De Dochter ra den Mmr.
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
ativw ^.■-p-fn-nrn-'t-btkr-
Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM.
stadsnieuwe
f £lj i l_l_ tz 1 o in.
13e Jaargang
Vrijdag 12 Juui 1896
No. 3970
Voor Haarlem per 8 maanden.f 1.20
Yoor de dorpen In den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der
gemeente), per 3 maanden1.30
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden1.65
Afzonderlijke nummers0.05
Geïllustreerd Zondagsbladvoor Haarlem, per 3 maanden0.30
de omstreken en franco per post0.37tyo
Van 1—5 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cent per regel.
Abonnementen en Advertentiön worden aangenomen door onze Agenten
en door alle Boekhandelaren en Courantiers.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureaux: Kleine Houtstraat 14, Haarlem. Telefoonnummer 122.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrang'ere G. L. DAUBE Co. JOHN F. JONES, Succ., Parijs 31bis Faubourg Montmartre.
Agenten voor dit Blad in den omtrek rijn: Bloemendaal Santpoort en SchotenP. v. d. RAADT, Santpoort; Heemstede, J. LEUVEN, by de Tol; Haarlemmermeer, C. DOEKES; SpairndamC. HARTENDORP
Tiandvoort, J. ZWEMMER; Velsen, A. VENUS); IJmuidenTJADEN; Beverwk, H. JUNGERIE, Koningstraat. Genoemden Agenten nemen Abonnementen en Advertentën aan.
Politiek Overzicht.
Woecsdag is in de be'gisohe Kamer
de sluiting der nederlandsch- belgi-
Bohe grens ter sprake gebracht. De
heer Colaer verdedigde bet sluiten
der grenzen voor buitenlandsch vee
en vroeg om toepassing van het
stelse. van reoiprociteit. Holland
weigert het belgisch vee, dus moest
Beïgië ook het hollandsohe vee
weigeren.
Minister de Bruqn zeide hem in
zijn antwoord, dat Nederland genegen
is, haar grenzen voor België te
openen, maar tegen te bezwarende
bepalingende verpüohting om nooit
de beigische grenzen te sluiten en eene
grenszöne vaat te stellen. Dit is door
hem, den minister, geweigerd, die er
veel aan heeit gt-en ongezond vee
b:nnen te laten. Dat hij eohter aan
Nederland concessies deed, vindt
hierin zque oorzaak, dat Belgiëjaar-
lqks voor me-r dan 300 millioen aan
producten in ons land invoert.
Bij de behandeling in de Itaiiaan-
sohe Kamer van de begrooting van
eeredienstverklaarde de minister,
dat de reg6ering er geenszins aan
denkt oonce siën te doen aan de
geestelijk e macht. Uit demaaisobappij,
zeide hij, gaat een weldadige adem
van vrede op, waaraan geen macht
sich kan onttrekken. Ettelijke teeke-
neu toon en aan dat de geestelijke
macht zich ook bezig houdt met de
vraagstukken van den tegenwoordigen
tijd. Het zal geen gering voordeel
zijn dat de wereldlijke en de geeste
lijke macht vereenigd ?.gu om de
dringendste maatsohappelyke vraag
stukken op te lossen.
De begrotingscommissie uit de
Oosleurijksche Delegatie te Boedapest,
heeft de gewone en de buitengewone
begrooting van oorlog aangenomen.
De minister heeft meegedeeld dat
er een nieuw militair strafwetboek
zal worden ontworpen.
Het Atheensohe 'ol&d Aeiy verneemt
dat de opstandelingen op Kreta de vol
gende «isoheD stellen aansteliiog van
een gouvern.-generaal die onder toe-
ziohi der mogendheden staat, en om
de 5 jaar aftreedteoonomisohe on
afhankelijkheid en het recht om van
den dooaneopbrengst ten bate van
bet eiland zelf aan te wendenher
vorming der politie en oprichting van
een militaire schoolvereeniging van
het burgerlijk ou het militair bestuur
onder den gouverneur, die enkel het
reoht van veto zou hebben over de
besluiten van den wetgevenden raad.
dat getiteld is: Over bydrotherapie
(Genezing door toepassing van water).
Reorganisatie van de
Brandweer.
Zooals men weet zijn er thans reeds
op de bestaande waterleiding een
aantil brandkranen, daarvoor be
stemd om ingeval van brand slangen
aan te schroeven, ten einde spoedig
water te verkrijgen voor het blus-
sohingswerk.
Dit systeem heeft voor, dat het
eenvoudig is, zelden hapert en gele
genheid geeft te blusschen ook in
straten, die ver verwijderd zijn van
een graoht of sloot. Naar het sohqnt
zint men over een uitbreiding van
dat stelsel. Althans in het ontwerp
van den ingenieur Sobotel voor onze
nieuwe waterleiding komt voor (be
halve het overbrengen van de be
staande kranen op de nieuwe leiding)
het daarop aanbrengen van niet min
der dan 400 nieuwe brandkranen.
Dit laat zich des te beter begry-
pen, omdat een inconvenient van het
blusschen met behulp van brandkra
nen dat tot heden niet altqd was te
ontgaan, allicht zal weggenomen zijn,
wanneer onze eigene waterleiding
tot stand zal zijn gekomen. Dat be
zwaar was de geringe drukking, die
van het pompstation Leyduin werd
gegeven, wanneer na een langdurige
periode van droogte de watervoor
raad ietwat schaars was. Daar had
men, behalve de belaDgen van Haar
lem, ook die van Amsterdam te be
hartigen.
Nu de gfmeente Haarlem zelf het
hecht in handen krijgt, kan zij na
tuurlijk de drukking bij brand on
verwijld verhoogen. In bet ontwerp-
Sohotel wordt dan ook gesproken
van een verhooging van 30 tot 50
meter.
Dat er bq de brandweer reeds
lang op reorganisatie werd gezon
nen, was ons bekend. Intussoheu
heeft men toch niot het voornemen,
de brandspuiten geheel ai te schaf
fen, daar in den winter de mogelijk
heid bestaat, dat de brandkranen in
de buuri zijn bevroreD, zooals inder
tijd bq den brand van het huis van
den beer Van Deurzen het geval
jserate en derde pagina.
Haarlem, II Juni
In het Zaterdag 13 dezer ver^obq
eend Nr. van de Badcourantofficieel
orgaan voor het Staaibad Haarlem,
zal worden opgenomen een tweede
artikel van Dr K Prins badarts en
BINNENLAND
Parlementaire praatjes.
De Kamer heeft Woensdag een
heel stuk door-geteohniekt.
Allereerst kreeg de heer Heldtzqn
zin, de aanneming, zonder verzet des
Min., en met algemeene stemn en van
zijn amend, om de aanvragen der
loonkiezers om kiesrecht vrijtestellen
van port. Dat is tenminste voor velen
een klein voordeeltje.
Toen werd tot aan de gebruikelijke
pauze gepraat over het hoofdstuk dat
„Van het kiezen" heet. Niets geani
meerd, zoo'n debat. Een „patertje"
met het refrein „kiezen, kiezen" is
i veel gezelliger Maar de meeste heeren
Kamerleden zouden er geen aardig
heid meer in hebben, vanwege de
bejaardheid en de vermoeienis en der
politiek. Eeniaren weldie zijn ook
niet preoies jong meer, maar fa n'^m-
péche paa le sentiment en een „pater
tje" in jong gezelsohap vinden zij
missohien wel zoo aardig als een
debat over candidaatstelling en cou
loirstelsel.
Want daarover hadden de heeren
het dan voornamelijk. Voor en tegen
natuurlyk, doch met erkenning, dat
die twee nieuwigheden nieuwig
heden voor ons land, want elders
heeft men ze al lang bij elkaar
hooren, wat alleen de heer Farnoombe
Sanders niet erkende, waarin hij
gelijk had.
Deze was het behoudens de
tails, met het stelsel der Regeering
eens en verdedigde dat, met den
Minister, tegenover de versohillende
sprekers die de candidaatstelling en
het oouloirstelsel onpraotisoh, niet
nationaal, bezwarend voor de geheim
houding, lastig voor de kiezers
noemden, in een woord deze zaken
besohouwden alsuitmiddelpuntig
heden.
Bij dit algemeen debat was reeds
gewezen op het bezwaar, gelegen in
art. 50, dat voor het stellen van een
eandidaat de handt&ekeningen van
50 kiezers vorderde, een bezwaar dat
vooral ten plattelande gold, waar niet
steeds 50 gelijkgezinden zonden te
vinden zqn. Dit bezwaar werd, toen
het artikel in behandeling kwam, van
versohillende zijden nog eens aange
dikt en gaf aanleiding tot voorstellen
waarvan sucoes te hopen was, wql
de Min. zioh tot een verlaging van
het getal van 50 wel zon laten vinden
mits riet te laag, had hij gezegd.
Art. 50 bepaalt ook, dat de voor
zitter en secretaris eener erkende
kiesvereeniging een eandidaat konden
opgeven, mits gesteld door minstens
25 kiezers.
Nu weet men, dat de heer Farn-
combe Sanders het Jop kiesvereenigin-
gen niet zoo heel erg heeft begrepen
en aan „natuurlijke personen" boven
zedelijke lichamen" da voorkeur geeft.
Hij stelde dan ook voor deze bepaling
uit het art. te lichten en de candi-
daten te doen stellen door 20 kie
zers.
De heeren Pyttersen en van Deinse
gingen nog verder in een amend., nl.
tot 10 kiezers.
Aan enkele wenken gehoor gevende,
bracht de Min. nog eenige veran
deringen aan, quaesties van. uitvoe
ring.
Iütusschen was er -ook nog een
derde amend, gekomen, van den heer
Seret: candidaatstelling doorkiesver-
eenigingen of door 40 kiezers.
De heer Sanders kreeg half zijn
zinde kiesvereenigingen gingen er
met 48 tegen 42 stemmen uit, doch
zqn 20 kiezers sneuvelden met 56
tegen 32 stemmen, terwijl de 40 van
den heer Seret met 58 tegen 30 stem
men triurafeerden en de 10 van de
heeren Pyttersen-Van Deinse ver
dwenen (ingetrokken waren.)
De zaak is nu zoo geregeld, dat 40
kiezers een eandidaat stellen, wiens
na-im door den burgemeester op een
stamkaart wordt geplaatst. Drie dagen
voor de verkiezing krijgt men die
thuis wie er een verknoeit of ver
liest kan den dag vóói de stemming
cf op den dag dier stemming een
andere krijgen.
Nu moeten we verder hooren,
wat de kiezer dan nog te doen heeft.
Dat hooren we Donderdag.
G. Jr.
Uit de Staatscourant.
Bij Kon. Besluit is aan den heer
D. J. J. M. H. van Zuylen vergun
ning verleend tot het aannemen der
versierselen van ridder der Konink
lijke orde van Cambodja.
Bij Kon. Besluit is, met ingang van
16 Juni a. s., de luit. ter zee 1 kl.
L. P. de Stoppelaar, op pensioen ge
steld en hem toegekend: a. een pen
sioen van f 528 's jaars, en b. eene
verhooging van dat pensioen van
f375 'sjaare, en zijn met ingang van
denzelfden datum, bevorderd: tot
luitenant ter zee le klasse, de luit.
ter zee 2e kl. M. H. E. Sachse, en
tot luit. ter zee 2e kl., de adelborst
le kl. N. van de Roemer.
Bij Kon. Besluit is een pensioen
verleend van f 484 's jaars aan K.
Platter of C. Platte, weduwe van den
gewezen ontvanger der directe belas
tingen enz. L. van de Kasteele.
Bij Kon. Besluit is de 2sluitenant
op nonactiviteit jhr. A. A. Caikoen
van het wapen der cavalerie, met
ingang van 1 Juli 1896, op pensioen
gesteld en het bedrag van het pen
sioen bepaald op 1800 's jaars.
Atjeh.
Van zijn oorrespondent te Batavia
ontving het Üdbld. Woensdagmorgen
het volgende telegram
„Lamkrak is genomen De vijand
wera door ons verrast, waarbq velen
iaan zijn zqde werden gedood.
„Onze verliezen bepalen zich tot
een mindere, die sneuvelde, terwyl
j gewond werden de 2de luitenant der
infanterie H. N- Boerrigter en elf
minderen."
Het Nieuws ontving hieromtrent
het volgende telegram
„De colonne onder overste Van
Heutz bestormde den noordelijken
kampongrand van Lamkrak.
„Elf der onzen werden gewond,
waaronder licht de 2e lnit. der inf.
H. N. Boerrigter van het 9e bataljon."
j Bq het departement van koloniën
is van den gouverneur-Generaal ont-
vangen bet volgende telegram be
treffende da krqgsverriohtingen op
j Atjeh, gedagteekend van Woensdag:
„Gisteren via Biloel naar Lamkrak.
:ln de streek zuidelqk van de IX
Mi ekims waren enkele vijanden. De
tegenstand in het Lamkraksohe al
gemeen niet belangrijk. De troepen
overnaohtten te Gliang. Een offioier
lioht gewond; verliezen niet belang
rijk, doch nog niet juist bekend."
i Door de Maatsohappq tot Expl.
van Staatsspoorwegen zullen te be
ginnen met 15 dezer, naast de be
staande kilometerboekjes voor 1000
kilometer, ook kilometerboekjes eer
ste klasse voor 5000 kilometer wor
den afgegeven tegen den prijs van
f 150, eveneens geldig gedurende
twadf achtereenvolgende maanden.
Deze boekjes zijn op dezelfde wqze
ingericht als de bestaande kilometer-j
boekjes, behalve dat het aantal stroo-
ken 20 bedraagt, terwijl ter onder
soheiding de omslag der boekjes
voor 5000 kilometer op rose papier
is gedruktde klasse is ook op deze
boekjes door een verticale roodestreep
aangegeven.
De waarborgsom voor de kitome-
terboekjes voor 5000 kilometer, be
draagt eveneens f5.
Voor deze soort kilometerboekje.5
worden bovendien atzonderlyke sup-
pletieboekjes ingevoerd met oranje
omslag, ter aanduiding van de klasse
voorzien van een verticale roode lijn
in bet midden.
De Nederlandache jougelui
voor den handel.
In Hoyman Sohuurman's Export
blad heeft de beer O. Kamerimgü
Onnes een reeks van belangwekkende
artikelen gesohreven over de regee
ring van Nederland en onzen buiten
iandsohen baudel. Daarin beeft bij
aangetoond, hoe de Staat de beste
jongelui, die voor handel, scheepvaart
en nijverheid beschikbaar zqD, aan
zioh trekt voor de koloniën, waarvan
het gevolg ishet opvallend gebrek
aan Nederlanders in verre gewesten
het gemis aan handelshuizen enoon-
neotiën, het onvoldoend handels aan
zien van Nederland in vreemde we-
relddeelen.
Wq stelden, dus schrijft de heer
O. K. O., ons niet op het standpunt
dat in Nederland, de Staat door zqn
aanbod van betrekkingen, aan den
handel (en nandel ia ook nu als zoo
menigmaal iu dit betoog, het verza
melwoord voor alle ondernemingen
van handel, nqverheid en scheepvaart
die verre gewesten raken) jongelie
den onttrekt, die zioh geroepen "voe
len in den handel té gaan d.w.z. be
zield met dienzelfden ijver voor den
handel, welke in andere riohting bijv.
tot Btudie dwingt, in welk vak ook;
maar wij wezen op de gevolgen eener
riohting waardoor jongelieden, die
anders in den handel zouden gaan,
nu aan eeneopleiding voor eene staat6
betrekking in welken vorm ook, de
voorkeur gevenen natuurlijk de
voorkeur geven.
In de richting ook van dezen tijd
is de fioanoieele zijde van ieder vraag
stuk die waar allereerst op gelet
wordt Wq Nederlandera zqn een
practi8oh volk, onze jongelieden zijn
praoiisohe lieden en zij vragen derhal
ve naar vooruitzichten.
Daarbq komt dat van de klasse
die wy beschouwen de meeste jon
gelieden moeten vragen naar voor
uitzichten, eenvoudig omdat zq wei
nig bemiddeld, vaker nog onbemid
deld zqn, en de kosten van oplei
ding het eenige goed, dat hun voor
de toekomst kan worden meegege-
I ven.
Nu mogen zij leeren in scholen en
van men-ohen die sobrqven, dat Ne
derland in verval is, dat de tijd daar
is voor krachtige inspanning in zaken;
hunne keuze wordt bepaald door
i eene overweging der persoonlijke
I vooroitziohten
Iedere keuze van beroep voorzoo
verre geen geboren talent met bui
tengewone wilskraoht ingrijpt, wordt
beheerecht door de geldelqke voor
deelen vereenigd met de maatschappe
lijke positie, de persoonlijke eer van
deze of gene loopbaandat is in
onzen tqd: niet de handeldat iB ook
in onzen tqd, in aansluiting aan de
boogere burgersobolen: de universi
teiten, of Delft, of Nieuwediep en
Breda; de universitaire opleiding mrt
den steun van bonderde ambtende
technische opleiding te Delft niet ont
bloot van het aanbod van geziene
betrekkingendie voor de koloniën
te Delft, en voor leger of vloot te
Breda en Nieuwediep, beide met to
tale verzorging door den Staat na
enkele examens.
Onze jongelie den k >ezen in deze rich
ting een of ander vak dat hen aantrekt,
bevryd van veel risico; meestal gedekt
togen alle risioo.
Waarom zouden zq in den handel
gaau?lo den handel zocderverzekerde
toekoroet, en die daarenboven nog wei
nig gezien is ook.
Want bet laatste beslist in deren tqd
allermeest.
De drang is naar aanzien.
In onzen tqd vooral, is de positie
de stroohalm, die de massa bet laatst
loslaat; is de zekerheid eener positie
de Eiem van alle gunstige kansen,
de glijbaan naar dit en dat, naar een
goed huw olijk naar inv oed hier en
daar; he summum eindelijk van
voordeel .n elke riohting
Ziedaar waarom in Nederland zoo-
velen met een goed hootd en die
vooruitzien, praotisobe jongelieden in
een woord, die een sieraad zouden
zqn voor den handel, wier soherpe
opvatting vaa hun voordeel ontegen-
2 egge lijk ten goede zoude komen aan
het noodzakelijk gebleken meerdere
bandelsaanzteo van Nederland naar
buiten; ziedaar waarom dezen, de
beste kraohten veelal, aan een
billqk deel waarvan de Nederlandsohe
handel absoluut behoefte heeft om do
buitenlandsohe conourrentie het hoofd
te bieden, iu Nederland gestadig
aan den handel worden onttrokken.
Want daarnaast vormen, in uitzon
deringsgevallen de zeer enkelen die
wq mogen noemen de geboren-ban
deislieden: voor de overgrooto meer
derheid onzer jongelieden eohter de
zoons en anderen, die eeue positie
geëffend vindon welke ruimsoboots
tegen eene staatsbetrekking opweegt
(en hoevelen van dezen, uit begrip
van de waarde van meerder aanzien
^an eenigen titel, studeeren bewegen
zioh opzettelqk buiten den ha- del),
met eindelijk diegenen die om by-
zondere en gezondheidsredenen voor
geen staatsbetrekking in aanmerking
komen, de aanhoudende versterking
van onzen handol.
Eerst later keert daarin terug een
deel van de jongelieden, die in den
aanvang van hun leven besloten, veel
eer gedwongen werden, niet in den
haudel te gaan.
Zoo er een bewijs noodig was dat
de oud-Hollandsohe aanleg in ons
volk sleohts is gedoofd, en niet uit
gestorven, wy zouden hot bewqs
kunnen noemen in de namen van
allen, die in staatsambten getrokken,
op lateren leefiqd zqn teruggekeerd
in den handel en daar eeu leidende
positie vervullen-
Wq erkennen dat op deze wys het
Roman van EDHOR.
HOOFDSTUK I.
Het Grijze Huis.
Het was een heftig tooneel. De hoogbejaarde vrouw
met de witte haarlokjes, waarover eeD kanten doek lag
wiens zwarte mazen het verblindend witte zilver van
den ouderdom in 'toog loopend temperden, hief in de
hoogste opwinding de beide kaïqRsn boven het hoofd,
balde ze in grimmigen toorn en sloeg woedend op de
naast haar staande, sierlijk gebeeldhouwde, mahonie
houten tafel.
„Weg uit mijn oogen, de deur uit 1" riep zij met een
forscbe stem, die een zeldzaam contrast vormde met de
kleine, tengere gestalte. De groote kleurlooze oogen
blikten strak na«r de deur van het behaaglijk verwarm
de vertrek, bij welke een lange heer met ziekelijk bleeke
trekken stond. In onverschillige kalmte kruiste bq de
armen over de horst en bij de heftige woorden der
oude vrouw knipte hij zelfs niet eens met de wimpers.
„Ellendige huichelaar 1 Waarom draal je nog Zeg
eens? 01 meen je soms dat mijn blinde oogen je niet
zien? Kom nimmer weer, nimmer!''
„Tante, wiüd u toch niet zoo noodeloos op. Waartoe
dient dat? Wij kunnen de zaak immers kalm bespre
ken. En wan teer ik werkelijk eenB niet meer terug
kwam, weet ge dan wel, dat ge van honger zoudt moe
ten omkomen
„Ach, kon dat nog maar vandaag zijD, ja. vandaag
na de ontdekking van de schande onzer familie?1'
„Maar, rekent gij u dan nog tot onze familie? Ik
dacht, dat ge tot nu toe tot de Hallweys behoord hadt,
tot dien daar." De heer wees met een spottend gelaat
naar een portret, dat in een rijk vergulde lijst aan den
wand hing.
„Wel is waar zijt ge met smaad en schande beladen
van hem t/egaan, of li ver gezegd weggejaagd, maar
niettemin bleeft ge hem tot op dit oogenblik toegedaan,
nu ge bekent het bloed der Kempers te bezitten." De
spreker grinnikte van inwendig genoegen. „Nu," vroeg
hij na een poos aan de oude, d tar als een standbeeld
staande vrouw„uu heb ik soms de waarheid niet ge
zegd
„Ja, het is waar, ik ben de vrouw van Nicol&us Hall-
wey eu reken mij tot zijn geslacht," sprak zq, op
een ruw klinkenden toon. „Maar ik ben ook de zuster
van je vader. Wat mij Hallwey deed verlaten, somt
hier niet te pas. Het was mijn ongeluk. Wat mij ten
laste gelegd wordt, heb ik niet misdreven." „Zwqg!"
gebood zij plotseling, toen zij uit zijn snelle ademhaling
tot het antwoord besloot, 'twelk thans volgen zou. „Je
wilt met de zwakheden mijner jeugd je eigen misstap
pen bemantelen, die hemeltergend zqn in vergelijking
met de mqne."
„Dat is nog zoo zeker niet, beate tante. Gij verkwist-
tet, baaddet u in overvloed en wierpt het geld met
volle handen op straat. Gq hebt een vorstelijk vermo
gen verzwolgen, een rijke familie geruïneerd. Ik echter
spaarde de Grosschen tot sommen op, bekromp mij en
arbeidde met inspanning van al mijne krachten, om
mqn bezitting te vermeerderen, die al meer en meer
aangroeide en mij thans tot een zevenvoudig million-
nair maakt. Ik heb niet gestolen, niet bedrogen, Diet
gebrandschat, en niet geroofd, wat hebt gij dus op
mij aan te merken, als ik u vragen mag? Wat heelt
de zinnelooze verkwister tegen haren spaarzamen, hui
selijk en solied levenden neef?"
„Niet gebrandschat, niet geroofd? Maar wat is het
dan anders dan gestolen, wannesr je van het geldge
brek van je medemenschen profiteert en ongehoorde
interesten neemt, die je geweten bezwaren. Het ia bloed
geld, zeg ik bloedgeld 1"
De he8r haalde onverschillig de schouders op.
„Het zijn rijke jongelui, die het betalen. Wat voert
hen tot deze stappen? Lichtzinnigheid, genotzucht. Ik
spoor hen immers niet aan, om tot mij te komen, zij
zoeken mij uit eigen beweging op. Wie eischt van hen,
dat zij het leven in overmaat genieten zullen Wat
gaat mq dat aan. Ik ben geen zedepreker. Leen ik bun het
geld niet, dat doet eenvoudig een ander het. Wie zal
mij daarvoor du6 veroordeeien. Gq zeker niet, ttnte*
want ge zijt zelve niet vrq van gewetenswroeging. Het
is waaraohtig om te lacnen, gq gooidet het geld weg
en ik vergaar het. Laat die zedelijke verontwaardiging
nu maar achterwege, tante, en wqd uwe zorgen, zooals
ge tot nog toe geiaai hebt, maar weer aan mqn kind.
Zij wordt eenmaal nog een rqke erfdochter, wellicht
dat gij u ook nog in fcaur geluk verheug!, misschien
dat wij ons later nog wel het stamslot de.- liallwejs
met zijn erfheer koopan Zou dat niet een voortzetting
van uw roman zijn?"
„Ellendig mensch 1" schreeuwde nu de oude dame
met spookachtig bleeke trekken. „Gean woord meerl
Weg uit mijne nabqheidIk wil niets meer met je to
maken hebben, ik wil geen bete broods meer van je
oneerlijk verworven geld, maar sterf nog liever van hon
ger; moge het de laatste boetedoening zijn. Mqu beide
oogen ontbreekt het licht, het ging verloren door de
tallooze traneD, die ik om mijn verloren geluk geweend
heb. Vaak heb ik 't gezichtsvermogen smartelijk gemist,
doch thans doet het mij genoegen, dat ik je niet zien
kan, vampier!"
Met een misnoegd hoofdschudden trad de heer achter^
uit. „Moet dan warkelijk iedere gemeenschap tusschen
ons ophouden, iedere betrekking verbroken worden?"
„lader verkeer. Het achterhuis blijft voor je gesloten,
het behoort mq toe als erfdeel mqns vadere, iedere steen
is hier eerlijk verworven. Brandt de groüd niet onder
je voeten, herinnert hij je niet aan de oude Kempers,
't achtenswaardige advocateu-geslaoht, dat steeds voor
recht en billijkheid in 'tkrqt trad?"