Ook de invloed van lichaamsmat op het hongerlijden is door geleerden bewezen, maar meer nog vermag de invloed van een abnormalen geestes toestand, waarvan het volgend voor val oen bewijs kan leveren. Een ge pensioneerd Fransch officier uit de vorige eeuw, die vroeger om zijn be kwaamheid en edel karakter algemeen geacht was, werd wegens eeD geringe geestesafdwaling naar de vesting Sau- mnr overgebracht. De toestand van den offioier scheen den commandant der! vesting echter zóo weinig gevaarlijk toe, dat hij b em toestond door de stad te wandelen. Hierdoor vernam hg echter dat zijn familie z;oh niets aan hem liet gelegen liggen en dit trok hg zioh zoozeer aan, dat hij op staanden voet naar zgn woonplaats terugkeerde waar hg eohter vastgehouden en we der naar Saumu!" opgezonden werd. Toen men hem daar nu niet meer liet uitgaan verviel hg tot waanzin en weigerde voedsel. Gedurende 46 dagen gebruikte de officier in het geheel geen spijzen, maar op den vgfden dag had hg om brandewijn gevraagd. Men gat hem anisette, waar bij drie dagen van dronk en daarop vroeg hij meer van dezelfde likeur. Van het rantsoen, dat hem nu werd toegemeten, mengde hij drie drop pels in elk glas water, dat hg dronk, en rekte het daarmee tot den 38en dag, in welken tgd hg 584 groote kannen water had geledigd. Op den 38en dag hield hij ook op te drinken en gebruikte toen aoht dagen achter een in het geheel niets, totdat er toe vallig een meisje bij hem in de kamer kwam, dat een stuk brood met kaas in de hand had. Dit wekte zgn eet lust zoodanig op, dat hij om eten vroeg. Men gaf hem eerst rijstsoep en zoo langzamerhand zijne gewone spgs. Hij werd vroolijker, kwam weer eenigszinB bij zijn verstand en men geloofde reedsdat hg hersteld was, tot hg, naar zgn normale kraoh- ten herwonnen te hebben, weer eens klaps waanzinnig werd en stierf. Overtalrgk zgn de gevallen van mijnwerkers, die door een instorting bedolven, soms dagen aohtereen van voedBel verstoken zgn. Zoo waren er onder de 70 geredden bij het opzien barend mgnoogeluk bij Przibram in 1892 versoheidenen, die van 9 tot 11 dagen zonder licht of voedsel begra ven waren geweest. Ten slotte nog een geval van drie bergwerkers, die den 4 Juli 1802 in de Emeranmjjn bij Bilin levend begraven werden en eerst na 17 dagen, toen men hen reeds lang ^dood waandegered konden worden. Men vond hen schier tot ge raamten uitgeteerd, maar toch nog levend. De ongelukkigen hadden in dien tijd geen ander voedsel gehad dan twee broodjes. Door honger ge pijnigd, verslonden zij een lederen doosje, twee lederen tabakszakjes en eeh pijperoer, dai zjj in drie stukken hadden gebroken. Een hunner behield evenwel zgn tegenwoordigheid van geest. Hg alleen haalde van twee tot viermaal daags het water voor zioh en zgn lotgenooten van een 80 meter verwijderde plaats. Ten slotte werd ook de wilskracht van dezen held gebroken. Niettemin hadden die man nen volgens geneeskundige uitspraak, nog drie of vjjf dagen zoo kunnen voortleven. (Z>e Hotelhouder.) INGEZONDEN. Voor den inhoud, dezer rubriek steil de redactie rich niet aansprakelijk. Van ingezonden stukkengeplaatst oj niet geplaatstwordt de kopij niet aan den inzender teruggegeven. Baariem, 4 Juni '96. Mijnheer de Redacteur! Mag ODdergeteekende nog eens van uw vriendelijke gastvrijheid gebruik maken, om even in het volgende de aandacht te schenken aan hetgeen „Fidelio" in zijn laatste Zaterdagavond snufje belieft te zeggen over de Openbare Verg. van 22 Mei jl. waar Prof. van Rees en mijn persoon zgn opgetreden over het drankmisbruik en nog iets op den len Mei jl. aan de C. W. der H. S. M. alhier. Toen ik de gemoedelijke kaut van ..Fidelio" gelezen had, meende ik hem eerst niet in ernst te moeten opnemen, kwam daar echter op terug daar de kwestie als zoodanig te ern stig is om er een loopje mede te nemen. Met een glas water tooh Bpoelt men niet weg de houding die is aangenomen door direotie en werk lieden op dien bewusten dag, en daarover tooh loopt de zaak 9n niet of ik zonder sohijn van bewgs be weerd zou hebben dat er wel 100 li ter drank zou zgn gedronken dien dag. Of er bepaald die hoeveelheid is verbruikt dcet niets ter zake, er is veei, zeer veel gedronken, oude werkplaatsers herinneren zioh niet dat nooit zooveel gedronken is op zoodanige feesten of gelegenheden. Buitendien heb ik die hoeveelheid genoemd niet op eigen gezag maar nadat mg van versohiliende werklie den verzekerd was, dat die hoeveel heid zeker verdronken was. Nu het kardinale punt, waaraan „Fidelio' niet gedacht heeft. Er bestaan bepalingen die het drinken en schenken aan de C. W. verbieden op verbeurten van geld boeten, b. v. inhouding van 6 dagen loon, vermindering van uren loon over jaar of langer. Het moet ons toeschijnen dat de maatsohappg deze regelen in 't leven riep omdat zg sohenken en drinken een gevaar achten bg den arbeid, afgezien van de mogelijkheid dat zg bedoelde geen drinkers in dienst te wil len hebben. Het eerste is het meest waarschijnlijk, welnu als het drinken en sohenken inderdaad gevaar oplevert bij den arbeid, zal ook de juiste uitvoermg der werkzaam- j heden daar onder lgden en is het niet j gewaagt te veronderstellen, dat een gedeelte van 't personeel, welke zioh op zoo'n dag tot dergelijke uitspat tingen leent, zioh, haar kans sohoon ziende, niet zal storen aan dergelijke bepalingen, immers de neiging tot drinken bestaat en wat waarborg blijft dan voor 't publiek, dat het reparee ren van spoorwegmaterieel, 't welk in vele opziohten een zaak van vertrou wen is, met de noodige nauwgezetheid wordt verricht. Immers geene. Boven dien is het wel eerlijk van de direotie, welke keer op keer het gezag uitbreidt en dus de geheele zedelijke verant woording van 't personeel tegenover 't publiek herleidt tot het levensbegin sel van de arbeiders „geld verdienen" op welke wijze doet niets ter zake. „Uren maken" en „pies" verdienen, ziedaar de hoogste moraal en als dan alle pliohtsbesef is uitgeroeid en men dus niet de volle draagwijdte der verbodsbepalingen begrgpt, de over- tieders te straffen. Dat is niet eerlijk. Er moet iets rots zgn aan de C. W. en dat is het ook inderdaad, het mag echter niet worden uitgesproken door den weldenkende, op straffe van ont slag. Aan het onderdrukken der vrije geest is het ook te dankeD dat de werklieden, welke het initiatief namen tot bovengenoemde vergadering zioh wat hun identiteit aangaat, in de zelfde geheimzinnigheid hullen als „Fidelio." Dat prof. van Rees in gezelschap van een socialist durfde optreden schijnt Fidelio mede te hinderen, laat hg gerust zgn, deze heeft zioh buiten de kwestie gesteld en alleen gepro pageerd voor geheel-onthouding. De wetenschap, inclusief prof. van Rees, verkeeren dus geenszins in gevaar en er behoeft dus nog niet geremd te worden, „Fidelio". Inte gendeel er zijn nog mensohen te over, echt prozaïsch die, nu ja, wel willen erkennen, dat de drank veel onheil veroorzaakt, en nog doet, maar die in onze wereld vol sleur en oude gewoonten blijven drinken en sohenken en d£h moed missen open lijk te breken mét deze ondeugd, 't Zijn dezelfde waarvan „Fidelio" onlangs getuigde„ik weet wel dat het eene paard vlugger loopt dan het andere", en daarom thuis blijven op hun gemakstoel en noch het een nooh het ander doen terwille van de publieke zaak. Gij verslaaat mij wel „Fidelio", niet het afjakkeren van paarden be schouw ik als een publieke zaak. maar uw karakteriseering van de onverschilligheid van zoovelen pas ik aan het onderhavig geval en hoop dus dat ge instede van de remmers de geestd;iftigen van 't vervolg in 't gareel, zult roepen. Dank, redacteur, voor Uwe bereid willigheid, J. HOFLAND. Een enkel woord ter beantwoording van Hofiands betoog. Nog steeds levert Hofland geen bewijzen voor zijn bewering, dat er honderd liter jenever zou gedronken zijn. Hij praat er zoowat overheen, maar staaft zijn bewering in geeaen deele. Nu is onder fatsoenlijke menschen de stelregel gangbaar, dat men geen beBohuldigingen uit, die men niet kan of wil bewijzen. Dat heeft Hof land toch gedaan en prof. van Rees heeft er aan meegedaan, door naar aanleiding en len vervolge op H.'s betoog, geheelonthouding te predi ken. Hg associeerde derhalve zijn naam met een onbewezen beichuldi* ging- Ik zal er niet verder op ingaan, aangezien het overige van bovenj staand stuk mgn Zaterdagavondpraalje niet rechtstreeks raakt. Alleen wil ik dit nog zeggen dat H. het mis heeft, wanneer hg zegt dat Fidelio zich hult in geheimzinnigheid. Hoe Fide lio in 't dageljjksoh leven heet, is vrijwel le secret de polichinelle, m. a. w. een publiek geheim. FIDELIO. in den windkorenmolen van den heer C. Meulenbroek en legde dien ge heel in asoh. Te Hoogerheide ontstond brand in de hofstede van de weduwe Veraart en werd een kind door den bliksem getroffen. Ook sloeg de bliksem in den molen van deu heer J. Bril, verbrijzelde de roeden, doch veroor zaakte geen brand. Te Oorderen werd een 20jarig arbeider, en onder Capellen werden twee kinderen door den bliksem getroffen Woensdagavond tegen 7 ure sloeg de bliksem in den tuin van den kastelein W. Brak te Waalwijk. Vier personen zaten daaraan een tafeltje; drie kwamen met den schrik vrij, dooh de vierde, de kastelein, werd op de plaats gedood. Officieel is te Berlijn niets bekend ten aanzien van den moord die zou gepleegd zijn op een Duitschei, als officier voor de instructie in het Chi ne esche leger dienende. Aan dit be richt van Dalsiel te Londen wordt daar geen g doof gehechtmen brengt het in verband met een gebeurtenis die vijf of zes weken geleden plaats greep. Toen werden in den omtrek van Nanking verscheidene Duit3che offi cieren, door de bevolking, die steeds een sterke verbittering tegen de Euro peanen aan den dag had gelegd, be- leedigd en met steenen geworpen, zoo dat enkelen hunner onbeteekenende verwondingen bekwamen. Daar de mogelijkheid bestaat dat bij dergelijke uitbarct'ngen der volkswoede nog eens een Duitach officier werkelijk vermoord wordt, zal de regeering een krachtig verloog indienen. Het Duit- scbe eskader dat zioh in de Oost- Aziatischewateren bevindt, is aan den mond van den Jangtselimg aange komen. is eene laatste worsteling aan de orde. Het laatste reoitatief wordt niet alleen .afgebroken door de blaaeinstrumen Naar aanleiding van net feit datmaar deze spreken ook in ver- De 8e symphonie van Beethoven. Vervolg Nieuwstijdingen. Ongelukken door den bliksem. Te Goudriaan sloeg de bliksem in een watermolen d6 as doormidden, zonder brand te veroorzaken. Woensdag is te Baardwijk de polderwaohter Broks door den blik sem getroffen en gedood. Te Ganzendijk onder Beerta sloeg de bliksem in de behuizing van H. Kwant en vernielde de klok aan den wand, benevens eenige vazen op den schoorsteenmantel. Brand werd niet veroorzaakt. Te Eekst (Drente) sloeg de blik sem in eene boerenwoning, die Bpoedig afbrandde. Te Terwoldo bij Deventer is Don derdagmiddag eene kapitale boeren plaats „de Haazelt" door het inslaan van den bliksem afgebrand. Uit Wageningen meldt men Bg het hevige onweder, dat Woensdag boven onze plaats losbarstte, sloeg in het naburige Achterberg de bliksem in den molen vanA. Wanders. De molen is tot den grond toe afgebrando. a. 450 zakken koren gingen mede verloren. Ook in het westen van Noord- Brabant heeft een verschrikkelijk onweder geweed, waarbg tal van ongelukken zijn te betreuren. Te Ossendrecht sloeg de bliksem Vervolg Stadsnieuws. Maandelijksch Overzicht van de vereeniging „Weldadigheid naar Ver mogen" boekjaar 1 Nov. '9531 Oct. '96. Voor behoeftigen werd toegestaan: Voor werkverschaffingNovember f400. Deoember Jan. f50, Febr. f Maart f April f Mei f totaal f450. Voer brood en levensmiddelen November f 365.12, December f 3-50.07, Januari f452,38^, Februari f447.39;*, Maart 1344.93, April f216 51!-, Mei f250,85, totaal f2427.26. Voorbrandstoffen': November f24 67, December 173.51, Januari 53,55, Febr. f 180.91, Maart f8.06. April f2.48, Mei ftotaal f443.18. Voor ligging en kleedingNov. f21,15, Deoember f40.26, Jan. 49,95%, Febr. f 46.90, Maart f29.90, April f7.80, Mei f960,totaal f 205,56*. In geldNovember f 1013.30, Deo. 688. 2», Jan. 877,10, Febr. f1393. Maart f620.55, April f470,50, Mei f647,80, totaal f5511,36^. Verplegingskosten bedroegenNov. f50, December Jan. f—. Februari f74.24, Maart f—, April fMei f lotaal f124,24. Administratiekosten bedroegen: Nov. f 125.50, Deo. f 140.70, Januari 108,70, Febr. f75.40, Maart f 139.60, April Mei 1108,60, fl08.G0, totaal f806.50. Totaal: November f 1999,74, Deo. f 1392.766, Januaii f 1591,69, Febr. f 2018.73,, Maart f 1143.04, April f 805.89», Mei 1016 24s. totaal 1 9968.11. Bovendien werd eene groote hoe veelheid ten gesohenke ontvangen kleedingstukken. brandstoffen enz. uitgereikt. Ontvangsten: Contributiën en giften, November f3346.50, Dec. f 4954.73%, Januari f3606.18-;, Februari f637.15 Maart f276 66. April f129 00, Mei 32,75, totaal f12982 98. Diversen en terugbetalingen Nov. f 10.50, Deo. f 15.50, Januari f 18,69, Febr. f6.Maart fl.April f16.00, Mei f97,54,, totaal f165,231/». Totaal: November f3357.00, Deo. f 4970.23s, Jap. f 3624,87*, Februari f643.15, Mrt. f277.66, April f 145.00, Mei 130 29,, totaal f 13140.21». Zoodat voor de overige 5 maanden beschikbaar is f3180.10£ Muziekfeest. Hoe men in Haarlem het muziek feest van Toonkunst zoo aangenaam mogelijk wil maken, blijkt wei bier- uit, dat de twee grootste sooieteiten tegenover koorleden en leden van Toonkunst welwillende gastvrijheid betrachten. De leden van het koor hebben Zon dagavond toegang tot het co-cert in de Buiten-Societeit van „Trouw moet Blijken"; de Societeit-Vereeniging, harerzijds zet gedurende de drie dagen van het feest de deuren open voor de koorleden en leden van Toon kunst te gader en zal Zondagavond eveneens een concert doen geven door de Schuttersmuziek van Leiden, welk concert voor de koorleden toeg&nke- lijk is. De lBte luit. L. E. Hinriohs van de militaire sohool alhier wordt 16 Sep tember geplaatst als leeraar in de wiskunde bg de Cadettensohool te Alkmaar. De lete luit. J. Thomas van het 4de reg. inf. alhier is geplaatst bij het instruotie-bataijon te Kampen. Ter aanvulling van odb berioht van gisteren deel en vrg mede, dat onze stadgenoot de heer A. Resink lid is der ooinmissie in zake het huldeblijk aan den beer Kriens. Z&ierdagavond (morden) door het orkest van het concertgebouw de 9ie symphonie van Beethoven wordt uit gevoerd, doen wij hier het artikel volgen, door een muzikaal ötadgenoot over dat kunstwerk geschreven. ..Deze tocm6chepping is uit de jaren 1822 en 1823.Beethoven stierf 29 Maart 1827, zoodat men deze symphonie zijn muzikaal testament kon noemen. Van 1812 al was Beethoven doof,} en hoorde bij zijn werk alleen met het inwendig gehoor. De technisch zware eiechen in dit werk aan de meneche- iijke stem in de slotkoren en solo's gesteld, zijn misschien ihier uit te verklaren. Lang was dit toonwerk een geslo ten boek voor de muzikale wereld. Het is mede een der groote verdien sten van Richard Wagner het laatste woord van den grootmeester der tonen te hebben verklaard aan onzen tijd. Met Paschen van 1849 leidde Wagner, te Dresden, eene uitvoering der symphonie. Hij gaf den hoorders een programma in handen, waarin bij de taal der tonen in woorden aan Goethe ontleend uitdrukte: Ia het Alleero Zie, elke morgen wekt mij zonder hoop, en bittere tranen kon ik wee- nen, bg d'aanvang van den dag, die in zgn loop geen enklen wenaoh vervullen zal niet éenen Dön dag, die elke sohepping van mgn vol ge moed verstoort en tergend kwellend henenspoedt 1 En, zinkt de zen, ver- sohijnt de duistre naoht, ik ga angstig mijn leen op 't leger strekken, waar tooh geen zoete rust mij wacht, daar sobrikbre droomen staag mij wekken. De God, die in mijn boezem troont, houdt diep mijn binnenste bewogen dooh sohoon hg d«ar zijn almacht toont, naar buiten mist hij elk ver mogenen daarom iB dit leven mg een last, de docd gewenscht." Oi', het is bij wijlen of dit Allegro maestoso de stemmen vertolkt van het door Goethe onzichtbaar gedachte geestenkoor „Wee 1 wee gij hebt haar verwoest, met forsche vuist die sohoone wereld I Zg valt, zij stort in l Een halfgod heefi haar verslagen! Wij dragende brokken daarhenen in 't niet, en klagen: Wee, de verlooroesohoone 1 Machtiger, o zone der aarde, prach tiger, boaw haar weder, in uwen boezem weer op 1 Met frissohen zin begin een nieuw levenen nieuwe liederen stemmen mee in 1" Maar nog zgn de nieuwe liederen niet geboren. De mensoh moet, hoe verheven hij zichzelven ook gevoelt, tegenover het lot een harden strijd strijden. Maar al is de hoogBte levens vreugd nog ver, de mensohelijke geest mag zich de weelde veroorloo- ven zgn luim te laten werken, en eene soort vroolgke levenslust openbaart zioh dan, die zich licht verloopt in den zwijmel der zinnen. Dat gevoelen wg in het eerste deel van het Scherzo. Het is alsof Faust spreekt: 'k Wil in den stroom der zinnelijkheid mijn driften koelen en vergeten, w&t mg slechts smart heeft bereid. Poorten van 't wonderland, opent u wijdDeel wil ik nemen in 't worstelen en stre ven, in 'truiBohen en 't woelen, in 't werken, in 't leven der menschen in den tijd I Maar dan weder wordt het in het rhytmus van drie en vier maten anders. De mensoh lacht nu om zijn eigen dwaasheid en die der wereld, peinst over den tweestrijd tussohen goddelijk en menBohelijk leven, en komt er zoo toe om zioh te verdiepen minderde septiemaoooorden, die in dien tgd iets nieuws waren. Daarop wordt de melodie van het vreugdelied iu rondo-vorm gehoord, en wel ten slotte zoo, dat de eerste viool de melodie speelt onder de vierstemmige begeleiding van het geheele strgk- quartet. Dit „obligaie accompagne ment", zoo ais Beethoven het zelf noemde, was eene hem eigene schrijf wgze. van welke hij beweerde, dat bg er mede op de wereld gekomen was. Een verrukkelijk Adagio van 3 maten doet vermoeden, dat er iets heerlijks door den tooudiohter gevoeld wordt, en als zich het Presto nog eens beeft doen gevoelen in het geheele orchest, wordt het woord ge geven aan den bariton, die uitroept „O, vrienden niet deze tonen, maar laat ons aangenamere en meer vol vreugde aanheffen I" En dan weer klinkt in het koor, afgewisseld met solostemmen, een deel van het „lied aan de vreugde" van Schiller. Nu eens in rondo-vorm, dan in een le vendig marech-allegro doorloopen hier orchest en koor bijna alle registers der vreugde, afgewisseld door de be roemde dubbel-luga van het orchest, straks ook door het kcor gevolgd. Dit loopt uit op de verheerlijking der hoogste levensvreugde, die, in God gewijd, de broederhand reikt aan de menschheid in haar geheel. Machtig verheft zieh de vereeniging van or chest en koor tot den jubeltoon: „Seid umschlungen Millionen diesen Kuas der ganzen Welt I Bi üder, überm Sternenzelt musz ein lieber Yater wohnen Die vereeniging van koor en oroheet in eane symphonie moeten wij be schouwen zoo als Beethoven ze zelf beschouwde aan het einde zijns le vers. Hg zegt„De muziekinetrumen- e i vertegenwoordigen de oorspronke lijke organen der natuur buiten den naeiisch. De menschelijke stem vertegenwoordigt de persoonlijke aandoeningen van het menschenhart. De vereeniging van beide is de hoog ste kunstopenbaring. F^ar welke woorden zullen nu de poe vertolken, die aan deze vereeniging ten grond slag lipt? Daarom was het mij zoo moeielijk bij het vervaardigen der 9de Fymphonie woorden te vin den, die eenigermate uitdrukten wat gevoeld werd. Eindelijk besloot ik gebruik te maken van de echoo- ne Hymne „an die Freude" van onzen Schiller. Het is een ver heffend en edel gedicht, maar er ver van af dat uit te spreken, wat geen vers ter wereld uitspreken kan." Beethoven heeft dan ook slechts on- kele gedachten uit Sohiller's lied ge bruikt. Hier is de vreugde der vroomheid en der liefde aan het woord, gelukkig in het besef eener eeuwige liefde. Maar de mensohelijke taal is te zwak om het zielsgevoel des harten, gedragen door de hoorbaar gewor- dene stem der natuur in woorden weer te geven. De hoorder gevoelt veel meer dan het woord zegt. Tooh big ven de cantate, de opera, of liever het muziek-drama, en het oratorium de hoogste uitingen der muzikale kunst. De 9de symphonie moet een ver beven indruk maken. Verheven is de worsteling van den mensoh met het leven, en, moge hij een wijle daar van eens poozen in luim en scherts, zoodra de stoffelijke wereld hem weder dreigt te overvleugelen, roept hij de liefelijke herinne in de herinneringen van vroeger en1 ver;eden te hulp, en die te verbinden met de droevige er- V J X u>' pondeerende leden, 28 leden van ver dienste en 1 buitengewoon eerelid (H. M. de KoniDgin-regentee)der halve is het totaal der leden 4528. De ontvangsten bedroegen in het afgeloopen jaar f 28865.43% en de uit gaven f 20689.02%. Tot leden van verdienste werden gekozen de heeren Bernard Zweers van Amsterdam, B. de Haan ran DarmBtadt en Vinoent d'Indy van Pargstot correspondeerende leden de heeren Hnmperdinck, Theodore Dubois en Mylord. Gekozen werden tot leden der oomm. voor bet kunstenaarsfonds de heeren Frans Coenen, Richard Hol en Ber nard Zweers. De heer J. C. Loman aftredend be stuurslid werd met algemeene stom men herkozen. Op voorstel van het Hoofdbestuur werd besloten de overblijvende twee- vgfdenjvan het batig saldo slot (f 1200) dit jaar te verdeelen tussohen het kunstenaars- en het onderwijzersfonds. Besloten werd daarna de navolgende toelageB te verleenena. een Bom van f200 ten einde daaru.t aan de afdeelingen die kosteloos zangonder wijs in haren kring wensehen te be vorderen, toelagen van f25 tot i 100 te kun Den verzekerenb. een crediet van 1700 uit de middelen van het onderwijsfonds aan bet hoofdbestuur, ten einde uit die gelden |}6t even tueel tekort der in de loop van dit jaar te houden examens te kunnen dekkenc. een som van f 100 als buitengewone toelage voor dit jaar aan het kunstenaarsfi nds. Daarna kwam in behandeling bet navolgende voorstel van het Hoofd bestuur „De algemeene vergadering wijst „telken jare drie afdeelingen aan, „welke in de volgende algemeene „vergadering de definitieve begroo- „ting zullen onderzoeken en, staande „de vergadering, daarover rapport „zullen uitbrengen." Met algemeene stemmen werd dit voorstel aangenomen en als afdeelin gen aangewezen Amsterdam, Utrecht en Dordrecht. Aangenomen werd een voorBtel van het hoofdbestuur om als orediet aan de afd. over 1896,97, 80 cis per lid tee te kennen. Goedgekeurd werden de rekening en verantwoording van den penning meester. De afdeeling Goes verzooht daarna de volgende algemeene vergadering daar te houden, wat het hoofdbestuur ernBtig in overweging zal nemen. Machtiging werd vervolgens het Hoofdbestuur verleend, daar er voor het volgend jaar geen aanvragen tot het houden van een muziekfeest zijn ingekomen, om over later inkomende aanvragen tot bet houden van een huishoudelijk muziekfeest te mogen beschikker). Ten laatste was aan de orde een vraagpunt van het Hoofdbestuur: „Welke maatregelen zouden ge- „nomen knnnen worden om „son- „aer finanoieele bezwaren voor de „aldeelingen" de inkomsten van het „kunstenaars- en onderwijsfonds te „versterken?" van welker bespre king den verslaggevers werd verzoebt geen melding te maken. Het resul taat er van was, dat het Hoofdbe stuur in overweging zal nemen een premieleening te sluiten ten voordeele van genoemd fonds. Daarna werd de vergadering,na de ge bruikelijke pliohtplegirgen, gesloten. De Raad der gemeente Heemstede vergadert heden, Vrijdag, avond te 7X uur. varingeu van later leven. Zoo komt het „Adagio" aan de orde. Verlangen, weemoed en vredige, her innering trillen er im Hier spreext de mensch, die den strijd des 1-vens kent, zioh een oogenblik vol luimige grillen gevoeld heeft, en nu met zachte stemming terugziet. In het Adagio zijn twee thema's. Het eerste met zijn variation doet ons gevoelen: „De kus des Hemels daalde ook in vroeger dagen, in 't diepst der Sab- bathsruste op mij neer, een voorge voel wekte in mij 't klokgetingel en een gebed werd mij een weelderig geont." Het tweede thema zeg „Door wonderbaar verlangen aangedreven, zwerf 'k droomend om langs weide, woud en vliet, 'k Voelde in mijn bart een nieuwe wereld leven. Ik schreide wel, maar 't was van droefheid niet I" In een muzikalen tusschenzin maakt Beethoven van dit tweede thema don overgang tot de tweede variatie van het eerste thema en daarin kunnen wij hooren de echo van het bekende: „Wat zoekt gij mij, o zoete hemel tonen, opnieuw met macht tebindeD aan het stof Klinkt voort dan hemel- liedren, zaoht en teeder. De traan vloeit neer, de Aarde heefi mg we der 1" De vrede en de hoogste vreugde zgn eohter door den mensoh nog niet gevondener komen oogenblikken, waarin de oude gevoelens van Btrgd, weemoed en spot wederkeeren. Beet hoven heeft iu het laatste deel zgner symphonie, tot voorbereiding van het optreden der mensohelijke stem, aan het orohest eenige recitatieven toe vertrouwd. Dit was in zgne dagen iets nieuws. Op het klavier hadden Baoh in zgne ohromatische phantasie en Beethoven zelf in zgne Sonate op. 31 zulke reoitatieven doen hooren. maar voor orchest was dit nog niet ge- sohied. De reoitatieven worden afge wisseld door ianfares van blaasin strumenten. die herinneren aan het Allegro, Scherzo, en Adagio der sym phonie. Na het voorlaatste reoitatief, dat bnna gelijkt op het geluid eener mensohenstem, trilt de aanvang van de melodie, waarin straks de hoogste vreugde zal worden bezongen. Nog vrede der ziel. Deze vindt hij niet terstond, maar al worstelt hij nog, al dwalende vindt hij het spoor van de hoogste levensvreugd in de hoogste liefde. Moge deze zwakke poging om hoorders van dit kunstwerk althans de hoofdlijnen te doen vatten, waar langs zich Beethoven's genie bewo gen heeft, eenigermate gewaardeerd worden. Wie in staat is zioh geheel te ver diepen iu de wondervolle techniek van dezen reuzenbouw verwijzen wij naar het werkje: „Beethoven's neunte Symphonie. Eine Analyse von C. R. Henning." Leipzig 1888. T. Deze week hebben een aantal ge meenteraadsleden een bezoek gebracht aan Meerenberg te Bloemendaal, om daar de waterleiding te bezien. Het plan sohgnt n.l. te bestaan om de Haarlemsche waterleiding naar het model van die op Meerenberg in te riohten. Hedennamiddag is het 4 jarig zoontje van den melkverkooper Eek hout, wonende W. Geldeloozepad spelende in den Gasthuissingel ge raakt. Gelukkig werd dit opgemerkt door Christiaan Schous kneoht bij den stalhouder Voorting aldaar, die het kind spoedig had gered. Toonkunst. Heden, Vrijdagmorgen, te 11 uur- werd alhier in hotel Scholten, onder voorzitterschap van den heer mr. L. jj. G. van Ogtrop de 67e ge wone algemeeDe vergadering van de maatschappij tot bevordering der Toonkunst gehouden. Uit het verslag van den toestand der Maatschappij en hare afdeelingen bleek dat het aantal gewone leden tbanB 4158 bedraagt (waaronder 113 donateure)dat van de leden kunste naars 205, zcodat het geheele aantal oontribureerende leden 4363 bedraagt. Verder telt de vereeniging 97 hono raire, 35 buitenlandsche correspon deerende, 4 binnenlandeche corres TELFCRAMMEN LONDEN, 5 Juni RO.) Aan de Times wordt uit Kaapstad geseind, dat de agenten der Neder! andeoh- Zuid-Afriknansche Spoorwegmaat schappij on de regesnng van Trans vaal krachtige pogingen aanwenden, om zich te verzekeren van het spoor wegnet van deu Oranje-Vrijstaat. Zij hebben aangenomen deel te nemen in, of waarbor -en te geven voor 6en leening van vijf tot zes millioen pond sterling. De Nederl. Zuid-AtrikaanBche Spoor wegmij. en de Hollanders te Pretoria zijn er slechts op uit van het spoor wegnet in den Vrijstaat meester te worden, om de lijn naar Delagoabaai te kunnen exploiteeren en deEngel- sche belangen te benadeelen. Burgerlijke Stand. Ondertrouwd: 4 Juni. W. J. C. Wijsmuller en ;J. Kleiweg Dyse- rinck. Getrouwd: 5 Juni. P. P. Horrix en G. C. Caraphuyder. Bevallen: 3 Juni. M. Andréa Vredenburg d. 4. J. J. Giling Heeremane z. G. M. v. Beaumond Soherpenbuizen z. M. de Vries—de Waal d. 5 C. S. Rarmentle—Ever- dingen d. E. Torrenga—de Graaff z. Ovrleden: 3 Juni. P. H. v. d. GeerLangerak 79 j. L. BegijneBtr. 4. P. M. A. M. Vasen 4 j. d. Z. B. Spaarne. W. C. Boomer 69 j. Nieuwe Gracht. P. v. d. Wolk 78 j. Krizerstr. H. Jacques—de Bruin 75 j. Zijlweg. o. E. Ro8kam-Koog 75 j.K. Janaatraat. J. M. HuisSlurink 24 j. Brouwers straat. Sto3irsaa?tfcsricfcWï>. Het stoomsohip Salak, van Rotter dam naar Java, arriveerde 4 Juni te Port Said.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1896 | | pagina 3