Ongeveer zeven jaar geleden had ik eenige bezigheden in Londen en ging in den namiddag weer per trein naar myn woning op het platteland terog. Daar ik de eenige was in de conpé verdreef ik de verveling van de reis door in het koude lioht van den Decemberdag vereohillende cou ranten te lezen, die ik op een boeken stalletje gekooht had. In dien tijd waren de couranten vol beriohten aangaande de misdaden van een bende nihilisten, die te Parya den oorlog hadden verklaard aan do besohaafde maatschappij. De versla gen daarover waren des te onrust barender, omdat daaraan de tjjding was vastgeknoopt, dat deze kampioe nen van de misdaad voornemens waren, ook Londen weldra te be zoeken. Ik las voort totdat de duisternis bet my onmogelijk maakte en zat daarna over wat ik gelezen had te peinzen, toen do trein stilhield by een station, waar ik overstappen moest in een anderen trein. Daar ik een kwartier den tyd bad ging ik de restauratie binnen, maar vond daar behalve de gewone Sandwiohs (sneed- jes brood met zalm of ham) niets, waarmee ik myn geweldigen honger stillen kon, dan;een flinken, dnitsohen worst. Hoewel ik dit artikel nooit gegeten had, kooht ik het, denkende dat de honger rauwe boonen zoet maakt en die overweging moet ook wel gegolden hebben, daar het ding myn verhemelte niet streelde; niet temin peuzelde ik het geheel en al op en was juist met dat werkje klaar, toen de trein voorkwam waar mee ik de reis moest vervolgen. In den ooupé waar ik nu instapte vond ik een reisgezel, die evenals ik diep in zynjas gedoken was en die vlak tegenover myne plaats zat. Hij hield in een hand een klein, langwerpig pakje in bruin papier, vastgebonden met een dun touwije waarin een lis, die hem mogelijk maakte het pakje vast te honden. Hij maakte aanvan kelijk een paar alledaagsohe opmer kingen over hst weer en bood mij daarna, met de grootste beleefdheid, zijn veldflesch met cognac aan. Nu ben ik er in beginsel tegen, op reis van een vreemdeling iets aan te ne men, maar ditmaal bezweek ik voor de verzoeking en nam een glas, dat ik schielijk uitdronk. Toen trok ik den reisdeken over de knieën, schikte mij zoo gemakkelijk mogelijk in een hoekje en trachtte het mg voor het overige van de reis zoo gemakkelijk mogelijk te maken. Nog niet lang zat ik aldus, toen mij een soort van duizeligheid beving, die in weerwil van myne pogingen om haar af te schudden, Bteeds toe nam. In dezen halfbewusteloozen toestand dwaalden mijne gedaohten naar de oouranten, waarin ik zooeven de berichten over de nihilisten ge lezen had en opeens kwam het denk beeld bij mij op, dat de oognao dien ik gedronken had, met een slaapdrank vermengd moest zyn geweest. Die gedachte was laDg niet aangenaam en eenigszins verontrust, trachtte ik myzelven op te wekken uit de be zwijming waarin ik verzonken was, doch zonder suoces. Opeens verloor ik het bewustzijn geheel en al en werd alles als 't ware een witte vlakte Dit duurde evenwel maar enkele minuten, want myn zintuigen keerden even spoedig weer als zo gegaan waren, hoewel myn eigen wil geheel was verdwenen. Ik soheen myzelven toe onder een soort van bypnotUohen invloed te staan, waaraan ik niet zou UARIEIMBS HALLETJES. 3aa ZiUrdajaYondprastj?. CCLXXXII. Voor den gewonen wandelaar maakt de grond den indruk van geheel vlak te liggen, zooal niet zuiver wa terpas, dan toch niet met belangrijke stijging en daling. Hoezeer hy zich daarin vergist, bemerkt de wandelaar pas, zoodra hij naar de mode van dezen tyd is gaan wielryden en de moed heeft zioh in de stad te wagen. Daar wordt hij gewaar, hoe de War moesstraat vrij sterk daalt van de Anegang af in de richting van de Groote Kerk, hoe in diezelfde richting de Barteljorisstraat vrij wat stijgt en dat ook de Zylweg lang niet aan hot be grip waterpas voldoet, zonder nog van de Koningstraat te spreken. Alzoo de gemeente Haarlem mag geen heu velachtig landschap wezen. Ee is ze ker ook niet te vergelijken met een biljarttafel. De leden van den Raad van Be heer van de Hollandsohe Spoor we ten daar alles van. „De Haarlemmers" zoo heeft dat machtige college gere deneerd, „zyn welbesohouwd klaute- teraars geboren. Hunne straten dalen en stijgen en in den zomer wandelt alles wat beenen heeft, mannen, vrouwen en kinderen naar de duinen hijschen zichzelven en elkander met groote 'pret tegen de hoogten op, om aan den anderen kant weer te dalen en nieuwe heuvels te beklimmen tot dat ze er aemeohtig bij neervallen. En wil men weten, of dat ook een gezonde oefening is, kyk dan maar eens naar Jaap Eden, die z'n kolossale boenen en z'n ruime borst alleen te danken heeft aan zyn klauteren en ravotten in het duin. Het staAt dan vast (het is nog altijd de Raad van Beheer, die aan het woord is) dat de Haarlemsobe bur-j gery verslaafd is aan 't klimmen. Er' >s iets opwaarts-Btrevends in hunne beenspieren, dat verdient bevorderd kannen ontkomen. In dezen toestand keerde ik my onwillekeurig tot myn reisgezel en meende in zyn persoon een merkwaardige verandering op te merken Zy 4 oogen stonden wild en woest, om zyn mond zweefde een grynzende laoh kortom zyn geheele uiterlijk was hoogst kwaadaardig. Terwyl ik naar hem keek, begon hij het pakje dat hy by zioh bad open te maken en uit het papier kwam een klein kistje te voorsohyn. waarvan het deksel openviel toen ik er naar keek. Ik zag binnenin een soort van uurwerk en alB bij instinct begreep ik, dat dit een van de helsobe ma- ohines moest zyn, zooale de anarchis ten die voor hunne ontzettende mis daden gebruiken. Ik was ontzet. Myn eerste gedachte was de krak van de noodrem tegry- pen, om zoo den trein tot stilstand te brengen, maar ik kon geen lid bewegen. Myn reisgezel, die klaar- blykelyk myn bedoeling raadde, begon nu te spreken. vGy zyt maohteloos", zei hy koel tjes. „De drank uit myn flesch maakt u voor eenigen tyd alle beweging onmogelijk. Zit dus stil en luister. Gij weet waarsohynlyk wat dit is", ging hij voort, wijzende op het kistje, „en ge zult meteen wel begrypen wie ik ben. Ik ben een van hen, die deze maatsohappy met kracht en geweld willen bevrijden van de kluisters, waarin zij gebonden ligt „Gy zyt een nihilist een dyna- mietman, bracht ik uit." .Noem het zooale ge wilt, aan den naam is niets gelegen. De menachen moeten worden beoordeeld naar hunne daden. Luister naar wat ik u zeggen zal. De olub waartoe ik behoor heeft aan alle gezag den oorlog gezworen en vereohillende harer leden uitge zonden om haar doel te bereiken. Binnenkort zal in geheel Europa, op een en denzelfden dag, een groote slag worden geslagen, in de hoofdsteden van Rusland, Frankrijk, Oostenryk, Duitsohland en zelfs Engeland. Op dit oogenblik zyn er in Londen negen en negentig vastberaden mannen, al len met bommen gewapend en die slechts wachten op een signaal. Nog éen man is daar noodig on ik ben uitgezonden, om dien eenen aan te werven. Mijn keus valt op u!" Ik schrikte, maar hij ging met steeds klimmende opwinding voort „Ja, ja, gy zult, gij moet een van de onzen worden en u scharen onder de banier der vryheid." „En als ik weiger?" vroeg ik zoo kalm als mij mogelijk was. Hg boog zioh voorover en siste mij in 'toor. „Dan zyt gy reddeloos verloren. Wees gewaarschuwd. Wan neer gy niet in onze rijen plaatB neemt, zult gy dezen trein niet levend ver laten 1" „En wie zal mij dat beletten vroeg ik en trachtte te vergeefs om op te staan. „Dat zal ik doen lriep hy uit. „Ik tart je," antwoordde ik, met een vastberadenheid die itc verre was van te bezitten, maar waarmee ik hoopte hem te overbluffen, daar mis dadigers gewoonlijk lafaards zyn. Ik had my evenwel in hem misrekend, want nauw had ik deze woorden geuit of hy stak zyn hand in den zak van zjja jas en haalde er een dolk uit, waarvan hij de vlijmscherpe punt op zijn nagel probeerde. „Ik geef u éene minuut om sluiten, zei hy, „en wanneer ge dan nog weigeraohtig bigft, dan gaat deze 'ponjaard recht door uw hart" En om mij te laten zien, denk ik, dat het geen gekheid was, prikte hg zichzelven op vereohillende plaatsen in den bovenarm, zoodat die spoedig totaal bebloed was. Toen keerde hy zich weer tot my en zei: en aangemoedigd te worden. Kan dus de Hollaadsche Spoor harerzyds daartoe iets bydragen, dan mag zy dat niet verzuimen en du een ver bouwing van het station aan de orde komt, doet er zioh meteen een fraaie gelegenheid voor om voor Haarlem's burgerij een kliminriohting te maken, die niet alleen de spieren stalen en de borst verruimen zal. maat ook het belangrijke voordeel heeft, dat zy voor iedereen in enkele minuten te bereiken is, wat van de duinen niet gezegd kan worden." Zoo sprak de Raad van Beheer en zond een plan van stationsbouw de wereld in, waarop een soort van hoogvlakte is ontworpen, toeganke lyk langs een vrij scherpe helling. Wie voortaan van den Kruisweg naar het Bolwerk wil begint aan den Kruisweg te st'jgen totdat hij de hoogte van zeven meters bereikt heeftdan gaat hy naar beneden, klimt weer zeven meters, gaat weer omlaag en is dan eindelijk op het Bolwerk aan geland. Is dat nu zoo erg De Blin- bert is wel eenige tientallen keeren zeven meter hoog. En wat een uit nemende oefening voor de kinderen, die van den kant van de stad af komende, naar school A. moeten. Zij stijgen per dag tweemaal veertien meters neen en terug, totaal zes en vijftig metersdat is zoowat de hoogte van vijf heerenhuizen boven elkaar. En dan wat een uitstekend ding voor paarden Ijk zie ze al een wagen met steenen zeven meter omhoog trekken ook benyd ik al by voorbaat de bestuurders van handwagens en zwaar geladen karren zij en de paar den zullen juist den dag vóór hun, dood aan deze hoogten gewend zyn geraakt. En wat de begrafe nissen betreft, daar zal ik verder maar over zwijgen. Iedereen vat ook zonder uitlegging, dat het een stioh- telyk gezicht moet wezen om twee paarden voor een lijkwagen, dikwijls geen arabiBche renners, hygend en zuchtend tegen deze helling te zien opwurmen, terwyl de koetsier ze aan „De tyd is voorby. Wat zegt ge nu „Wat ik zooeven zei. Ik weiger." Onmiddellijk sprong by op en greep my by de keel. „Lafaard!" riep ik, half stikkende. „Dat zul je nooit weer zeggen 1" bralde hy, my de keel toeknijpende, totdat het soheen of myn hoofd begon te zwellen en myn oogen uitpuilden van angst. Daar opeens voelde ik, dat ik de beBohikking over myn ledematen terugkreeg, de drank had uitgewerkt. Al myne kraohten verzamelende, wierp ik hem van mg af en viel toen woedend op hem aan. Weworetelden een oogenblik zonder uitslag, toen viel ik en hy boven op my. In zijn hand hield hij den ponjaard en het glinsterende staal daalde neerik gilde het nit „Riddlesley I Riddlesley 1" Dat was de stem van den oonduc- teur. Ik wreef de oogen uit en keek op. Tegenover my zat myn reisgezel en keet my laohend aan. „Hebt ge geslapen vroeg hg. „Ik geloof van wel," zei ik flauwtjes. „En daarby niet plezierig gedroomd ook," voegde hy er by, „ge waart tenminste daareven luid aan 't gil len." Hy had gelyk. De duitsohe worst had my van streek gemaakt en de haastig gedronken oognao dit nog verergerd. Het vreeselyk avontuur kwam aldus neer op een naohtmerrie en toen ik, tot myzelven gekomen, hem de historie vertelde, begon mijn reisgenoot hartelijk te laohen en pre senteerde mij uit zyn kistje een van de honderd fijne sigaren, die het be vatte. Intusschen heb ik, van dien dag af, het artikel duitsohe worst voor goed op de lyst van de voor my ver boden vruchten geplaatst. (Naar het JSngelech.) BINNENLAND. De Hollandsohe IJzeren Spoorweg- maatsohappy zal, te beginnen 1 Maart, gelegenheid geven tot goedkoope uit stapjes langs de lijnen der Maatschap pij en sommige tramwegen. De reizigers zyn vry in het kiezen v»n de routes. Zy kunnen een rond reis maken, of geheel of gedaeltelyk over denzelfden weg, eenmaal heen en terug, reizen. In beide gevallen moet het station van aanvang ook het station van het einde der reis zyn. Er worden geen biljetten algege ven voor minder dan 70 K. M. en in verbinding met de Nederlandsohe Tramwegmaatsohappij (lyn Sneek— Heerenveen—Draohten en Sneek BolswardHarlingen) voor niet min der dan 100 K. M. Inbraak te Amsterdam. Donderdagavond heelt te Amster dam een brutale inbraak plaats ge had. De heer Willem Oroneelaar, agent in buitenlandsohe huizen, Spuistraat 216 had Donderdag gasten over gehad, die tot ongeveer half acht te zijnent bleven. Daar de heer Cron- selaar door bezigheden iets vroeger moest vertrekken, was de afspraak, dat de huissleutel bij kennissen zou gedeponeerd worden. Zoo gezegd, zoo gedaan. Om aoht uur had de heer Cronselaar den sleutel weder gehaald, daar hij zioh moest gaan verkleeden. Binnen gekomen, vond hij het vreemd, dat de deur der aohterkamer openstond en het licht niet brandde, terwyl hij eenige oogen- vuurt met stem en zweep, beducht dat aanstonds hunne krachten uitge put zullen zijn. Dat die hoogvlakte niet heel breed zal worden, is des te beter. Naast de gelegenheid die ze geeft om sterke spieren te krygen, zal ze ook demo- gelykheid openstellen tot oefening in het versterken van de mensohelijke zenuwen. Op de breedte van ander halve straat zullen daar kruisen rijtuigen, wagens, karren, mensohen, kinderen,wielrijders en andere levende en onbezielde voorwerpen, die met niet weinig kunst- en vliegwerk zuilen hebben te zorgen, dat ze niet met elkaar in botsing komen. Loopt het heel druk, dan zal er dus nog heelwat geduld ook noodig wezen. Men heeft dus gratis versterking van longen en spieren, kostelooze lessen in behendigheid en vlugheid en gratis onderricht in geduldoefe- ning. O, die goede, beste brave Maat schappij zal de verrukte Haarlemmer uitroepen, zoodra dit kunststuk van een bouwwerk verrezen zal zijn. Ik vergat zoo waarlijk nog iets te noemenhet mooie gezicht. Op zich- zell is zooals iedereen weet. een dijk, een heuvel, een viaduet hoe wil men het noemen, midden in een stad al een woDdersehoone zsak. Maar veei schooner rog is het heerlyk ver gezicht, dat de moede klauteraar bovenop dit plein zal hebben. Wat stoft gy, o Parijzen aar, op uw Eiffelto- ren, wat bralt gij, o Brit, op die van de St. Paulus kathedraal wij Haarlemmers zullen op den viaduct dien de Hollandsohe Spoor hier maken wil, ons kunnen ver lustigen in den aanblik van de be kapping van het station, vuil, zwart, berookt en vies. Ik zeg maardaar zie je het werkelij ke leven in al zijn realiteit. Die torens te Parijs en te Londen, die ik daar op noemde, zijn immers véelte hoog om vandaar af een waar gezicht op de stad en de omgeving te hebben. De Theems en de Seine lijken dan als 't ware kronkelende zilveren linten. En ieder weet, dat wie er by ongeluk een slok blikken later op het kantoor eenig geritsel hoorde. De heer C. daoht terstond aan zyne gasten, meenende dat zy gebleven waren en nu eene aardigheid wilden maken. Daarby vergat hy, dat de huissleutel reeds was afgegeven. Inmiddels werd de lamp opgesto ken en toen do heer C. nogmaals geruisch hoorde, ging hij kalm een deuntje fluiten, en daoht aan geen kwaad. Ter sluiks keek by eens naar de glazen deur van het kantoor en zag achter een stapel goed. die op een tatel stond, twee beenen. Nog steeds daoht de heer C. aan zijne gasten, en de deur openende, vroeg hy ironisch„zyn hier dieven?" Op hetzelfde oogenblik kwam er op den heer C. een kerel van ruw uiterlyk aanvliegen, die hem een Btomp in de maagstreek gaf, waar door hij achterover viol. Onmiddellijk daarop volgde een tweede inbreker. Beiden stoven de kamerdeur uit, de gang door en de straat op. Spoedig had de beer C. zyn tegenwoordigheid van geest terug en hy ging de brutale inbrekers achterna. De vogels waren evenwel gevlogen. Bij nader onderzoek bleek, dat de dieven met een looper in huis moe ten gekomen zyn. In het kantoor was het sohrijfbureau met een breek- yzer geopend, zoodat eenige bank biljetten voor het wegnemen lagen. Er is evenwel niets gestolen en niets wordt vermist, zoodat de veronder stelling juist blijkt, dat de inbrekers het bureau geopend hadden op het zelfde oogenblik toen de heer C. thuis kwam Door de kantoordeur konden zij niet vluohten, aangezien deze op slot zat. Gelukkig, dat de heeren geen mes of andere scherpe voorwerpen in de hand hadden toen zij den heer C. te lyf gingen. Vrydagmorgen werd het breekijzer gevonden, dat door de politie in beslag is genomen. Van een der inbrekers is het sig nalement door den heer C. opgege ven. Dezen heeft hij zeer duidelyk kunnen zien. Aan boord van Hr. Ms. waohtsohip te Amsterdam heeft zich aangemeld een matroos der marine, die in 1880 te Macassar gedeserteerd is van het stoomsohip Bandjermussing. Dr. Loyds te 's-Gravenhago. Dr. Leijds is Vrijdagochtend onge veer elf uur uit Amsterdam te 's-Gra- venhage aangekomen, vergezeld van jhr. Quarles de Quarles. Enkele fa milieleden en bekenden begroetten hem bij aankomst, waarna hg zioh naar het hotel Paulez begaf, dat met de nationale en Zuidafrikaansohe vlag gen prykte. Ook uit enkele wonin gen in de omgeving van het hotel was de driekleur ontplooid, Kort na aankomst bezocht de heer Beelaerts dr. Leyds in het hotel. H. M. de Regentes ontvangt om half zeB den heer Leyds ten gehoore. Des avonds gaf de minister van buitenlandêche zaken jhr. Roëll een feestmaal ter eere van den Staatsse cretaris dr. Leyds, met wien genoo- digd waren jhr. Beelaerts van Blok land als gezant van de Transvaal, eenige Ministers, ambtgenooten van den gastheer, en leden der Tweede Kamer uit de verschillende staatkun dige richtingen. Vrydag overleed le Ensohede, in den ouderdom van 66 jaren, de heer A. J. Blydensteic, oud-lid der Eerste Kamer, in welk ooilege hij van 1878 tot 1S95 zitting had, ood-voorzitter der Kamer van Koophandel te En schede en voorzitter der Nederland- water uit binnenkreeg, zich in een soort van doodsgevaar zou brengen! Wat beteebent dat dan allemaal? Neen, zegt de Holl. Spoor, ik wil de Haarlemmers geen knollen voor ci troenen verkoopen, ik zal hun de sta- tionskap laten zien zooals z@ is, smerig en onooglyk. By deze geef ik een bescheiden wenkje aan de Verfraaiïng3vereeni- ging, om n.l den Raad van Ben eer van de Holl. Spoor collectief tot eerelid te verheffen. Ik heb onlangs al eens beschreven, hoe we een aanvalletje van groot heidswaanzin gekregen hebben, toen het gerucht ging dat de Koningin Elswout zou koopen. Nu ia groot heidswaanzin in deze streek een des te gevaarlijker kwaal, omdat we Meerenberg zoo dicht in de buurt hebben, maar gelukkig is deze bui gauw overgewaaid. Nauwelijks evenwel hebben we ons met de teleurstelling vertrouwd ge maakt, of daar brengt een nieuw be richt, gerucht wil ik zeggen, onze rnstige rust alweer in gevaar. Er zou namelijk kans zyn, dat het garnizoen te Haarlem versterkt werd met 2 bataljons infanterie en de staf wan neer het voor een sohietbaan benoo- digd terrein door mevrouw Van der Vliet werd afgestaan. Twee bataljons dat wil zeggen 1800 a 2000 manwat oen gewemel van militaire uniformen zou dat in onze gemeente geven, en welk een lust der oogen voor onze dienstmeis jes! En dan de staf, wat blief je, hooge oomes op hooge paarden en dan het muziekkorps van 't regi ment, dat met de staf meegaat 1 Ik heb hooren zeggen, dat sommige Raadsleden, die na en dan aan acute zuinigheids-bevliegingenlyden, al plan hadden om dit jaar de tienduizend gulden subsidie voor het Stedelyk Muziekkorps niet meer te verleenen. En nu komt daar juist ter sntê het gerucht, dat we hier regimentsmuziek zouden krijgen, die de stad nietmetal sche Heide-maatschappij. De over- ledone was ridder in de orde van den Nederlandsohen Leeuw. Sport en Wedstrijden De Rotterdarnsohe athletenolub Her- oules, zal op Maandag 9 Maart, onder leiding van de vereenigde Rotter darnsohe amateurs-athleten, interna tionale athletieke- en woretelwedstry- den houden, om dekampioensohappen van Europa voor amateurs. Er zijn 25 gouden en zilveren medailles uit geloofd. Athleten en worstelaars uit ver eohillende deelen Europa zullen er aan deelnemen. Rechtszaken. Opllohting. Jkr. Reigersberg Versluys maakte in Groningen visites by de freule De S. L. en Dy jhr. A. v. M. Uit Zuid- Amerika vertrokken naar 't vader land, had hy eerst nog evenMonaoo bezocht, en daar aan de groene tafel alles verloren. Zoo doeDde zat hy in Groningen zonder reisgeld om bij zyn familie in Den Haag te komen. Dat verhaal braoht f6 en f5 op. De heer Scbuyl was lid van eeD boekverkoopersfirms K. T. te M. geweest Door zyn deelgenoot bedro gen, was hij thaDS broodeloos. De uitgever Ter H. te Groningen gaf hem op dat verhaal f2.50. En wat bleek Vrijdag voor de reohtbank te Groningen Jhr. Reigersberg Versluys-Sohuyl was een kellner v. A, uis Amsterdam, die als kellner op de boot op het tentoonstellings —terrein had ge diend, aldaar zyn been gebroken had en zoo een tyd lang zonder werk en verdienste geweest was. Hersteld, wilde hy over Groningen naar Berlijn gaan, om daar te trachten aan den kost te komen. Geldgebrek was de dryfveer geweest voor zyne oplich tingen. Het O- M. vroeg een jaar gevange nisstraf, en haalde even hetvroegero leven van den beklaagde op. En dat zal den bekl. wel geen goed doen. Mr. P. Wildervanok de Bleoourt wees in zyne verdediging er op, hoe byzonder liohtgeloovig de slachtoffers geweest waren, en beval zyn oliënt n c'e clementie der reohtbank aan. Gemengd Nieuws. Eon fraai ballet. Een voorbeeld van heftige concur rentie geven te Berlyn het jeugdige oirous Busoh en het oude circus Renz. Aan het oirous Busch. dat pas in dit seizoen geopend werd, gelukte het in 't eerst, zijn door vroeger suooes wat ingedommelde mededinger geheel te overvleugelen. Bij Busch was dezer, dagen een wator-pantomime te zien die avond aan avond een groote menigte naar het geboaw trok, ter wyl by Renz de leege banken elkaar aangaapten. Maar in stilte broedde de rijke Renz op vreeselyke wraak. Donderdagavond kwam hij plotseling voor den dag met een pantomime, „Lustige Blaetter" genaamd, die in praoht al wat tot heden vertoond werd, verduistert. Men zegt dat er 300.009. Mk. aan besteed is; de pantomime wemelt van paarden, downs en balletdanseressen; een ongelooflijke luxe wordt er bij tentoongesteld. Zoo dansen in een der tafereelen honderd jonge meisjes, wier prachtig kostuum in eleotrischen glans schittert, telkens als zy met de voeten over koperen plaatjes glyden, die in den vloer be vestigd zijn. Want bij het aanraken dezer plaaijes komt een eleotrisch kost. 't Is of men een sprookje leest uit de Duizend on een Nacht, want in het werkelijke leven kloppen ge- meenlyk de omstandigheden zoo per fect niet op elkaar. „De gouden dagen van Bernhardt" hoorde ik onlangs iemand den tyd noemen, toen we hier de huzaren- muziek nog hadden. „Dat kostte niks, weet je, den ingezetenen werd niet om bijdragen gevraagd en de gemeen tekas niet zoo geducht als tegen woordig bij de ooren getrokken. Bo vendien gaf het een heel aardig vertier. Trokken de paardenmannen uit, dan ging de muziek voorop en dan schetterden de marschen, meneer, dat alle aardige dienstmeisjes, die anders tot haar eigen en anderer ver driet haar lachende snuitjeB verborgen in donkere keukens, uit de ramen kwa men hangen om te zien en te worden gezien. En hoe vaak hoor je hier het Stedelijk Muziekkorps door de Btraat trekken Nauwelyks valt er een regendroppel op den neus van een schutterij officier, of... floep!., daar vliegen de vlaggetjes naar den toren en worden de sonutterij-oefeningen afgewimpeld. Alleen bij serenades komen ze eens goed voor don dag, maar er is hier den heelen winter nog geen serenade gebracht. Waar zit dat nou in? zou je wel denken. Zyn er geen menschen meer, waard iom becornet, betrompet en beklarinet te worden Of gaat de algemeene vroo- lijkheid er soms niet op vooruit En dan nog watBernhardt was heel lioht te bewegen voor een solo oorrtet ol viool, als het hem maar niet al te laat in den avond gevraagd werd, omdat hij slechte oogen had,geloof ik." Ik ben maar niet tegen al dat ge mopper ingegaan, want het zou me denkelyk toch niet gebaat hebben. Wel dacht ik bij myzelven, dat het met die twee bataljons denkelyk nog zoo'n vaart niet zal loopen. Garnizoens- veranderingen van eenige beteekenis gebeuren maar niet zoo heel gauw en daarby geloof ik niet, dat er twee bataljons in de tegenwoordige kazerne zouden kunnen worden geborgen. contaot tot stand waardoor de gloei lampjes, tussohen het kostnum ver borgen, plotseling aangestoken wor den. Dit tooveraohtig effect is ei maar een nit de vele, waarmede Rent weer in de gunst van het publiek traoht te komen. Donderdag had hy dan ook een snocès fou. Nu is Busch weer aan 't woord. Edison over Böatgen's uitvinding. In een interview verklaarde Edisor aan een oorrespondent van de Scienct woordelijk„De ontdekking van Röntgen is belangryker dan éen mijner ontdekkingen en zal tot ge wichtiger resultaten voor het welzyn der mensohheid leiden dan eenige andere ontdekking in het bereik der hedendaagsohe wetensohap." Deze verklaring van den grooten electrions is daarom zoo belangryk. omdat hy zioh tot nu toe over ont dekkingen van anderen altyd zeei afkeurend had uitgelaten. Edison is dag en naoht in zyn laboratorium bezig met proeven omtrent de toe passing der X-stralen. Gedurende de morgengodsdienst- oefening drong eenige dagen geleden in het Roemenische dorp Smirdan' een bende gemaskerde mannen de kerk binnen. Zy wierpen zioh op den voor het altaar zingenden priester en- Bloegen hem neer. De weinigen, die de godsdienst* oefening by woonden, wilden in alleryl vluohten, maar werden hierin verhin derd door mannen, die met geladen geweren aan de deuren post gevat hadden. Zy werden teruggedreven en moesten nu toezien, hoe het lichaam van den geestelijke op gruwelijke J wijze werd verminkt, totdat hij geheel dood was, waarna de onmensohen de K kerk en het dorp verlieten, zonder1 hierin door de bewoners verhinderd te worden. 'a VARIA, Een jonge man nit een provincie stad kwam te Amsterdam aan en daar hij zijn vrienden wilde laten weten, dat hy de plaats zyner be stemming goed en wel had bereikt, ging hy een bijkantoor der post en - telegrafie binnen en vroeg aan de jonge dame aan het loket, of hij reohtstreeks van het kantoor uit kon telegrafeeren en hoe lang zyn telegram onderweg kon zyn. Het juffertje, dat om onnaspeur- lyke redenen niet al te best gehu- meurd was, zeide vrij bits: „Ik word n niet betaald om op onzinnige vragen te antwoorden.". Het wüb voor haar v eohter een minder prettige gewaar- wording, dat zy het volgende te seinen kreeg „Goed aangekomen. Meisjes hier leelyk en snibbig." Die vreemde woorden I De een. Je krijgt hier op 't dorp de telefoon, hoor ik. Ook intercommu- j naai B De ander. Ja, zeker, boven de huizen e hoog in de lucht Op de tram. Grappenmaker. Zeg, conducteur, het zijn allemaal rijke lui, he, die in den tram zitten Conduoteur. Rijke lui? Nou, dat weet ik niet, meneer. Gr. Wel ja, want öf ze zijn „binnen" of ze hebben een „buitenplaats C. Maar weet meneer, waarom op j de imperiales van omnibussen ook altyd rijke lui zitten Gr. Neen. C. Wel, die zijn „er boven op". Maar komen ze wezenlijk met staf en muziek, dan zou ik een commissie vormen om gelden te verzamelen tot het afhuren van het heele stafmu ziekkorps om een serenade te caan brengen aan mevrouw Van der Vliet, die aan Haarlem een sohietterrein heeft verhuurd. Dan had meteen myn pruttelende kennis zyn zin. De Haarlemmerolie heeft deze week tweehonderd jaar bestaan en big die gelegenheid is er weer menige won derbaarlijke genezing door het medi cament, meegedeeld. Zoo moet er, nog niet zoo heel lang geleden, een wethouder van Haarlem zyn geweest, die voor een lastige en pyulijke kwaal genezing '/ooht in buitenlandsche badplaatsen, maar die niet vinden kon. Ia 't vaderland teruggekeerd, aldus luidt het verhaal, ging hy nog eens een Amsterdamschen professor raadplegen, die hem verbaasd vroeg „Maar meneerwaarom haalt u, die ia Haarlem woont, geen Haarlemmerolie aan het Spaarne?" Hij deed het, gebruikte het en werd beter. Weliswaar is hy later tóch ge storven, maar voor een levenselixer geeft de Haarlemmerolie zich ook niet. Ik zal hier geen betoog leveren over het al- of niet-wetenschappelyke van het gebruik er van, maar ik constateer als een merkwaardigheid, dat een medicament twee eeuwen lang succes heeft en houdt. Hoeveel riohtingen zyn er sinds 1696 al niet geweest in de geneeskunde, hoevele middelen in de apotheek gekomen en daaruit gegaan. Een goede affaire is het debiteeren van Haarlemmerolie klaarblijkelijk nog altyd gebleveD. De jubilaris van deze week heeft daarvan ook iets willen missen, getuige de som van f400. die hij aan de armen heeft gegeven en waarvoor de Raad met applaus zijn dank heeft betuigd. FIDELIO.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1896 | | pagina 6