Tweefe Editie. yJFLMBILJElTEI NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. FEUILLETON. De stem van het geweten '39 Jaargang Dinsdag 3 December 1885 No. £811 HAARLEM S DAGBLAD j^HBOisrisrEavdiEiisrTsn^ivJS: Voor Haarlem per 3 maandenf 1.20 Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente), per 8 maanden1.30 Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden. 1.65 Afzonderlijke nummers0.05 Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.30 J de omstreken en franco per post0.371/2 ADYEaTENTIEDST: Van 1—5 regels 50 Cts.; i egel meer 10 Cts. Groote letters naai' plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Reclames 20 Cent per regel. inncmenten en Advertentie-n worden aangenomen door onze Agenten en door allo Boekhandelaren en Courantiers. Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Bureaux: Kleine Houtstraat 14. Haarlem. Telefoonnummer 122. Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangcre L. DAUBE <C- Co. JOHN F. JONES, Succ., Parijs 3Ibis Faubourg Monti Agenten voor dit Blad in den omtrek zijn: Bhcmendaal Santpoort en ScholenP. v. d. RAADT, Santpoort; Heemstede, J. LEUVEN, bij de Tol; Haarlemmermeer, C. DOEKES; Spaarndam, C. HARTENDORP ZandvoortJ. ZWEMMER; VelsenL. VENUS; IJmuidenJ. J. TJADEN; Beverwijk, H. JUNGERIEf, Koningstraat. Genoemde Agenten nemen Abonnementen en Adverteutiën aan. BILJETTEN voor Veilingen ca Aanbestedingen, voor Fccsteljjb- heden, Concoursen eUc hrw men ter gtcossdrukïicril var. Bfiad tot hoogst billijken pi ,|9 laten trokken. Meuwste Lettersoorten, Spoe dige «Severing. De Directeur Uitgever J. c. Officiëele Berichten. De burgemeester van Haarlem, brengt bij deze ter kennis van de ingezetenen dezer gemeente, dat de op den 27en November jl. executoir verklaarde voljaars kohieren op de bedrijfsbelasting dezer gemeente, dienst 1895 1S96, op heden aan den ontvanger der directe belastingen zijn ter hand gesteld. Wordende de ingezetenen tevens herinnerd, dat de belastingschuldigen verplicht zijn hunnen aanslag op den bij de wet bepaalden voet te vol doen. Haarlem, 2S Nov. 1895. De Burgemeester voornoemd, BOREEL. Politiek Overzicht. Terwijl de hongaarsohe minister van binnenlandsoho zaken Perzoei en de afgevaardigde Andreansky in een duel de openlijke veete tusschen hen ontstaan in de zittingszaal, hebben uitgevochten met den sabei en wel op bloedige wijze, daar laatstgenoemde door een sabelhouw stig op het hoofd werd gewond, voert de turksche sultan nog steeds een langdurig tweegevecht met de vereenigde «pgendheden, waarbij hij tegen hunj^nachlige wapen3 moet strijden met het wapen, dat het Dar- danellencontract hem geeft. De correspondenten vau de Eugel- sche bladen te Konstantinopel seinen eenstemmig dat de Sultan voortgaat met de toestemming te weigeren tot vermeerdering van de vloot van de groote mogendheden in den Bospo rus, hoewel sir Philip Currie een onderhoud van twee uur met den Sultan heeft gehad. De Padisjah liet Saïd Pasj a 's nachts bezoeken afleggen de verschillende ambassadeurs, teneinde deze over te halen af te zien van hun verzoek aangaande het tweede wachtschip. De Sultan blijft daarbij rekenen op verdeeld- fceid tusschen de groote mogendhe den, hoewel het bericht van de Daily News Vrijdag niet bevestigd wordt. Naar de Daily Chronicle uit Kon stantinopel verneemt, duidt alles aan dat het eendrachtig samengaan van mogendheden, waarvan Salisbury heeft gewaagd, geheel fictief is anders zou het verzoek aangaande de tweede wachtschepen reeds toegestaan wezen. Naar luid van een bericht uit Athene aan den Standard heerscht daar groote bedrijvigheid in de rijks arsenalen. Uit Dzjoelma verneemt de Times dat de Turkshe ruiterij ettelijke Armeensohe dorpen tusschen Wan en de Perzische grens heeft verwoest. Een aanzienlijk getal Armeniërs is gedood, en de overblq venden zijn gevlucht binnen do muren van Wan, waar ook een slachting wordt ver wacht, want de Turken maken er zich gereed om de straten te beschieten. Koerden hebben het Perzische dorp Kotoer aaDgetast, maar het garni zoen van het fort wierp ze terug. Gewapende benden Armeniërs trek ken van over de Perzische grens naar Wan. Aanhoudend worden bloedige gevechten geleverd. Te St. Petersburg is men niet te vreden met de weigering van Sultan Abdoel Hamid betreffende de ver sterking der Europeesche wachtsche pen in de zee van Marmora. Tenminste de correspondent van de Indépendance Beige te St. Peters- burg seint van 1 Deo „De aarze ling des Sultans in deze quaestie maakt hier een ongunstigen indruk Alle bladen keuren de houding der Porte af. De Novosti betoogt, dat de Sultan spoedig zijn verzet zal moeten opgeven, indien hij althans zijne positie niet veel erger -wil maken." Verder blijven de berichten tegen strijdig. Zoo o. a wordt uit Rome geseind aan de Matin„Daar de Sultan zijne toestemming heeft ge geven, is het aiviesjacht Archimedes de Dardanellen reeds gepasseerd en bevindt zich in de zee van Marmora." Tegelijkertijd ech<er wordt uit Lon den aan de New- York herald gemeld „Daar de zaak no? steeds hangende i-, keerde de Engelsche kanonneer boot Dryade, die nanr de Dardanel len was gezonden, terug naar het Engelsche eskader, dat zich bij Sa- I niki bevindt." Men komt daardoor dus niet veel verder. Volgens den Londenschen correspondent van de Eclair is er daar nog niets van bekend, dat een der Europeesche oorlogsschepen reeds de straat der Dardanellen is doorge stoomd. Te Post is het gerucht in omloop, dat de regeeriDg er over d9nkt om tot ontbinding van de Kamer over te gaan. Wel is waar, verklaarde de minister-president, baron Banffy, on langs, dat hij alleen tot een dergelij- ken maatregel zou overgaan, indien hij daartoe door buitengewone gebeur tenissen werd genoodzaakt, maar nu wordt beweerd, dat de heftige oppo sitie, welke de clerioalen sedert eeni- gen tijd tegen de regeering voeren, tot een ontbinding der Kamer kan leiden, voordat het mandaat der afge vaardigden is geëindigd. De prinsen Ferdinand en Charles de Bourbon, zoons van den graaf van Caserto hebben verlof gevraagd om als artillerie officieren te mogen deel nemen aan den veldtooht op Cuba. Men verwaoht dat 6000 Spanjaarden uit Algerië zioh als vrijwilligers bq het leger op Cuba zullen aansluiten. Te New-York is een groote meeting gehouden om sympathie te betuigen i voor de opstandelingen. De meeting ging uit van een Cubaansche club en de meeste aanwezigen waren ook Cubanende hoofdredacteur van dé Sun leidde de bijeenkomst en hield ook de voornaamste rede. Er werden brieven voorgelezen van de gouver neurs van Colorado, Texas, Wisconsin en Noord-Dakota, den senator Chan dler en den industrieel Carnegie, die allen de wenschelqkheid van de onaf hankelijkheid van Cuba betoogden. De meeling besloot, president Cleve land en het congres uit te noodigen, de opstandelingen te erkennen als oorlogvoerende partij. STA i)SNISU WS eersteen derde pagina Haarlem, 2 December. Door mej. B. Buysing Damsté wordt ontslag gevraagd als onder wijzeres aan de 2de Burgerschool te Haarlem. Voordraoht voor onderwijzer 3e i kl. aan school D: A. J. Huese, Bloe mendaal, W. de Boer, Zaandam, A. j Franse, Heemstede. Het Vliegend Wiel. Behalve de gewone uitvoeringen j met bal, heeft het bestuur van boven genoemde vereeniging, dat er altijd op uit is om het genoegen der leden te bevorderen, besloten om ook eenige lezingen te doen houden. De eerste dezer lezingen had Zaterdag avond plaats. Als spreker trad op de bekende, zoo populaire acteur, de heer C. P. T. Bigot. Men zal begrijpen dat onze ver wachting hoog gespannen was. Wij hadden den heer Bigot reeds zoovele malen bewonderd, dat wij het zeer waardeerden hem nu eens een ge- heelen avond te mogen hooren in verschillende voordrachten, waarin hij zeker wel met zijn talenten woe keren zou. Ronduit gezegd, de ken nismaking met Bigot als spreker heeft ons bizonder veel genoegen gedaan en ODze verwachting niet teleur ge- j steld. Het programma was uit een acht tal nummers samengesteld, gedeelte-; lijk ernstige, gedeeltelijk luimige j voordrachten. Het eerste nummer van het programma „de laatste oogen-j blikken van een tooneelkapper" gafj den Heer Bigotde gelegenheid te toonen over welke talenten hq te beschikken heeft. Wanneer hq, afge wezen door den vader van zijn meisje,1 besluit door kolendamp een eind aan zijn leven te maken en dan een laatste afsobeid neemt van zijn geliefde; pruiken, kan hij de verzoeking niet wee staaD, om 2ich nog even in de rollen te verplaatsen, waartoe de versohi'lende pruiken gediend; hebben en wanneer hij dan! opkomt als Harpagon uit „deVrek"! van Molière, dan is de verandering van gelaatsuitdrukking zoo volkomen, j dat men hem niet herkend. Buiten gewoon goed stelde hij ons dit ka-1 rakter voor; aangrijpend schoon was ook de wijze waarop hij in het karakter van den Ouden Vader, eene scène uit „Myn Leopold" ver tolkte, doch als hij ten slotte eenige gesohiedenisjes vertelt, die onvermij delijk gevolgd moeten worden door zyn overbekend „Mensch, erger je niet'' dan schatert het publiek van het lachen. Alle door hem gehouden voor draohten aldus te bespreken gaat natuurlijk niet. Hoewel de spreker een buitengewoon succes had en het publiek den geheelen avond öf deed schudden van het lachen, of het een traan in het oog wist te toovereD, ver dienen eene bijzondere vermelding „In het voorvertrek van den minister" en „Waarom ik zoo vroeg getrouwd ben." Waarlijk het Bestuur van „Het Vliegend WieP'deed eene goede keuze met den heer Bigot uit te noodigen voor deze lezing. Genoemde heer bezit de maoht om zijn auditorium den geheelen avond zoodanig te boeien, dat men het betreurt het uurtje van scheiden te hooren slaan. De heer Bigot schijnt als spreker nog niet voldoende bekend te zijn, ware dit het geval, de opkomst der leden zoude voorzeker nog grooter zijn geweest. Wq twijfelen er niet aan of hq zal met den avond van Zaterdag het qs gebroken hebben en wanneer hij weder in Haarlem komt, een grooter aantal toehoorders om zich heen zien. De aanwezigen van Zater dag gaven herhaalde'ijk de ondub- belzinnigste bewijzen van groot en bijval. Een warm woord van hulde aan het bestuur van het Vliegend Wiel is hier voorzeker op zijn plaats. Met dezen voordrachtenavond heeft het opnieuw een duidelijk bewijs gegeven dat het ailes wil aanwenden, om het den leden recht aangenaam te maken. v. E. BINNENLAND, Haagsche Brieven. XLVII. 11 ny a pas dire de kinderen spelen in deze dagen een belang rijke rol. Niet alleen in de Tweede Kamer ODzer Sta ten-generaal. Hun invloed op de heffing van de personeele be lasting heb ik dezer dagen al in het breede terteld. En ik zou er niet op terugkomen, ware het niet, dat van enkele zijden de opmerking is ge maakt, dat voor het amendement van den heer Bahlmann, om voor elk kind 5 pet af te trekken, bij voorkeur ge stemd is door die leden der Kamer die groote gezinnen hebben. Ik ben niet bekend met de fami lieomstandigheden van alle leden der Kamer, maar ik weet toch, dat onder de tegenstemmers versohillende va ders van gezinnen waren, zooals de heer de Beaufort. Waar tegenover staat, dat er ook waren onder de voor stemmers, zooals de heeren Rink en Kuyper, die met tamelijk veel kin deren moeten gezegend zijn. Maar ik vind het verkeerd, dat zulke dingen worden gezegd men mag, dunkt mij, voldoende vertrouwen stellen in de probiteit, in de onbaatzuchtigheid onzer staatsliederen, om tegelooven, dat zy van eigen belangen hun stem niet afhankelijk makeD. Erkent moet echter worden, dat zij daartoe geen aanleiding moeten geven. Zoo is net elkeen opgevallen, dat dr.Kuyporin de Kamer verscheen na een afwezig heid van bijna drie maanden. Ware hij niet gekomen dan zou hij juist ingevolge de wettelijke bepalingen, een trimestre van de jaar- lyksche vergoeding, d. i. 500 gulden, hebben verbeurd En aangezien zijn aanwezigheid in de Kamer door re denen van partij-politiek niet werd gevorderd, ligt het eenigszins voor de hand, dat men zich verwonderd, afvroeg: kwam hjj nu voor het amen- dement-Bahlmann of voor de 500 pop? Sauver les apparenccs is ook een kunst, een kurst die Staatslieden en regeerders dienen te verstaan. Om in dezelfde gedachten-lyn te blyven. Met verbazing, met veront waardiging zelfs is het bericht ver nomen, dat de Reg. de conversie on zer 3 pet. schuld aan een consortium wil opdragen. De socialistische bla den hebben al eenigen tijd geleden voorspeld, dat dit zou gebeuren, onder bijvoeging van min v.'eieudecocclusies aan het adres der Ministers. Ik behoef zeker niet duidelijk te maken wat zij bedeelden; men herinnert zich de praatjes die geloopen hebben over de conversie-Bloem. En nu niet al leen om den schijn te vermijden maar, ook naar het oordeel van zeer bekwame financiers, om zuiver finac- cieele redenen en om redenen van staatsbelang, had de Reg. van de hulp van een bankiersconsortium moeten afzien. Nu, tot de kinderen terugkeerende, ik zeide, dat zij dezer dagen een belang rijke rol spelen. Niet alleen met het oog op het St Nicolaasfeest, dat immers een kinderfeest is bij uitnemendheid, een feest waarvoor in den Haag, naar de schatting van handelslieden, een paar ton goud wordt besteed. Zonder voorbij te zien de leer, dat ieder op zijn beurt producent en consument is en dat dus van een dergelijk belangrijke uitgave het algemeen pru fiteert doet het toch eenigszins smartelijk aan als men ziet, dat een zoo enorme som voor uitgaven van weelde wordt besteed, terwijl, inzon derheid door arme kleinen, nog zoo veel gebrek wordt geleden. Daarvan toch het is gevolg de oprichting eener vereeniging van onderwijzeressen en onderwijzers tot het versohaffen van kleedingstukken aan arme school gaande kinderen. En hier geldt het nog maar alleen ce gul on voit. Want van ce que Von ne voit pas, vertelt dr. Ruyach, inspecteur van het genees kundig Staatstoezicht, in de bladen iets, dat inderdaad hard is. President van het zg. Volksblad, verklaart hij met genoegen dat daarvan steeds meer gebruik wordt gemaakt, maar. I „Maar ook deelde onze badvrouw mij mede, dat zy maar al te vaak de treurige ondervinding opdeed, dat menig kind daar komt met een hemdje in zoodanigen staat, dat h6t weer aantrekken na het bad, om verschillende redenen, niet meer mo gelijk is, en ook, dat er somtijds kleinen komen, die bq hot uitkleeden talmen tot het hooge woord er uit komt. dat zij geen hemd aan het li chaam hebben." Men m8g vertrouwen, dat zijn beroep op de waarlijk eenige mild dadigheid der Hagenaren verhoord zal worden, vooral in die dagen die herinneringsdagen zijn aan hem die gesproken heeft het„Laat de kin derkous tot mij komen." De les die ongetwijfeld in deze woorden besloten ligt is deze: dat wil men de menschen verbeteren, men met de kinderen beginnen moet. Daarom heb ik ook met sympathie de poging gezien, die hier zal be proefd worden om het toezicht der onderwijzers op de kinderen ook uit te strekken buiten do school. De bedoeling schijnt, dat de schoolhoof den ook best:affend kunnen optreden tegenover wandaden begaan voor het aangaan of na het uitgaan van de school, op straat. Ieder die de Haag sche schooljeugd kent, zal het nut hiervan inzien. Er is in dit opzicht reeds veel verbeterd. De geregelde veldslagen van de eene school tegen de andere behooren reeds tot de zeldzaamheden (gelukkig, want ik behoef er maar aan te herinneren hoe indertqd de jongens van de Tee kenacademie een waar oproer in de stad hebben veroorzaakt, waarbij zelfs het optreden van huzaren, met de blanke sabel, noodig was). Maar looh wordt door de straatjeugd nog veel i baldadigheid bedreven en dit tegen te gaan acht ik de plicht van allen die het wel meenen met de jeugd, Dan zullen we misschien verlost worden van die horden die vooral des avonds de hoofdstraten onveilig maken, meisjes en vrouwen molestee- ren, vieze liedjes uitbrullen en niet schromen het mes te trekken als iemand het in zijn hoofd krijgt een hunner hardhandig te oorrigeeren. Dan zai misschien de statistiek van de misdadige jeugd minder schrik wekkende cijfers vertoonen, dan zal 't wellicht niet noodig zijn, dat een groot deel der zittingen van ons kantongerecht wordt ingenomen door de behande'ing van de gevallen van dronkenschap.' Ook ter beteugeling van het drank misbruik kan de school veel bijdra gen en indien de strijd tegen de alcohol reeds op de school begOD, dan zou het wellicht voor de geheel onthouders onnoodig worden deB Zaterdags avonds op onze groote Markt propaganda te maken. Op het goede doel, dat daarbij voorzit, ding ik niet af; met genoegen constateer ik bijv. dat van de melk en koffie- teüt der geheel-onthouders op het marktplein steeds meer en meer ge bruik wordt gemaakt, ook door de jeugd. Maar onze markt wordt niet bezooht door de élite der Haagsche maatschappij. En op een kwaden dag konden er eens klappen vallen Enfin, gebeurd is dat nog niet. H. A. GANUS Jr. Parlementaire Praatjes. De Tweede Kamer keerde Vrijdag middag reeds om half een huiswaarts de verdere beraadslagingover het personeel stakend totvermoedelijk half Februari. Dat gebeurde zóo: Naar het fransch van ETIENNE ENAULT. HOOFDSTUK X. |3i) „De engel Gabriël vertrok nogmaals om het bevel ten mitvoer te brengen. Het gevolg was, dat toen de kolen brander na zijn werk te hebben verricht, zijne woning naderde, hij hevig ontstelde toen Ihij nogmaals deze woorden hoorde„Knol, moordenaarKnol, moorde naar Hij keek vanwaar deze kreet kwam en zag met Verbazing, dat die kwam uit den keel van eene merel, op een grooten olm gezeten. Hij ging haastig zijn huis binnen, begaf zich te bed en sliep slecht dien nacht. „De volgende dagen sprak de vogel hem steeds toe sn de kolenbrander ontvluchtte hem. Maar eindelijk gjttaakte zich weer woede van hem meester; hij haalde ijeen oud geweer van den wand boven den schoorsteen, «lï>3. op d3 merel en deed ze voor zijne voeten dood neer vallen. Maar steivende zeide de merel nog voor de laatste maal „Knol, moordenaar „Zooveel tegenstand en verhardheid was den goeden Go l te veel. Hij zeide nu tot den engel Gabriël„Ga spoedig aan de ruischende beek, aan den zachten wind, aan den rommelenden donder leeren steeds te herhalen: Knol moordenaar Knol moordenaarIk zal den onge lukkige, die mij durft trotseeren, t ot het uiterste bren gen". „De engel Gabriël verlrok opnieuw om het bevel ten uitvoer te brengen. Dit geschiedde zoo goei, dat de kolenbrander geen voet kon verzetten zonder dat eene stem in het water, in den wind, in den mist hem on meedogend toeriep: „Knol, moordenaarKnol moorde- naarl" Toen voelde hij zich overwonnen. Hij werd ernstig ziek, bekende zijne schuld, had berouw en gaf den geest". „Ik vind die legende zeer mooi en oorspronkelijk", zeide Camille. „Zij heeft een diepen zin, want zij be- teekent dat zelfs hier beneden God gerechtigheid oefent indien de mensohelijke gerechtigheid daarin te kort schiet." „Was ze je bekend? vroeg Bamalec aan Maxime." „Neen," antwoordde deze kortaf en met eenigzins dofie stem. „Je ziet dus hieruit liefste," antwoordde de jonge vrouw vroolijk, „dat het niet goed iB om met je ge weten te gaan strijden, want als het noodig mocht zijn zou zelfs de geheele natuur daar voor sDreken." Maxime bewaarde het stilzwijgen. Hii was bleek ea somber geworden. Als Camille hem op dat oogenblik in het gelaat had gezien, dan zou zg zich bezorgd heb ben gemaakt over de verandering, die er had plaats gegrepen, en waarvan zij de oorzaak zeker niet had vermoed. Kon Maxime zelfs eene verklaring geven van die zon derlinge ontroering bij het hooren van eene bretagni- sche legende Immers nog geen uur geleden, had hij zon der eenig gevoel van vrees of aarzeling de kamer betreder), waarin zijn oom was gestorven onder het uitspreken van die vreeselijke woorden! Immers, eenige minuten daarna was hij kalm de kamer binnengetreden, waarin eene geheimzinnige stem_ de zoo beschuldigende woor den had herhaald! En nu verdween zijne zedelijke kracht eensklaps voor eene eenvoudige, wijsgeerige dis cussie, voor eene kleine vertelling, een sprookje, dat zijn ontstaan te danken had aan de bijgeloovige ver beeldingskracht van den een ©f anderen bretagni6chen boer Dit komt hier van daan, dat de mensch met hoeveel vastberadenheid en geestdrift ook begiftigd, slechts eene bepaalde hoeveelheid kracht bezitals hij die hoeveel heid verbruikt in een hevigen strijd, bemerkt hij ten slotte ontwapend en, niet meer in staat te zijn de onverwachte slagen hem door zijn zichtbaren of onzicht- baren vijand in een onverhoedschen aanval toegebracht, te weerstaan. Dit was ook met Maxime het geval. Hij had zich geweld aangedaan om het verwachte gevaar te weer staan. "Vervolgens was de toestand van verzwakking gekomen en hij had bemerkt niet meer in staat te zyn om kalm een OEverwanhtfin ««rival van Viat tnaval Hot noodlot, af te wachten. Het verbaal van Bamalec had meer indruk op M. xirne's geest gemaakt dan men zou denken. Was het niet in verdichten vorm de aangrijpen le geschie denis van hetgeen hem na het verbranden van het testament was weervaren Ongetwijfeld gold het hier niet dezelfde feiten, maar de omstandigheden vertoonden veel overeenkomst. Evenals de kolenbrander Knol had bij den dwang der wroeging van zich willen afschudden; evenals de kolenbrander Knol, had hij aan geheimz'n- nige vervolgingen bloot gestaan evenals de kolenbrander Knol wellicht, moest hij als slachtoffer vallen in dit duel van den menscheujken tegen den goddelijken wil. Hij was in deze gedachten verdiept, toen Camille zijn stilzwijgen en somberheid opmerkte. „Waar denk je aan?" vroeg zij hem zoowel verbaasd als ongerust. „Ik o, aan niets, heuse h,* stamelde hij. „Je ziet er zoo afgetrokken uit?" vervolgde de jonge vrouw. „Wel komaan maar toch „Maar toch," viel Bamalec hem lachende in derede, „ik keek ook juist r.aar je en meende op mijn woord van eer, dat je dacht over het maken van je testament." Maxime wilde juist antwoorden, toen hij een door dringenden kreet uitte, alsof een adder hem had gestoken. Eene stem, die uit den hemel scheen te vallen, had deze sombere woorden gefluisterd: „De ellendige 1 hij heelt het testament verbrand 1" Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1895 | | pagina 1