoek te doen instellen door der zake kundige man nen, door beide partijen als haar ver tegenwoordigers aangewezen." Deze leemte zal nu, volgens de Echo door de wet op de Kamers van A-beid worden aangevuld. Voorts wijst het biad er op, dat hoewel het verzamelen van gegevens, en het dienen van advies, wat vol gens het wetsontwerp ook de taak van de Kamers van Arbeid is, zeer nuttig kan zijn, toch het vereffenen van geschillen in de praktijk de hoofdtaak van de Kamers van Arbeid blijft. „Door deze bedoeling vooral," zegt de Echo„verdienen zij met levendige sympathie te woiden begroet." „Immers, wat tot nu toe beproefd werd met de particuliere arbeidsraden is daarmee in geenen deele bereikt, en wat plotseling ontstane bemiöde- lings-comitó's in het werk stelden, is gewoonlijk zonder resultaat gebleven. „Beiden werden weinig gewaar deerd, slechts matig vertrouwd. Zij misten de officieele wijding, de be krachtiging der wet." „Er zullen bij den vooruitgang der ideeën in onze maatschappij," meent de Echo„wel zeer weinigen gevon den worden, die met het beginsel dezer wet niet instemmen. Missch.en hier of daar een enkel patroon, die tegenwoordig met succes zijn werk lieden kan exploiteeren, en begrijpt, dat bij het bestaan van Kamers van Arbe;d zijn rijk uit is. „Wellicht zullen ook de sociaal democraten deze wet „lapwerk" noe men en haar daarom verachten, wijl zij aan de socialisten veel invloed bij geschillen tusschen patroons en arbeiders ontnemen zal. „Allen overigen moeten zich ver blijden, omdat hier de Staat ter ver betering der socble verhoudingen, krachtig ingrijpt op een gebied, waar alleen van hem en zijn invloed op den duur nuttige tusBchenkomst kan worden verwacht. „Wij voor ons, die overtuigd ziju dat bevordering der belangen van patroons en werklieden d. i. de belangen van de nijverheid van den arbeid alleen in onderlinge samen werking mogelijk is, hopen, dat het ontwerp der Regeering spoedig wet zal worden. „En dan mag daarby niet w -rden vergeten, dat de heer Pyttersen een groot aandeel heeft in de verdiensten dezer belangrijke verbetering." De liberale N. Rott. CouratU bevat een 3rtikel over de wetsontwerpen betreffende het handelsregister en de firma. Over de invoeging der beide ontwerpen in het Wetboek van Koop handel, gelooft het blad hoewel er argumenten aan te voeren zijn, voor het maken van een op zichzelf staande wet, met den minister, dat voorloopig althans, om het systeem van codificatie zooveel mogelijk te bewaren, aan sluiting aau de bestaande indeeling in twee wetboeken; met opnemicg in het Wetboek van Koophandel van die instellingen, welke in de behoef ten van den handel toch haren oor sprong vinden, het raadzaamst is. Voor later blijve dan de vraag om trent eene „refonte" van het geheele privaat recht in één wetboek bewaard. Over het ontwerp betreffende hel Handelsregister zegt de J\. Rott. Ct. „Die bepalingen zijn van zuiver for- meelon aard, zy behandelen het geraamte, handelen over ierichting en bewijskrachtspier- en zenuwge stel. de inhoud van het register, zal door andere wetten moeten worden aangewezen. De inrichting is een voudig en practisch, geheel in over eenstemming met wat de commissie voorsloeg. Het register wordt ge houden by de griffiën der kantonge rechten; het zal aldaar kosteloos een zeer nuttig voorschrift kunnen wor den geraadpleegd, en geregelde open baarmaking van die aanteekeningen io afzonderlijke bijvoegsels der Staats courant zal worden bezorgd door een centraal bureau, waartoe gekozen is het reeds met soortgelijke publicatie belaste Bureau voor den jndustri- eelen eigendom. De vragen omtrent de bewijskracht dor inschrijvingen en publication laten wij rusten. De re geering heeft ook hier het stelsel der Staatscommissie naar beginselen die reeds, voor analoge gevallen, in het gemeene recht zijn opgenomen, gevolgd. Dat zij dit stelsel hier en daar nog wat uitwerkte, was voor de praktijk wel noodig, verdient ten minste ook o. i. erkenning en bijval." By het wetsontwerp op de firma, waarvan volgens het blad de belang rijkheid oneindig grooter is, staat het meer uitvoerig stil. Het blad zet uiteen wat de beginselen van de staatscommissie waren, die nog in ruimere mate die van de Regeering zijn, toch bestond er een punt van verschil. „Do Staatscomm ssie wilde verbo den ziea het handeldrijven zonder ingeschreven firma, en stelde op het verzuim daarvan straf. Zij kende dus wij zeggen niet zy erkende, maar zij kende geen andere firma dan de ingeschrevene. Hy, die handel dreef, zonder op behoorlijke wijze zijne firma met de verdere bijvoe gingen van naam en woonplaats op te geven, verviel in eene geldboete, en zette hij toch zijn bedrijf zonder inschrijving voort, dan verviel hij iedere week in eene nieuwe boete, wat hem eindelijk wel zou brengen tot zijn plicht," welk stolsel de minis ter echter niet a-ndurfde. Het blad verdeelt daarna des ministers bezwaren in drie groepen, daarbij verklarende hoe de minister gekomen is tot het denkbeeld van vrijheid voor ieder, die handel drijft of eenig ander beroep cf bedrijf uit oefent, waardoor volgens htt blad zwendelaars ongemoeid blijven. „Dat ziet de minister ook in, gaat de N. R. Ct. voort, en daarom stelt hij voor, het Wetboek van Strafrecht aan te vullen met eene bepaling, geldboete bedreigend tegen hem, „die in een geschrift ter zake van zijn handel, beroep of bedrijf wederrech telijk een naam of voornaam voert; die niet in overeenstemming is me dien, welken hy krachtens zijne ge; boorte-akte bezit of krachtens in schrijving in bet handelsregister ah; firma bezigt;" met eene uitzonde? ringsbepaling voor de getrouwdt vrouw. Voorts blijft dan nog de ei- j viele actie in het ontwerp op de firm: er kend, tegen hem, die door onrecht matig gebruik van eene andere firma deze benadeelt." i Hoewel op die wijze het zwende len onder een gefingeerde firma zon- der insobrijving wordt achterhaald en strafbedreiging een aandrang kan zijn om tot inschrijving te komen. meent de N. R. Ct. dat de bepaliDg i toch eer.e wijziging en aanvulling behoeft. i Het woord „wederrechtelijk" moet vervallen Het is volkomen overbo-> dig. Het enkele feit om onder een anderen dan den eigen geslachts naam of eene andere dan de inge- schreven firma handel te drijven moet verboden zijn. Wie een ande ren naam wenscht te gebruiken dan zijn eigen naam moet zioh laten in schrijven. „Het woord „wederrechtelijk" zou weer eene wijde maas zijn, waar de zwendelaar doorheen kon kruipen. „Om alle ontduiking te voorkomen en rechtszekerheid te geven omtrent de mooielijke quaestie van het ge bruik van namen, verbiede de straf wet doodeenvoudig het uitoefenen van een bedrijf anders dan op den eigen naam of op eene ingeschreven firma. Bovendien eischt de voorge stelde bepaling aanvulling. Immers het voorschrift van het firma-ont werp, dat den rechter de bevoegd heid geeft om, wanneer 2 menschen een gelijken naam voeren een hun ner te gelasten voor zijn bedrijf eene onderscheiding aau dien naam toe te voegen, kan niet volstaan met de sanctie eener civiele acle, maar heeft zeer stellig ook aan strafrechtelijke sanctie behoefte. *5 „Met deze wijziging en aanvulling van de voorgestelde strafbepaling zou o. i. het vrijheidsstelsel van den minister, ofschoon met het ideaal, toch wel aannemelijk zijn." Koloniën. Uit. Atjeh. Uit Atjeh wordt geschreven aan De Locomotief. Onlangs las ik in een der dagbladen Voor de vriendenDe gouverneur van Atjeh heeft der regeering in overweging gegeven, geld disponibel te stellen voor den aankoop van ploegvee en de verstrekking bij wijze van voorschot aan de Atjehers. Het uitroepingsteeken achter „vrienden" was waarschijnlijk niet met vriende lijke bedoelingen gesteld. Toch ben ik het volkomen eens met den schiijver die in Het Vaderland van den 21en Februari zinspeelde op het nuttige van zoo'n maatregel, en wees op het weinige ploegvee. Een bevolking die iets bezit, is ongelijk veel meer vre delievend dan een bevolking die niets te verliezen heeft. Opmerkelijk is dit jaar de sawah- bouw, vooral van het volk van Toe koe Bante bij Boekis Ivaranggroote lappen zijn ontgonnen van de Blang Tamah, die, wanneer op zulk een wijze wordt doorgegaan, binnen een paar jaar een uitgestrekt padiveld zullen uitmaken. Bij invoer van ploeg vee moet de landbouw wel vooruit gaan. Komt daar nog bij het herle ven van vroeger bloeiende takken van nijverheid, o. a. de zijdeteelt en het goudsmeden, dan valt aan de toekomst van Atjeh niet te twijfelen. Maar door branden, verwoesten en vernielen wordt een en ander niet verkregen. Intusschen stichten en kele dagbladartikelen ook hier kwaad. De bevolking raakt er door in het onzekere, wat de regeering eigenlijk wil. En er schijnen steeds lief hebbers te zijn die gaarne overbrieven wat alzoo geschreven wordt. Een bewijs is, dat onlangs een Atje'nsch hoofd vroeg, of de gouverneur werkelijk van Atjeh weg zou gaan en een der bevelhebbers van Lombok in zijn pjaats zou komen. Hoe kwam die man daaraan? Ja, hij hadhethooren vertellen. Zeer leuk, roeg hij, tegen wien nu eigenlijk zou gevochten wordeD. In die vraag ligt het zwaarte punt der quaestie. Totaal gebrek aan éénhoofdig gezag. Elke kampong ,,E', ei! dat zal u welkeen aardig voordeel opleveren," merkte de oudste Larmor op en klonk met hem. „Ja wel, maar ik heb ongelukkigerwijze te doen met j een meester, die 2Ïjne oudstukken drommels goed bij elkaar houdt en er vooral degenen, die hem dienen weinig v-m laat zien." „Maar laat ge hem dan niet met zijn geld alleen?" vroeg William en baalde de schouders op. „Dat is heel mooi, maar eene hetrekking ais factotum is niet gemakkellijk te krijgen. Ik heb er moeite genoeg voor gedaan om het zoover te brengen om deze betrek king vrijwillig te verlateD." „Hoe hebt ge het dan zoover gebracht vertel ons dat eens, dat moet wel mooi zijn gegaan. Wij verlan gen er naar eens te vernemen op welke wijze een struikroover een man van vertrouwen is geworden." „Op mijn woord niets is gemakkelijker. Om tot dat doel te geraken had ik slechts wat geduld en eerlijk heid noodig. Deze twee zeldzame planten ben ik gedu rende een paar jaar gaan opkweeken, de rest is van zelf 'gekomen. Bovendien had ik niets beters te doen; herinnert u slechts; onze troep had eene ontmoeting met eene sterke afdeeling gendarmen, die haar bijna geheel in de pan hakte. Uw vader werd door een kogel gelood, terwijl hij als een duivel vecht. Het was nacht, eenigen onzer vlachtteD, waaronder ik. Eene maand lang zwierf ik van plaats, van bosch tot'bosch rond, totdat ik ten slotte, uitgeput en ontmoedigd, half ster vend neerviel voor de deur van een kasteel. Men nam mij op en verzorgde mij daar. Nauwelijks was ik her steld, of ik vrc.eg of er een betrekking voor mij open was en men ram mij in dienst. Ik gaf blijken van trouw en ijver, zoodat ik na achtereenvolgens onder geschikte betrekkingen te hebben vervuld, eindelijk factotum werd. eene positie, die ik in stilte steeds vurig had begeerd. Hieruit blijkt alweer dat de deugd steeds belcond wordt." Deze moraal, op een toon van goe Jznoedigen spot geuit, wekte de vrooiijkbeid der broeders zeer op. „Jaeen prachtige belooning riep William grin- nekend uit, „de factotum te worden van een Harpagon". „Deugdzaam mersch, uw meester zal u toch tenmin ste in zijn testament bedenken". Philip Kerven schudde droefgeestig het hoofd. „Helaas, ik twijfel er aanbovendien „Bovendien „Ik zou gaarne een middel willen vinden Hij bleet voor de tweede maal steken en beet zich op de lippen. „Ga voort. ?a „Dat is ocnoodig. Wij hebben ons reeds te veel met mij beziggehouden. Nu is het uwe beurt mij uwe ge schiedenis te vertellen. Wat hebt ge uitgevoerd naden dood van uw moedigen vader en het bloedbad, onder de kranige leden der bende aangericht? Waarom zijt ge naar Londen gegaan? Hoe is het mogelijk dat ge in zulke goede omstandigheden leeit?" „Ik zal uwe nieuwsgierigheid levredigen, eerlijke taototum". En Richard Larmor vertelde hoe zijn broeder en hij na die bewuste noodlottige gebeurtenis, er ook in waren geslaagd om te ontsnappen aan de sabels en handboei en van de gendarmen. Zij kenden niet ver van de plaats waar het gevecht had plaats gehad een grot in een ravijn; zonder gezien te zijn hadden zij er zich in verscholen en daar twee weken geleefd, terwijl zij slechts 's nacht3 hunne schuilplaats verlieten om op stroop tocht te gaan. WillLm, die zich slecht in dezea toe stand kon schikken had tot Richard gezegd „lx ver veel mij, niets weerhoudt ons hier in het land, bat ons weggaan en gaan waarheen de duivel ons voert. De duivel leidde hen langs donkere wegen, liet hen eene reeks avonturen doorleven, waardoor de politie hen dikwijls op de hielen zat en ten slotte voerde hij hen naar Parije. „Parijs!" mompelde William terwijl hij den ander in de rede viel. „Parijs, de stad van de vreugde en het genoegenJa daar heb ik de beste oogenblikken van mijn leven doorgebracht." „En ook de kwaadste," antwoordde de oudste. „In den beginne leefden wij er vrij kalm eene gelukkige ont moeting, de ontmoeting met een rijken prachter, die van de markt terugkeerde langs een eenzamen weg, had ons een aardig sommetje opgeleverd, weinige dagen voor onze komst in de grootu stad en wij leefden in vrede als onschuldige renteniers. Onzen tijd brachten wij door met het bezoeken van monumenten, met het bestu- deeren van de zeden en gewoonten der Parijzeoaars. de theaters met een bezoek te vereeren, kortom met ons te gewennen aan de atmosfeer der hoofdstad. Langzamerhand verloren wij onze linksehe manieren en ons dialect van Beneden-Bretagne. Een ijverig lezen van de laatste romans droeg t ok veel bij tot onze ont wikkeling. De bestudeering der hoofsche manieren van de fransche dandies deed on^ onze manieren veel veranderen. Wij zouden eemakkeliik pnnftdio- tni Hpti bloem van de boulevards-bezoekers behoord hebben, zoo wij slechts vijf en twintig duizend Irar.cs rente hu iden gehad. Helaas ontbrak ons dit cijfer op het gnn boek en werden wij weer genoodzaakt ons beroep tj her vatten." „Wat een heerlijk laven," zuchtte William, „zijne dagen door te brengen in eene omgeving van weelde en overvloed en veilig en onbezorgd rond te loopen." „Bahdat kan toch niet steeds voortduren, onrekas r akte uitgeput; wij waren wel genoodzaakt ze opnieuw te vullen. Drie jaar lang leefden wij dus van de op brengst der nieuwe nachtelijke avonturen. Zelden ver lieten wij in dien tijd de stad en wij zorgden er wel voor, dat wij slechts rijke of schijnbaar rijke menschen aanklampten. Stoutmoedigheid deed ons slagen. Dank zij dien talisman van gestaalde gemoederen hadden wij ons wellicht nog in de parijsche zon kunnen koeste ren, die met het oog op Williams zw k gestel zeer te verkiezen ie boven die te Londen, als wij niet de dom heid hadden gehad ons te verbinden met een domoor en lafaard, die zich liet arresteren en ons overleverde. Gevangen genomen en veroordeeld gelukte het ons wel dra te ontvluchten en wij staken ever naar Engeland, terwijl wij hadden gezworen ons op den verrader te wreken. Wij hebben woord gehouden. Het vorig jaar ia de man uit de gevangenis ontslagen en weldra vond men hem vermoord liggen in de etiaat, waar hij woonde." Wordt vervolgd)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1895 | | pagina 2