Tweede Editie
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
De slem van hst geweten,
13e Jaargang
Vrijdag 29 November 1895
No. 2808
M S DAGBLAD
Yoor Haarlem per 3 maandenf 1.20
- Yoor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der
gemeente), per 3 maanden„1.30
Franco door net gelieele Rijk, per 3 maanden1,65
Afzonderlijke nummers0.05
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.30
de omstikken en franco per post0.37J/o
AnVEE-TEXTTIEÏT:
Yan 1—5 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Groote letters! naar plaa
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cent per regel.
Abonnementen en Ad vertent ïên worden aangenomen door onze Agen
en door alle Boekhandelaren en Courantiers?.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureaux: Kleine Houtstraat 14, Haarlem. Telefoonnummer 122.
Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicity FJrangi.ro G. L. DAUBE A Co. JOHN F. JONES, Snee., Parijs 3lbis Fauhaurg Mmtm
Agenten voor dit Blad in den omtrek zijn: Bloemendaal Santpoort en Schoten, P. v. d. RAADT, Santpoort; Heemstede, J. LEUVEN, bij de Tol; Haarlemmermeer, C. DOEKE3; Spaarndam, C. HARTENDORP;
Zandvoort, J. ZWEMMER; Vei'en, L. VENUS; IJmuidUnJ. J. TJADEN; Beverwijk, H. JUNGERIE-, Koningstraat. Genoemde Agenten nemen Abonnementen en Advertentiën aan.
Politiek Overzicht.
In de Franscbe Kamer zijn Woens
dag de interpellatiën behandeld be
treffende het beleid betoond bij de
expeditie op Madagascar.
In antwoord op de interpellatiën
gaf de Minister van Buitenlandsche
Zaken uitvoerige inlichtingen.
Hy zeide, dat de expeditie roemrijk
geëindigd is, dank zij den helden
moed en de krijgstucht van het leger
en de energie dor officieren en van
den opperbevelhebber. Madagascar
is thans een Fransche bezitting. Do
expeditie is gepaard gegaan met op
offeringen die een ruime schadeloos
stelling en definitieve waarborgen
eischen. De regeering moet de be
sluiten doen kennen, welke met het
oog op dezen toestand noodig zijn.
Moeilijkheden met het buitenland
kunnen daaruit niet voortvloeien,
want het is wel niet noodig te ver
klaren, dat wij de verbintenissen,
aangegaan tegenover zekere buiten
landsche mogendheden, zullen eer
biedigen wat betreft de verplichtin
gen we'ke de Howa's op zioh geno
men hebben, zonder die te waarbor
gen, zullen wij de regelen van het
internationaal recht zoo loyaal moge
lijk doen naleven. Onder dit dubbele
voorbehoud zullen wij alle rechten
die voor ons uit de bezetting van het
eiland voortvloeien, uitoefenen. Wat
de binnenlandsche organisatie van
het eiland betreft, zijn wij van oor
deel dat ons gezag zoo volledig moet
gehandhaafd blijven als de veiligheid
van onze belangen zal veroorloven.
De koningin moet in het minst niet
in hare waardigheid gekrenkt wor
den. Het is niet wensohelijk, het
inlandsch bestuur door een fransch
te vervangen, maar wij zullen er
verbeteringen in aanbrengen.
De onderwerping der Hova's wordt
geconstateerd in een tractaat en de
daarbij behoorende conventie, welke
door de koningin zyn bek^chtigd.
Wij zijn niet voornemens, deze over
eenkomsten te verwerpen evenwel,
alvorens den tekst van het definitief
tractaat aan de goedkeuring der Ka
mer te onderwerpen, kenden naar
onze meening de beginselen welke
wij zooeven hebben ontvouwd, soher-
per gefurmuleerd worden. De regee
ring is van oordeel, dat h6t noodig
was in deze teksten zekere wijzigin
gen aan te breDgen, ten einde elke
vergissing te vermijden en de moge
lijkheid van nieuwe conflicten te
voorkomen. Wij hebben, aldus ein
digde de minister, besloten de noodige
maatregelen le nemen opdat een
definitief voorstel overeenkomstig de
gegeven verklaringen binnenkort aan
de goedkeuring der Kamer kan wor
den onderworpen.
Gedurende de discussies die hierop
volgden, was de Kamer nogal vrij ru
moerig.
De president der Kamer stelde voor
om over te gaan tot de behandeling
der begrooting, maar toc-n dit verzet
uitlokte verklaarde Bourgeois, dat de
regeering bereid was om de vragen
der Kamer betreffende Madagascar
te beantwoorden, behalve betreffende
het tractaat, dat nog moet worden
onderzocht. De linkerzijde, uiterste
linkerzijde en een deel van het Cen
trum juichten deze medeieeliDg toe.
De vorige minister-president Ribot
verdedigde het oorspronkelijk trac
taat en verlangde, dat de documen
ten betreffende Madagascar aan de
Kamer zullen worden voorgelegd,
waarop Berthelot antwoordde, d t een
geelboek door de regeering zal wor
den uitgegeven.
Een scherpe discussie volgde op
de interpellatie van Pierre Alype over
de fouten by het begin der expeditie
gemaakt. De minister Lockry en
Cavaignac beantwoordden hem. In
zijn repliek verklaarde laatstgenoem
de, dat het repatrioeren der zieken
inderdaad een bedroevend schouw
spel was, maar dit was een gevolg
van oen ijzeren wet.
„Doch als gij de discussie geëin
digd hebt," riep spreker der Kamer
toe, „hoed u dan voor het toegeven
aan den lust om een zondebok aan
te wijzen. De democratie kan er op
rekenen, dat de koloniale strijd
krachten zullen georga niseerd wor
den."
Ook Jaurè3 deed eenige vragen.
Zijn partijgenoot Jourde diende een
ontwerp-besluitin,strekkende om eene
commissie van enquête te benoemen,
waartegen de regeering zich verzette
en dat met 409 togen 112 stemmen
verworpen werd.
Met 426 tegen 51 stemmen werd
een voorstel om de verklaringen der
regeering goed te keuren aangeno
men.
De radicaal-socialist Pasohal Grous-
set stelde een resolutie voor, waarvan
de strekking was, dat de vorige mi
nisters, die voor alles verantwoorde
lijk waren, in staat van beschuldiging
1 zouden gesteld worden Hij vroeg
daarvoor de urgentiedeze werd
echter verworpen met 417 tegen 48
stemmen.
De zitting werd daarna opgeheven.
Het debat dat Woensdag in de ifa-
liaansche Kamer gehouden werd, ken
merkte zich ook door groote heftig
heid. Barrilai biacht nml. ter sprake
de omkooperijen, die aan de verkie
zing van Guy tot afgevaardigde zou
den zijn voorafgegaan.
Deze antwoordde dat de omkooping
uitg:ng van personeD, die in geen
betrekking stonden tot de regeering.
Heft ge uitroepen noodzaakten den
president de vergadering te schorsen.
Na heropening stelde Crispi voor
j een commissie van enquête te benoe-
men. Dit voorstel werd naar het bu
reau der Kamer verzonden.
Imbriani, interpelleerende over de
buitenlandsche staatkunde derregee-
rirg, zeide dat Italië geen der belan
gen, welke elkaar de nalatenschap
van Turkije betwisten, moest dienen.
De limes verneemt uit Konstanti-
nopelDe sultan blijft de groote
mogendheden weigeren, hare scheeps
macht in den Bosporus te vermeer-
i deren, tegen het advies van den
ministerraad in- Ook de grootvizier
heeft vergeefs getracht den sultan te
overreden. Z. M. schijnt meer gene
gen te luisteren naar den raad van
den prefect van politie, die hem
waarschuwde, dat inwilliging van het
verzoek der groote mogendheden
gevaarlijke gevolgen kon hebben.
Moerad Bey, lid van den r ad van
administratie der Turkeche staats
schuld, is heimelijk naar Sewastópol
uitgeweken om te ontsnappen aan
eene gevangenneming, die hem dreigt
nadat hij den sultan in een brief
aanbevolen heeft, naar vrijzinniger
beginselen te regeeren. De reactionaire
Izzet heerscht oppermachtig ia het
paleis des sultans. Zijn werktuig
Enver Bey is tot gouverneur van
Pera benoemd, hetgeen een slechten j
indruk maakt.
De Standard verneemt uit Kon-'
slantinopelDe brief van den sultan
aan lord Salisbury heeft de Moslems-
partij ten zeerste ontstemd. Zij be
weren, dat de sultan daarmee zijne
waardigheid als ehalief vernederd
heeft.
In het oostenrijksche Huis van Af
gevaardigden werd Woensdag met
120 tegen 51 stemmen machtiging
verleend tot het instellen eener ge
rechtelijke vervolging tegeu den heer
Luegor (wegens den inhoud der re
devoeringen, door hem onlangs te
Weenen gehouden, waarin hy tot ver
volging der Israëlieten aanspoorde).
STAD8NIEU WS
eerste en tweede pagina.
Haarlem, 28 November.
De tweede vergadering van de
commissie inzake de grensregeling lus j
schen Haarlem en Heemstede zal i
worden gehouden op Maandag a.L,
des namiddags te 1 uur, op het stad
huis alhier.
Naar wij vernemen gaat de voor
stelling van het fransche gezelschap
in onzen sohouwburg (tournee Achard)
Zaterdag niet door.
Voor het examen van apothekers
bediende is te Breda geslaagd mej.
P. J. Moeton alhier.
Alliance franchise.
De tweede conférence van de haar-
lemsohe afdeeling van bovengenoemde
vereeniging werd Woensdagavond
gegeven in de nieuwe bovenzaal van
„do Kroon," door M. Gustave Lar-
roumet, professeur a la Sorbonne, le
Parijs.
Spreker had zijn onderwerp geput
uit een strijd, gevoerd tusschen Fer
dinand Brunetière en Jules Lemaitre
over hot cosmoporitisrae in de kunst.
Brunetière nl. beweert dat de fransche
literatuur zich moet vernieuwen door
aanraking met die van het gansohe
buitenland. Lemaitre daarentegen be
toogt, dat de fransche letterkunde
speoiaal fransoh moet blijven. De oon-
clusie van M. Larroumet was deze,
dat het volslagen cosmopolitiame eenor
literatuur onmogelijk is, omdat ieder
auteur den invloed ondergaat van
zijn afstamming, van zijn vaderland
en van zijn opvoeding Tinfluence
de la race, de la palrie et do l'éiu-
cation. Aan den anderen kant aohtte
hy het onvermijdelijk en nuttig, dat
een literatuur voortdurend den in
vloed ondergaat van het buitenland,
doch zonder daarom op te houden,
zichzelf te zijn.
Deze stelling werd door den inlei
der met voorbeelden toegelicht. Hij
schetste ons den vicomte de Chateau
briand, die door de revolutie uitFrank
rijk verdreven, in het buitenland ge
brek leed en de bitterheid in wien3
werken een gevolg is van zijn lijden
buiten het vaderland; Yictor Hugo,
die wol i3 waar zyn eerslen
triomf op het fransche theater be
haalde met een stuk dat speelt in
Spanje (Hernam) maar die daarna echt
fransche stukken gaf als „le Roi s'
amuse" en „Marion Delorme". Lamar-
line schreef weliswaar zyn eerste werk
van beteebenis in Italië en onder
italiaaaschen invloed, maar hy is
altyd by uitstek gebleven de „poète
de la familie", wiens schoonste wer
ken verbonden zijn met de herinne
ring aan zijn moeder en aan zijn
zusters. Alfred de Musset heeft altijd
gedicht de smart die bij gevoelde in
zijn eigen ziel. Waren zyne verzen
niet voortgekomen uit zijn hart, dan
zou hij geweest zijn „een poète ingé-
cieux', maar nooit geworden zijn
„un grand poète".
Honoré de Balzac is bijna nooit
Frankrijk uit geweest, Gu3tave Flau
bert schreef zijne werken op 'tland,
hij verveelde zich te Parijs. Zijn
„madame Bovary" is dan ook de
geschiedenis van epne femme de cam
pagne, eene provinoiale. Zola heeft
maar éen werk geschreven, „de his-
toire naturelle et sociale d'une familie
sous le second empire", de serie der
„Rougon Macquart"; de Gcncourts
stelden altyd hunne personen voor
in parijsclie milieux en ook de romans
van Alphonse Daudet zijn evenzeer
speciaal fransch. „Ses livr.s," zeide
spreker, „respirent le parfum de la
terre proven<?ale."
Men heeft gemeend te kunnen put
ten uit Ibsen, Björnson en andere
noorsshe schrijvers, om de fransche
literatuur te vernieuwen, maar Ibsens
„Maison de poupée" (bij ons bekend
als Noradoet wat de bewerking
betreft denken aan Dumas fils. Er
komen wel ideeën in voor, die niet
van Dumas zijn, maar die nim
mer fransch zullen worden.
Toch zyn de fransche auteurs altijd
ter sohool gegaan bij het buitenland.
Hoe zou dat, vroeg spreker, anders
kunnen Geografisch beschouwd
raakt Frankrijk Spanje, Duitschland.
Italië, Belgiëhet is als het ware het
reservoir van de letterkundige stroo
mingen in Europa, die hunne invloeden
op den fransohen auteur geenszins
missen, maar toch zijne originaliteit
niet kunnen bedelven, omdat vooral
de opvoeding dat belet. „II ne peut,"
zeide M. Larroumet, „il ne peut ar
racher de son peau le tissu de
Nessus, dort son éducation l'a revêtu."
Getuige Paul Bourget, die veel reist,
maar wiens roman-personen toch altijd
Parijzenaars zijn.
Deze aangenaam voorgedragen li
teratuurstudie werd met aandacht
gevolgd. Het zaaltje leent zich wel
tot dergelijke bijeenkomsten, maar
het was er veel te koud. Menigeen
dook in mantel of jas weg. Men moet
niet vergeten, dat het gasgloeilioht
niet als de vroegere vrije gasvlam,
een warmte geeft, die desnoods de
kachel kan vervangen.
De Sr. Xleoïaasarond valt op
Donderdag a. s Er wordt naar
men weet in de laatste drie dagen
nog het incest gekocht, zoodat
het Nummer van dit Blad, dal
Z ITERDAC! VOND verschijnt
rcer het plaatsen van
St. hiGQLAftS-ADVERTENTIEN
bij uitstek geschikt is.
Spoedige Inlevering zal ouder
geteckendc aangenaam zijn. Tooi
de opneming van annonces, die
na VRIJDAGAVOND Tl EN UUR
inkomen, kan niet worden in
gestaan.
J. C,
Directeur Uitgever.
Schouwburg.
Ben liethebbers van het blijspel
wacht morgen weder een aangename
avond. Yan Lier's gezelschap geeft
dan „Het verdoolde schaap", blyspel
in vier bedrijven naar het Fransch
van Eugène Grangé en Victor Ber
nard met mevrouw Guusje Poolman
als Angèle de Lussan (het verdoolde
schaap). Het moet een allerdolste
kluoht wezen, waarbij men voortdu
rend zit te schudden van het lachen
een van die stukken, die, al moge het
dan geen diepen indruk maken, tooh
altyd nog eene vroolijke herinnering
achterlaat. Zy, die weten hoe aar
dig mevr. Poolman daarin kan wezen,
zullen niet bevreesd behoeven te zijn,
hun avond te moeten beklagen.
BINNENLAND,
Parlementaire Praatjes.
De Kamer begon Woensdagochtend
reeds om 10 uur te werken, niet
dadelijk aan het personeel, daar eerst
een aantal wetsontwerpen, tot afdoe
ning gereed, haar aandacht vorderde.
De overeenkomst met Duitschland
betreffende de verbetering van het
Niers-kanaal (Gelderland) en de be-
neden-Niers, gaf den heer Van Al
phen gelegenheid, tegenover den
minister van binnenl. zaken die ons
belang bij deze overeenkomst betoog
de, op te merken dat dit belang ge
ring was en wij eigenlijk niet kregen
wat we wilden het kanaal Almelo—
Nordhorn.
Het wetsontwerp werd intussohen
aangenomen.
By het wetsontwerp ter verheoging
van de Waterstaatsbegrooting van
1895, maakte de heer Kerdijk bezwaar
tegen de f 90.000 voor den bouw van
een postpakketten-aanneemkantoor in
de Raadhuisstraat te Amsterdam. Hij
stelde dus een belangrijke verminde
ring voor van de aangevraagde geld
sommen. En ook de heer Rutgers,
die het geheele werk te Amsterdam
knoeiwerk noemde, meende dat men
met een huurhuis kon volstaan. De
verdediging van den Min. van Wa
terstaat kon niet baten, toen ook de
O. v. R. zich schaarde aan de zijde
des heeren Kerdijk, wiens amend,
werd aangenomen met 62 tegen 14
stemmen.
Onder de verder aangenomen wets
ontwerpen was dat voor de verbete
ring van den waterweg tusscben den
IJssel en de Ringvaart van den Haar
lemmermeerpolder.
Nadat het „klein goed" was afge
daan kwam men weder tot de Per-
soneele belasting en wel by art. 12
oen belengiyk artikel, zoowel om de
vaststelling der minima van belast
baarheid als om het direct of indirect
verband met het kiesrecht.
Er was nu bij het amend Roessingh
nog een gekomen nl. van den heer
Heldt om de cijfers voor de verschil
lende klassen te brengen van: f125
op f135, van f112 50 op f 122.50,
van f 100 op f 110, van 187.50 op
f97.50, van f75 op f85, van f62.50
op f 72 50, van f 50 op 1' 60, van f 37.50
op f47.50 en van f25 op f35. Hij
verdedigde dit amend, op grond dat
velen, vooral werklieden niet bij
machte zijn ook zelfs den minimum
aanslag te betalen, 't Ls zoo moeilijk
zeide de heer Hintzen cm over
cijfers te praten. We hebben er do
gegevens niet voor. Voor zoover bij
kon nagaan was de belasting,zooalsdie
thans werd voorgesteld, volstrekt niet
drukkend voor iemand die f2,50 per
week verwoonde. Daarentegen ver
klaarde de heer Ferf zich voor het
amend-Heldt en evenzoo de heer
Bouman, die meende dat het verlies
voor de schatkist niet groot kan zijn
omdat vele van de lage aanslagen
toch oninbaar zouden blijken te zijn.
Dit kwam de heer Gerritsen die
overigens den heer Truijen bestreodt
bevestigen, met de mededeeling dat
in Amsterdam 9000 aauslagen (huur
waarde f70) oninvorderbaar zijn ge
bleken wegens onmacht. En hij waB
'tdus volkomen eens met den heer
Heldt. Alles overdrijving beweerde
eohter de heer Staalman goed voor
volksvergaderingen. Arbeiders die in
groote steden een paar gulden huur
verwonen konden ook wel anderhalve
gulden belasting betalen. Waar niets
te betalen is zal de fiscus er wel van
zelf van aizien. Bovendien beging
men door het amend.-Heldt kiezers-
moord op groote schaal en er waren
andere middelen om den kleinen man
te ontlasten. Hij was vóór het amend.-
Iioessingh.
De minister bestreedt beide amen
dementen. Hij vond f25 in de laagste
klasse geen te laag bedrag. Het was
onmogelijk om te zeggen wat nu
niet betaalt, blijft vrij, want er waren
tsllooB veleD. nu vrij, die wel een
kleinigheid betalen konden. En zou
men du duizenden vrijstellen om
I anderen weer zwaarder te belasten
Dat kon de Min. niet gedoogen. Want
door het amend.-Heldt zouden Y» van
'alle belastingplichtigen vrijvallen en
J de schatkist een groot verlies lijden.
I Dat amend, werd ook door de C.
ly. R. ontraden, terwijl zij het amend.-
j Roessingh scheen aan te bevelen.
I Het debat werd, na enkele replieken
!g68l0leD.
Het amendement van den heer
1 Heldt word hierop verworpen met 02
tegen 32 ftemmen.
Voor stemden de heeren de Boor,
de Kanter, Roessingh, Drucker, Zijp,
Kerdijk, Willinge, Bouman, Houwing,
Lely, Sohaafsma, Smeenge, Schepel.
Seret, van Deinse, Heldt, Pyttersen,
FEUILLETON.
Naar het fransch
van
ETIENNE ENAULT.
[HOOFDSTUK X.
32)
Camilla liet zich in de armen van haar vader vallen,
die haar teeder omhelsde, want in verband met zijn
welbegrepen eigenbelang, was zij zeker het dierbaarste,
wat hij op de wereld bezat; hij nam zijnpseudc-vader-
schap ernstig op, vooral nu zijne dochter de vrouw was
van een millionair. Maxime drukte hem de hand en
betaalde vervolgens den koetsier.
In dien' tusscbentijd begroette Camille de dienaren
van hot huis, die eene oprechte vreugde openbaarden
nu zij haar voortaan te gehoorzamen hadden.
„Waar is Simplice?" vroeg zij na hem te vergeefs
met de oogen te hebben gezocht.
„Stellig in het park bezig met het uithalen van vc-
„Inderdaad? Klimt hij dan in de boomen?"
„Ja mevrouw, als een eekhorentje."
„Maar als hij eens valt, die arme jongen."
„O ir.evrouw, daar is geen gevaar voor, want hij is
zro behendig als een aap; hij heeft reeds eene volière
vol."
„Ik wist wel dat hij een hartstocht had voor bloemen,
maar niet voor vogels."
„Idioten veranderen dikwijls van gedachten," merkte
de voedster op. „Simplice geeft niets meer om bloemen,
wanneer hij daarentegen een mooi vinkje of winter
koninkje weet te vargen, dan is hij den hemel te rijk en
zegt steeds opgetogen als bij ze in de kooi sluit: „Die
is voor de kleine fee."
Camille herinnerde zich, dat Antonine inderdaad eens
op een dag had gezegd, waar Simplice bij was, dat zij
veel van vogels hieldzij begon bij deze herinnering
te lachen.
„Nu begrijp ik het," fluisterde zij.
En luider vervolgde zij
„Als ie den goeden jongen ziet, zeg hem dan, dat
wij teruggekeerd zijn. Ik verlang er naar hem weer te
zien."
De bedienden bogen, en gearmd met haar man begaf
zij zich naar haar vertrek.
Wat wij steeds het meeste vreezen doet ons dikwijls het
min6t aan. Maxime was bizonder beangst geweest voor de
aandoening van zijn terugkeer op het kasteel. In werkelijk
heid had het aanschouwen van zijne woonplaats, wat
hem in zijne verbeelding van verre zoo dreigend had
toegeschenen, weinig indruk op hem gemaakt. Geen
«nfcplft ntflpn w«r tfifffin hem nnvestaan. ceen enkele
boom door den wind bewogen, had hem dreigend toe-
geruischt. Alles had hem integendeel toegelachen, de
omgeving en de menscben. De hemel was blauw ge
bleven en begon nu sterren te vertoonende boomtak
ken rnischten zachtjesin het kasteel werden de kaar
sen opgestoken om de schemering te verdrijven en het
had maar weinig gescheeld of de bedienden hadden uit
geroepen evenals voorheen de vazallen bij den terugkeer
van den eigenaar van het kasteel: leve onze heerDeze
hartelijkheid reeds bij den aanvaDg maakte een goeden
indruk, aldas was tenminste Maximes oordeel. Hij ver
heugde zich er over en de moed die hij verzamelde bij
de gedachte dat by dien noodig kon hebben was onge
veer verdubbeld door zijn gevoel van veiligheid, ea
bijna vermetelheid gewordeD. Hij besloot dan ook on
middellijk het gevaar te trotEeereri, zonder te talmen
den onzichtbaren vijand te tarten, wiens stem hem reeds
twee malen zoo hevig had verbijsterd.
In dezen toestand was het niet meer dan natuurlijk,
dat hij zich het allereerst begaf naar de kamer, waarin
Jean Tréhouart was overleden.
Dit geschiedde dan ook. Na Camille te hebben ver
laten met de belofte in de eetkamer weer bij haar te
zullen komen, liep hij eene trap op die de gang in twee
hellten verdeelde, waarop al de deuren der kamers van
de eerste verdieping uitkwamen en bleef staan voor eene
deur, waarvan hij haastig den sleutel omdraaide. Eene
seconde later liep hy met flinke, vaste schreden, maar
te afgemeten om ongedwongen te zijn, naar alle hoeken
van de vroegere kamer van zijn oom. Er waB niets
veranderdalles was zorgvuldig in denzelfden toestand
eelaten als bij het leven van den grijsaard. De alcoof
was nog verborgen door de groen damasten gordijnen;
de kleine secretaire in palissanderhout stond r.o/ op
hare gewone plaats; zelfs in den haard lag ongetwijfeld
nog de asch van het laatste vuur, waaraan de sterven
de zich verwarmd had. Maxime bekeek dat alles met
eene kalmte, die niet naliet hem zelf te verrassen. De
duisternis, die fcan.l over hand toenam, kon zelfs niet
die lichte huivering te weeg brengen, die men onwille
keurig geroelt in eene sombere omgeving, die aan een
doode nerinnert. Hij meende voortaan sterk te zijn
tegen alle verrassende ontroeringen en mompelde vast
beraden
„Komaan, alles gaat goed."
Toch wilde hij de proeinemïng nor voortzetten en
begaf zich naar de kamer, die hij als jongeling had
bewoond, dezelfde kamer waarin hij voor de eerste
maal de noodlottige woorden had gehoord als een ver
verwijderde echo van de 6tem des dooden. Zso kalm
mogelijk trad hij hier binnen, bleef eenige minuten
tegen den kant van den schoorsteenmantel geleund
staan, kruis'e de armen over de borst en luisterde
naar de geluiden, die tot hem kwamen. Geen enkele
van die geluiden kon e:n bizonderen indruk op hem
makenhij hoorde niets buitengewoons of onverklaar
baars.
Wordt vervolgd).