•n racerB", in het midJei ,de rechts geleerde oom missie*' en achteraan ^militaire wielrijders". Op de eerste éta$re„de geschiede nis ran het rywiel" voorgesteld door een oud man met een boek in de hand, omringd door alle wielrijdende Tolkeren. En de tweede étageNederlandeche maagd met de vlag, met haar hand rustend op een rijwiel. Voor deze groep zijn noodig onge veer 25 bondsleden. Aanmeldingen om in dit gedeelte mede te werken, worden ingewacht bij den heer C. M. J. Muller Massis, Ceintuarbaan 165 te Amsterdam. 8a. De verschillende vereenigingen die tot den Bond »ya toegetreden. Yoor deze afdeeliog hebben zich reeds tien olubB opgegeven die alle met elkander zullen wedijveren. De volgorle zal bij loting worden bepaald. Ecater zullen de clubs van de verschillende afdeelingen by elkan der worden geplaatst. 9e. Versierde wagens waarop de de muziek van de veldartillerie uit den Haag. Hierop volgen twee rijks- veldwachieis te paard of te wiel. 10e. De Kampioenvoorgesteld door ©en ten strijde toegerusten ridder,ver gezeld van twee klaroendragers, alle te paard, gaande ter zijde van elk paard een schildknaap. 11e. Groepen van bondsleden niet tot eene der medewerkende vereeni gingen behoorende. 12e. Afzonderlijke wielryler?. 13e. Versierde wagen, waarop een muziekkorp-. 14e. Reclame-Wagens van de in Nederland verhandelde rijwielmerken. Voer deze afdeeling hebben zich reeds zes groote firma's aangegeven, die allen zeer veel werk maken van deze ver standige reclame. 15e. Marechaussées te paard. De route die de stoet zal nemen is vastgesteld als volgt.; Korte Kleverlaan, BLoemendaalsche weg, Korte Zijl weg, Elewontslaan, BovenwegZijweg, Duinvlietsweg Korte Zijl weg, Bloemendaalsche weg, Zomerzorgerlaan, Korte weg, Meeren- bergsche weg, Jan Gijzenvaart, Ken- nemerweg,Bloemendaaleche kerkbuurt Bloemendaaleche weg, Beeklaan. Bij ongunstig weder zal deze w- g echter bekort worden. De jury bestaat uit: De heer C. Gebel te Den Haag, Voorzitter, Mevrouw Hingman te Óverechie, Mevrouw Zsewold-Hully Haarlem, Mejuffrouw E. M. A. Juta te Leiden, de heer Slicher t Zoeter* woude, de heer M. v. d. Brandeler te fMjenheim en do ihX» F* HaJt Nib- tig te Laren (N.-H.) Prijzen worden beschikbaar gesteld als volgt: Kunstvoorwerpen ter waarde van Ï40.125.— en 115.-. Ie. Voor schoonst versierde heeren- tweewieler. 2e. Voor dames- tweewieler. 8e. Voor - ofmeer- wielers. Door mevrouw Bummer to Leiden is voor een dezer afdeelingen eene schoone prijs afgestaan. b. Groote kGouden medaille, Verguld Zilveren, Zilveren en Bronzen medaille, voor de mededingende vere nigingen. Rovendien looit de Afd. III voor de clubs van hare afdeeling nog vier medailles uit, terwijl door den heer Melchers te Schieiam voor ds clubs 7an die afdeeling een tijdmeter werd beschikbaar gesteld. De AmBterdameche clubs zullen bovendien mededingen 'naar een zil veren medaille, die doorAmsterdamsch Wielrijdëre-Bondslokaal voor hen is beschikbaar gesteld. Ook voor de mooiste en voor de geestigste groep van minstens 5 per sonen, die niet tot eene cluo bebooien, wordt een prijs uitgeloofd. De jury behoudt zich het recht voor zoo noodig in de toekenning van deze prijzen eenige veranderingen tc bren gen. Aangiften tot deelneming worden ingewacht tot en met Maandag 6 April a.e. bij den heer A. Koolhoven, Huize „De Dompvloed" te Bloemen- daal, een en ander met opgave van hetgeen zal worden voorgesteld. Aan de deelnemers zal een toegangs kaart worden gezonden tot de terrei nen. Mochten zij tot hulp bij het ver- Bieren hunner rij wielen iemand mede brengen, dan moeten zij daarvoor eveneens eene kaart aanvragen bij den heer Koolhoven. Heden opent de heer P. J. C. Brrsi Jr. in de Barrevoetestraat no. 8 eene varkensslachterij. Da winkel maakt bij de d"ar r«eds bestaande zaken een zeer goed fi uur, waartoe niet weinig bydraagt de i-pmerkelijke zindelijkheid, die in eene elaohterij eene eerste vereiechte is, en bij avond de flinke gasgloeilicht verlichting. Wy kunnen onzen lezers een be zoek gerust aanbevelen. BINNENLAND Hofberichten. HH. MM. de Koningin en de Ko ningin Regentes zullen op 21 dezer het gewone bezoek aan de Hoofdstad brengen. Van Amsterdam vertrekken HH. MM. op 27 dezer naar Faulenseebad in het Berner Oberland, en de Vorstin nen zullen na een verblijf aldaar den I6en Mei in Nederland terugkeeren en het paleis Soestdyk betrekken. H. M. de Koningin zal in dit jaar hare geloofsbelijdenis afleggenin verband daarmede zyu HH. MM. voornemens den zomer rustig te Soestdyk door te brengen, opdat de Koningin zioh onverdeeld aan hare studiën kunne wijden. Atjeh. Aan het IV. v. d. D. werd Donder dag uit Batavia gese nd Een aanval op Tjot G (Z. buiten de iini') is afgeslagen. Onzerzijds geen verliezen. De meerderheid der hoefden is naar Oemr.r overgeloopen. Toestand ongewijzigd. Van den gouverneur-generaal van Ned.-Indië is denzelfden dag aan het departement van koloniën het volgend telegram ontvangen, dl. Doo- derdag Generaal JDeijkerhofi' seint, dat niemand in Atjeh de reden yau het gedrag van Toekoe Djoban kan gis sen, die zelf in een brief opgeeft on- heusche bejegening van eeniyen aij- ner lieden door twee ambtenaren. Voor zoover nagegaan, is dat zeer getocht. Toekoe Djohan moest optre den tegen Lamkr&k op 29 Maart en onze troepen den 30en. Hij deed dit niet en schreef een brief. Militaire gemeenschap verbroken met Lamkroenjet, Biloel, bivak Ga- loeng, Senelop, Kroeng Gloemtangen Tjot-R^nc, doch brieven van de jCvimmadLnlétt €»nfyj»^^ep- Weinig beschoten- hulp ónhóódig, ruim vf-1 vïGt en ammunitie. Gemeenschap zou te openen zijn, waren troepen niet noodig voor ob servatie. Toekoe Djohan pleogdo nog geen vijandelijkheden, versterkt-.; alleen Pa- kan-Badak en Lampieang. Hier be vinden zich woningen van Toekoe Djohan, ik vermeen, dat Toekoe Djo han niet tegen het centrum van het yerzet wille optreden, omdat hij daar door met de hojfden van het verzet zoude breken. De correspondent van het Hbld. te Batavia seinde .Al onze versterkingen zijn door den vijand omsingeld, doch goed voor zien van ammunitie en levensmid delen. „Toekce Oemar heeft Ole'a-leb, de havenplaats van onze Alje'nsche stel ling, omsingeld met twee duizend Pedireezen, in loopg aven. Vier onzer oorlogsschepen beschermen Oleh-leh. .Men wacht de komst af van de vers t erkingslroepen uitvoerige lijkrede tot huldiging van den man, die voor land en leger veel gedaan heeft, reeds op jeugdigen leef tijd in de dagen van 1830 en 1831. Hij gaf ook in geschriften blijken van groote bekwaamheid, waarbij ver meld kan worden het standaardwerk van de geschiedenis der oorlogen op Java. Spr. herinnerde aan het belangrijk aandeel, dat de overledene had in de Lampongsche expeditie en de latere eervolle loopbaan ook in het moeder land. Als minister wist hij de vesting wet te doen aannemen en heeft hij groote diensten bewezen door de al gemeens kennis, in het bijzonder van de draagbare wapenen. Een braaf Nederlander en soldaat gaat met Weil- zel ten g:ave. Een oroeder van den overledene dankte namens de familie. De klein kinderen legden een krans bij de vele, die de kist dekten. De begrafenis van Hasebroek. Ondanks het kille en ruwe weder heeft het Donderdag bij de ter-aarde- bestelling van Hasebroek's overschot niet aan duidelyke blijken van belang- stellinh en vereering ontbroken. Niet alleen ouden van dagen, die men tot vrienden en tijdgenooten des gestor venen mooht rekenen, maar ook jon geren die hem uit zijne werken leer den kennen en eeren. waren aan de groeve op „Zorgvlied" saamge- stroomd" De baar, versierd met een was is eveneens een prooi der vlam men gewordei). Persoonlijke ongelukken vallen er gelukkig niet te betreuren, terwijl allea verzak»rd iB. Gered is er letterlijk niets. Een Schipbreuk. Aangaande het vergaan van een sohip onder de Willemstad, wordt nog nader gemeld: Donderdag kwam vermeld sohip, genaamd De Dankbaarheid, onder de Tien Gemeten ten anker. Zeer waar- sohynlyk uit onbekendheid met de aldaar veilige reede, kwam het sobip juist op de plaats der kentering der getijen van het Vuilegat en het Ha ringvliet te liggen en oegon het Vrijdagmorgen omstreeks half elf zoo te slingeren, dat de schipper Frans Hakkers, van Werkendam, de nood vlag heesoh. Juist passeerde daar op eenigen afstand de Zeemeeuw, een charge-vaartuig, dat waarsohijn'.ijk het sohip in nood niet opmerkte. Eenigen tijd daarna liet de sohipper, geholpen door een daar eveneens ledig liggend sohip zijn anker kappen en draaide het voor den wind, waarna het koers zette naar de Willemstad, waar het zonk, op ongeveer 250 M. uit den zeedyk. De knecht werd met de giek ver weggeslagen de schipper zelf, staande aan het roer, verdween in de diepte met zijne vrouw en eene zuster. Maandag werd van rijkswege een duikeronderzoek ingesteld, maar vijftal bloemkransen, werd gedragen er ^®rd niets van de verdronkenen gevonden. Naar men zegt, passeerde daar de Middelburgsche boot, die blykbaar geen hulp kon bieden. Te betreuren is het. dat het van zoo weinig bekendheid schynt te zyn, dat de quarantaineplaats zulk een veilige ree aanbiedt; men ankert daar zelfs nog veilig ondec de on middellijke nabijheid der glooiing- werken. Het zou zeker in het belang van de soheepvaart zijn, als daar ter plaatse borden werden geplaatst, die de vei ligo reede aangaven. door leden van den Kerkeraad. Aan het graf sprak allereerst ds. Dau- banton, vertegenwoordiger van den kerkeraad der Geref. Gem. te Am sterdam. Hij sprak eohter met een enkel woort over Hasebroek, den schrijver, om eohter in den treede diens leven als evangeliedienaar te sohetsen. Hij teekende de gestorvene als den predikant, dien de gemeente liet had en op de gebeden droeg, vooral Jo hannes, den leerling die Jezus' liefde deelaohtig was geworden. Dr. Laurillard sprak als bestuarder der Hollandsohe Maatsohappij van Fraaio Kunsten en Wetensohappen, welke maatschappij, zoo sprak hij, zich zelve vereerd--, toen zy Hase broek tot lid van verdienste be noemde. Na dezen spreker voerde ds. Vob het woord, Hasebroek herdenkend Pers Overzicht. Zuid-Afrika 9up to date." Onder dezen titel schrijlt dr. F. V. Engelenburg, hoofdredacteur vau de Zuid-Afrikaanscne Volkutern, in de j April-afievering van De 0>dt een ar- als medestichter van dezelfde Kerk,tikel over de jongste gebeurtenissen welks opbouw hij zoo volyverig be-j in de Z. A. Republiek, waarin hij vorderde, met het enthousiasme, dat tot de conclusie komt, dat wol de hem als krijgsman in J830 onder-,Pb? niet is geknmon om een de- scheiicïó, héén met 'het nóógèr en- fii»iï-iö,è op tè maken uit de thousiasme waarvan hij vervuld was door dien anderen strijd der vaderen in 1578 aangevangen. Ds. Van der Horst herdaoht als oud-leerling den leermeester van velen, ds. Kool den huisvriend, die twintig jaren lang hem en zyn gezin getrouw gebleven, opgewekt De Gouverneur-Generaal van Ned.- Indië heeft, naar de N. R. Ct. ver neemt, per telegram uitzending ge vaagd van 30 luitenants der infanterie en van 12 onderofficieren der bereden artillerie. E9n bree'de schare wapenbroeders, vereerders, vrienden enz. waren Don derdag tegenwoordig bij de begrafenis van den oud-minister Weitzel te 's Gra- venhage. In den stoet waren de minister Schneider, oud-ministers De Vries en Du T"Ur. (Heemskerk was door het ongunstige weder verhinderd) L Mui der en kolonel Snijder. Op de begraalplaats bevonden zich 0. a. de oud-ministers Van Karnebeek I en Gericke, tal van militaire autori teiten, actief of gepensioneerd, hoofd ambtenaren en deputatiëo, o. a. van de vereeniging „Eigen Hulp". De minister van oorlog hield een öp i recente gebeurtenissen, dooh dat een oppervlakkige proefbalans reeds uit een Afrikaner-oogpunt beschouwd een gunsiigen indruk geeft. „De Nieuwjaarsdag van 1896 echrijit hij 0. m. opende voor Zuid- Afrika een nieuw tijdpsrkde zege vierende Z.-A. Republiek nauw ver bonden m6t de Oranje-Vrijstaat; in de Kaapkolonie met den val van het Rhodesregime een herleving van bet ond-nationaal gevoel, met bet voor uitzicht op een politieke en econo mische verzoening met de Repu blieken: in Rhodesia de ineenstorting der Gecharterde Compagnie, Hat roo- versneet op aandeelenin Europa een aandrang van sympathie, welke een aangename verrassing voor de Boeren geweest is in Engeland ee.n regeering die gedrongen is oaa „taire bonne mine a mauvais jeu". Intus- schen is de ver wezenlij king van het vage Zuidafrikaansche ideaal eener staatkundige vereeniging van alle lan den in dit werelddeel geheel gescho ven buiten het gebied een er practi- sche politiek en schijnt in ieder geval het denkbeeld van een Vereenigd Zuid-Afrika onder Britsche vlag voor goed verlaten te moeten worden. Door de treurice ondervinding p-ele 3rd, heb- ben de Boeren de noodzakelijkheid ingezien om zich beter tegen toekom stige militaire proefnemingen van buitenaf bereid te houden en re' kee- ren we thans in een toestand van ge- wapenden vrede, die niet juist bevor derlijk is aan de consolidatie van het Brit-che geza? in dit continent. Was er, zeife een vijftal jaren geleden, nog een schijnbare kans dat de Eagelsche invloed overwegend zou worden en b'ijven over geheel Zuid-Afrika, die kaDS is nu onherroepelijk voorbij het laat zich integendeel aanzien dat E?rst tegen 10 uur was men deneen nieuwe dageraad is aangebroken brand cok daar meester. j voor het Hoilandsch sprekende bevol- Het woonhuis van den beer B^ers,kiogselement, dat zich meer dan dat 't achter-gedeelte van het café ooit te voren kan laten gelden en vormde en onder het tooueel gebouwd g>andeweg de middelen ia de hand had tot hooger denken en gevoe'en. Daarna dankte een der familieleden van den gestorvene, ds. Brill, de tal rijke vergaderdon en ging men van elkander. Brand t© Amersfoort. Woensdagnacht omstreeks vier uur werd brand ontdekt in een der kleed kamertjes achter het tooneel van de „Keizerskroon" te Amersfoort. In een oogwenk hadden d9 vlammen voedsel gevonden in het tooneeldeco- ratief, en nog eer bezoeaers en kaste lein de za .1 nadien ontruimd, stond deze in lichtelaaie. De slangenwagen van de Amersf. Vrijwillige Brandweer was het eerst ter plaatse en tastte het meeat be dreigde achtergedeelte van het groote gebouw aan. Door het stelsel van trappen en de overdekte binnenplaats sloeg de vlam echter over op het voorgebouw. De spuiten deden, wat zij konden, hetgeen echter niet ver hinderen kon, dat zij den voortgang der vlammen niet konden Btuiteo, en ondanks alle aangewende middelen kon men het gebouw niet behouden bet brandde geheel uit. Oms reeks zes uur meende mende vlammen meeater te zijn maar toen de spuiten een uur later ingerukt waren, stak de wind op, waardoor ook bet aangrenzende woonhuis van den schoenmaker Woudenberg werd aan getast- krijgt om zich te ontwringen aan de monopoliseerende neigingen van het „perfide" Albion. Ol in de*e beweging Nederland een onmiddellijk aandeel zal kunnen ne men, valt te betwijfelenwel eohter een indirect aandeel. Het worde niet vergeten dat in Zuid-Afrika de gods dienst en de taal uit de eerste hand ontleend werden aan de voorvaderen der huidige Nederlandeche natiedeze kan nog veel doen om die oude bron steeds onder het bereik te houden van de Afrikaners. Door de Hollsnd- eche eohrijftaal in Europa elastisch te doen blijven en rekening te hou den met de dringende behoeften der Hollandsche schrijftaal in Zuid-Afrika kan de intelleclueele bond tu^schen Nederland en dit wereldde 1 worden beveiligd. Het is dus niet genoeg voor de Hollandsoh pchrij vends Trans- vaal-vrienden in Europa 02a z ch geldelijke opofferingen te getrco-tec ten bate van het volk der Z. A. Re publiek andere en niet op geld waar deerbare opofferingen zullen eveneens welkom en vruchtdragend blijken." Aangaande bet optreden van den Staatspresident Paul Kruger, lezen wij in het Gids-Artikel het volgende: „Het persoonlijk optreden van den heer Kruger gedurende die benauwde dagen was waarlyk bewonderens- waard. De bewering als zou de Trans- vaalsohe regeering alles van het ver raad geweten hebben, wordt duidelijk door de feiten gelogenstraft. Behalve president Kruger waren alle leden van den Uitvoerenden Raad uit Pretoria afwezig, in verband met de Kerstdagen; eerst toen de troebelen te Johannesburg een ernstig karakter aannamen, kwamen zij haastig naar de hoofdstad. „Bijna iedereen was onder den indruk der gebeurtenissen, en de tyding van Jameson's inval werkte op niet weinigen verlammend, omdat de overheid in bet minst niet op zulk een verrassing voorbereid was. Toen ik den heer Kruger. dadelijk na het ontvrfngen van ontwijfelbare tele grammen, in zyn woning opzooht, vond ik de bekende stoep van zyn buis gevuld met lieden wien de ver slagenheid op het gezioht te lezen stond en die bereid waren aan de meeBt overdreven geruohten geloof te slaan. „De president evenwel zat bedaard in zyn ontvangkamer te praten en planeerde door zyn kalmen ernst hoog boven de zenuwaohtige omge ving. ByJ deed mij denken aan de figuur van Koutousow uit Tolstoi's „Vryde ©q 0<?rIog'', dëR fttjs«isehen Opperbevelhebber, die indommelde bij onnutte beraadslagingen zijner generaals en rustig den loop der gebeurtenissen afwaohtte vertrouwen de op zyn goed reoht en de krygs- mans-instinoten van zyn vrijheidlie vend volk. „Het wederzijdsoh vertrouwen tus- echen Paul Kruger en zijn burgers heeft voor geen der beide partijen teleurstellingen opgeleverd." moesten verzetten. Men voelt iets voor 1 het patriotisme, dat een volk als de tydelyke oppermaohtige invaller een terrein of provinoio afpaalt en omheint met een plat gebrande strook, die provinoie doet ontruimen, de strook overschryden en zijn heil zoeken in de nog vrye binnenlanden achter de postenlinie van den in dringer. Men zegt, dat wy Nederlan ders dat cok zouden doen en dat wij ons land eerst stelling voor stelling zouden laten bezetten en als hetmo- gelyk was, den guerilla voeren, zooals de Atjehers ter verdediging van hun vryheid en hun grond. „Op dit oogenblik zullen onze Re geerders wèl deen er op te letten, dat een overweldiging van geheel Atjeh geen sympathie zou wekken bij het volk hier te lande. Mis-ohien is het daarom thans een gunstige ge legenheid, om naet alle Atjehsohe stamhoofden een betamelijken vrede te sluiten en de peperplanters ver der ongemoeid te laten. Natuurlijk mogen wij de zee- en havenplaatsen niet prijs geven en dient de geheele kust van Atjeh onder maritiem toe zicht te blijveo; het door ons bezette terrein, hoe klein ook in vergelijking met geheel Atjeh, is intussoben te groot gebleken voor een matige en Teilige beietting. Nooit in de lange vijf en twintig jaren, die de huidige occupatie reedB duurt, zyn onze troe pen bevrijd geweest van aanvallen door zoogenaamde „kwaadwilligen". Zoo gemakkelijk men zich schier overal *p Java, op Borneo, op Cele bes en op de Molakken schikt in xya onderworpenheid aan de Neder landers, zoo gehaat zyn wy bij den Atjeher. Daarin moet, dunkt ons, een vingerwijzing worden gerien, om aan de lichtvaardige, ongemotiveerde en alleen door slechten handelsgeest ingegeven hezetting van Atjeh zoo spoedig Bsogelijtc een eervol einde te m&ten. „Hiertoe zullen in zekeren zin meer naoed, aeer beleid en meer vastbe radenheid van onze staatslieden ge vorderd worden dan vcor het ver overen en civiliseeren van geheel Sumatra; er zullen misschien zelts eeniee iilusiën moeten worden op geofferd. Wil men Sumatra verove ren, zooals men h6t Java deed, men behoort daD ten minste te erkennen, dat men aan het verkeerde einde be gonnen is en dat een opdringen uit het zuiden de natuurlijke weg van opereeren zou sijn geweest." Onze Atjeh-poliliek. Het Centrum heeft in zijn nummer van Woensdagavond een artikel ge wijd aan dit in de pers reeds zoo vaak besproken onderwerp. Hat blad geefi daarin als zijne meenmg te kennen, dat het Neder- landsche volk als geheel een tegen stander is van den Atjeh-ooriog. Wat tot dusver geschied is, zal men aanvaarden als onvermijdelijk, maar de tijd schynt het Centrum niet ver meer, dat aan onze Indische Staatslieden een tot hiertoe en niet verder zal worden toegeroepen; dat er een Volksvertegenwoordiging zal woeden gevonden, die het woord Atjeh-Ooriog van de begrotingspos ten schrappen zal met onverbiddelijke gestrengheid. „Nooit is deze oorlog ten onzent eigenlijk populair geweest" dus gaat hierna het bl-d voort „omdat nooit de reohlvaardigbeid, zelfs niet de billijkheid is aangetoond gewor den van het bezetten eener streek, die wij enkel van de kustzijde hadden te bewaken, opdat de zeevaart geen beletsel zou ondervinden van de At jehsohe zeeschuimers. Het veroveren en .bezetten van een groot terrein, het onderwerpen van Groot Atjeh is hier steeds vergeleken met de poging van Spanje in de 16de eeuw, om ons vrijen Nederlanders, een hegemonie op den hals te leggen, waartegen de natuur en de geest des volks zich Letteren en Kunst. Nederlaridiche Opera. Woensdagavond had in het Pavil joen-Vondelpark een vergadering plaats van het geheele personeel der Nederlandeche Opera, bijeengeroepen door de rechtskundige advieeure. (Mr. v. d. Breggen voor den beer Van der Linden, mre. Mesrit/i en C ilisch voor de Bolinten en nor. Biederlack voor de orkestleden) Besloten werd met al- gesaeene stemmen den Raad van Be heer bij deu:waardai8-(-xj 1 v.t in ge breke te stellen en daarbij de ont binding der contracten te vorderen, tenzij onmiddellijk de ingehouden 51 pCt. des gages door den Raad konden, worden uitbetaald. De artlsten, met don heer Van der Linden aan het hoofd, zullen van Za terdag Tannhüuser in het Poleis voor Volksvlyt) voor eigen rekening de onderneming exploiteeren. De beer Van der Linden verklaarde ons. dafe naar zyn meeaing dexe explo tatie betere resultaten zal kunnen opleveren dan de vroegere. Men is begonnen met Donderdag aan het geheele personeel der administratie den toegang tot het gebouw te weigeren. In hun plaats zullen nieuwe titularissen, minder in aantal, worden benoemd. De gages voor artisten en verder personeel worden voor de maand April door den directeur gewaarborgd. Wat da partituren betreft, die zich thans ten huize van den heer Sloet bevinden, deze zullen by deurwaar ders-exploot worden opgeëisoht. Wor den ze niet uitgeleverd, zoo bestaat er grond voor een burgerlijke vorde ring, doch men hoopt, dat de Raad van Beheer overtuigd sal zijn, dat de muziek wel voor de onderneming groote waarda heeft, maar bij even- tneelen verkoop niet veel zou op brengen. Men acht het dus onwaar- schynlijk, dat aan de vordering tot uitlevering geen gehoor zal worden. hbld. verhaal, zooals gij weet en ik kon het -lechts in oreede trekken vertellen en omgekeerd kon ik slechts een tiende hooren van hunne angsten en eindelooze pogingen ten mijnen behoeve. Het bleek, dat, toen ik niet naar hetj hotel was teruggekeerd dien avond dat ik Paolo gevolgd j was naar dat hol in de Bowery, Roderick terstond naar het jacht was gegaan en daar van Dan mijn voor nemen vernomen had. Hij verloor geen oogenblik alvorens de hulp van de politie in te roepen, maar zelfs toen was ik reeds aan boord van de Labrador en de nasporingen van de Nieuw-Yorkeche detectives waren vruchteloos gebleven, zij wsren er zells niet in geslaagd iets van mij te hooren. Vier en twintig uur lang had men Paolo nacht en dag gevolgd, maar bij werd dood geschoten fin een drinkhol, voordat de politie zich van hem had meester gemaakt en hij leefde lang genoeg om Mary een bericht te zenden haar vertellende, dat hare mooie oogen de Cel3is gered hadden in den Atlan- tischen Oceaan. Den volgenden dag maakten Roderick en de kapitein alles bekend wat zij wisten van Black en zijne bemanning en grooter sensatie werd er nooit in eenige stad teweeg gebracht. Langa een hall dozijn telegraafdraden werd het nieuws geseind nsar Europa, het verspreidde zich naar de Stille Zuidzee en naar de wateren van Japan de marine over de geheele wereld werd er door geschokt en gedurende eenige weken ver lamde het alle verkeer op den Atlantischen Oceaan. Kruisers van vele volkeren werden gezonden naar het vaarwater van de groote zeeschepen, de grootste passa giersbooten droegen wapenen en dagelijks werd vóór alle andere vragen de vraag gesteld: „Heeft men het naam loos© schip vermeesterd?" De verbazing evenwel duurde slechts eenige weken; want wij waren naar IJe-haven gevlucht en menscher, die niets meer hoorden over de zeeroiverij begonnen zich af te vragen: „zijn dit geenj hersenschimmen van droomers Intusschen keerden Roderick en Mary, die al den anget der onzekerheid verduurden, naar Europa en naar L in den terug om daar een onderhoud te nebben met bet hoofd der Admiraliteit en de zaak te hooren behandelen in het Parlement. Verscheidene oorlogsschepen werden naar den AtlantiBchen Oceaan gezonden, maar kwamen terug om den Biechten uitslag mede te doelen van hunne zendiDg, die ook maar éen uitslag hebben kon, omdat i Blacs toen in de veilige schuilplaats op Groenland zich bevond en niemand era^n dacht hem daar te zoeken. Mijn vriend evenwel was nog niet bevredigd door deze daden d»r regeeringen en de beloofde belooning van vijf honderd duizend gulden voor het nemen van het naamlooze schip of zijne bemanningwant hij zond de beste part cuHere detectives uit, twee naar Nieuw- York en anderen naar Parijs en Spezia. Deze vernamen wel iets iets van Black's vroeger geheimzinnig leven, maar zijne latere daden bleven hun verborgen en toen er weken verliepen en ik niet kwam, dachten allen dat ik gesneuveld was in de zending die ik mij zelf had opgedragen dat ik een van zijne vele slachtoffers was geworden. Het was eleckts enkele dag^n, nadat men tot die treurige overtuiging was gekomen, dat Black en ik naar Londen gingen en gezien werden door den inspecteur King, die dag en nacht op wacht had gelegen of bij den man zien zou. De detective had onmiddellijk gete legrafeerd naar de Admiraliteit en naar Roderick die mijn hotel bereikie om te oniaekxen, dat ik reeds vertrokken was. Toen was hij ijlings naar S ^uthampton teruggekeerd, vernam daar dat oorlogsschepen werden uitgezonden en wachtte daar met Maiy om bericht te krijgen van den grooten Btrijd, die leven of dood voor mii was. Lang zaten wij te praten over deze dingen en zeer schitterend waren een paar zwarte oogen, die beurtelings op Roderick en mij gevestigd waren. Maar ook Rode- riek was geheel wakKer geworden uit zijn slaperigen toestand en zijn geestdrift verdreef zijn oud zelf bedwang. „Morgen, wel morgen, zult gij Londen verbaasd doen staan, dat beloof ik je. Morgen, mijn vriend, zullen we naar de stad gaan om de vijfhonderd duizend gulden op te eischen, welke de Admiraliteit heeft uitgeloofd en de tweehonderd duitend van de Black Anchor Line, om nog maar te zwijgen over het geld door Amerika uitgeloofd. Wel man, je bent geborgen voor je leven en we zullen met ons jacht naar Groenland gaan en de plaats op3poren waar Black zijn kolenschip is, want dat schijnt ontsnapt te sijn en het zai het mooiste uitstapje wezen, waarvan ik gehoord heb." „Wat zegt Mary ervan vroeg ik, daar zij mijn hand nog va thield. „Ik ben niet van plan je weer te verlaten," antwoord de zijen terwijl ze sprak hoorden wij een luid ge juich en getrappel van voeten op het dek, toen wij haastig naar boven gingen, verdrongen de matrozen, die mij zoo dierbaar waren, zich om mij en hun gejuich werd weggevoerd ver over het water en werd ge hoord door andere schepen, die hunne lichten op ons richtten, zoodat de nacht als een dag voor mij werd, en het ontwaken na weken van droomen was als de komst van de lente na de duisternis van den winter., En tocb, terwijl dat kinderlijk gezicht verhelderd werd" door een vioolijken glimlacb, en eerlijke handen de mijne drukten en het water weergalmde van het ge juich, kon ik niet nalaten aan Black te denken en mij af te vragen„Is de man werkelijk dood of zullen we- nog van hem hooren en zal bij nog rohrik verspreiden en lijden veroorzakenhij de meester der volkeren, en- het kind van eene ijdele eerzucht? Of ligt zijn graf in den grooten Atlantischen Oceaan, waarover hy heerechte in de groote oogenblikken van zijn macht?. Ik weet het niet. SLOT.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1896 | | pagina 2