I
Am. C.
"Het zag er netjes uit bq de Wage
naars. Zelfs een geoefend vrouwen
oog zou niet op den vloer, noohop een
der meubels ook maar bet geringste
stofje hebben kunnen ontdekken.
Mevrouw Wagenaar hielp haar man
bij het aantrekken van zqn zwarten
rok, trok zqn boord tereoht en gaf
hem daarbq goeden raad.
„Je moogt niet met de deur in het
Buis vallen, Melohior'" vermaande zij
hem. „Meneer mag niet meenen, dat
je onze Elise met alle geweld wilt
verbinden met hem."
„Ben je dan zoo zeker, beste Anra,
dat de man goede bedoelingen heeft?"
vroeg de heer Wagenaar twijfelende.
„Zie, het is niet de eerste keer dat
je mg, een nauwgezetten ambtenaar,
overhaalt om een dag verlof te ne
men, len einde een aspirant naar de
hand onzer doohter in oogensohouw
te nemen. Als het nu maar eindelqk
de rechte was!" zuchtte bij.
„Ja, beste Melohior, deze rehijnt
voorgoed toe te bijten," antwoordt
zqn wederhelft, terwql zij het tafel
kleed over de tafel spreidt en een
bontgestikten looper in het midden
daarvan legt „Telkens als wij op de
ijsbaan kwamen, soheen hij te wach
ten op Elise, en dan week hq niet
van haar zqde. Gister verzooht hjj
onB, om ons naar huis te mogen
vergezellen en toen hij bij de buisdeur
bescheiden terug wilde gaan, achtte
ik het den tijd hem uit te noodigen
eens bq ons te komen."
De heer Wagenaar had intussch6n
uit de kast een kistje sigaren te voor-
sohqn gehaald en op een klein zij
tafeltje geplaatst, waar ook reeds een
flesoh oogDao en een paar glaasjes
zioh bevonden.
„Kon jij of Eiise dan heelemaal
niets gewaar worden van zijn fa
milieomstandigheden vroeg hij zijn
vrouw.
„Met mij heeft hij maar heel wei
nig gesproken," antwoordde mevrouw
Wagenaar, „en onze doohter vreesde
onbescheiden te zqn, als zij hem met
allerlei vragen lastig viel. Hij stelde
zich aan ons voor als de agent Edu-
ard Brons, hij schijnt een g06de op
voeding genoten te hebben, draagt
fijn en helder linnen en is altijd mo
dem gekleed. Het andere moet jij
maar uit hem zien te krijgen."
De heer Wagenaar vertrok bij
doze vermelding van betgeen zqn
taak was, den mond, krabde zich het
hoofd en begon toen onrustig op en
neer te loopen.
„Kijk eens, Emma, dat alles zou
niet noodig geweest zqn, als mjjnplan
dat de ambtenaarsvereeniging zioh
zou bekommeren om de huwlijken
onzer dochters, ware goedgekeurd in
onze vergadering. Voor vijf had ik
het voorstel reeds klaar. Alle col
lega's gaven mij gelijk, maar hadden
n:et den moed, het plan te ondertse-
kenen. Wie heeft echter ook maar
een vermoeden van de Tantaluskwel
liegen van een ambtenaar, die een
24 jarige ongehuwde dochter heeft,
en die dagelijks viermaal met uit
zondering van zon en feestdagen
in de vestibule van het raadhuis, de
huwelijksafkond:gingen van het ge-
heele district heelt aan te pakken
Eo al neemt men zioh ook nog zoo
zeer voor die papieren met onver
stoorbare kalmte aan to zien, ik zeg
je, het verdriet iemand toch, wanneer
iiuin dag aan dag .".zqn eigen, kind
'•uder en ouder ziet worden, zonder
'.at men het plezier beieeft haar in
het kastje te zien ophangen."
„Ja, ja, beste Melohior", stelde zijn
vrouw hem gerust. „Ik kan dat zeer
goed begrijpen. Maar ditmaal ik
heb er een voorgevoel van, ditmaal
is de rechte gekomen. Deman staat
HAAIILBJim HALLETJES.
Eet Zai^rdagavonlpraatjf.
CCXCVIIl.
Hoewel ik een afkeer heb van pro-
cedeeren, ga ik nu toch een proces
beginnen en wel tegen den gemeen
teraad. Het zal namelqk een oiviele
vervolgisg worden wegens het ver
storen van mqn nachtrust en |ge
zult zien, dat ik daar reden voor
heb.
Ik had namelijk zooveel en zoolang
gesoesd over de overbrugging van
den Kruisweg, dat ik er ten slotte in
een van de warme nachten, die we
doorleven, van ben gaan droomen.
Daar verrees op eenmaal de brug
uit den grond, een lange dunne brug,
mager alsof ze de toring had en op
eco paar echte spillebeenen van poo-
'.en. Maar dat was nog het ergste
niet. De brug zag er uit als een lap
pendeken. Hier was een roodgeverfde
plank, daar z>g ik een stuk groen
geverfde balk, ginds een nieuwe uit-
gesohaafde deel, kortom het geheel
was zoo kakelbont, als een kalkoen-
sr-he haan maar zou verlangen. Ik
vroeg aan iemand, die naast mij stond,
waarom er toch allerlei oud hout
v.ior de brug gebruikt was, waarop
hij antwoordde, dat anders de brug
meer dan vie duizend gulden gekost
zou hebben. Daarom hadden ze al
het oude hout, dat hier en daar nog
lag van oude afbraak, verzameld en
in beestenwagens getransporteerd naar
Haarlem.
Terwijl ik daar zoo stond, kwamen
Burgemeester en Wethouders aan en
bekeken de brug een poosje onder
pleohtig stilzwijgen. Toen verschoof]
de heer de Breuk zqn lorgnet en
weliswaar niet meer in den bloei
zijner jaren, Elise schat hem op 40
jaar maar hij heeft een mooie ge
stalte, innemende manieren en weet
zich zeer goed uit te drukken. Nu,
je zult immers zien het is elf uur,
hg moet spoedig komen."
In het volgend oogenblik kwam
Elise binnen. Haar moeder snelde op
haar toe, versohikte iets aan haar
toilet en stak haar een kunstroos,
uit een bloemvaas genomen, in het
haar.
„Heeft de jonge man, dien wq van
daag verwachten, je te verstaan ge
geven, dat je hem niet onversohillig
bent, lieve Elise?" vroeg haarvader
haar, wien de ophelderingen zqcer
vrouw niet geheel voldaan schenen te
hebben.
„Aob, papa, hq was altqd zoo
aardig voor mij, hq kuste mq vaak
de hand, giBter zelfs de riemen aan
mqn schaatsen, die hq tot aan ons
huis droeg."
„Zoo, zoo, zoo I HmNu
ja, eu beviel hq u?" vroeg de
vader.
„Mqn God, papa, mqn ideaal is hq
niet geheel en al, maar op vier-en-
twintig jarigen leeftqd mag men niet
zoo kiosohkeurig meer wezen, zegtu
altqd."
„Zeker, zeker, raqn kind," gaf hq
toestemuieud ten antwoord, terwijl
mevrouw Wagenaar er bijvoegde
„Een mooie man is hq, Melohior.
Hq heeft ook mij gi3ter, toen hq af-
soheid nam, de band gekust. Denke
lijk een buitenlander; van een die
hier is opgevoed, is me dat nog nooit
overkomen."
Een ruk aan de schel maakte een
einde aan het gesprek. De heer Wa
genaar stelde zioh in postuur aan
zijn schrijftafel, Elize nam uit een
werkmandje een handwerk ter hand,
mevrouw Wagenaar snelde naar de
gang om den gast te ontvangen.
Hq was het, de verwachte meneer
Eduard Brons.
Nadat mevrouw Wagenaar hem
aan haar echtgenoot had voorgesteld,
ontspon er zioh een dier alledaagsohe,
gesprekken, die den lezer niet veel
belang inboezemen. Van den strengen
winter kwam men op de aangenaam
heden van een warm huis en het
kostte maar éen stap om thans een
loflied aan te heffen op een goed in
gerichte huishouding, waarover een
degelijke vrouw het beheer voert.
„Ik heb alle hoop, dat mqn dooh
ter daarin volkomen baar moeder zal
evenaren," besloot de heer Wagenasr
zqn verklaringen met een dankbaren
blik op zqn echtgenoote, „die als een
model van een goede, verstandige
huisvrouw bekend staat."
Mevrouw Wagenaar hield haar man
de hand voor den mond, natuurlijk
eerst toen hq uitgesproken had.
„Werkelijk, Melohior, je doet mij
blozen, hoe kan je, in mijn tegen
woordigheid, zoo van mij spreken.
Maar als het u belieft, meneer Brons,
bedient u ziob."
Elsie hiöld hem een blad met sand
wiches voor, de heer Wagenaar kwam
aanloopen met de sigaren en den cog
nac, en de gast liet zich ook niet lang
bidden, maar hield een geduchte op
ruiming onder het gebak.
„U hebt daar een voortreffslijken
cognac," zeide hij, toen er een pauze
ontstond en klapte met de tong.
De heer Wagenaar glimlachte, blijk
baar zeer voldaan over de lofspraak
van den gast.
„U schijnt een kenner te wezen,
meneer Brons, het is een mandje cog
nac, dat mqn bureau-chef mij op mqn
verjaardag heeft gesohGnken. Een
goed merk
Toen den gast de sigaren werden
aangeboden, vonden de dames het
tijd zich terug te trekken.
„Verontschuldigt u ons een kwar
tiertje," zeide de huisvrouw, terwijl
zq haar man wenkte, dat zij hem het
veld vrq liet voor zqn diplomatieke
werkzaamheid. Eerst ontsiond er een
„'t komt mq voor, dat hier een
mieverstand bestaat ten aanzien van
de keuze van de bsnoodigde mate
rialen." Een nijdig oud heertje die
het hoorde, brouwde: ,'t is tenminste
maar gelukkig, dat onze scholen
niet zoo miserabel gebouwd worden."
De - jer Huócnbcitz vond deklau
terpM-fij nogal machtig, maar de heer
de Kanter zei: 'tMocht wat. Danken
ze waren de burgers van Haar
lem) dat ze voor tweeduizend gulden
een tandradbaan krqgen? Ze motten
maar klimmen, dat is gezond. Toen
ik nog op zee wa3, liet ik ze nog we!
anders k^uteren."
Ik keek eo^is rond of er n:g geen
andere autoriteiten aanwezig waren
en zietdaar kwam de gemeente-
architect aanwandelen, vergezeld van
den hoofdopzichter. „Wat dunkt U
van de brug. meneer Leijh?" vroeg
de burgemeester „Burgemeester.'
antwoordde de arohitect, „'tkanvrie
zen, 't kan dooien, 't Kan regenen,
't kan vraaieu. Als 't vriest is de brug
te koud, als 't dooit te glad, als 't
regent te nat en als 't waait, dan waail
hij Dog ee. s weg. Overigens is het
een prachlbrug. Maar ik zou toch
willen voorsteden tc bepalen, welk
maximum gewicht er op mag wor
den toegelaten
„Maar 't is geen brug voor wagens
en karren," zei do wethouder van
publieke werken.
„Dat is zoo," zei de architect, ..inaur
met het oog op de iaat ons zeggen
luontige constructie, zou het tooh
Dutttg kunnen zijn. te bepalen, dat
niemand boven een zeker gewicht
op de biug wordt toegelaten. Men-
sohen die meer wegen dan honderd
en vijftig pond, zou ik beslist op deze i
brug niet toelaten."
„Maar dan kan ik er niet over,"
zei de heer de Breuk droevig, „en ik
pqnlqke stilte, die eenige minuten
duurde.
Eindelqk nam de heer Brons bet
woord.
„U hebt u werkelqk heel netjes
ingerioht, meneer Wagenaar, maar
zooals ik van mejuffrouw uw doch
ter vernam, hebt u vergeten uw meu
bilair te verzekeren."
De heer Wagenaar gaf toe, dat hg
sinds jaren niet had gedaobt aan zqn
brandverzekering.
„Twintig jaren lang waren wq ver
zekerd," zeide hij tegen den gast, „zon
der dat er ook maar een enkele uiaal
brand bij ons is ontstaan, en nu heb
ik sinds vier jaar het geld voor de
verzekeringspremie bespaard."
De heer Brons bracht hem het ver
keerde van zijn handelwijze onder het
oog, het onvoorzichtige.
„U bent het aan u en uwe familie
verplicht, meneer Wagenaar, het ver
zuimde terstond in te halen, en u
kunt het beschouwen als een geluk
kige beschikking der Voorzienigheid,
dat u in mij een inspecteur der Phoe
nix voor u ziet, die u verzoekt u de
som op te geven, waarvoor u zich
wilt verzekeren, in een paar dagen
kan ik u dan uw polis zenden."
De heer Wagenaar, die in den laat-
sten tijd reeds dikwijls klachten en
berispingen had moeten hooren van
zqn vrouw over de gevolgen zijner
onvoorzichtigheid, dacht nu twee vl;e-
gen in éen klap te vangen, als hij de
aanbieding van den inspecteur aan
nam. Hg kon zich dan toegeefeliik
betoonen voor zqn vrouw en tegelijk
tegemoetkomend voor zijn aanstaan
den schoonzoon, en zoo onderteekende
hij zonder bedenken een Boort van ge
drukt inachrijvingsbiljet, dat de heer
Brons voor hem neerlegde.
Toen deze zaak was afgedaan, werd
er nogmaals een glaasje cognac ge
dronken eu verkreeg de heer Wage
naar moed en schikte dichter naar
zijn gast toe.
„Mijn vrouw en mijn dochter heb
ben mij heel voel goeds van u ver
teld, meneer daarop boog de heer
Brons zeer beleefd „wij zullen
denkelijk wel goede vrienden worden,"
hier volgde opnieuw een buiging,
„voorloopig ben ik zoo vrij u in naam
van mijn gezin uit te noodigen op
een partijtje, dat elk jaar onze amb
ten aars-vereeniging omstreeks dezen
tijd pleegt te geven."
„Ik zal zeer zeker gebruik maken van
uw vriendelijkheid," antwoordde de
heer Brons.
Intuaechen waren zijn vrouw en
dochter onhoorbaar binnengekomen.
De heer Wagenaar stond op en nam
uit zqn portefeuille een toegangskaart,
welke hij aan den gast overhandigde,
die haar eerst bekeek en toen met
een hoffelijk lachje zeide
„Maar dat is immers een heeren
kaar t
„Jawel, meneer Brons, zjj is voor
u bestemd. Wij zullen gaarne voor
u een plaats aan ons tafeltje open
houden."
„Zeer verplicht, meneer, zeer ver
plicht!" hernam de inspecteur, „maar
zou u ook nog niet een dameskaart
voor mij hebben?"
„Voor mevrouw uw mama, of voor
mejuffrouw uw zuster?" vroeg me-
vroum Wagenaar.
„Noch voor de eene, noch voor de
andere", antwoordde d9 heer Brons.
„Mqn cutlers zijn reeds lang gestor
ven en ik was hun eenig kind."
Nieuwsgierig keken nu drie paar
oogen naar Brons, die toen heel on-
scLuldig vervolgde:
„Met drie dagen komt nl. mijn
vrouw van een lang verblijf bij haar
verwanten in Arnhem terugdie zou
ik gaarne meenemen op het partijtje,
als u het toestaat."
De gezichten der familie Wagenaar
nu te kunnen weergeven, zou een
leest zijn geweest voor een oarriea-
tuur-teekenaar. De heer Wagenaar
drukte zqn woede uit, door dadelijk
den cognac en de sigaren weg te zet
zei: «ja, burgemeester, 't valt me had nogal zoo gehoopt, dat ik nu
irtnh maLrnfiel" Damheer JiLaLler zei:^po« taan niet meer voor de hekken
zou behoeven te wachten."
„Ik ook niet," zei de heer Leijh,
„als ik naar 't Mausoleum moet."
„Dat is allemaal goed en wel,"
bromde de heer de Kan ter, „maar je
kunt, tooh niet met 't bloote oog zien
hoe zwaar de mensohen zijn
„Er zal aan weerskanten van de
brug een bascule moeten worden
gezet." antwoordde de architect, „be
diend door een gemeente ambtenaar.
Voorts zal de toegang .tot de brug
moeten worden ontzegd aan mensohen
die waterlaarzen of schoenen met
spijkers aan hebben, want die trappen
er door heen."
„Maar hoe kunnen die gemeente
wegers beletten, dat de mensohen die
boven de wicht zqn, toch de brug
overgaan
Op dit oogenblik weerklonk een
luid hoorngeschal en midden door de
menschenmenigte kwam op aller-
kunstigste wijze de Commissaris van
politie aangereden op een fiets, ge
volgd door de inspecteurs, de adjunct-
inspecteurs en de rechercheurs; allen
op wielen.'r Was een praehtig schouw
spel. De Commissaris sprong in een
oogwenk van zqn wiel af en maakte
front. Zijn gevolg deed desgelijks.
„Burgemeester," zei de Commis
saris, ..de toegang tot de brug zal
aan mensohen die er niet over mogen,
met geweld moeien worden belei. We
hebben nu al recherche voor mis
drijven, voor drankwet overtreding
eu voor baldadigheid ik stel U
voor, ook een brug-reohercb,e aan te
willen stellen."
Een goedkeurend gemompel ging
door den kring.
„Dat is evenwel nog niet alles"'
ging de Commissaris voort. „Daar
zelfs de recherohe niet in staat zal
zijn, den stroom van mensohen op
Zon en feestdagen behoorlqk na te
wegen, zou ik in overweging willen
geven, de brug op Zon en feestdagen
ten, en mevrouw Wagenaar wist den
heer Brons, tegen wien *q plotseling
een groote antipathie had opgevat, heel
gauw de deur uit te krqgen met de
ijskoude opmerking, dat hij zich voor
een dameskaart had te wenden aan
het bestuur der Vereeniging, die ech
ter zeer streng toezag op de toelating
der gasten.
Nu eerst scheen de heer Brons te
begrijpen, wat de familie Wagenaar
in hem zag: een toekomstigen schoon
zoon. Hij ging haastig heen en liet
de beide dames over aan de itraf-
predikatie van den heer Wagenaar,
die den tekst daarvoor reeds gereed
had.
BINNENLAND.
Atjeh.
De correspondent van de N. R. Ct.
te Batavia seinde onder dagteekening
van Vrijdag.
Men meldt, dat onderhandelingen,
met Toekoe Baid gevoerd, mislukt
zijn. Een tocht naar zijn gebied wordt
nu verwaoht.
Bij het departement van koloniën
is van den gouverneur-generaal van
Ned.-Indië, ontvangen het volgende,
van Vrqdag dagteekenende telegram
betreffende de~ krijgsverrichtingen in
Atjeh
„Eergisteren keerde een gedeelte
der troepen direct teiug in de linie
terwijl een ander gedeelte over T,ot-
Bak-Tjoe, LamPreh, Lepong en
Kroeng-Kali (alle in de 26 Moekime)
terugkeerde.
Tegenstand bij het nemen van een
benting beoosten Kroeng-Kali.
Terugmareob tusschen Siem
Toengkoep, gewond een officier en
21 militairen beneden dien rang."
Amersfoort heeft dezer dagen de
eer genoten van bet bezoek van een
heer, voor wien voorzichtigheid zij
aanbevolen.
Hij stapte Donderdag af in een der
beste hótels, liet het daar zioh goed
smaken en begaf zioh vervolgens
naar een kapper, die hem volgens de
regelen der kunst friseerde. Zoo
opgefrisoht, kooht hq in een magazijn
een passenden zomerhoed met wat
Jaeger-ondergoed, van de beste kwa
liteit. Een ander magazqnhouder
moest hem vliegensvlug een mooi
sportoo8tuum leveren. Een sigaren
handelaar genoot eveneens de eer
van een flinke order. Een rijwiel
handelaar was minder vlug ia het
leveren.
Toen het eohter op betalen aan
kwam, was meneer niet te spreken.
De versohillende debiteuren eohter
hadden in het hótel een vrq lange
comparitie met onzen siDjeur, tenge
volge waarvan hij heel blij was, dat
een agent hem ten slotte kosteloos
logieB verstrekte.
Maandag vertrok hq in zqn oude
plunje de leveranciers waren zoo
onedelmoedig om hem alles te doen
teruggeven, na nog terloops op kos
ten van een restaurateur te hebben
geluncht.
De mooiste stukken van zijn toilet
bestaan uit een jookeypet en een
paar roodlederen wandelschoenen.
Hij is afkomstig uit het Noorden
en moet kellner geweest zqn.
Rechtszaken.
Verduistering.
Donderdag verscheen voor deRot-
terdamsobe rechtbank <.p het bankje
der beschuldigden S. P. T36 jaar,
en wel wegens het plegen van 13
vervalsohingen. Als hoofdbeambte van
het hulpkantoor A der bank van
leening had hij een kas van f 6000.
Nadat hij zich f1200 wederrechte
lijk had toegeëigend, vulde bij, ten
te houden. Dit kan nimmer
bezwaar opleveren, aangezien de uien
sohen op zulke dagen toch geen haast
hebben, of althans niet behooren te
hebben."
De burgemeester knikte goedkeu
rend en wilde iets zeggen, toen eenige
heeren voorbijkwamen, geheel in het
zwart gekleed en met breede rouw
banden om den hoed. „Wie zijn dat
vroeg de heer de Kanter verwonderd.
„Dat zqn de leden van 't bestuur
van de verfraaiïngs vereeniging," gaf
de heer Miohielse ten antwoord.
,En waarom zijn die heeren zoo
in diepen rouw
„Over deze brug," zei de hoofdop
zichter.
Nauw was men van de ontsteltenis
uver dit incident een weinig bekomen,
of daar kwam de voorzitter van de afd.
Haarlem van het Witte Kruis aan
en, zoovele autoriteiten bq elkander
zieDde, waande hij zich in eene ver
gadering en zei tot den burgemeester:
„President, ik zal een adres aan den
Raad indienen om een kiosk met
verbandmiddelen bij de orug te
mogen zetten."
Waarvoor moet dat dienen,
meneer?" vroeg de burgemeester
ve;wonderd.
„Om de eerste hulp te bewijzen
aan voetgangers, die door de brug
zakken of van de trapen vallen."
„Zoo zal de ruimte wel een weinig
beperkt worden," zei de architect en
trok een bedenkelqk gezicht. „We
hebben nu al twee woeglokalen, en
aan eiken kant van de brug, twee
politiebureaux en dan ook nog een
kiosk voor het Witte Kruis! 't Zal
wat vol worden, burgemeester. „Er
blijft geen ruimte over voor wagens
eu karren I"
„Meneer Leyb," zei de burgemees
ter, „de voetganger gaat boven alles.
En nu naan we de brug eens be
klimmen."
einde dat tekort in ka^ te dekken,
een 13tal kortebriefjes valsohelijk in,
door daarin met gefingeerde namen
als beleend te vermelden een aantal
gouden horloges.
Bq de laatste kasopneming werd
een tekort van f1500 ontdekt en bleken
de doosjes in plaats van horloges
stukjes lood te bevatten.
Het O. M. in aanmerking nemende
zqn vroegeren onberispelijken le
venswandel, eisohte 1 jaar gevange
nisstraf.
De toegevoegde verdediger, mr. G.
H. M. Delprat, wees er op dat de
bekl. eigenlijk door den beklaagde
uit de volgende zaak D. uit het rechte
spoor was geleid, want voor bq in
den beginne alles wilde bekennen,
had deze hem daarvan teruggehou
den.
Ook wees hq op de gebrekkige
oontrole, terwql hg er eindelqk op
wees, dat bekl. de genoemde f1200
zioh niet wederreohtelqk had toege-
eigend, doch hij die gelden verduis
terd had.
Pleiter vroeg een demente straf
en vrijspraak voor het tweede ge
deelte van de aanklacht.
Daarna versoheen voor de reoht-
bank H. A. D., 22 jaar, vroeger amb
tenaar aan de Bank van Leening.
Deze beschuldigde had als amb
tenaar van de Bank van Leening
hulpkantoor A, op verschillende data
in het grootboek van dat kantoor een
totaal ivan 771 [panden geboekt tot
een bedrag van f 4005.75, hetwelk
móest zijn een totaal van 672 panden
tot een bedrag van f2454.75, alzoo
het aantal en bedrag der panden
grooter vermeld dan het in werke
lijkheid was en wel met het oogmerk
om dit alzoo valsohelqk opgemaakt
grootboek voor eoht en onvervalscht
te doen doorgaan.
Uit het getuigenverhoor bleek hoe
het mogelqk was dat, bekl. in gemeen
overleg met den bekl. uit de vorige
zaak de gepleegde falsifioatiën heeft
kunnen doen.
Het O. M. dat voor dezen bekl.
niet als voor den vorige verzachtende
omstandigheden kon aannemen, eisoh
te 1 jaar en 6 maanden.
De toegevoegde verdediger, mr. E.
M. Driebeek betoogde, dat zijn cliënt
niet als mededader, hoogsteüs als
medepliohtige kon veroordeeld wor
den.
Subsidiair pleitte hq verzachtende
omstandigheden.
GEMENGD NIEUWS
Eene goed geslaagde operatie.
Dezer dagen meldde zioh in het
algemeene ziekenhuis te Weeneneen
slotenmaker aan, wiens ooren bijzon
der wqd van het hoofd stonden en
zioh van deze kwaal wilde Jaten ge
nezen. De meDschen lachten hem
daarom uit en eens zelfs «eide
hij is mij eene goede betrekking
ontgaan, op grond dat mijjae onder
geschikten zich vroolijk zouden ma
ken over mijne ooren.
Professor Weinlecher verklaarde
zich bereid en wist eerst van het
rechter, en daarna van bet liukeroor
zooveel uit te Bnijden. dal de man
met een paar gewone ooren het zie
kenhuis verliet.
Voor den telegraafdienst gedurende
de kroningsfeesten te Moskou hebben
de Russische autoriteiten uiistekead
gezorgd. Op het centrarB-telegraaf-
kantoor alleen werkten 80 Morse
toestellen, 26 Hugues-toestellen, vier
duplex-toesteilen en vijf automatische
Wbeatstone apparatoD. Het aantal der
dienstdoende telegrafisten bedroeg
nacht en dag 180 Gemiddeld werden
uit Moskou dagelijks van 380 000 tot
420 0UO woorden getelegrafeerd. Om
deze reuzentaak te vervullen, waren
uit alle deelen van Rusland de tele
grafisten, die de meeste ervaring had
den en het best met vreemde talen
Daarop beklom net. dagelijksoh be
stuur de trappen, gevolgd door den
Commissaris en de andere politie
ambtenaren. De arohitect en de hoofd
opzichter evenwel bleven beneden en
zeiden tot elkaar: „ik zou je danken,
dat is niet secuurNauwelijks was
dan ook het gezelsohap boven op de
brug gearriveerd, of, daar begon de
brug te kraken, dat het zoo'n aard
had. De architect riep nog tegen
een over weg wachter, die vlak onder
de brug stond„van onderen maar
het was te laat. Met ijzingwekkend
Kekraak stortte de brug in en de
stationschef, toesnellende, ;hief de han
den in diepe wanhoop, omhoog en
schreeuwde: „daar komt de bliksem-
trein 1"
Een dof gerommel deed zioh hoo
ren, ik sloot in doodsangst do oogen
om den afsohuwelqken duod van het
dagelijksoh bestuur niet te zien
toen ik opeens wakker werd en mij
gelukkig gevoelde; toen ik bemerkte
dat deze ijselijke gebeurtenis maar
een droom was geweest.
Wat ik voor den naderenden blik-
semtrein hield, was het wagentje van
den melkboer maar geweest.
Maar den doodsangst, dien ik heb
uitgestaan, zal ik toch op den Raad
verhalen. Binnenkort dien ik een
klacht tegen dat coilege in, wegens
indirecte verstoring van mqn nacht
rust. Immers, wanneer de Raad ds
brug niet had goedgekeurd, zou ik
er niet van gedroomd bebben. Mijn
advocaat raadt mij aan, duizend gul
den schadevergoeding te vragen en
zegt, dat er nog wel maller processen
zqn gewonnen.
Het eenige waar ik bang voor ben
is dat mijn prooes nog wel eens aan
hangig zou kunnen wezen, als het
vierduizendguldensbruggetje al lang
tot stof is vergaan.
Eindelqk is er dan nu ook te
bekend waren,naar Moskou gezonden.
Vooral de Engelsohe en de Ameri-
kaansohe dagbladen lieten zioh kon'
lossale dépêches zenden: telegrammen
van 34000 woorden kwamen dik-
wqls vooreene enkele dépêche telde
zelfs meer dan 10,000 woorden.
Markies de Morés.
De Temps ontvangt van zijn cor
respondent te Tnnis de volgende bq-
zonderheden betreffende de vermoor
ding van den markies de Moiè3.
De markieB zou van Gabes, in
Tunis, naar El-biod, de laatste ver
sterkte plaats van Frankrqk in Alge-
rië trekken. Hq ging op weg met fi
personen, 45 kameelen enkoopwarer
ter waarde van fre. 40,000. Te Nef-
zaoua (zuiden van Tunis) gekomen
keerde bq plotseling in oostelijki
riohting, omdat hq vernomen hac
dat generaal Larooque een offioie!
naar Bir Esaof had gezonden on
hem bij zqn aankomst aldaar te ar
resteeren.
De expeditie was zeer gewaagd
maariuitnemend georganiseerd. Zqil
in bet verderf gestort door het tl
groote vertrouwen dat men in
Toearegs gesteld heeft.
De markies trok nu voort langs d<
grens van Tripoli, met een tolk ei_
twee rijke kooplieden nit Tunis. T"
El-Onatia bij Sinaoen ontmoette hjï
Toearegs die hem overhaalden zq|
escorte en kameelen weg te zende"
en hnn geleide aan te nemen. D
gebeurde den 5den JunielechtB <f~
Tunesisohe kooplieden, de tolk e
vqf negers bleven bq hem. De snq-
vuurgeweren van het weggezondelj
escorte werden onbegrqpelqkerwijzt
onder de Toearegs uitgedeeld. k
Ali-ben-Zmerli, een van de Tunu
sisohe kooplieden, doet het volgencjj,
verhaal van de vermoording
Den 8sten Juni begon de expeditijB
nadat de kameelen waren aangekfij
men, haar tocht. De tolk Abd el-HaB
ging vooraan, dan volgde Mor^r
met Hadj-Ali, den koopman en tw<r
bedienden, allen op kameelen, 3(jr
meter daarachter het konvooi ondl
geleide van de Toearegs. Nadat ei
kilometer waren afgelegd, viel^
drie Tuearegs Morè3 met sabels aap
Deze doodde er een door een revc(D
versohot; de anderen vluohtten. 2$e
wierpen zich de Toearegs eensklap
op het konvooi en op het troepje vfa
de Morè3. Ali-ben-Zmerli die zich Hoi
het convooi bevond, werd gebondtP
De kameelen werden ontladen en |B
waren weggesleept. p
Een verwoede Btrijd begon thaP
tusschen de Toearegs en de gropb
van Mores, die zich vier uren v
dedigde. Intussohen werden de
vangenen weggesleept, maar kondl
later ontsnappen. Ali-ben ZmerL ke!
de daarna ïjaar de plaate van
gevecht terug en vond de lijken
den markies, van den koopman
van den tolk, naakt en met wondt
geheel overdekt. De Morè3 lag jD
den buik, met de armen lang uitp
strekt langs het hoofd. nl
De plaats van het nheil ligt |fl
250 kilometer afstand van den lagi
sten Ffanschen post iu Tunis. Ip
16 den kwam Zmerli te Tunis aan.(er
VARIA.
Een fotografie met X. stralen. P
verdrongen zich rondom de fetoa^
fie met X-straien genomen eu beP
ken die nauwkeurig. Pj
„Zqn lever," zeiden zij, „is
evenbeeld van dien van zqn
maar zijne longen heeft hq van
moeders kant."
p
Bezoekster„Maar vindt u fa
geen vreeselijke gedachte, dat u®
dochter nu midden op den Ooe*1
is
Oude dame: Wel neen, volsti
niet. Zij kan zwemmen.
Haarlem een feestcommissie opger D
tot viering van den KoninginnedBc
De eer van het initiatie! daartop
hebben genomen komt aan de atpn
iing Haarlem van den VoiksbondjH
We zaten er dan ook, om zoo te#
gen, op te waohten. In andere pijBc
sen was deze dag reeds lang Bil
algemeene feestdag en in H atfk
leek het nog nergens naar. We krej e
een parade te zien, nu ja, maar L7
zoo'n klein garnizoentje ais hierp'
is dat niet eens een bijzonder mP
waardig schouwspel. Enkele kantjcl
gaven vrijaf, maar de jougelui^
daarop werkten, wisten Diet wajie
met hun vrijen dag midden irj~
week zouden boginnen. Er was ij
stad toch niets la beleven.
Dat zal nu anders gaan w >rd
Een groote feestcommissie is geof
ni8eerd, daaruit zija negen persj
gekozen, die de hoofddreden in I
den houden en de overige leden
den verdeeld in Bub-commisi'.ënJ
elk met een onderdeel van dj f^
viering zijn belast. Het WBseena
denkbeeld om de fi-estcommissiel
uitgebreid te maken, ten eerste on
zoodoende het werk verdeeld
worden en niet alles neerkomt ofc\
schouders van enkele raenachec,'
tweede, omdat daardoor iedereen
men noemt kan werden „geka^
en geen gevoeligheidjes behoeveeE
worden opgewekt. L
Als nu ieder die wat voelt vcoiji
Oranjefeest ook maar eens dienaj
eenkoui8tig zijn portemonnaie []j
open doen. Niet alieen het kfet
kringetje van de rijken, maar oojec
groo'ere kring van de gegoedei
ook de grootste kring, die aLs
minder gegoeden, een ieder naa|et
maat van zijne krachten. Een algenj
feestviering moet bet worden, l0j
eerst zal hot goed zqn.
FIDELigj