fweede Toor onze Vensters. NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. FEUILLETON. De IJzeren Zeeroover. 13e Jaargang Donderdag 19 Maart 189 6 No. 3900 'S DAGBLAD Voor Haarlem per 3 maandenf 1.20 Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente), per 8 maanden1.30 Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden1.65 Afzonderlijke nummers0.05 Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.30 de omstreken en franco per post0.371/2 A T~) V hiK'.T'-FTNr'-pT-m-Nr- Van 1-5 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat Reclames 20 Cent per regel. Abonnementen en Advertentién worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Bureaux: Kleine Houtstraat 14, Haarlem. Telefoonnummer 122. Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM. Hoofdagenten voor liet Buitenland: Compagnie Générale de PiibUcité Etrangere G. L. DAUBE Co. JOHN F. JONES, Slice,, Parijs 31bis Faubourg Montmartre. Agenten voor dit Blad in den omtrek zijn: Bloemendaal Santpoort en Schoten, P. v. d. RAADT, Santpoort; Heemstede, J. LEUVEN, by de Tol; Haarlemmermeer, C. DOEKES; Spaarndam, C. HARTENDORP Zandvoort, J. ZWEMMER; VehenL. VENUS; IJmuiden. J. J. TJADEN; Beverwijk, H. JUNGERIE\ Konins-straat. Genoemde Agenten nemen Abonnementen en Advertentën aan. In de étalage voor de vensters van bet Bureau van dit Blad zijn de na- tolgende afbeeldingen gelegd De reis van den president van Frankrqk, Felix Faure1. Huldebetui- ingen aan hem voor het stadhuis te oulon. 2. Het bezoek van Felix Faure a&n den vorst van Monaco. 3. Bezoek jan Marseille. 4. De aankomst aan bet stadhuis te Marseille. 5. Bezoek aan een eskader. De gebeurtenissen in Abessynië. De negus Menelik te midden van jne krijgslieden. 2. Menelik en zijn geleide. 3. Het Abesaynische leger een ivier doorwadende. 4. Een wacht- jaats van het AbeBsynisohe leger. Het defileeren van de Abessyniscne infanterie. Het plan voor een nieuw gebouw roor den graafsohapsraad te JLonden. Prins Henri ran Orleans en zqne eisgezellen in Calcutta met zijn escorte ran Thibetanen. De „Boboli"-tuinen te Florenoe. Wijlen prins Henri van Battenberg ialt houdend op den weg naar Prahzu. Een debutante na de voorstelling p weg naar den fotograaf. Een type van vrouwelijk sohoon. \'aar de schilderij van Henry Lévy. De restjes van het ontbijt Een bokswedstrijd in 1896: „Time!" De ijzer.-melterq. Naar de schilderij ran Adolf Menzel. Overvallen door Atjehers. De woning van president Kruger ie Pretoria. Gezicht op de kerk te Aap eren vóór den brand en Asperen na den brand (Deze uit Eigen Haard.') Politieke platen en portretten. Politiek Ovarsiokt. Dinsdag kwam de italiaansche Ka- er bijeen. In deze bijeenkomst be sprak markies di Rndini de houding ran het nieuwe kabinet inzake de Oost-Afrikaansche toestanden. Het- ;een hij in zijne rede zeide komt op het volgende neer De zwakheden en misslagen in de aanvoering der troepen in Afrika zul len streng gestraft worden. Wij kun- sen nog geen precise inlichtingen over de gebeurtenissen geven, maar (ie ernst van den toestand blijke uit de volmacht, aan generaal Baldiseera gegeven. Den 8sten Maart werd bevel gegeven op de beste voorwaarden Mogelijk vrede te sluiten. Daaruit big kt dat het vorige kabinet de nood- Bielijkheid begreep om den vrede te bespoedigen. Baldiseera heeft geseind, iat hij de tweede helft der verster- xingen, die nog niet vertrokken zijn, nog niet noodig heeft. Wij zullen de nedesonderhar.delingen met fierheid waardigheid voortzetten. Intus- schen zullen de vijandelijkheden voortduren en niet afgebroken worden voor betamelijke yoorwatrden bedon gen zijn. Wat het lot onzer wapenen moge z;jn wij zullen niet streven naar het bezit van Tigre, we zonden het land zelfs afwijzen als het ons aangeboden werd, want wij zonden macht eoch rijkdom in Ethiopië vin den. Wij moeten onze positie als groote mogendheid niet verzwakken. Wij willen geen protectoraat over Abessinië. Om een behoorlijken vrede te verwerven, moeten wij ons echter op het voortzetten van den oorlog voorbereiden. Wij vragen 140,000,000 lire tot den laatsten December van dit jaar. Wij zullen ons die som verschaffen door eene binnenlandsche leening, met zeer geringe verzwaring van de lasten van het loopende dienst jaar. Wq dienen eohter voor het dienst jaar 1896/7 maatregelen te nemen. Daartoe zullen wq ter zqner tijd voor stellen doen. Wij moeten ons in Afrika een blqvende plaats verzekeren. Wjj moeten, naar de draagkraoht der begrooting, het leger verbeteren. Het werk van dit kabinet zoo vervolgde de minister-president is het herstellen en behoeden van de openbare vrijheden en de monarchie te verdedigen tegen alle aanslagen. Wij zullen zoowel in den klassen strijd naar vrede streven, als de maat schappelijke instellingen verdedigen. In de buitenlandsche politiek zullen wij die voorzichtige gedragslijn vol gen, die ons vrienden en bondgenoo- ten bezorgd heeft, in wie wij ons ge loof denken te bewaren. Wij vragen uw vertrouwen- Wij zullen trachten dat te verdienen. De minister kondigde eene hervorming aan in de benoeming van burgemeesters, als een teeken van vrijzinnigen, onpartij- digen en ruimen geest, waarmede het ministerie dacht te regeeren. Ds bood schap eindigde met een beroep op alle deugden tn krachten van het volk, welke zich bij uitnemendheid moesten openbaren in deze moeilqke tijdeD, opdat Italië, na de rampen van het heden te boven gekomen te zijn, kon streven naar die ware en onvergankelijke grootheid, die de droom was van de krachtige mannen, aan wie het vaderland zijn herrijzenis dankte. Door bijvalsbetuigingen werd zijne rede nu en dan onderbroken. Toen hq de dapperheid en de kranige hou ding van het leger besprak, weer klonken de toejuichingen van alle kanten. Met bijna algemeene stem men werd een voorstel van di Ru- dini aangenomen, betreffende de dili- gentie voor de kredietvoorstellen en de benoeming van eene oommissie van 'onderzoek van negen leden. Hierna werd de vergadering verdaagd. Ook in den Senaat werd de mi- nisterieele boodsohap voorgelezen. Toen Imbriani na aan de loyanteit en geestkracht van het kabinet hulde te hebben gebracht, zijn vertrouwen uitsprak, dat op eervolle wqze vrede zal worden geBloten, zooals uit het; woord van den negus kan worden opgemaakt, deden zich hier en daar woorden van protest hooren Hij zeide nog, dat de nationale eer is gered en dat hij hoopte dat Crispi in staat van beschuldiging zal worden gesteld. Gavalotti sloot zich bq Imbriani aan. Hg aanvaardde het programma van het Kabinet. Wat Afrika betreft, drong hq er op aan, dat de regee ring de vredesonderhandelingen met kalmte voere. Hij hoopte, dat de benoemde oommissie goed zal toe zien. Sonnino verdedigde Crispi. Baldis- sera heeft gevraagd over den vrede te mogen onderhandelen, maar het kabinet Crispi kon niet antwoorden, aangezien het zijn ontslag had ge nomen. Generaal Macoenni waohtte met kalmte het oordeel over het vorige kabinet af, als alle stukken openbaar zijn gemaakt. Hq bevestigde, dat Baldissera gevraagd heeft, vrede te mogen sluiten. Di Rndini verzekerde, dat alle stukken zoodra mogelijk gepubliceerd zullen worden. Hij heeft niet de be doeling gehad de vorige regeering te berispen. Hij heeft er zich toe bepaald, aan te toonen, dat dit kabi net niet om den vrede heeft gebedeld. Het rapport van de commissie zal Maandag voorgelezen worden. In een ministerraad, gepresideerd door Felix Faure, heeft het iransche Kabinet kennis genomen van een schrijven van den eDgelscben gezant te Parqs, waarin kennis wordt gegeven van het plan der engelsche regeering tot eene expeditie naar Dongola. Daarna had Berthelot een onderhoud met <ien gezant en hem, inlichtingon vragende omtrent de aanleiding tot de expeditie, op de ernstige gevolgen er van geweren. De Patriote te Bruesel heeft den secretaris van den Kongo-Staat Van Eetvelde geïnterviewd over de tijding, als zou de Kongo-Staat een overeen komst met F. ankrijk gesloten hebben om gemeen schappelijk op te treden tegen een inval der Derwisjen aan den Boven-Nijl. Van Eetvelde verklaarde dat het bericht van allen grond ont bloot ip, Er bestaan geen andere ver dragen tu6schen Frankrijk en den Vrijstaat, dan de reeds lang bekende. In het engelsche Lagerhuis zeide de ondersecretaris van buitenlandsche zaken Curson Dinsdag het volgende Tusschen Engeland en Italië zijn i mededeelingen gewisseld betreffende den veldtocht tegen Soedan. DeItali- j aansche regeering ziet den opmarsch met genoegen, aangezien hq hare stelling te Kessala ten goede komt. Er is geenerlei belofte gedaan om Italië te helpen. Het gerucht, dat China Lapa aan Duitschland heeft afgestaan, schijnt den minister ongegrond. Whiteley stelde eene motie voor, waarbij de regeering nitgenoodigd werd al het mogelijke te doen om door een samengaan der mogendheden een vaste verhouding tusschen zilver en goud te vestigen, welke na eene rede van den minister van financiën met algemeene stemmen werd aan genomen. In de franpche Kamer is Dinsdag bij de behandeling van het ontwerp van wet op de parijsche wereldten toonstelling in 1900 het amendement ter tafel gekomen van Vaillant. Het eerste gedeelte, betrekking j Bij kon, besluit is aan den ontvan- hebbende op de regeling van den ger der directe belastingen en accijn- arbeid voor de tentoonstelling, werd zen. aangenomen. Na bestrijding van Bourgeois ver wierp de Kamer het tweede gedeelte betrekking hebbende op den acht- urigen werkdag en het minimumloon. Het voorstel van Baudry om Zon dags voor de tentoonstelling niet t9 laten werken werd eveneens verwor pen. Het geheele ontwerp werd daarna aangenomen. STADSNIEUW 8 eerste en derde pagina. Haarlem18 Maart. De Stel. bevat de statuten der ver- eeniging Anti-sociaal-democratisohe vereeniging van Nederlandsoh Spoor wegpersoneel onder de zinspreuk „Reoht en Plicht," alhier. Schouwburg. Vrijdag a. s. voert het gezelschap van Lier alhier op .Anne-Mie" het bekende oorspronkelijke drama in vier bedrijven van Rosier Faassen. Dit drama, dat wel als een der best geslaagde van de vele volksstukken van dezen auteur mag beschouwd worden, zal ongetwijfeld ook nu niet nalaten zijne gewone aantrekkings kracht op het publiek uit te oefenen. De heer A. J. Cats alhier herdenkt Zaterdag den dag, waarop hij voor 25 jaar de waardigheid van Opper - voorzanger der Nederl.Isr. Gemeente alhier heeft aanvaard. Voor het akte-examen nuttige hand werken zijn te 's-Gravenhage geslaagd de dames M. J. Donoker, C. J. de Hartog en F. van Gelder, allen alhier De agent van politie J. B. Huqs- mans alhier is benoemd tot oonduc- teur bq de te openen tramlijn Haar lem-Beverwijk. De bazen zijn verzot op de jonge spruitjes der crocussen. En daar de jachtwet ontkent, dat ieder op zqn J. L. van Gennep te Voorborg c. s., op zijn verzoek, eervol ontslag uit 's Rijks dienst verleend, behoudens aanspraak op pensioen. Bij kon. besluit is, met ingang van 1 Mei 1896, benoemd tot direo enr van het post- en telegraaf-kantoor te Ternenzen, J. Spaanstrs, thans direc teur van het telegraafkantoor te Amers foort. Bij kon. besluit is, met ingang van 1 Mei 1896, aan W. F. Slegt, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend uit zijne betrekking van directeur van het postkantoor te Bergen op Zoom. Bij kon. besluit is de Oost-Indische ambtenaar met verlof J. A. Bonner man, laatstelijk onderwyzer 3e kl.bij het o. 1. onderwijs voor Europeanen en met dezen gelijkgestelden in Ned*- Indië, met ingang van 1 April 1896 wegens physieke ongeschiktheid eervol uit 's lands dienst ontslagen. De uniforme bepalingen voor het vervoer van kinderen op de Neder- landsche spoorwegen zijn door de re geering goedgekeurd, met dien ver stande dat de bepaling voor bet vervoer van m kind, zoodanig worde aangevuld, dat op de plaatskaarten vc or heen en terug geen vermindering van vrachtprijs wordt toegestaan. Door de spoorwegen zullen, bij het in werking treden der aldus aange vulde nieuwe bepalingen voor het vervoer van kinderen, tevens de plaats- kaarten enkele reis algemeen zoodanig worden ingericht, dat zij in tweeën kunnen worden gesplitst, zoodat de helft daarvan kan worden uitgereikt aan éen kind, dat voor den hal ven vrachtprijs wordt vervoerd. Hoe het volgens de bepalingen onzer postwet in een enkel geval goedkooper kan zijn een boekje als brief dan als gedrukt stuk te ver zenden, heeft een Amsterdammer Maandag ervaren. Het boekje dat iets meer dan 150 gram woog, was bestemd voor iemand wonende binnen den kriDg van stads- port. Hij wilde het als drukwerk ver zenden en zou daarvoor, zooals een poetambtenaar hem inlichtte inspecteurs van den opsporingsdiens te 's Gravenhage onderrichten. De moord te Velp. Omtrent dezen moord deelt men nog mede De dader, Martinns Alberts, oud 50 jaar, is bleekersknecht en gewezen O.-I. militair. Sedert eenige jaren is bij gehuwd met Hendrina P., wed. van v. d. E. Hij viel zijne vrouw met een slagersmes eau en bracht haar negen wonden toe, waarvan éen ge stoken werd in de rechter long, éen in het linker sleutelbeen, twee gesne den wonden aan den rechter onder arm, terwijl van het bekleedsel van haren schedel een stuk was afgesne den ter grootte van de palm van een hand, en ook over de linkerwang een groote gesneden wond was toe gebracht. De verslagene, die 57 jiar oud was, heeft nog kracht gehad om op de straat te vluchten tot de woning van den arbeider H. D. in de Broek straat, waar zij weldra tengevolge van verbloeding overleed. De dader sloot zich in zijne woning op doch werd na hevig verzet en nadat het raam en de deur verbrijzeld waren, gearres teerd en voorloopig in net arrestan tenlokaal te Velp opgesloten. Maan dagmiddag stelden de rechter-ci >mmia- saris mr. Gratama en de substituut officier van justitie bij de rechtbank te Arnhem, te Velp een onderzoekin, terwijl twee dokters uit Arn.'iem de sectie verrichtten. Bij het lijk zijner vrouw gebracht bekende A. dadelijk de misdaad. Alberts stond bij de politie zeer slecht bekendhij heeft een ongunstig verleden aohter zich. Eenige jaren geleden deed hij eene poging tot zelfmoord. eigen terrein meester is over het 7lk cent port hebben moeten betalen. .Maar als ik er nu een brief van maak .Een brief beneden 200 gram eischt binnen den stadskring 5 cent port". De afzender sloot nu de enveloppe, plakte er een stuiverspostzegel op en deed den .brief' in de bus. Hbld. wild, zqn de kweekers van alle kan ten gebonden en moeten zq zeer veel kosten maken om te traohten hunne velden te beschermen. Eenige kwee kers te Lisse, wier gronden gelegen zijn nabij het wildrqke landgoed „Keukenhof," hebben onlangs aan de eigenares daarvan, barones van Pal- landt, gevaaagd, door draadwerk het wild in hare bössohen te houden; dooh op dat verzoek werd afwijzend besohikt. BINNENLAND. Uit de Staatscourant. Bij kon. beelu t is nan den off. v. gez. Ie kl. dr. K. A. E. Seipgens, op zijn verzoek, met lo. April a.s. eervol ontslag uit den zeedienst ver leend. Pers Overzicht. De politieke toestand. De Grondwet wijst op bet herhaal delijk waarneembaar verschijnsel, dat kiezers, ondanks alle pogingen, om hen van den grooten politieken weg te voeren naar de moerassen der per soonlijke en stoffelijke belangen, toch in het algemeen blijven wat zij waren. Daar mogen al leiders komen, die hen willen vereenigen in clubs als van „Handel en Nijverheid". „Algemeen belang", .Eigen Ho lp", „Protectie ver- eenigingen" of dergelijke, de legertros blijft altijd in het eind in handen van de bestaande groote politieke par- tqen. Het blad begrijpt eohter niet, hoe katholieken zich bij dergelijke neutrale kiesvereenigingen kunnen aansluiten of heil kunnen verwachten van cau- didaten door dergelijke vereenigingen voorgesteld. Zij toch weten dat 't hun plicht is, vóór alles te letten op de godsdienstige en politieke richting van üen candidaat. Met ons eng en be nauwd kiesstelsel schijnen echter meer meer persoonlijke en stoffelijke Bertillonage. In de strafgevangenis te Rotterdam heeft Dinsdag in tegenwoordigheid van verschillende leden der rechter lijke macht eene proefneming plaats gehad met het etelael-Bertillon. Ben der vertrekken van het hoofd- belangen op den voorgnyid te treden oommissariaat van politie te 's Gra-en, al zijn de kiezers tot dusver wijzer venhage wordt ingericht uitsluitend i geweest dan velen hunner leiders, ala voor den dienst der lichaamametingvol-de politieke toestand zoo verward gene dit stelsel. Dinsdag kwamen tweeblijft, als de partijen zich niet weten jpolitie-ambtenaren uit Rotterdam de te organiseeren, dan bestaat er ge. Naar het engdsch MAX KEMBERTON. HOOFDSTUK XIX. De moordenaars in de Baai. 32) Bij die woorden kwamen zq allen, geen man uitge- Knderd, terug en gingen bevreesd naar den waterkant. Dertig van hunne makkers lagen dood of gewond op de eteenen en velen die naar ons toe kwamen kruipen, èadden kogels in hun lichaam. Black evenwel dacht dear niet aan. „Waar ie uw aanvoerder?" vroeg hij en «q wezen naar den Amerikaan, die daar neerlag, terwijl het bloed Git een wond in de linker zijde gutste. ,Is hem dat?" schreeuwde de verwoede man. „Wel, wij zullen hem voor bederf bewaren, zooals wij ham doen. Haalt uw toortsen en legt hem tusschen het ijs." Zijne hartstochten overmeesterden hem, maar ik kon niet begrijpen wat hij meende en ik vroeg: „Wat gaat gij doen met den man „Wat ik met hem doen ga," gilde hij, zonder er op te letten, wie hem de vraag deed, „ik ga hem be graven." Het was merkwaardig te zien, hoe de mannen die een oogenblik te voren hem getrotseerd hadden, hem gehoorzaamden als slaven. Er heerschte een volkomen, diepe stilte; een ieder was stom; maar zij allen hielpen hem met zijn vreeselijken arbeid en haalden graven en schoppen. Wat den Amerikaan betreft, die zat te kreunen van pijn op het strand, ik kan niet begrijpen hoe iemand nog iets wenschte toe te voegen aan zijn ellende; maar hij vroeg niet om hun medelijden en het was duidelijk, dat hg wist, wat zij gingen doen. Soms werd hij aan getast door een koortsachtige razernij en balde hq zijn vuisten, dan weder goot hij zijn toorn uit over Black, die met welgevallen naar hem luisterde, blij dat hij zijn toorn had opgewekt. En hoe meer de man vloekte, hoe meer voldaan de ander scheen te zijn. „Wij zullen moeten sterven, beiden," zei de Amerikaan ten laatste, toen zijn woede verminder 'e„gij zoowel als ik, Black en veel anders hebben wij niet te ver wachten maar God zal dit van mijn rekening af trekken en bq de uwe tellen. Ga voort, en leg mij hier zooals ik hier zit; maar ik zal weder op staan en de dag zal komen, wanneer gij eiken dollar zoudt willen geven om mij weer op te grayen en mij weder in het leven te kunnen roepen." Het een hielp den man al even weinig als het ander. Ik geveelde op dat oogenblik groot medelqden met hem en ik trok Black aan den arm en wilde voor hem gaan pleiten; maar toen hij mij zag balde hij zijn vuist en ik deed een schrede achteruit, want aan de uitdrukking van zijn oogen zag ik, dat hij op dat oogenblik niet minder krankzinnig was, dan de ergste krankzinnige in een gekkenhuis. Want hij stond daar met schuim op zijn mond, en mompelde; zijn handen had hij dicht geklemd, zijn hoed lag op de sneeuw en de zweetdrop pels parelden op zijn gebronsd voorhoofd. Hoe de mannen zich ook haastten, zij waren niet half vlug genoeg, en toen -zij begonrien te graven, haastte hij ze nog meer, totdat zij een grooten berg hadden uitge graven. Het was een spookachtig tooneel spookachtiger dan ik ooit iets aanschouwde. Wij stonden in een sneeuwknil te midden van de heuvels en boven ons verhieven zich de pyramiden ven basalt. Geen spoor van eenigen plantengroei was te zien, zelfs niet van mos daar op die vlakte boven de zee; en het geschreeuw van zeemeeuwen verstomde in de stilte van den nacht. De maan, die hoog aan den onbe wolk ten hemel stond verlichtte de rotsspleten en besprenkelde de golven met een gloed van vuur. Er woei geen wind, zelfs niet een nachtelijke koelte, men hoorde niets dan de zwaarmoedige stdte van den alom tegenwoordigen nacht, het vallen van de sneeuw van de lawiuen, het kreunen van den veroordeelde. In die sneeuwvlakte, welke het middelpunt vormde van deze verlatenheid, werd het graf gegraven voor den levende. Van verre slóeg ik het tooneel gade vast gehouden door die on ver kin ar bare aantrekking en ik zag, dat zij hem in den kuil rolden, welken zq gegraven hadden en de sneeuw met schoppen op hem wierpen. Zwijgend zag hq het aan maar toen alleen zijn hoofd nog niet bedekt was, uitte hij een kreet van doodsangst, welke verrees als van een man voor God en het duur de minuten voordat de echo wegstierf. Toen was alles stil, de mantel des doods was op hem gevallen. Lang zaam namen zij die het werk verricht hadden, hun ge reedschap op en gingen naar het strand maar kapitein Black was niet in staat heen te gaan van den man, die geen vijf minuten geleden hem vervloekt had. Bloots hoofds en alleen stond hij bij het graf van Bneeuw en zag neer op den graiheuvel die nu schitterde van de ijskristallen. En terwijl hij daar Etond kwam er een luide, vreemde klucht van een ver verwijderden heuvel, een doordringende kreet als van een tot de eeuwigheid ingaande ziel en het geluid werd weerkaatst van berg top tot bergtop, van rotspleet tot rotsspleet het was een wilde, woeste kreet van smart, verdriet en ellende en ik wist dat het de kreet was van een der zeelieden die men uit de mijn had weggejaagd van iemand die misschien den dood van vriend oi broeder be treurde. Bij het hooren van dien kreet schrok Black op en hij huiverde als van kou, toen ging hij heen van het graf en wendde zijne schreden naar het strand. Hij kwam tot bezinning.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1896 | | pagina 1